Privaat bankrecht
• Cursus:
o Documenta/e (online via Ufora) / wetgeving (zelf te verzamelen naast je wetboek !)
o Slides (voorafgaand aan de les beschikbaar via Ufora)
o Lesnota’s – lesopnames
• Examen: wat behandeld wordt in de les
o Examen: schriHelijk examen
§ Verschillende casussen (totaal 50% van de punten)
• Je krijgt een casus over beslag op rekening en de gevolgen van
wanbetaling /jdens het academiejaar. Op het examen krijg je dan
een vergelijkbare casus over die onderwerpen. Dan krijg je nog een
casus over een ander onderwerp
§ Korte theorievragen (totaal 50% van de punten)(3): kan ook zijn dat je eigen
mening wordt gevraagd over hoe je staat tav een bepaald probleem
Inhoudsopgave
Geld in het recht ............................................................................................................................................. 3
Func%es van geld ............................................................................................................................................... 3
Soorten geld ....................................................................................................................................................... 3
Giraal geld .......................................................................................................................................................... 4
Elektronisch geld ................................................................................................................................................ 7
Virtueel geld ....................................................................................................................................................... 8
Betaling in geld ................................................................................................................................................ 10
Geldrekeningen: capita selecta ..................................................................................................................... 16
Openen van een rekening ................................................................................................................................ 16
Controle rekeninginforma%e en protestverplich%ng ...................................................................................... 25
Beslag op rekening........................................................................................................................................... 26
Beëindiging rekeningovereenkomst ................................................................................................................ 29
Beëindiging van kredietovereenkomsten ...................................................................................................... 33
Overzicht .......................................................................................................................................................... 33
Ontbinding door Kredietgever ......................................................................................................................... 33
Opzegging ........................................................................................................................................................ 44
Betalingsdiensten ......................................................................................................................................... 47
Niet-toegestane betalingstransac%es ............................................................................................................. 47
Factuurfraude .................................................................................................................................................. 49
Bankkluisfraude ............................................................................................................................................... 50
Whaling ............................................................................................................................................................ 50
MicrosoF fraude .............................................................................................................................................. 50
1
, Phishing, smshing, vishing & quishing ............................................................................................................ 51
Niet-toegestane betalingstransac%es ............................................................................................................. 52
Capita selecta vervroegde terugbetaling ....................................................................................................... 59
Recht vervroegde terugbetaling ...................................................................................................................... 59
Wederbeleggingsvergoeding........................................................................................................................... 59
2
, Geld in het recht
Func&es van geld
• 1) Circula/efunc/e / betaalfunc/e
- The only good that trades against all goods: iedereen is geïnteresseerd in geld als
tegenpresta7e voor het goed dat men levert of de dienst dat men verstrekt
- Geld is een algemeen aanvaard ruilmiddel. In primi/eve maatschappijen moest de
ruilmiddelen complementair zijn. Nu is alles eenvoudiger omdat je van geld gebruik kan
maken
• 2) Waardemeter / rekeneenheid
- -> Uitdrukking in prijs
- Euro biedt de mogelijkheid om op een eenvoudige manier de waarde van een goed of
dienst tot uitdrukking te brengen.
- Geld informeert de poten/ële tegenpar/j omtrent de waarde van een goed.
- De mogelijkheid om de waarde van een goed te tonen, biedt daarnaast indirect de
mogelijkheid om prijzen te vergelijken. Doordat de aanbieder weet dat er vergeleken
wordt, gaat de aanbieder proberen de prijs zo laag mogelijk te ze\en. De concurren/e
wordt ges/muleerd
• 3) Koopkrachtreserve
- ->Sparen, beleggen, investeren
- Het geld dat je in bezit hebt, moet je niet meteen uitgeven. Je kan het sparen of beleggen
en dan gebruiken op een later ogenblik.
- Als er infla/e is: gaat a`reuk doen aan de func/e van geld als koopkrachtreserve.
• Zie ook: M. Dombrecht, D. Heremans, S. Plasschaert en J. Vanneste, Geld- en financiewezen.
