STRAFPROCESRECHT EN
MENSENRECHTEN – TWEEDE SEMESTER
Examen (15p): schriftelijk; kennisvragen (10p) en open vragen
(5p) en 5p op WPO’s – ook mondeling (hoeveel vragen er worden
gesteld, hangt af van je juiste schriftelijke antwoorden)
=> om je naar die 10/20 toe te werken
• Je legt mondeling examen af (bij mij) met schriftelijke voorbereiding (die door assistent wordt
nagekeken in kader van eerste beoordeling)
• Breng zeker het wetboek mee naar het examen
• Het eerste onderdeel bestaat uit kennisvragen (10 van de 15 punten) – het tweede deel betreft
open vragen (5 van de 15 punten)
• Een voorbeeld van een open vraag is: Licht de voornaamste verschillen toe tussen een
gerechtelijk onderzoek & een opsporingsonderzoek
• Voorbeelden van kennisvragen zijn: Wat is het onmiddelijkheidsprincipe? Wat doet de KI in het
kader van de regeling van de rechtspleging? Welke actiemogelijkheden zijn er voor de partijen in
het gerechtelijk onderzoek? Hoe noemt men een verdachte voor het Hof van assisen? Wat is
”verwijzing onder de banden van het aanhoudingsmandaat”?
In welk onderzoek (GO of OO) zouden jullie het liefst functioneren als verdachte? (100% op ex!):
In terme van rechtsbescherming, liever in een gerechtelijk onderzoek door de aanwezigheid van een
onafhankelijke en onpartijdige magistraat. Daarintegen zal het GO (alleen voor misdaden en
uitzonderlijk voor wanbedrijven) in belgie enkel opgestart worden wnr het hele gerechtelijke
apparaat over een verdachte wordt uitgestort. Dus waaran je je moet verwachten is een GO dan
weer slechter. Dus zwaardere misdrijven bij een GO, maar wel meer rechtsbescherming in terme van
participatie en tegenspraak.
Wat is de mini-instructie (art. 28septies Sv) ? 100% op examen!
HET STRAFWETBOEK
Onderscheid algemeen & bijzonder strafrecht
• Het strafrecht valt uiteen in materieel strafrecht (strafwetboek) en formeel strafrecht/recht van
de strafvordering/rechtspleging (wetboek van strafvordering)
• In het strafwetboek is er een algemeen deel (artt. 1-100ter) en een bijzonder deel (artt. 101-566)
• Sommige relevante wetgeving vind je niet terug in het wetboek van strafvordering maar in
bijzondere wetten
Vb. wet op voorlopige hechtenis of het politieambt (sommige staan in jullie Bamacodex) ook
komen we soms terug op boek I Strafwetboek (zie cursus Materieel strafrecht)
• Belangrijk om te beseffen dat er wel duizenden bijzondere strafwetten zijn & passen niet
allemaal in de Bamacodex
- in andere wetboeken (van andere uitgevers) zal je selectie van andere bijzondere strafwetten
vinden
- sommige bijzondere strafwetten vind je in alle wetboeken
Vb. de wet op de voorlopige hechtenis
1
,1. ORGANEN & PERSONEN STRAFPROCEDURE
1.1 Situering van het Strafproces
Het strafproces = omvat grosso modo vier fasen (strafrechtelijk onderzoek, vervolging,
berechting en de strafuitvoering)
o Doelstelling wordt bereikt via balans tussen instrumentaliteit & rechtsbescherming
Basistekst?
= Wetboek van Strafvordering (telt 32+(647-8) (boek 1 start pas met art.8) artikelen)
- Wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Sv (telt 32
bepalingen) & Boek I wetboek van strafvordering: de gerechtelijke politie en de officieren die ze
uitoefenen (Art. 8 tot en met 136ter)
- Boek II wetboek van strafvordering: het gerecht (art. 137-647 Sv.)
