Anatomie en fysiologie, met MyLab NL toegangscode 6e editie
Je tentamenweek module 4 Hoogcomplexe zorg lekker in gaan? Hier een samenvatting van alle (!) stof voor het grote anatomie, fysiologie en pathologie/geneeskunde tentamen! Ik heb het gemaakt aan de hand van het boek anatomie & fysiologie, een inleiding van Martini en het boek pathologie, Zelman (dit...
• Wat is de primaire functie van de lymfeknopen, bv. die aansluiten op de axillaire lymfevaten?
• Op welke manier kan het lichaam zich verdedigen tegen specifieke
binnendringers/bedreigingen met micro-organismen?
• Uit welke structuren is het lymfestelsel opgebouwd, wat is hun functie en waar vind je verder
lymfoïd weefsel of lymfoïde organen?
• Welke soorten lymfocyten kun je beschrijven en wat is hun oorsprong?
Leerdoelen over lymfestelsel:
• Onderscheid kunnen maken tussen aangeboren en adaptieve verdedigingsmechanismen.
• De belangrijkste onderdelen van het lymfestelsel benoemen en de functies van de
onderdelen verklaren.
• De herkomst van de lymfocyten kunnen beschrijven.
Pagina 1 van 67
,14.1 Anatomische barrières en verdedigingsmechanismen vormen de niet-specifieke
afweer en lymfocyten zorgen voor specifieke afweer
Pathogenen/ziekteverwekkers (verschillende micro-organismen die ziekten bij de mens
veroorzaken): Elke ziekteverwekker heeft een verschillende levenswijze en vertoont een specifieke
interactie met het lichaam.
• Uiteenlopende virussen: Leven het grootste deel van de tijd binnen cellen die ze uiteindelijk
vaak vernietigen. Virussen bestaan niet uit cellen, maar alleen uit nucleïnezuren en eiwitten.
Ze kunnen zich alleen binnen een levende cel voortplanten.
• Bacteriën: Veel bacteriën vermenigvuldigen zich in de interstitiële vloeistof.
• Schimmels
• Parasieten: Enkele van de grootste parasieten, zoals rondwormen, graven zich een weg door
inwendige organen.
• Cellen uit je eigen lichaam: Afgezien van bovenstaande ziekteverwekkers worden we ook
voortdurend bedreigd door verraderlijke cellen die in staat zijn dodelijke tumoren te vormen.
Lymfestelsel bestaat uit onderdelen die verantwoordelijk zijn voor de verdediging van het lichaam:
• Cellen:
o Lymfocyten (de belangrijkste cellen): Deze cellen zijn noodzakelijk voor het
vermogen van het lichaam om weerstand te bieden aan infectie en ziekte of om deze
te overwinnen.
• Weefsels
• Organen
Immuniteit (het vermogen om infectie en ziekte te weerstaan): We hebben twee vormen van
immuniteit die onafhankelijk van elkaar bijdragen aan de verdediging van ons lichaam.
• Aangeboren (niet-specifieke) immuniteit: Het lichaam heeft verschillende anatomische
barrières en verdedigingsmechanismen die het binnenkomen van ziekteverwekkers
voorkomen, vertragen of deze ziekteverwekkers aanvallen als ze het lichaam toch
binnenkomen. Deze mechanismen worden aangeboren, niet-specifieke afweer genoemd,
omdat ze geen onderscheid maken tussen de verschillende potentiële bedreigingen.
• Adaptieve (specifieke) immuniteit: Lymfocyten daarentegen reageren specifiek. Als een
ziekteverwekkende bacterie de perifere weefsels binnenkomt, organiseren de lymfocyten
een verdediging tegen dat specifieke type bacterie. Daarom wordt gezegd dat lymfocyten
voor een adaptieve specifieke afweerreactie zorgen, die de immuunreactie of
immuunrespons wordt genoemd. Tegen:
o Pathogenen
o Antigenen
Immuunstelsel (alle cellen en weefsels die betrokken zijn bij het tot stand komen van immuniteit):
• Lymfestelsel
• Delen van de huid
• Bloedvatenstelsel
Pagina 2 van 67
, • Ademhalingsstelsel
• Spijsverteringsstelsel
• Andere stelsels
14.2 Lymfevaten, lymfocyten, lymfeweefsels en lymfoïde organen spelen een rol bij de
afweer van het lichaam
Het lymfestelsel bestaat uit de volgende onderdelen:
• Vaten: Een netwerk van lymfevaten begint in de perifere weefsels en eindigt bij de
verbindingen met de venen.
• Vloeistof: Een vloeistof, de zogenoemde lymfe, stroomt door de lymfevaten. Lymfe lijkt op
bloedplasma, maar bevat een veel lagere concentratie opgeloste eiwitten.
• Lymfocyten: Lymfocyten zijn gespecialiseerde cellen die een reeks specifieke functies
verrichten bij de verdediging van het lichaam.