België in het eurogebied, Antwerpen, Standaard Uitg., 2001, 32-35.
Soorten geld
• Chartaal geld: wordt uitgegeven door ECB
- Munten
- Bilje\en
- = Fiat geld of fiduciair geld. Waarom kan je dat zo noemen? Het biljet zelf heeH geen
intrinsieke waarde. Maar we vertrouwen erop (fiat) dat daar een zekere waarde aan
toekomt. Tot 1971 werkte men met een beperkte goudstandaard waarbij de waarde die
werd uitgegeven met bilje\en en munten werd afgedekt met goudreserves van een bank
van een land. Vandaag de dag is dat verlaten. De waarde van bilje\en en munten is nu
gesteund op het vertrouwen die we hebben op de uitgever ervan nl ECB en de na/onale
banken
• Giraal geld
- We spreken over giraal geld indien het gaat over het geld op je rekening. Juridisch krijgt
het wel een andere kwalifica/e dan chartaal geld. Het geld op je rekening heb je niet in je
bezit. Hoe kan je je verhouding tussen u en de bankinstelling zien? Je hebt een
schuldvordering tav je instelling. Je bent dus geen eigenaar in de klassieke betekenis, want
je hebt enkel een schuldvordering.
o Wat kan een eigenaar dat een eiser van een schuldvordering niet kan? Een
rekeninghouder is maar een chirografaire schuldeiser en zij komen er in geval van
faillissement vaak niet goed vanaf. De wetgever heeH daarom beslist om hen te
beschermen nl via depositobescherming. In geval van faillissement beschik je over
100 000 euro zekerheid dat je zal terugkrijgen.
o ó financiële instrumenten: je hebt wel eigendomsrecht en dus wel
revindica/erecht.
3
, - Beantwoordt aan de circula/efunc/e + je kan het sparen voor later (spaarrekening en
termijnrekening) + func/e van waardemeter is automa/sch vervuld als je weet hoeveel
geld er op je rekening staat
• Elektronisch geld
- Moet worden onderscheiden van elektronische betalingstransac/es of elektronische
betaalinstrumenten zoals bancontactkaart. Met de instrumenten ini/ëren we transac/es
die de mogelijkheid bieden om het giraal geld te verplaatsen
- Elektronisch geld is een monetaire waarde die elektronisch is opgeslagen en is eigenlijk
een vordering tav de emi\ent van het elektronisch geld.
• (Virtueel geld)
- Bv bitcoin
- Kan je dat juridisch of economisch vergelijken met de andere vormen van geld? Is het wel
een vierde categorie?
o HeeH het een circula/efunc/e, kan je ermee betalen en is het ervoor bedoeld? Je
kan ermee betalen, maar het is minder evident
o Is het geschikt als rekeneenheid? Nee. De waarde van de virtuele munt schommelt
te sterk. Bitcoin is heel vola/el, maar zijn alle virtuele munten vola/el? Nee je hebt
ook stable coins. Dit zijn virtuele munten die bedoeld zijn om een stabiele waarde
te hebben
§ Ze situeren zich vaak dichter bij beleggingsmiddelen omdat mensen hopen
dat de waarde s/jgt. ó stable coins: ga je niet aankopen om een winst te
genereren. Je gaat ze eerder aankopen om er betalingen mee te verrichten
bv omdat de kost te hoog zou zijn met giraal geld. Zowel de opdrachtgever
als de beguns/gde moet bereid zijn om te werken met een stable coin. Ze
moeten voldoende vertrouwen hebben in de stabiliteit van de munt
Giraal geld
• Tegoed op rekening
• Schuldvordering van de rekeninghouder
- Obligatoire en geen zakenrechtelijke verhouding
• Zelfstandig karakter van de verbintenis van de bank: een zelfstandig of abstract karakter
betekent dat excep/es die gebaseerd zijn op de onderliggende verhouding in principe niet
tegenwerpelijk zijn. Het zelfstandig karakter is nodig opdat giraal geld op een vergelijkbare
wijze kan func/oneren als chartaal geld. Als je als beguns/gde een bijkomende
schuldvordering op je bank verkrijgt (als je rekening wordt gecrediteerd), dan ga je maar bereid
zijn om de betaling te aanvaarden als je weet dat de creditering niet meer in vraag kan worden
gesteld, ongedaan kan worden gemaakt
- Niet tegenwerpelijkheid is niet absoluut. Er wordt afgeweken door banken in het AV
- "A bank's uncondi/onal undertaking to pay [...] is regarded as the equivalent of cash" (J.