Belangrijke hervorming Wet Franchimont 12 maart 1998 (meer tegenspraak) en Potpourri II-wet
(Wet van vijf februari 2016 tot wijziging van het strafrecht en de strafvordering en houdende
diverse bepalingen inzake justitie)
- de Potpourri II-wet betrof voornamelijk de hervorming van het straf- en het strafprocesrecht
Op 21 december 2017 werd via arrest nr. 148/2017 van het Grondwettelijk Hof diverse artikelen
van deze wet vernietigd (zie ook bijvoorbeeld art. 60 Sw)
Bijzondere wetten (zoals de Wet op het politieambt)
Actor 1 = de politie
1.2 Bestuurlijke en gerechtelijke politie
Bestuurlijke politie ≠ gerechtelijke politie (eerste actor)
o Bestuurlijke politie ziet toe op handhaving openbare orde & voorkomen van misdrijven =
vooral preventieve opdracht – staan ingevolge art. 5 lid 1 Wet politieambt onder gezag van
bestuurlijke overheden
Gerechtelijke politie heeft tot doel misdrijven opsporen en bewijzen verzamelen
- het overdragen van de (vermoedelijke) dader aan rechter = “repressieve politie”
o Zie echter ook art. 28 in verband met proactieve recherche
o De gerechtelijke politie werkt onder gezag van de gerechtelijke autoriteiten (art. 367 lid 1
Sv)
- gerechtelijke overheden = vooral de procureur des Konings
--> spoort de misdrijven op, maar altijd onder leiding en toezicht van parket/OM (PdK)
o Waakhond Comité P – Comité I
1.3 Lokale & federale politie
Het juridisch statuut van de lokale politie is geregeld in art. 2 lid 2 WGP
Opdracht lokale politie betreft basispolitiezorg
o alle opdrachten van bestuurlijke & gerechtelijke politie die nuttig zijn voor beheer van lokale
gebeurtenissen en criminele fenomenen die zich voordoen op grondgebied politiezone
o elke politiezone beschikt over een lokaal politiekorps
o Leiding van lokale politie berust bij gemeenteraad (& eventueel politieraad en politiecollege
in meergemeentezones)
Het juridisch statuut van de federale politie is verankerd in art. 3 lid 3 WGP
o Federale politie bevoegd voor gespecialiseerde en supralokale aangelegenheden van
bestuurlijke & gerechtelijke politie
o opereert over het hele grondgebied
o leiding wordt waargenomen door gerechtelijk directeur (in samenspraak met procureur)
2
,Actor 2 = het OM
1.4 Het Openbaar Ministerie
Het openbaar ministerie (tweede actor) wordt in de volksmond ook aangeduid als ”parket” of
”staande magistratuur”
= Magistraten OM; benoemd door de Koning (art. 153 GW), na tussenkomst Hoge Raad van
Justitie (art. 151 GW)
- Art. 153: De Koning benoemt en ontslaat de ambtenaren van het openbaar ministerie bij de
hoven en rechtbank
- Art. 151 § 1: De rechters zijn onafhankelijk in de uitoefening van hun rechtsprekende
bevoegdheden. Het openbaar ministerie is onafhankelijk in de individuele opsporing en
vervolging onverminderd het recht van de bevoegde minister om de vervolging te bevelen en om
de bindende richtlijnen van het strafrechtelijk beleid, inclusief die van het opsporings- en
vervolgingsbeleid, vast te leggen.
Via deze bedoelde minister beschikken de regeringen van de gemeenschappen en de gewesten,
(…) bovendien over het recht om de vervolging te bevelen in de aangelegenheden die tot hun
bevoegdheden behoren. (…)
- Art. 151 § 2: Er bestaat voor geheel België een Hoge Raad voor de Justitie. Bij de uitoefening
van zijn bevoegdheden respecteert hij de onafhankelijkheid bedoeld in § 1.
Zittende magistratuur = rechter, staande magistratuur = OM (parket)
--> PK gaat een staf vorderen op de rechtzitting al rechtstaande en de rechter doet dit al zittend
• Er bestaat een functionele scheiding tussen:
OM in eerste aanleg (= Parket onder leiding van procureur des konings)
- Taken: uitoefenen strafvordering eerste aanleg
OM in hoger beroep (= Parket-Generaal olv procureurgeneraal bij het Hof van Beroep)
- Taken: uitoefenen strafvordering in graad van beroep
! Bovendien heeft parket-generaal ook nog volgende bijkomende taken: tenuitvoerlegging
richtlijnen strafrechtelijk beleid van minister van justitie + waken in het rechtsgebied (in overleg
met PK’s/arbeidsauditeurs rechtsgebied) over coherente uitoefening strafvordering
--> beiden oefenen op hun niveau de strafvordering uit (brengen zaken voor de rechter)
• Er zijn 5 hoven van beroep, 5 procureurs-generaal, de parketjuristen (helpt de PK) & 1 federale
procureur (onder gezag van Minister van Justitie)
• Verder zijn er in België 12 gerechtelijke arrondissementen en 14 parketten
• Informatie over de procureurs “en hun subtituten” vind je in het vierde hoofdstuk Sv (artt. 22-
47trediecies) :
o HOOFDSTUK IV. - DE PROCUREURS DES KONINGS EN HUN SUBSTITUTEN.
