Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Ondernemingsstrafrecht | Literatuur + Hoorcolleges Week 1-8 €15,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Ondernemingsstrafrecht | Literatuur + Hoorcolleges Week 1-8

 55 vues  11 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Samenvatting Ondernemingsstrafrecht Hoorcollege 1 - 8 (inclusief literatuur + voorgeschreven artikelen + college-aantekeningen) Deze samenvatting bereidt jou volledig voor op het tentamen van 2024.

Aperçu 4 sur 45  pages

  • Oui
  • 8 avril 2024
  • 45
  • 2023/2024
  • Resume
  • Inconnu
avatar-seller
Master Ondernemingsrecht | Ondernemingsstrafrecht
_______________________________________________________________________________________

Hoorcollege 1 | Introductiecollege 2

Hoorcollege 2 | Daderschap rechtspersoon 5

Hoorcollege 3 | Opzet, schuld, strafuitsluitingsgronden 11

Hoorcollege 4 | Aansprakelijkheid leidinggevenden 18

Hoorcollege 5 | Toezicht, opsporing, rechtspositie 22

Hoorcollege 6 | Vervolgbaarheid rechtspersoon 31

Hoorcollege 7 | Bestraffing van rechtspersonen 37

Hoorcollege 8 | Vertegenwoordiging ter terechtzitting 44

, Hoorcollege 1 | Introductiecollege
_______________________________________________________________________________________

1 | Contouren van het Ondernemingsstrafrecht
In het ondernemingsstrafrecht staat de rechtspersoon/onderneming centraal.
Wat is het verband tussen ondernemingen en strafrecht? Het feit dat ondernemen bestaat uit het nemen
van risico’s. In de samenleving zijn er altijd regels voor de activiteiten die een ondernemer uitvoert. De
activiteiten van een rechtspersoon worden (mede) gereguleerd in normen en wetgeving. Het nemen van
risico’s en het uitvoeren van de ondernemingsactiviteiten zorgen ervoor dat de rechtspersoon relatief snel in
aanraking kan komen met:
• Ordeningsrecht / bijzondere wetten / WED / EU-regelgeving
• Economisch strafrecht
• Financieel strafrecht
• Milieustrafrecht
• Fiscaal strafrecht

Wat kan ervoor zorgen dat er strafbare feiten worden gepleegd, ondanks het feit dat een onderneming wel
te goeder trouw is?
• Normen die onbekend of onduidelijk zijn
• Normen die niet worden aanvaard
• Bedrijfsongevallen en incidenten

Wie drijft de onderneming?
a. Natuurlijke personen
b. Rechtspersonen

Kernthema’s ondernemingsstrafrecht
1. Wie is de normadressaat, wie is de dader?
2. Functioneel daderschap
3. Corporatief daderschap
4. De rechtspersoon in het strafrecht / ontwikkeling en begrip
5. Alle delicten?
6. Opzet en schuld / strafuitsluitingsgronden
7. Aansprakelijkheid van leidinggevenden
8. Bestra ng van rechtspersonen
9. Processuele hoedanigheden rechtspersoon
10. Dwangmiddelen tegen verdachte rechtspersoon
11. Rechtspositie rechtspersoon in het onderzoek
12. Zwijgrecht, nemo tenetur, medewerkingsplichten
13. Vragen rondom de vervolgbaarheid
14. Grote of hoge transacties en schikkingen
15. Strafblad en justitiële documentatie
16. Controle op rechtspersoon




2



ffi

,2 | Rechtspersoon in de zin van artikel 51 Sr
Bij de totstandkoming van het Wetboek van Strafrecht werd oorspronkelijk aangenomen dat alleen
natuurlijke personen strafbare feiten konden plegen, want de rechtspersoon is immers een juridische ctie.

In artikel 51 Sr ligt een verruiming van het begrip rechtspersoon. Betekent deze afwijking van het civiele
recht dat binnen het strafrecht een min of meer autonome invulling kan worden gegeven aan het begrip
rechtspersoon?

Artikel 51 Sr
1. Strafbare feiten kunnen worden begaan door natuurlijke personen en rechtspersonen.

2. Indien een strafbaar feit wordt begaan door een rechtspersoon, kan de strafvervolging worden
ingesteld en kunnen de in de wet voorziene stra en en maatregelen, indien zij daarvoor in
aanmerking komen, worden uitgesproken:
1. Tegen die rechtspersoon, dan wel
2. Tegen hen die tot het feit opdracht hebben gegeven, alsmede tegen hen die feitelijke leiding
hebben gegeven aan de verboden gedraging, dan wel
3. Tegen de onder 1 en 2 genoemde tezamen

3. Voor de toepassing van de vorige leden wordt met de rechtspersoon gelijkgesteld: de
vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid, de maatschap, de rederij en het doelvermogen.

Met de opkomst van het economisch orderecht werden steeds meer voorschriften uitgevaardigd die
rechtstreeks gericht waren op rechtspersonen, zoals ondernemingen. Deze ontwikkeling maakte het
noodzakelijk om ook rechtspersonen zelf strafrechtelijk aansprakelijk te stellen, naast hun bestuurders of
leidinggevenden, om e ectieve handhaving van economisch orderecht te waarborgen.

