H4: Invloed van darmen op
immuunsysteem
Inleiding H4:
Wetenschappers hebben onderzocht of de darmen (en darmflora) zelf ook invloed kunnen uitoefenen op het
immuunsysteem. Ze hebben meerdere dingen gezien en gevonden. In dit hoofdstuk wordt er gekeken of de
darmflora en dus de darmen ziektes veroorzaken in het lichaam.
4.1 Darmflora
Om te begrijpen hoe de darmflora ziektes veroorzaken moet er eerst begrepen worden wat de darmflora is,
wat het doet en wat darmflora in dysbiosis doet. Hieronder wordt het allemaal uitgelegd.
4.1.1 Wat is de darmflora?
Darmflora, ook wel darmmicrobioom of darmmicrobiota zijn kleine micro-organismen die op de darmwand
leven. De darmen bevatten de grootste hoeveelheid microbioom van het gehele lichaam. Maar liefst 98% van
de micro-organismen die in de darmen leven, worden vertegenwoordigd door 4 bacteriestammen (fyla). De
Firmicutes, de Bacteroides, de Proteobacteria en de Actinobacteria leven allemaal in de darmen. De darmflora
speelt een belangrijke rol bij het verteren van voedsel en het opnemen ervan. Ook maken ze vitaminen aan die
vaak van essentie zijn voor het lichaam. Ook heeft het een grote rol in het stand houden van het
immuunsysteem. Maar liefst 80% van alle darmflora (de vier bacteriestammen) is afhankelijk van het
immuunsysteem. (Koster & Thio, 2021)
4.1.2 Verstoring van de darmflora
De darmflora is dus zeer afhankelijk van het immuunsysteem en zo is het immuunsysteem ook afhankelijk van
de darmflora: het eten wat een organisme opeet heeft invloed op de immuniteit van het organisme. De plaat
van Peyer, ook wel GALT genoemd (Gut-Associated-Lymphoid-Tissue), ligt in het distale ileum, dit is het laatste
gedeelte van de dunne darm. De GALT bestaat uit lympfoïd weefsel in aggregaten, een aantal dingen die
samenkomen in één plaats, maar niet met elkaar verbonden zijn. (Encyclo.nl, z.d.) In dit geval het lymfoïde
weefsel. Het lympfoïde weefsel is het weefsel van de lymfe. In deze weefsels zitten veel T-cellen (witte
bloedcellen die lichaamsvreemde stoffen aanvallen) die communiceren met het darmmicrobioom. Bij een
verstoring in het darmmicrobioom door bijvoorbeeld ziekte, een infectie of een behandeling met medicijnen
zoals antibiotica, (Koster & Thio, 2021) antibiotica doden namelijk niet alleen schadelijke bacteriën, maar ook
de nuttige bacteriën, zoals de darmflora, raakt de darmflora verstoord en ontstaan er lege plekken op de
darmwand. (Maag Lever Darm Stichting, 2016)
Hier is het lichaam niet van gediend en doet hier dus iets tegen. Door deze verstoring
van het darmmicrobioom, ook wel dysbiosis genoemd, vallen de T-cellen de darmflora aan en is er dus sprake
van een auto-immuunziekte. De rol van deze micro-organismen wordt duidelijk bij IDB’s, maar ook bij niet-
auto-immuun-gerelateerde ziektes. Ziektes zoals atherosclerose is hier een voorbeeld van. Doordat er een
verstoring in de metabolieten van de darmflora, eind- en/of tussenpoducten van eencellige organismen (zoals
darmflora), ontstaat, kan dit dan weer bijvoorbeeld leiden tot hart- en vaatziekten. (Koster & Thio, 2021)
4.2 Darmflora veroorzaken ziektes?
Zoals eerder in 4.1.2: Verstoring van darmflora weergegeven kan het zijn dat niet het immuunsysteem ziektes
veroorzaken, maar ook de darmflora zelf. In het voorbeeld stond dat de metabolieten van het al verstoorde
darmflora hart- en vaatziektes kan veroorzaken. Hier wordt verder uitgelegd wat voor invloed darmflora
uitoefenen op het immuunsysteem en de rest van het lichaam.
4.2.1 Neurodegeneratieve ziektes door darmflora
Uit veel recentelijk onderzoek is gebleken dat de metabolieten van darmflora veel invloed hebben op het
behouden van darmhomeostase, het in evenwicht houden van de darm (denk hierbij aan geen ziekte en niet
een te snelle vertering, maar ook niet een te langzame), maar integendeel, ook het ontstaan van ziektes kan
veroorzaken, mocht het verstoord zijn/uit balans zijn/geen tot weinig darmhomeostase meer hebben.
