Soorten correlationeel onderzoek:
- Tevredenheid Data (customers satisfaction)
- Peilingen over politiek (political polls)
- Data verzameld door overheid (government statistics)
Soorten correlationele data:
● incidenteel (organic) ;
➢ aspirational (zelf data creëren)
➢ Transactionele data (gegevens creditcard, lidmaatschap etc..)
● doelbewust (designed) ; experiment, survey, administratieve data
Infertiele doelen: beschrijving - causaal verband - voorspelling
Methodes Survey:
● Face-to-face (CAPI ; computer assistant personal interview)
● Post
● Telefoon (CATI; Computer assistant telephone interview) internet / mixed-mode
● Internet
● Mixed-mode ( samenvoeging van de 2 bovenstaande methoden)
➢ Verschillen tussen de methodes :
- mate van betrokkenheid interviewer
- mate van interactie met respondent
- mate van privacy
- Kanalen van communicatie ( visueel of auditief)
- Gebruik van technologie
Random digit dialing : Random 10 cijfers van telefoonnummer wordt gebeld
Soorten mix-mode designs:
- 2e platform ter ondersteuning voor wie het 1e platform niet kan gebruiken
- uitnodiging via 1 platform voor ander platform
, - reminder op 1 platform voor het ander platform
- ene platform voor basisvragen en andere platform voor sensitieve informatie
Panel- Survey: interview met respondenten over tijd
Cohort : groep die hetzelfde heeft meegemaakt (in onderwijs vaak sprake van jaarlaag)
➢ cohort effect: als er verschillen zijn tussen de cohort groepen
➔ Potentiële fouten: Uitval (desinteresse) , Learning effect : bij constant dezelfde
vragen leer je een standaard antwoord
Fouten: Kijk ook naar KOM smv
Dekkingsfout (coverage error): Lijst niet overeen met populatie. (deel populatie geen kans
om mee te doen)
Steekproeffout (sampling error) :hoe kleiner steekproef > hoe groter steekproeffout :
data steekproef niet overeen met populatie
Non-response fout : niet iedereen die uitgenodigd is voor het onderzoekt doet ook mee
- unit-nonresponse : helemaal niet antwoorden
- Item-nonresponse : deels niet invullen
Aanpassingfout : groepen zijn onder/oververtegenwoordigd -> antwoorden van die
groepen zwaarder / minder zwaar mee laten tellen.
Imputation : proces waarbij ontbrekende gegevens worden vervangen door vervangende
waarden. (bijv value 9)
Measurement error :respondenten geven inaccurate antwoorden door survey methode /
slecht verwoordde vragen / gedrag van mensen
Processing error : fout bij berekenen van statistieken / maken van tabellen
Validiteit meten :
- sterkte van de correlatie
- sterkte en richting van de
lineaire relatie tussen twee
interval/ratio variabelen
- weergeven met r
- waarde tussen -1 en 1
Question bias : Vertekeningen in vragen
- verwoording : moeilijke woorden, zinsconstructie, negatief gestelde vraag
- leading question : geen neutraliteit in vraagstelling
- Double-barreled vraag: vragen met 2 verschillende concepten (eens met a/b)
- gevoelige vragen: waar je niet over praat (geld,thuissituatie)
- Telescoop Effect : hoe langer je terug moet in de tijd > hoe groter de vertekening.
- volgorde effect : volgorde waarin je vragen stelt heeft invloed op hoe de vragen
worden beantwoord.
response biases: vertekeningen in antwoorden
- shortcuts : niet genoeg tijd om te lezen / halverwege stoppen
- social desirability : voorbeeldige antwoorden geven
- acquiescence : neiging om het eens te zijn met stellingen
- Primacy / recency effect : Eerste (sites) of laatste opties (survey) kiezen
- straightlining
- Fence-sitting : niet kiezen voor de allerlaagste of hoogste score van likertschaal
Correlationeel Hoorcollege 3: Reliability en Regression .
2 manieren om likertscore te berekenen:
- som van alle scores ( probleem als 1 item niet is ingevuld)
- Gemiddelde van scores
Cronbach’s Alpha : meet betrouwbaarheid, hoeverre hangen individuele vragen in survey
met elkaar samen ( correlatie tussen alle items)
De waarde die uit Cronbach’s Alpha komt ligt vaak tussen 0 en 1.
Als een bepaalde item niet goed past bij de andere items kun je soms die verwijderen
zodat je de betrouwbaarheid verbeterd ( een hogere Cronbach's alpha krijgt)
Je kijkt bij item verwijderen naar twee waarden:
● corrected item-total correlation : lager dan 0.2 (aanmerking voor delete)
● Cronbach’s Alpha if item deleted : gaat cronbach’s alpha omhoog?
verwijder item altijd 1 voor 1
NHST Stappen :
1. formuleer nulhypothese en alternatieve hypothese
2. verzamelen van data
3. Bereken de p-waarde (correlatie /t-toets)
4. Bedenk of je nulhypothese wilt verwerpen
REGRESSIE :
● de variabele die wordt voorspeld is afhankelijk en is de Y
● De onafhankelijke variabele is de x
● gebruikt de methode “least squares regression”
● 𝑌 = 𝑏0 + 𝑏1x 𝑏0 is de Y-intercept en 𝑏1 is de richtingscoëfficiënt
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lindekneepkens. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.