⚡ Social Media moduleopdracht NCOI Cijfer: 8 ❗
Tout pour ce livre (6)
École, étude et sujet
Hogeschool Zuyd (HZ)
Facility Management
Social media management
Tous les documents sur ce sujet (1)
9
revues
Par: jolietriepels92 • 4 année de cela
Par: cgabriella79 • 3 année de cela
Traduit par Google
Thank you
Par: demibrouwer1 • 4 année de cela
Par: cgabriella79 • 4 année de cela
Traduit par Google
Thank you
Par: sushilchhantyal • 4 année de cela
Par: cgabriella79 • 4 année de cela
Traduit par Google
Thank you
Par: verenacrutzen98 • 5 année de cela
Par: lucengels • 5 année de cela
Par: cgabriella79 • 5 année de cela
Traduit par Google
Thank you, success with learning
Par: marianneiden • 5 année de cela
Par: cgabriella79 • 5 année de cela
Traduit par Google
Thank you, success with learning
Par: andreavanduijn • 5 année de cela
Par: cgabriella79 • 5 année de cela
Traduit par Google
Thank you, success with learning!
Afficher plus de commentaires
Vendeur
S'abonner
cgabriella79
Avis reçus
Aperçu du contenu
Samenvatting Social Media Management
Hoofdstuk 1 introductie in socialmediamanagement
1.1
Social media is een plek waar veel mensen samenkomen. De uitgewisselde informatie is breed
toegankelijk en interessante berichten verspreiden zich als een lopend vuurtje. Het is voor een
organisatie steeds belangrijker geworden om meer grip te krijgen op wat er via social media over hun
merk wordt gezegd en over hun producten wordt geadviseerd. Service medewerkers proberen via
social media de interactie met hun doelgroep zo soepel mogelijk te laten verlopen. Ze stimuleren dat
er vooral positieve berichten over het merk en de producten worden gepubliceerd. Daarbij
balanceren ze steeds tussen de grens welkom zijn en opdringerig worden ervaren.
1.2
WWW = world wide web
Social media = een groep van internet gebaseerde applicaties die voortbouwen op de ideologische
en technologische fundamenten van web 2.0 en de creatie en uitwisseling van door gebruikers
gegenereerde inhoud toelaat.
Simpele definitie social media = webapplicaties waar gebruikers zonder tussenkomst van derden
informatie kunnen cree2ren en delen en daar met elkaar over kunnen communiceren.
In deze definitie zijn twee aspecten van belang.
1. De gebruikers zijn degenen die de inhoud van social media creëren. Dit wordt ook wel ‘user
generated content’ genoemd.
2. De gebruikers doen dat zonder tussenkomst van derden.
Moderatoren zijn vaak de oorspronkelijke oprichters van een interessegroep als Linkedin. Linkedin is
bijvoorbeeld ontegenzeggelijk een socialmedianetwerk, maar in de interessegroepen zijn er wel
moderatoren. Zij kunnen ongewenste berichten zoals verkooppraatjes en vervelende opmerkingen
verplaatsen of verwijderen. Dan is er wel sprak van tussenkomst van derden, maar dat doet niets as
aan de intentie van deze netwerken om gebruikers de vrijheid te geven om alles te delen.
Om goed te begrijpen hoe organisaties social media kunnen inzetten binnen hun commerciele beleid,
is het van belang dat je inzicht hebt in de rol van social media in de maatschappij en voor het
individu.
1.3
Invloed van social media op de maatschappij:
• Communicatie tussen vrienden en familie verandert
• Maakt het mogelijk dat groepen mensen taken overnemen die vroeger door organisaties
werden uitgevoerd. (bijv. Reisbureaus en nu facebook pagina’s met reizen)
• Manier waarop publieke debat plaats heeft en politieke meningen worden gevormd
• Nieuwes wordt razend snel gedeeld
• Kennis wordt wereldwijd gedeeld en verspreid
• Manier waarop mensen betrokken worden bij goede doelen en particuliere initiatieven
• Social media heeft sharing economy mogelijk gemaakt
sharing economy = mensen delen hun bezit en verlenen elkaar diensten
• Manier waarop nieuwe werknemers worden geworven
• Belang van personal branding is vergroot door social media
, • Belang van social capital is toegenomen
social capital = de opgetelde waarde van iemands netwerken en wat deze netwerken voor
hem of haar kunnen betekenen.
Nadelen opkomst social media:
• Cyberbullying (pesten via internetkanalen)
• Sexting (delen van seksueel getinte foto’s of berichten via internet)
• Socialbesitas (socialmediaverslaving)
• Toegenome gebruik van social media kan ook leiden tot privacy issues
Alle activiteiten op social media dragen bij aan je digitale voetafdruk. Dit is informatie die onder
meer achterblijft als je resultaat van wat je zoekt, de webpagina’s die je bekijkt, de apparatuur die je
op internet aansluit en wat je via social media publiceert. Een gedeelte daarvan wordt door cookies
opgeslagen op je computer. Andere kunnen met deze openbaar edeelde informatie een profiel
opstellen. In dit kader is lifelogging, willekeurige verzameling van informatie over iemand leven en
gedrag, een veel toegepaste techniek. Bijvoorbeeld het jaarlijks overzicht dat facebook maakt van de
belangrijkste gebeurtenissen op je tijdlijn.
