Kennismaking met Onderzoek en Statistiek (201800051)
Établissement
Universiteit Utrecht (UU)
Book
Research Methods in Psychology
Een uitgebreide samenvatting voor het vak 'kennismaking met onderzoeksmethoden en statistiek' van de sociale wetenschappen aan de universiteit Utrecht. Deze samenvatting bevat de stof uit het boek 'research methods' die nodig is voor deeltoets 3. Alle dikgedrukte termen worden in de samenvatting ui...
Samenvatting Theoretische Introductie in Onderzoeksmethoden (PSBA1-27) - Research Methods in Psychology
BETH MORLING RESEARCH METHODS IN PSYCHOLOGY Third Edition
Summary Research Methods in Psychology/ Inleiding Methodenleer (424502-B-5) - Achieved an 8.5 myself!
Tout pour ce livre (68)
École, étude et sujet
Universiteit Utrecht (UU)
Psychologie
Kennismaking met Onderzoek en Statistiek (201800051)
Tous les documents sur ce sujet (1)
5
revues
Par: isabellenijholt • 5 année de cela
Par: jasmijnvennink • 5 année de cela
Par: claudiaonaca • 6 année de cela
Par: bitterlmn • 6 année de cela
Par: oliviafokke • 6 année de cela
Vendeur
S'abonner
psy99
Avis reçus
Aperçu du contenu
KOM samenvatting deeltoets 3
College 6B (p. 273- 282) deel 1
In de psychologie betekent de term experiment dat een onderzoeker op ten minst één variabele
manipuleert en de andere opmeet. Een gemanipuleerde variabele is een variabele die
gecontroleerd wordt, zoals wanneer onderzoekers de participanten op een bepaald level indelen.
De levels waarop je participanten in kan delen noemen we conditions. Een gemeten variabele
wordt door de onderzoeker opgemeten.
De gemanipuleerde variabele noemen we ook wel een onafhankelijke variabele. De gemeten
variabele noemen we de afhankelijke variabele of outcome variabele. Een experiment moet altijd
een afhankelijke en een onafhankelijke variabele hebben, maar meerdere afhankelijke variabelen
zijn ook mogelijk.
De onafhankelijke variabele zien we altijd op de x-as. De afhankelijke variabele zien we op de y-
as.
Een variabele die door de onderzoeker expres constant wordt gehouden noemen we een controle
variabele. Bijvoorbeeld: je doet een onderzoek met pasta en je zorgt er voor dat alle participanten
precies dezelfde pasta krijgen op dezelfde manier. De pasta is dan de controle variabele. Een
controle groep is een level van een onafhankelijke variabele om te laten zien wat de resultaten
zijn zonder enige behandeling en in een neutrale situatie.
Groepen die geen controle groepen zijn noemen we treatment groups. Als we een controle groep
hebben waarin we net doen alsof er wel behandeling is dan spreken we van een placebo groep.
Herhaling regels voor een causatie:
- Coveriance: er moet een duidelijk verband zijn tussen de variabelen.
- Temporal precedence: de ene variabele moet eerder plaats vinden dan de andere.
- Interne validiteit: er mogen geen andere verklaringen zijn.
Comparison group: iets waarmee je je verwachtingen kan vergelijken. Er is in een onderzoek
altijd een comparison group nodig, maar dit hoeft niet altijd een control group te zijn.
Er kunnen meerdere mogelijke verklaringen zijn voor een bepaalde uitkomst van het onderzoek.
Deze alternatieve verklaringen noemen we confounds. Deze bedreigen de interne validiteit.
College 6B (p. 479- 483) deel 1
Inferentiële Statistieken: technieken die kansberekeningen en waarschijnlijkheid gebruiken om
onderzoekers zo te helpen om beslissingen te maken over de betekenis van de data.
Nul hypothese significantie toetsen (NHST) is nodig om te bepalen of het onderzoek statistisch
significant is. Hiermee bekijken of we een bepaald resultaat hebben gekregen door toeval of omdat
het ook echt zo in de populatie voorkomt. Dit doen we in 4 stappen:
1. We gaan er van uit dat er geen effect/ relatie is tussen de variabelen. Dit doen we door uit te
gaan van de nul hypothese.