Metabolieten spelen dus een sleutelrol in de darmen, maar ook voor het gehele immuunsysteem. (Chen, Zhou,
21
PWS Darmziektes
, & Wang, 2021)
Recente studies hebben laten zien dat de darmflora door middel van communicatie en uitstoten van
bepaalde stoffen het zenuwstelsel kunnen moduleren via de axonen en dendrieten (zenuwbanen) tussen de
darmen en de hersenen. Dit op zijn beurt speelt weer een rol op het ontstaan van Parkinson. Niet alleen
Parkinson kan hier door ontstaan, maar ook Alzheimer. Door middel van de darmflora’s hun communicatie met
de hersenen door middel van chemische stoffen, zenuwbanen of via het immuunsysteem zelf, kan dit dus
zorgen voor neurodegeneratieve ziektes zoals de ziekte van Parkinson en de ziekte van Alzheimer. (Chen, Zhou,
& Wang, 2021)
4.2.2 Hart- en vaatziekten door darmflora
Zoals eerder in 4.1.2: Verstoring van darmflora en in 4.2: Darmflora veroorzaken ziektes? al benoemd, kan het
microbioom in de darmen hart- en vaatziektes veroorzaken. Hypertensie, atherosclerose en hartfalen zijn
allemaal bekende hart- en vaatziekten waaraan vele mensen doodgaan. (Chen, Zhou, & Wang, 2021)
Hypertensie is één van de grootste oorzaken dat mensen overlijden aan hart- en vaatziektes. Van
hypertensie krijg je een te hoge bloeddruk doordat bij elke hartslag de aderen samen knijpen en dan weer
ontspannen. (UMCG, z.d.) Dit leidt tot grotere risico’s tot hart- en vaat ziektes. Dit leidt weer tot een beroerte
of hartinfarct (Hartstichting, z.d.) Recentelijke studies brachten dit ook in verband met het darmmicrobioom.
Hierbij werd ook de connectiviteit tussen de darmen en de hersenen, de verandering in bacteriepopulaties in
de darmen en de veranderingen van de darmfunctie mee in verband gebracht. (Chen, Zhou, & Wang, 2021)
De verandering van de darmflora en dus de bacteriepopulaties spelen een grote rol in de verandering
en regulering van de bloeddruk. De darmflora doen dit doormiddel van het uitstoten van hun metabolieten
waarvan sommigen worden opgenomen in het bloed. Deze metabolieten tasten in de hersenen de regulering
van de bloeddruk aan en er ontstaat zo, op deze manier, hypertensie. (Chen, Zhou, & Wang, 2021)
4.3 Darmflora invloed op IBD’s
IBD’s hebben invloed op de darmflora, maar na onderzoek blijkt dit niet altijd het geval te zijn. Hier wordt
verder uitgelegd wat de darmflora doet voor het immuunsysteem en wat voor invloed het dus heeft op IBD’s.
4.3.1 Probiotica en prebiotica
De cellen in de dikke darm (beide eukaryotische en prokaryotische cellen) liggen in een natuurlijk evenwicht
samen. Wanneer hier een verstoring in is, ontstaat er een IBD. Normaalgesproken hoort het darmmicrobioom
in de darmen er voor te zorgen dat er sprake is van homeostase in de darmen. Onderzoekers hebben gevonden
dat probiotica en prebiotica ervoor zorgen dat er verlichting is bij de IBD’s.
Probiotica zijn voedingssupplementen met voldoende levende micro-organismen. De meest voorkomende zijn:
lactobacillen en bifidobacteriën. (Phital, z.d.) Prebiotica zijn verbindingen in het voedsel die de groei en/of
activiteit van de schimmels bevorderen. Prebiotica zit meestal in het maag-darmkanaal en kan de samenstelling
van de het darmmicrobioom wijzigen. (Wikipedia, 2023)
4.3.2 Darmflora wordt niet geaccepteerd
Zoals in H3: Auto-immuunziektes, IBD’s en darmflora vermeld, wordt gezegd dat het immuunsysteem
lichaamsvreemde stoffen aanvalt en uiteindelijk uitschakelt. Uit onderzoek is gebleken dat de commensale (=
niet vijandige) darmflora van mensen met een IBD niet door het immuunsysteem geaccepteerd worden. Het
immuunsysteem is daarom constant actief. Dit geldt voor beide responsen (humoraal en cellulair). Dit blijkt ook
uit onderzoeken waarbij de ontstekingen van de IBD’s op plekken werd gevonden met een hoge concentratie
aan darmflora. Ook zou antibiotica, hetgeen wat de darmflora doodt en wat de darmhomeostase dus doet
verbreken, de ziektes verlichten die zich in de darm bevindt. Wat nog opvallender was, is het feit dat
organismen die geen darmflora hadden geen eens een IBD konden krijgen.
In dit onderzoek werden zogenaamde transgene HLA-B27 ratten gebruikt die geen
darmflora hadden (zie figuur 10 en 11). Deze ratten waren in een kiemvrije ruimte groot gebracht. De ratten
konden vergeleken worden met de darmen van de mens: als de mens ook geen darmflora zou hebben, kon de
mens ook geen IBD krijgen. Dit stelt dus weer vast dat darmflora dus daadwerkelijk invloed heeft op het
ontstaan van IBD’s. (Taurog, et al., 1994) Dit allemaal versterkt het feit dat IBD’s, darmflora en de
afweerrespons (beide cellulair en humoraal) hand in hand lopen. (Phital, z.d.)
22
PWS Darmziektes
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur noamvdberg01. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,04. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.