1.4
Social media wordt gebruikt
• Voor sociale interacties
• Voor het zoeken van informatie
• Als tijdverdrijf
• Als entertainment
• Voor ontspanning
• Om opinies te geven
• Als communicatie middel
• Vanwege makkelijke toegankelijkheid
• Om informatie te delen
• Om onderwerpen of mensen te volgen
Achter deze redenen liggen diepere motivaties verscholen. Er is een onderscheid tussen mensen die
posten en mensen die volgen. Zhu en chen onderscheiden vier categorien social media die ieder
specifieke behoeften bevredigen.
1. Relatiemedia
social media die gebaseerd zijn op een profiel, dis draaien om specifieke personen en vooral
persoonlijke berichten zoals WhatsApp. Degene die dit doen, doen dit vooral uit behoeften
voor communicatie en hun relatie te onderhouden.
2. Zelfpresentatiemedia
social media waarbij mensen een op hun profiel gebaseerd account hebben, maar geen
directe, persoonlijke berichten versturen. ‘posters’ kunnen mensen maar ook bedrijven en
beroemdheden zijn. Mensen die daar berichten op zetten doen dat vanuit de wens om
populair te zijn en invloed te hebben.
3. Creatieve kanalen
inhoud gebaseerde social media die boodschappen verspreiden aan een breed publiek.
Bijvoorbeeld platforms voor video sharing en photo sharing zoals instagram. Degene die
hierop posten doen dit uit behoefte aan zelfactualisatie een gevoel dat ze het beste uit
zichzelf halen en het leven betekenis geven.
4. Samenwerkingsmedia
Social media die zich richten op samenwerking. Inhoud gebaseerd maar de berichten zijn
, persoonlijk. Daaronder vallen bijvoorbeeld de social games en ‘collaborative communities’
zoals wikipedia.
Online community = online content bieden op een speelde manier. Er is dan sprake van een cultuur
die door de community zelf wordt beheerd, er ontstaat creatie van intellectuele, sociale ne culturele
waarde voor de deelnemers.
Intellectuele waarde = dat mensen blij zijn met de kennis die zij opdoen of de informatie die zij
krijgen, wat hen weer motiveert om door samenwerking rot een hogere kwaliteit van de content te
komen.
Sociale waarde hangt samen met het participeren en interacteren in de activiteiten, terwijl de
culturele waarde voortkomtuit het feit dat mensen terwijl ze samenwerken gemeenschappelijke
normen ontwikkelen.
Online brand community = alles in het werk zetten om een sterke binding op hun platform te laten
ontstaan, dit leidt tot grotere betrokkenheid bij het merk en loyale klanten.
1.5
Owned media = eigen kanalen
Bought media = betaalde kanalen
Earned media = spontante berichten of uitingen van gebruikers
van social media, maar ook gedeelde en gelikete berichten.
Tegenwoordig wordt er gesproken over paid media in plaats
van bought media. Met de opkomst van social media is het
belang van earned media t.o.v. de owend en paid media enorm
toegenomen.
Belangrijkste beranderingen voor bedrijven door social media
(van dolen):
• Consumenten gaan produceren (mening geven)
• Consumenten staan door social media met elkaar in verbinding en delen alles
• Consumenten lezen meningen en uitingen van anderen waardoor het beslissingsprocess
verandert
• Consumenten bundelen hun krachten via social media
, Labrecque inderscheidt vier bronnenn van macht van de
consument
1. Vraaggebaseerd
komt voort uit het consumptie- en aankoopgedrag
dat wordt opgeroepen door internet- en
socialmediatechnologieën.
2. Informatiegebaseerd
bestaat uit de mogelijkheid voor de consument om
informatie over producten en diensten te vergaren
en produceren.
3. Netwerkgebaseerd
komt voor uit de mogelijkheid voor consumenten om binnen hun sociale netwerken
informatie te delen, te combineren, aan te vullen en te verbeteren.
4. Crowdgebaseerd
gestoeld op de mogelijkheid om middelen te delen, te mobiliseren en te structureren op een
manier waarvan zowel individuen als groepen kunnen profiteren.
Peer-to-peer-probleemoplossing =
Social media piramide
Monitoren = meten hoeveel er gesproken wordt
over het merk, of er sprake is van een positief of
negatief sentiment, welke onderwerpen trending
zijn.
Luisteren en kijken = kijken naar individuele
berichten en zich afvragen hoe daarop te
reageren.
Outside-in = monitoren en luisteren
Reageren = op vragen, klachten, opmerkingen ect.
Conserveren = combinatie van luisteren en
reageren
Inside-out = reageren en creëren
Creëren = in deze fase gaat de organisatie zelf publiceren via social media
Bedrijven zetten social media in voor:
• Marketing
• Customer relationship management
• Informeren en delen van kennis
• Samenwerking binnen en tussen bedrijven en met klanten
• Bedrijfscommunicatie intern en extern
• Opleiding en training
4C-Model
Customer experience; social media inzetten om klantervaring te verbeteren. Soacial medai kan een
touchpoint zijn, een plaats waar de onderneming met de klant communiceert.
Conversatie; observeren, faciliteren en participeren in gesprekken op social media.
Content; de organisatie geeft klanten iets om over te praten
Collaboratie; mensen worden betrokken bij wat het bedrijf doet. Belangrijke begrippen zijn
samenwerken en co-creatie. De visie van de klant moet het uitgangspunt zijn van beslissingen.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur cgabriella79. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.