Wadsley en G.Penn, The law rela7ng to domes7c banking, Sweet & Maxwell, London,
2000, 376)
- Zie ook: F. Georges, La saisie de la monnaie scripturale, Brussel, Larcier, 2006, 244-245;
E.Wymeersch, "Aspects juridiques de certains nouveaux moyens de paiement", Bank Fin.
1995, 20 en 26. Voor Frankrijk: J.L. Rives-Lange, "Existe-t-il en droit français des
engagements abstraits pris par le banquier?" Rev. Banque 1985, 905.
• Niet-tegenwerpelijkheid excep/es
- SA geeH de opdracht om 1000 euro over te schrijven aan de SE. Stel dat de betaling
plaatsvindt zodat de SE overgaat tot de levering van bepaalde goederen. De SE zendt de
goederen naar de SA-koper, maar de goederen zijn niet conform aan het contract. Je kan
zeggen dat het een conflict is tussen SE en SA, maar een alterna/ef KAN zijn dat de koper,
wiens rekening werd gedebiteerd, kan vragen aan de bank om de rekening van de SE terug
te debiteren en jouw rekening te crediteren. De bank kan dit niet doen, omdat de
4
, verbintenis die de bank heeH een abstracte verbintenis is. Excep/es uit de onderliggende
verhouding, koper-verkoper, zijn niet tegenwerpelijk.
- Bv we hebben een koper die zijn rekening heeH bij bank A en een verkoper die zijn
rekening heeH bij bank B. Wanneer de koper een overschrijvingsopdracht geeH aan zijn
bank, dan gaat de bank zijn rekening debiteren en dan is het de bedoeling dat de rekening
van de verkoper wordt gecrediteerd. Indien het over dezelfde bank gaat, dan gebeurt de
debitering en creditering gelijk/jdig. Als ze verschillende bank hebben: het geld moet van
de ene bank naar de andere bank. Betekent dat automa/sch dat een zekere /jd verstrijkt?
o Tot een aantal jaar geleden hing dit af van het bedrag van de transac/e.
§ Voor een laag bedrag zat er een /jd tussen de debitering en creditering.
§ Voor grote bedragen (vanaf 500 000 euro) gebeurden de betalingen in real
/me.
o Nu voorzien banken in de mogelijkheid van instant payments: er is wel een extra
kost verschuldigd. In de toekomst gaat dit veranderen. Europa wil dat alle
betalingen instant gebeuren.
§ Zijn daar risico’s aan verbonden? Betaalfraude, phishing (nu kan men vaak
transac/es tegenhouden omdat het geld nog niet bij de fraudeur is
aangekomen ó als het onmiddellijk zal worden uitgevoerd: men zal nog
waakzamer moeten zijn).
