Klinische Neuropsychologie
Hoorcollege 1 (7 feb 2024): H1 en 3
Historische schets
Klinische neuropsychologie is een jong vakgebied, het bestaat sinds de jaren 70
van de vorige eeuw, maar nadenken over hersenen en mentale functies komt uit
de klassieke oudheid. Hippocrates zei dat de hersenen de belangrijkste rol
spelen, terwijl Aristoteles zei dat het hart het belangrijkste was. De celtheorie
zegt dat de ziel van mentale functies zich bevindt in de ventrikels. Decartes was
de eerste die een centrum daarvoor aanwees, namelijk de pijnappelklier/epifyse.
In de periode daarna werd het lokaliseren steeds belangrijker. Dit gebeurde door
middel van gevalsbeschrijvingen. Voorbeelden van deze gevalsbeschrijvingen zijn
Gall, Phineas Gage, Broca (met patiënt Tan), en Wernicke. De eerste
experimenten waren vooral gericht op waarneming. Later kwamen objectieve,
gestandaardiseerde methoden. Deze experimenten werden vooral gedaan met
gezonde participanten. Daarna werden er kwantitatieve metingen gedaan van
cognitieve functies en daarbij werden er normgroepen gecreëerd. Toen werden de
eerste testen ontwikkeld. Die waren vooral gericht op het voorspellen van
schoolsucces of de geschiktheid voor militaire dienst. Binet ontwikkelde de eerste
intelligentietest en dit werd het uitganspunt voor de ontwikkeling van
neuropsychologische tests. Patiënten met hersenbeschadiging waren voor de
Tweede Wereldoorlog vooral het vakgebied van neurologen en psychiaters. Na de
Tweede Wereldoorlog heeft Luria voor integratie gezorgd van holistische en
lokalisatietheorieën. Hersenen zijn als geheel verantwoordelijk voor gedrag, maar
er zijn wel gelokaliseerde deelfuncties te onderscheiden. Toen
hersenbeschadigingen meer een vakgebied in de gezondheidszorg werd, kwam
er dissociatie en dubbele dissociatie. Ook ontwikkelden de eerste
neuropsychologische tests in die tijd. In 1967 werd de International
Neuropsychological Societe (INS) opgericht en in 1976 verscheen de eerste editie
van de Neuropsychological Assessment (Lezak). Vanaf 1980 werd het mogelijk
om hersenbeschadigingen af te beelden met scans. Neuropsychologisch
onderzoek werd belangrijk om de gevolgen van de hersenbeschadiging in kaart
te brengen. Er zijn geen 1 op 1 relaties tussen hersengebieden en gedrag, er is
sprake van netwerkmodellen. In 1970 werd de Nederlandse Vereniging voor
Neuropsychologie opgericht. Neuropsychologie heeft een breed werkveld en is
betrokken bij de zorg en wetenschappelijk onderzoek (science-practitioner).
Neuropsychologie in de praktijk
De werkvelden waar neuropsychologen het meest aan het werk zijn, zijn het
ziekenhuis, de GGZ, revalidatie, langdurige zorg, en forensische zorg.
Wetenschappelijk onderzoek is gebaseerd op een steekproef van 1 individu, de
wetenschappelijke methode wordt namelijk toegepast op dat individu. Er worden
hypotheses geformuleerd passend bij de klachten van het individu en dat komt in
het medisch dossier. Daarna vindt er een literatuur review plaats. Dan komt er
een studie design, waarbij een testbatterij wordt opgesteld. Daarna komt de
dataverzameling, wat bestaat uit anamnese, heteroanamnese, observaties, en
testonderzoek. Vervolgens wordt er een conclusie geformuleerd.
Neuropsychologisch onderzoek is meer dan alleen testonderzoek, en elke patiënt
,moet ook andere tests uitvoeren. Daarom is het belangrijk om de diagnostische
cyclus te doorlopen. Betrouwbaarheid en validiteit zijn erg belangrijk. Ook moet
er rekening gehouden worden met stoorfactoren zoals visus- of
gehoorproblemen, vermoeidheid of spanning. Onderpresteren of overrapportage
kan op bewust of onbewust niveau. Het kan zijn dat mensen geen ziekte inzicht
hebben, anosognosie, waardoor de patiënten zich minder inzetten voor de tests.
Er kunnen speciale taken ingezet worden, prestatievalidatietaken, om te kijken of
mensen expres aan het onderpresteren zijn. Neuropsychologen zijn slecht in
inschatten wanneer een patiënt bewust aan het onderpresteren is, daarom is het
aan te raden om bij elk onderzoek prestatievalidatietaken toe te voegen.
Resultaten worden afgezet tegen normgegevens. In 2020 is er een artikel
geschreven met aanbevelingen voor uniforme interpretaties van resultaten als je
resultaten vergelijkt met normgegevens. Cross culturele aspecten zijn belangrijk
om mee te nemen met het onderzoek. Sommige mensen zijn bijvoorbeeld minder
opgeleid of is Engels niet hun moedertaal. De behandeling houdt altijd rekening
met kenmerken van de specifieke patiënt. Behandeling kan bestaan uit psycho-
educatie, cognitieve gedragstherapie, relatie- en systeemtherapie, en
Acceptance and commitment therapie (ACT).