2. We gaan data verzamelen.
3. We gaan de waarschijnlijkheid (p) uitrekenen.
4. We gaan kijken of we de nul hypothese aanvaarden of verwerpen. Als p heel klein is dan
verwerpen we de nul hypothese en gaan we dus geloven in het onderzoek. We bepalen bij
welke p we de nul hypothese gaan verwerpen door middel van het alpha level. Dit is het punt
waarop we beslissen dat de p te hoog is om de nul hypothese te verwerpen. In de psychologie
verwerpen we een nul hypothese bij p < 0.05 dus 5%.
, College 6B (p. 491- 495) deel 1
Een t test maakt het mogelijk voor onderzoekers om te toetsen of het verschil tussen de twee
groepen statistisch significant is. Dit doen we ook door middel van 4 stappen:
1. We stellen een nul hypothese op.
2. We gaan de data organiseren. We moeten voor een t test zowel weten wat het verschil is
tussen de twee gemiddeldes van de groepen als wat de variatie is in elke groep. t is groter als
het verschil tussen M1 en M2 kleiner is. t wordt ook groter als de SD kleiner is. Met deze twee
waardes gaan we dus t uitrekenen.
3. We gaan nu kijken wat de waarschijnlijkheid van het onderzoek is als we er van uit gaan dat de
nul hypothese klopt. Bij een nul hypothese gaan we er van uit dat t=0. Door kans kan dit echter
ook hoger of lager zijn. Dit doen we door de t waarde van ons onderzoek te vergelijken met de
t waarde die we zouden hebben als we van de nul hypothese uitgaan. Dit doen we met een
‘sampling distribution’. Hierin kunnen we de cruciale waarde zien: dit is de t waarde die
samenkomt met het bereiken van het alpha level.
4. Gaan we de nul hypothese verwerken of behouden? We doen dit door dezelfde conclusie te
trekken als bij een NHST. Als p < 0.5 dus 5% dan verwerpen we de nul hypothese.
College 7A (p. 98- 105) deel 1
Het institutioneel review board (IRB) is een comité die verantwoordelijk is voor het interpreteren
van ethische standaards en ze zorgen er voor dat onderzoek menselijke participanten ethisch
correct gebruikt.
De volgende termen komen terug in dit hoofdstuk:
- Informed consent: de onderzoeker is verplicht om de studie goed uit te leggen aan de
participanten en ze moeten de participanten zelf laten kiezen of ze aan het onderzoek mee
willen doen.
- Debriefing moet plaats vinden als er gebruik is gemaakt van deceptie (bedrog). De onderzoeker
moet dan met de participanten gaan zitten en ze duidelijk uitleggen waarom ze bedrogen zijn en
wat ze precies hebben gedaan. Ook bij onderzoeken waar geen bedrog plaats heeft gevonden
vindt soms debriefing plaats.
- Plagiaat: doen alsof ideeën of woorden (van andere mensen) van jou zijn terwijl dat in
werkelijkheid niet zo is. Dit doen we volgens APA. APA staat voor American Psychological
Association.
- Research misconduct houdt in dat resultaten worden gemanipuleerd. Er zijn twee vormen:
- Data fabrication: in plaats van kijken naar wat er écht in het onderzoek is gebeurd gaat de
onderzoeker alleen kijken naar resultaten die zijn hypothese bevestigen.
- Data falsification: onderzoekers gaan de resultaten van een onderzoek beïnvloeden door
bijvoorbeeld bepaalde observaties van de data weg te halen of door participanten zo te
beïnvloeden dat ze zich naar de hypothese gaan gedragen.
College 7A (p. 282- 286) deel 1
Een design confound is een fout die de onderzoeker maakt bij het ontwerpen van de afhankelijke
variabele. Het is eigenlijk een tweede variabele die een alternatieve uitleg voor de resultaten biedt.
Het is zo dus een bedreiging voor de interne validiteit. Denk bijvoorbeeld aan het onderzoek
waarin er werd onderzocht of het beter werkt om aantekeningen om de laptop te maken of met de
hand in een schrift. Als de twee groepen twee verschillende toetsen zouden krijgen dan is de ene
vraag dus moeilijker dan de anderen. Dit is dan een design confound.
We kunnen iets pas een design confound noemen als het systematische variabiliteit laat zien.
Dit betekent dat bijvoorbeeld de moeilijke toetsvragen maar bij 1 groep voor zouden komen en de
resultaten dus echt oneerlijk worden hierdoor. Bij een onsystematische variabiliteit, bijvoorbeeld
als de moeilijke vragen in beide groepen evenveel voorkwamen, spreken we niet van een design
confound omdat de resultaten van beide groepen hier dan evenveel door beïnvloed zijn.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur psy99. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.