o De transac/e wordt verwerkt via een betalingssysteem waarbij de verrekening
tussen de banken eenmaal per dag gebeurt, ergens in de vooravond via een
deferred net se\lement. Er is een soort mul/laterale schuldvergelijking die ervoor
zorgt dat elke dag elke bank één bedrag verschuldigd is of één bedrag verkrijgt. Er
is een ne\o-verrekening op interbancair niveau. De informa/e bereikt wel vaak al
de andere bank voorafgaand aan de verrekening bv verkoper crediteren met 5000
euro. De bank kan beslissen om de 5000 euro nog niet op het credit van de client te
plaatsen OF men kan zeggen dat ze het wel al gaan doen. Stel dat ze het wel al gaan
doen voorafgaand de afwikkeling in de avond. Stel dat een van de deelnemende
banken bv de bank van de opdrachtgever in liquiditeitsproblemen komt. Er is geen
geld op het einde van de dag. Er is al gecrediteerd zonder dat er kan overgegaan
worden tot afwikkeling waardoor de bank de 5000 euro niet verkrijgt. Kan de bank
de rekening van de beguns/gde opnieuw debiteren omdat ze geen genoegdoening
van de andere bank hebben gekregen? Als we uitgaan van het gemeenrechtelijke,
van de zelfstandige verbintenis, dan is het antwoord nee want de bank heeH zich al
verbonden tot creditering. De excep/es van de banken onderling zijn niet
tegenwerpelijk MAAR in de prak/jk staat in de algemene bankvoorwaarden een
clausule waarin is bepaald dat wanneer een creditering vooraf zou gegaan zijn aan
het ogenblik waarop de bank de tegoeden daadwerkelijk heeH ontvangen, de
creditering gebeurt onder voorbehoud van een goede afloop. De gemeenrechtelijke
analyse wordt door de financiële instelling via hun voorwaarden aan de kan
geschoven. De AV moeten wel tegenwerpelijk zijn
- Verhouding opdrachtgever – beguns/gde
- Interbancaire verhouding
o Uitzondering: voorbehoud van goede afloop
§ Interbancaire afwikkeling van betalingstransac/es
• Tijds/p waarop deze verbintenis ontstaat
- Creditering rekening beguns/gde (België)
- Mogelijkheid kennis te nemen van de creditering (Duitsland)(BGH 23 november 1999,
WUB 2000, 421, noot T. Hellner)
- Einde 20ste eeuw was er een /jdsverschil: het was al gecrediteerd, maar je wist het bv pas
de dag erna ó nu is dit hetzelfde ogenblik.
- => Onderscheid nog nauwelijks van belang gelet op technologische ontwikkeling
5
,• Res7tu7everbintenis van de bankier: bankier moet het saldo dat op de rekening aanwezig is,
teruggeven aan de rekeninghouder
- Hoe kan deze worden uitgevoerd ?
o Geld a{alen aan een bankautomaat
o Kan de bank het rechtstreeks tav de rekeninghouder uitvoeren of ook via een
derde? Stel dat je een overschrijvingsopdracht geeH met als opdracht om 100 euro
naar de rekening van iemand over te schrijven. Door te betalen aan die derde die je
als rekeninghouder hebt aangewezen, voldoet de bank er ook aan.
- Ar/kel 1239 BW (voorheen van belang in het kader van de aansprakelijkheid voor niet-
toegestane betalingstransac/es): je betaalt bevrijdend als je het overmaakt aan de SE of
aan degene die gemach/gd is om het voor hem te ontvangen.
o Is nu art 5.198 BW
o Men zei dat de persoon die als beguns/gde werd aangewezen van een
betalingstransac/e gerech/gd is om voor de rekeninghouder te ontvangen. We
hebben vandaag gedetailleerde regels die bepalen wie het risico draagt van fraude,
van niet-toegestane betalingstransac/es. Op het einde van de 20ste eeuw bestonden
die regels niet. als men werd geconfronteerd met fraude, moest men terugvallen
op het OBW. De regeling was eenvoudig: als een fraudeur de opdracht gaf aan de
bank om zijn rekening te crediteren, dan voert de bank haar res/tu/everbintenis
niet correct uit. Ze betaalt niet aan degene die gemach/gd is om voor de
rekeninghouder te ontvangen, want het is niet de rekenhouder zelf die de opdracht
heeH gegeven om de rekening te crediteren, het is een niet-toegestane transac/e,
dus was er geen mach/ging om de gelden aan die persoon terug te geven. dit werd
in de RS ruim toegepast. Je moest zelfs geen fout aantonen in hoofde van de bank.