Autonome interpretatie
De discussie draait om de vraag of het strafrecht zelfstandig en ruimer gebruik kan maken van het begrip
rechtspersoon dan het civiele recht en of dit al dan niet gewenst is.

De gevolgen van deze interpretatie zijn niet beperkt tot het strafrecht, maar strekken zich ook uit tot
het bestuurlijk sanctierecht. De wetgever heeft aansluiting gezocht bij het strafrecht door artikel 5:1
lid 3 van de Algemene wet bestuursrecht van overeenkomstige toepassing te verklaren. Dit betekent
dat ook binnen het bestuurlijk sanctierecht een ruime interpretatie van het begrip rechtspersoon
wordt gehanteerd, omdat veel bestuursrechtelijke voorschriften gericht zijn op bedrijven en
instellingen, ongeacht hun juridische vorm.

Wetsgeschiedenis
De wetgever heeft beoogd om aan te sluiten bij het civiele recht. In de memorie van toelichting wordt
verklaard dat het strafrecht met het strafbaar stellen van rechtspersonen gebruikmaakt van een
civielrechtelijk begrip.

Het civielrechtelijk begrip rechtspersoon
Een entiteit die voor een bepaald doel juridisch georganiseerd is, wordt binnen het recht gelijkgesteld aan
een natuurlijk persoon. Dit houdt in dat aan de rechtspersoon dezelfde rechten en verplichtingen worden
toegekend als aan een natuurlijk persoon. Alle entiteiten die als rechtspersoon erkend worden volgens het
civiele recht, worden ook als rechtspersoon beschouwd binnen het strafrecht.

Literatuur
• Demeersseman (1985) stelde dat het strafrecht soms organisaties met duurzaamheid moet omvatten,
zelfs als ze geen civiele rechtspersoonlijkheid hebben.
• Van Strien (1996) ondersteunde deze opvatting en betoogde dat strafrechters de vrijheid zouden moeten
hebben om autonoom te bepalen welke organisatieonderdelen als rechtspersoon kunnen worden
beschouwd, zelfs als ze geen civiele rechtspersoonlijkheid hebben. Van Strien benadrukte ook dat de
organisatie schuldfähig (strafbaar) moet zijn en een zeker niveau van besluitvorming moet hebben om als
rechtspersoon te worden behandeld.




3



ff ff fi

, Praktijk
Er bestaan verschillende entiteiten, organisatievormen of samenwerkingsverbanden die in het civiele recht
niet, maar in het strafrecht wel, als rechtspersoon worden aangemerkt.

1. Eenmanszaak
De eenmanszaak heeft volgens het civiele recht geen rechtspersoonlijkheid. De rechtspraak heeft
geoordeeld dat een eenmanszaak niet als een "doelvermogen" kan worden beschouwd en daarom niet
als rechtspersoon in de zin van artikel 51 Sr wordt aangemerkt.

2. Rechtspersoon in oprichting
De civielrechtelijke erkenning ontbreekt zolang de vennootschap nog in oprichting is. De rechtspraak
lijkt terughoudend te zijn en beschouwt de oprichtingsfase als een situatie waarin de strafrechter eerder
de oprichters of het samenwerkingsverband zou aanspreken dan de vennootschap in oprichting zelf.

3. Fiscale eenheid
Het is onduidelijk of de scale eenheid, een scale constructie zonder rechtspersoonlijkheid, als geheel
kan worden beschouwd als een rechtspersoon in de zin van artikel 51 Sr. Ondanks het ontbreken van
rechtspersoonlijkheid kan een scale eenheid wel strafbare feiten begaan.

4. Deelgemeente
Een deelgemeente bezit op zichzelf geen rechtspersoonlijkheid volgens het civiele recht. In recente
jurisprudentie oordeelde de rechtbank dat een deelgemeente, hoewel geen rechtspersoon volgens het
civiele recht, in het strafrecht als rechtspersoon kan worden beschouwd vanwege haar gedrag en
maatschappelijke acceptatie.

Meer of minder autonomie
Hoewel autonomie aantrekkelijk lijkt, is het niet bevorderlijk voor de rechtszekerheid als het begrip
‘rechtspersoon’ in het strafrecht onverwacht wordt uitgebreid ten opzichte van het civiele recht.

• Praktisch gezien is er geen noodzaak om het begrip "rechtspersoon" verder uit te breiden via interpretatie,
omdat de bestaande categorieën van civielrechtelijk erkende rechtspersonen al voldoende ruimte bieden.

• Principieel gezien is het niet wenselijk om het begrip "rechtspersoon" verder uit te breiden dan de
wetgever al heeft gedaan. Het is eerder raadzaam om de gelijkstellingsbepaling van artikel 51 lid 3 Sr te
handhaven en het begrip "doelvermogen" te schrappen. Hiermee zou het strafrecht beter aansluiten bij
het civiele recht en wordt de introductie van nieuwe, in het civiele recht onbekende, soorten
"rechtspersonen" voorkomen.




4




fi fi fi

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur NuNu2001. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €15,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80467 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€15,49  11x  vendu
  • (0)
  Ajouter