Hoorcollege 2 (9 feb 2024): H2, 4, en 5
Wetenschappelijke methoden
Methoden staan ten dienst van onderzoek, het is geen
doel. Hypothesen zijn erg belangrijk voor onderzoek,
daarbij wordt altijd de empirische cyclus gebruikt. Bij
inductief redeneren ga je na een observatie data
verzamelen en een patroon ontdekken en formuleer je
daarna een hypothese of theorie. Bij deductief redeneren
ga je vanuit een theorie een hypothese formuleren en
daarna observeren of analyseren. Vanuit die analyse kan je de hypothese
bevestigen of verwerpen. Ethiek is erg belangrijk bij methoden. Hierbij horen
informed consent (IC), de medisch-ethische toestingscommissie (METC),
algemene verordening gegevensbescherming (AVG) , wet medisch-
wetenschappelijk onderzoek met mensen (WMO), en good clinical practice
(kennis hebben over ethiek en methoden, GCP).
Dat soort onderzoek, replicaties, ja dat is
helemaal niet hot en sexy.
- Martine van Zandvoort
Neuroanatomie
In
de
afbeelding rechts is het roze gebied
,aan de linkerkant de frontaalkwab. Het
bruine gebied is de temporaalkwab. Het
oranje gebied is de parietaalkwab. En het
roze gebied rechtsonder is de
occipitaalkwab. De afbeelding hieronder is
een mediaal aanzicht van de hersenen.
In de afbeelding rechts staan de
verschillende doorsnedes en richtingen
aangegeven. En in de afbeelding
hieronder is de functionele
onderverdeling afgebeeld.
Hoorcollege 3 (14 feb 2024): H6
Visuele waarneming:
Het oog heeft een verdeling van receptoren, staafjes en
kegeltjes. In de grafiek rechts staat hoe veel we scherp zien.
Waar de piek het hoogste is, zien we scherp. Er is dus maar
een klein deel van het visuele veld dat we scherp zien. In de
grafiek daaronder is te zien dat daar ook bijna alle kegeltjes
zitten. Kegeltjes werken goed bij veel licht en zijn belangrijk
bij het waarnemen
van kleur. Staafjes
zijn gevoeliger voor bewegingen in het
donker. Alles wat uit het rechter
visuele veld komt, valt op de
linkerkant van de retina en gaat
naar de linkerkant van de hersenen. Dit
kruist bij het optisch chiasme en gaat
daarna naar de visuele cortex.
Hoe verder in de hersenen hoe complexer de verwerking. De ventrale route
verwerkt wat we zien, het object. De dorsale route verwerkt ruimtelijke
informatie, het stimuleert ook gedrag om iets op te pakken.
, Hemianopsie is een visueel velduitval door schade aan de visuele
cortex (zie afbeelding rechts). Hierdoor wordt een deel van het visuele
veld niet verwerkt. Mensen zien geen zwarte vlek, maar de hersenen
vullen het blinde veld aan met kennis, context, en verwachtingen.
Neglect is een probleem met aandacht, en is moeilijk te
onderscheiden van hemianopsie. Neglect komt vaak voor in het
linker visuele veld. Ze negeren informatie van de linkerkant. Bij
neuropsychologische tests is te zien dat ze tekeningen alleen aan de
rechterkant goed natekenen, maar de linkerkant niet. In een
onderzoek naar de oogbewegingen van patiënten met neglect. De
resultaten lieten zien dat patiënten met neglect vooral focussen op
het rechter visuele veld (afbeelding rechts). Bij acuut neglect zijn
beschadigingen op veel plekken in de hersenen. Bij chronisch
neglect zijn beschadigingen op weinig plekken in de hersenen. De
beschadigingen zijn vooral aan de rechterkant.
Een studie heeft onderzocht of schade aan wittestofbanen invloed
heeft op neglect. De resultaten lieten zien dat als er schade is aan de
superieure longitudinale fasciculus (wittestofbaan), er dan sprake is
van neglect. Het kan zijn dat mensen neglect hebben voor visuele
informatie alleen dichtbij of andersom. Sommige mensen (mensen
met meer beschadiging) hebben last van far neglect en near neglect.
Akinetopsie is beweginsblindheid. Hierbij is er bilaterale schade aan
het V5/MT gebied. Patiënten zien bewegingen als een stroboscoop. Prosopagnosie
is een stoornis in gezichten herkennen. Hiervoor is een specifiek gebied in de
hersenen (afbeelding rechts). Bij een
onderzoek waar door middel van
elektroden het gezichtsgebied werd
gestimuleerd zei de patiënt dat het
gezicht vervormde en dat de persoon op
iemand leek wie die ooit heeft gezien,
maar hij kon het niet plaatsen. Visuele
agnosie is een stoornis waarbij objecten
niet herkend worden. Dit is geen stoornis
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur trijntjedeoude. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.