Het feit dat er geen instemming was vanwege de rekeninghouder met die
betalingstransac/e volstond om te zeggen dat het risico voor die transac/e voor
rekening van de bank was.
§ MAAR de regel was van supple/ef recht, dus ze wordt buiten werking gesteld
in geval van niet-toegestane betalingstransac/es. In de algemene
voorwaarden kon je lezen dat ar/kel 1239 BW niet van toepassing was in het
geval van een niet-toegestane betalingstransac/e.
§ => Je moest een fout aantonen in hoofde van de bank. Vroeger kon men de
bank enkel aansprakelijk stellen als je kon tonen dat jouw handtekening en
die van de fraudeur te veel verschilde, want de bank moest de handtekening
verifiëren à grove fout van de bank (in de jaren 2000 zaten we in een /jdperk
waarbij veel overschrijvingen nog op papier gebeurden. In geval van fraude
werd de handtekening van de opdrachtgever dan nagebootst door de
fraudeur)
§ Het is als reac/e op de RS en als reac/e op de RS van de AV dat men heeH
beslist om de problema/ek van de niet-toegestane betalingstransac/es
we\elijk te regelen. Ze hebben een RL betalingsdiensten uitgevaardigd voor
niet-toegestane betalingstransac/es
- Resultaatsverbintenis
o Rol van overmacht? Overmacht kan geen rol spelen. Financiële overmacht
aanvaarden we niet in ons recht. als je geld stort aan een automa/sch loket en
enkele uren later is er een diefstal. Je hebt nog al/jd een vordering tav de bank,
want de res/tu/everbintenis is ontstaan vanaf de gelden op je rekening stonden,
dus vanaf de stor/ng.
• Contractuele modalisering van gemeenrechtelijke res/tu/everbintenis (binnen bepaalde
grenzen)
6
,Elektronisch geld
• Defini/e in Europese Richtlijn
- (Richtlijn 2009/110/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009
betreffende de toegang tot, de uitoefening van en het pruden/eel toezicht op de
werkzaamheden van instellingen voor elektronisch geld)
- RL die het statuut willen bepalen, maar soms zijn er ook privaatrechtelijke regels over wat
er moet gebeuren bij uitgiHe en terugbetaling van elektronisch geld
- Elektronisch opgeslagen
- Monetaire waarde
- Die vertegenwoordigd wordt door een schuldvordering op de uitgevende instelling
(obligatoire verhouding)
o Je hebt een instelling, centraal die overgaat tot de uitgiHe van elektronisch geld en
degene die elektronisch geld krijgt, beschikt over een schuldvordering tav de
uitgever (gelijkenis tussen giraal geld en elektronisch geld: beide hebben een
schuldvordering tav een andere instelling)
- Uitgegeven in ruil voor ontvangen geld
o De uitgever van elektronisch geld gaat eerst een bepaald bedrag moeten verkrijgen
en enkel als hij dat bedrag heeH gekregen, kan hij in ruil daarvoor elektronisch geld
uitgeven. Je kan nooit meer elektronisch geld uitgeven dan het ontvangen bedrag.
Het ontvangen geld zal in de meeste gevallen giraal geld zijn door middel van een
overschrijving.
- Monetaire waarde moet als betaalmiddel wordt aanvaard door andere ondernemingen
dan de uitgever
o Stel dat concertorganisatoren gebruik maken van systemen waarbij je een
monetaire waarde moet opladen op een bandje om zo dingen te kunnen kopen. Je
vordering wordt dan terug ingewisseld. Als dergelijk systeem wordt ontwikkeld, kan
je dat beschouwen als elektronisch geld? Belangrijk voor de organisatoren, want
dan zijn ze uitgever en hebben ze allerhande verplich/ngen. Neen: het is een
monetaire waarde die je daar kan gebruiken, maar erbuiten is het onbruikbaar.
§ Zelfde met je epurse van Ugent
§ Als je het bandje kan gebruiken op meerdere fes/vals: kijken of het om één
uitgever gaat die meerdere fes/vals heeH of meerdere ondernemingen.