• Lymfoïde weefsels en organen:
o Lymfoïde weefsels: Verzamelingen van los bindweefsel en lymfocyten in structuren
die lymfefollikels worden genoemd, bijvoorbeeld de amandelen.
o Lymfoïde organen: Complexere structuren die grote aantallen lymfocyten bevatten
en die met lymfevaten zijn verbonden. Voorbeelden zijn de lymfeknopen, de milt en
de thymus.
14.2.1 Functies van het lymfestelsel
Het lymfestelsel heeft de volgende belangrijkste functies:
• De productie, het onderhoud en het transport (tussen lymfoïde weefsel en bloed) van
lymfocyten (vallen vreemde cellen, eiwitten en organismen aan):
o Lymfocyten worden gevormd in het rode beenmerg en opgeslagen in lymfoïde
organen zoals de milt en de thymus.
o Lymfocyten reageren op de aanwezigheid van:
❖ Binnendringende ziekteverwekkers, zoals:
➢ Bacteriën
➢ Virussen
❖ Afwijkende lichaamscellen, zoals:
➢ Met virussen geïnfecteerde cellen
➢ Tumorcellen
❖ Vreemde eiwitten, zoals:
➢ Gifstoffen die door sommige bacteriën worden gevormd.
o Lymfocyten proberen deze bedreigingen via een combinatie van fysische en
chemische effecten te elimineren of onschadelijk te maken.
• De terugkeer van vloeistoffen en opgeloste deeltjes van perifere weefsels naar het
bloed/behoud bloedvolume:
o Doordat het lymfestelsel het weefselvocht terugbrengt, wordt het bloedvolume op
peil gehouden en wordt de samenstelling van de interstitiële vloeistof overal in het
lichaam constant gehouden.
Pagina 3 van 67
, o Het stroomvolume is aanzienlijk zodat een
beschadiging van een groot lymfevat een
snelle en mogelijk dodelijke daling van het
bloedvolume kan veroorzaken.
• Het transport van hormonen, voedingsstoffen en
afvalstoffen vanuit de plaats van opname in de
weefsels naar het bloed/handhaven concentraties
in interstitiële vloeistof: Sommige stoffen die de
bloedsomloop niet rechtstreeks kunnen
binnenkomen, worden via lymfevaten naar venen
vervoerd. De meeste vetten die door het
spijsverteringskanaal zijn opgenomen, worden
bijvoorbeeld niet via capillairen in het bloed
opgenomen. Deze stoffen komen pas in de
bloedsomloop terecht nadat ze door lymfevaten zijn
getransporteerd.
14.2.2 Lymfevaten
• ! Hierdoor stroomt lymfe in een richting:
o Lymfecapillairen zijn met endotheel (eenlagig plaveiselepitheel) bekleed, maar een
basale lamina is niet volledig of afwezig. De endotheelcellen zijn niet stevig met
elkaar verbonden, maar overlappen wel.
o Deze overlapping fungeert als een eenrichtingsklep. Deze laat vloeistof, opgeloste
stoffen (sommige zelfs zo groot als eiwitten) met virussen, bacteriën en celdebris
binnen, maar laat hun terugkeer naar de intercellulaire ruimten niet toe.
• Beginnen als lymfecapillairen in de weefsels:
o Lymfevaten vervoeren lymfe vanuit perifere weefsels naar het veneuze systeem. De
kleinste lymfevaten, zogenoemde lymfecapillairen, beginnen blind in de perifere
weefsels.
o Vanuit de lymfecapillairen stroomt de lymfe de grootste lymfevaten binnen die naar
de romp van het lichaam lopen. De wanden van deze lymfevaten bestaan uit lagen
die met die van venen te vergelijken zijn en evenals venen bevatten deze lymfevaten
kleppen. De druk in het lymfestelsel is buitengewoon laag, zodat kleppen
noodzakelijk zijn om de lymfe te laten stromen.
• Lymfe stroomt in het veneuze stelsel: De lymfevaten monden uiteindelijk in twee grote
vaten uit.
o Ductus thoracicus (borstbuis):
❖ Verzamelt lymfe vanuit het onderste deel van de buikholte, het bekken en de
benen en uit de linkerhelft van het hoofd, de hals en de borst.
❖ Dit vat brengt de verzamelde lymfe naar het veneuze systeem nabij de
verbinding tussen de linker v. jugularis interna en de linker subclavia.
❖ De basis van de ductus thoracicus is een verwijde ruimte, de cisterna chyli.
o Ductus lymphaticus dexter (rechterlymfestam):
❖ Voert lymfe af vanuit de rechterkant van het lichaam boven het diafragma.
❖ Dit lymfevat mondt uit in de rechter v. subclavia.
❖ Voor pathologie! Wanneer de afvoer van lymfe vanuit een arm of been is
geblokkeerd, ontstaat lymfoedeem. Hierbij hoopt interstitiële vloeistof zich
op in de ledematen waardoor deze geleidelijk ernstig gaan opzwellen.
Pagina 4 van 67
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur dimasaada. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.