• Als er niet aan de componenten is voldaan: geen sprake van elektronisch geld
- Wat met bitcoin: het is een elektronisch opgeslagen monetaire waarde + kan worden
aanvaard door andere ondernemingen dan de uitgever. Heb je een schuldvordering tav
een uitgevende instelling en wordt bitcoin noodzakelijk verstrekt in ruil voor ontvangen
geld? Neen. Het is ook een community die een waarde gaat genereren en erkennen maar
er is geen centrale instelling waartegen je een schuldvordering hebt. Dat leidt tot de
vaststelling dat er geen juridisch kader is voor de virtuele munten omdat de RL niet van
toepassing is
• Geen crea/e van nieuw geld
• Teruggaveverplich/ng voor de emi\ent (at par) (= res/tu/everbintenis)
- Als je elektronisch geld weer wil inwisselen, moet dit mogelijk zijn. als je via overschrijving
100 euro elektronisch geld hebt verkregen en er is nog een saldo van 20 euro, dan moet
je dit kunnen terugkrijgen. De RL maakt het wel mogelijk dat er een kost verschuldigd kan
zijn, maar enkel als je het terugvraagt voor het einde van het contract. Kost mag nooit
hoger zijn dan de reële kost voor de betrokken instelling.
• Stel dat je op een fes/val geld over hebt op je bandje: kunnen ze een kost vragen voor de
teruggave? Moest de RL van toepassing zijn, dan zou het contract op het einde van het fes/val
aflopen en krijg je je geld terug zonder kost MAAR de RL is niet van toepassing, dus het is niet
geregeld. Als het zo wordt afgesproken tussen de par/jen, is dit mogelijk. Kijken als het in de
7
, AV staat + kijken als de AV tegenwerpelijk zijn (zijn ze voorafgaandelijk geïnformeerd + hebben
ze ingestemd)
Virtueel geld
• Volgens de ECB (2012):
- “a type of unregulated, digital money, which is issued and usually controlled by its
developers, and used and accepted among the members of a specific virtual community”
- Is vandaag niet meer geschikt
- Bitcoin kan wereldwijd worden geaccepteerd door degenen die bereid zijn zo’n betaling
te ontvangen en niet enkel accepted among the members of a specific virtual community
• Volgens Financial Crimes Enforcement networks (2013/2019):
- “a medium of exchange that operates like a currency in some environments, but does not
have all the aPributes of real currency” (no legal tender)
- Medium of exchange: eerste func/e van geld nl ruilmiddel
- We€g betaalmiddel:
o Als degene de betaling niet mag weigeren. Hier is een verkoper niet verplicht
betaling via bitcoin te aanvaarden, tenzij contractueel afgesproken
o In belgie is enkel chartaal geld een we€g betaalmiddel
§ Uitz: in art 7/4 is de verplich/ng ingevoerd voor ondernemingen om
consumenten de mogelijkheid te bieden om elektronisch te betalen. Is giraal
geld dan plots een we€g betaalmiddel tussen ondernemingen en
consumenten? Neen, want je kan als consument niet kiezen met welk
elektronisch betaalmlddel je zal betalen
• Voldoe je aan deze verplich/ng als je de mogelijkheid biedt tussen
cash en bitcoin? Nee dat zal niet volstaan omdat de virtuele munten
niet beschouwd kunnen worden als elektronisch betaalinstrument.
§ Nieuwe regel om de consumenten al/jd de mogelijkheid te bieden om cash
te betalen (uitz als het om veiligheidsredenen niet mogelijk is en er moet een
zekere propor/onaliteit bestaan tussen de waarde van het product en het
biljet waarmee je betaalt: niet voor een cola met 500 euro betalen)
• Volgens European Banking Authority (2019):
- “een digitale weergave van waarde die niet door een centrale bank of een overheid wordt
uitgegeven of gegarandeerd, die niet noodzakelijk aan een wePelijk vastgestelde valuta is
gekoppeld en die niet de juridische status van valuta of geld heeQ, maar die door
natuurlijke of rechtspersonen als ruilmiddel wordt aanvaard en die elektronisch kan
worden overgedragen, opgeslagen en verhandeld”
o Als het wel aan een vastgestelde valuta is gekoppeld: valt er ook onder bv stable
coins
- => zie ook ar/kel 2,40/1° Wet Financieel Toezicht
o Defini/e in WFT opgenomen om aan de FSMA de mogelijkheid te geven om mbt de
commercialisering van virtueel geld beperkende voorwaarden op te leggen bv art
30bis WFT. Art 30 bis WFT geeH de mogelijkheid aan de na/onale toezichthouder,
FSMA, om bij reglement de commercialisering van bepaalde financiële
instrumenten (die te grote risico’s inhouden, te complex zijn) te verbieden of om ze
aan beperkende voorwaarden te onderwerpen. Dit is uitgebreid tot virtuele
munten
o FSMA heeH hiervan gebruik gemaakt
• Voorbeeld: bitcoin, litecoin
• Verordening betreffende markten in crypto-ac/va (MiCA): heeH tot doel om regelen te
formuleren voor wat betreH bepaalde types van virtuele munten of bepaalde spelers die
8
, betrokken zijn bij de verhandeling ervan. Ook de crypto ac/va dienstverleners zijn aan regels
onderworpen
- Het is een eerste ingrijpen van de EU voor bepaalde types virtuele munten.
- 1) U/lty tokens
o Tokens die je recht geven op een bepaald product of dienst
o Bv je zoekt financiering voor een project en in ruil voor je bijdrage krijg je een token
die je recht geeH op een door het project gemaakt goed
- 2) Investment tokens
o Kunnen beschouwd worden aan financiële instrumenten bv token die je recht geeH
op mee te delen in de winst van een bedrijf. Voor dit soort bestaat er al voldoende
regelgeving. De regels van MICA zijn nvt
- 3) Payment tokens
o Vooral deze zijn interessant
- Uitslui/ng van
o Financiële instrumenten
o Elektronisch geld en central bank digital currencies
- De uitgevers moeten zorgen voor een witboek waarin allerhande informa/e wordt
gegeven aan poten/eel geïnteresseerde kopers van de virtuele munten.
o Voor de uitgevers is er voorzien in een specifieke aansprakelijkheid als er in het
witboek misleidende info staat of ontbrekende info. Deze aansprakelijkheid is een
regel van dwingend recht en kan niet worden wegbedongen
- à Payment tokens: gaat over munten die een stabiele waarde willen hebben à bitcoins
zullen niet onder MICA vallen
o Asset-referenced token (ac/va gerelateerde token = een type cryptoac/va dat een
stabiele waarde tracht te behouden door te verwijzen naar de waarde van diverse
fiduciaire valuta die een we€g betaalmiddel zijn, één of meer grondstoffen, of één
of meer cryptoac/va, of een combina/e van dergelijke ac/va)
§ Niet gekoppeld aan een munt zoals hieronder
o Electronic money token (elektronisch geldtoken = een type cryptoac/va met als
hoofddoel het gebruik als ruilmiddel en dat een stabiele waarde tracht te behouden
door te verwijzen naar de waarde van een fiduciaire valuta die een we€g
betaalmiddel is)
§ Hoofddoel is ruil, dus zeker geen investering
§ In de prak/jk zal het meestal gekoppeld worden met de US dollar
• In de marge: reglement FSMA betreffende reclame voor virtuele munten (2022 gestart en
reglement van 2023) (mag je evt meenemen naar het examen)
- Regeling voor wat betreH reclame voor virtuele munten. Op veel pla‚ormen werd er
reclame voor gemaakt en men wou dit aan voorwaarden onderwerpen. Men wou er zeker
van zijn dat poten/eel geïnteresseerde consumenten wisten dat er winsten uit kunnen
worden gehaald, maar dat ze ook weten dat er grote risico’s aan zijn verbonden. Nu: als
je reclame maakt voor virtuele munten die zich op belgische consumenten richt, dan moet
je in de reclame bepaalde vermeldingen opnemen
- Toepassingsgebied
o Virtuele munten
o Commercialisering bij consumenten
o Reclame gericht op België
§ Als het op een fanpagina is van een belgische club, dan is het duidelijk, maar
wat met reclame op de fanpagina van kevin de bruyne? Kan voor problemen
zorgen
o Ook als je het occasioneel doet ipv uit beroepsac/viteit
- Verplichte vermeldingen:
9
, o Waarschuwingen (o.a. Virtuele munten, reële risico’s. De enige garan7e in crypto is
het risico)
o Ontvangst vergoeding of voordeel bij gebruik beeltenis: men moet dan in de
reclame vermelden dat de persoon (waarvan bv een foto wordt gebruikt) een
voordeel of vergoeding ontvangt.
o Massacampagnes: verplichte voorafgaande kennisgeving aan FSMA
§ Massa: vanaf gericht op +25 000 consumenten
§ Als het geen massa is: a posteriori toezicht. Ze gaan niet voorafgaand
optreden, maar als er achteraf een inbreuk is, kunnen ze wel nog optreden
Betaling in geld
• Koopkrachtvermindering
- Wie draagt koopkrachtvermindering (infla/e) => principe van het monetair nominalisme
o Belangrijk in /jden van infla/e en je bent SE van bedragen op termijn
o Stel dat op 2/1/2023 een onderneming zich verbindt tot de betaling van 10 000
euro, waarbij de onderneming het bedrag moet betalen op 2/1/2024. gaat de SA,
de onderneming, aan haar betalingsverbintenis voldaan hebben als ze 10 000 euro
betaald of kan men verwachten dat de onderneming een hoger bedrag moet
betalen omdat ze rekening moet houden met infla/e à draagt de SE of de SA het
risico op infla/e? We passen het principe van het monetair nominalisme toe (is
enkel in het BW ingeschreven bij een lening, maar passen we ruim toe). Dit principe
zegt dat een SA is bevrijd vanaf men het in de overeenkomst vermelde bedrag
betaalt à risico zal ten laste van de SE zijn als de par/jen niets anders hebben
afgesproken.
- Toepassingsgebied: geldschulden
o Niet: waardeschulden: gaat over schadevergoedingen die worden vastgesteld
omwille van een onrechtma/ge daad. Als het daarover gaat, geldt het principe van
het monetair nominalisme niet
o Speelt zowel voor na/onale als interna/onale rela/es. Stel dat par/jen een
overeenkomst maken dat een Europees bedrijf 5000 euro moet betalen aan een
Amerikaans bedrijf 3 maand na het sluiten van de overeenkomst. Stel dat de euro
in die periode sterk zou devalueren en de Amerikaanse onderneming veel minder
dollar kan aankopen met die 5000 euro, dan nog gaat de Europese onderneming
bevrijdt zijn door de betaling over te maken.
- Niet van openbare orde / dwingend recht (Cass. 30 mei 1929, Pas. 1929, I, 206):
o SE kan zich indekken tegen het risico. Je kan ervan afwijken in je contract: in de
overeenkomst ga je bepalen hoe de prijs in de toekomst moet worden aangepast.
Dat is mogelijk omdat het monetair nominalisme noch van openbare orde, noch
van dwingend recht is.
o De par/jen kunnen vrij afspraken maken omtrent de invulling van die bescherming.
Ze kunnen bepalen obv welke parameters de prijs zal worden aangepast. Dat is
enkel mogelijk als er geen bijzondere wetgeving is die geen andere regels gaat
opleggen. Bv reglementering woninghuur bepaalt dat indexering mogelijk is, maar
enkel wat betreH de gezondheidsindex. Par/jen zijn dus niet vrij welk mechanisme
ze gaan gebruiken.
o Beschermingstechnieken
o Vrije keuze mits uitzonderingen
§ Woninghuur
§ Ar/kel 57 §2 Wet betreffende economische herstelmaatregelen van 30 maart
1976:
10