AFDELING I. - BEVOEGDHEID VAN DE PROCUREUR DES KONINGS BETREFFENDE DE
GERECHTELIJKE POLITIE.
Art. 22. (W 1994) De procureurs des Konings zijn belast met de opsporing en de vervolging
van de misdrijven die tot de bevoegdheid van de hoven van assisen, de correctionele
rechtbanken en van de politierechtbanken behoren behalve, voor de twee laatstgenoemde
gerechten, wanneer de strafvordering aan de arbeidsauditeur is opgedragen.
(…)
• Taak van het OM is vijfledig:
1. leiding opsporingsonderzoek (eerste taak)
2. uitoefenen van de strafvordering (tweede taak)
3. vervolgen/seponeren (derde taak)
4. waken over toepassing van de wet (vierde taak)
5. uitvoeren van strafrechtelijke uitspraken (vijfde taak)
- zie voor de laatste kerntaak ook de cursus Materieel strafrecht
3
, (1) Leiding over het opsporingsonderzoek (eerste taak)
o Leden OM = hoedanigheid (functie) van gerechtelijke politie
- opsporen en vaststellen misdrijven ≠ leiding politioneel onderzoek: gevoerd door
politiediensten (politie die eigen onderzoek uitvoerd bij het krijgen van een klacht om te
kijken of er strafbare feiten zijn gepleegd)
Onderzoek geleid door het OM (parketmagistraat) = opsporingsonderzoek (OO)
- OM gaat in het kader van een OO, opsporingshandelingen!! uitvoeren
- PK staat constant in verbinding met de politie
- onder leiding en toezicht v/e parketmagistraat
- kan eindigen met een seponering
--> voor strafbare feiten die voor vervolging in aanmerking komen
Onderzoek geleid door de onderzoeksrechter = gerechtelijk onderzoek (GO)
- OR gaat in het kader van een GO, onderzoeksmaatregelen!! uitvoeren
- wnr de OR een GO opent, dan moet er altijd een officiele sluiting (= de regeling van de
rechtspleging) van het onderzoek zijn door de raadkamer of KI
- alleen gebruikt wnr er zware dwangmiddelen nodig zijn
Vb. aanhouding v/d verdachte die daardoor inverdenkinggestelde wordt of een
huiszoeking
- Anders dan het OO heeft het GO een relatief zware procedure (regeling van de
rechtspleging, beschikking van de raadkamer, hoger beroep bij de kamer van
inbeschuldigingstelling) - we bekijken dit later uitvoerig
--> Vooronderzoek in strafzaken = OO en/of GO
(2) Uitoefening van de strafvordering (tweede taak)
o Uitgangspunt = art 22 Sv;
“De procureurs des Konings zijn belast met de opsporing en de vervolging van de misdrijven
die tot de bevoegdheid van de hoven van assisen, de correctionele rechtbanken en van de
politierechtbanken behoren behalve, voor de twee laatstgenoemde gerechten, wanneer de
strafvordering aan de arbeidsauditeur is opgedragen.”
o Vervolgingsprerogatief1 OM;
- “oefent de strafvordering uit” en niet “beschikt” (hoewel minnelijke schikking werd
uitgebreid)
- Is partij bij de strafvordering maar kan niet worden gewraakt (dit in tegenstelling tot de
rechter) en is geen tegenpartij van de beklaagde (vergelijk met het Angelsaksische systeem)
(3) Vervolgen of seponeren (derde taak) = opportuniteitsstelsel (België)
Buurlanden: stelsel van de legaliteit der vervolgingen versus BE: de opportuniteit van de
vervolging (vervolgen of seponeren)
o Art. 28quater.;
Rekening houdend met de richtlijnen van het strafrechtelijk beleid, vastgesteld krachtens
artikel 143quater GerW, oordeelt de procureur des Konings over de opportuniteit van de
vervolging. Hij geeft de reden aan van de beslissingen van seponering die hij terzake neemt.
--> Hij oefent de strafvordering uit op de wijze door de wet bepaald.
(als PK oordeelt dat er niet genoeg bewijs is of dat er meer nadelen dan voordelen aan een
vervolging kleven, dan kan hij beslissen om niet te vervolgen)
o De opsporingsplicht en het opsporingsrecht van de procureur des Konings blijven bestaan
nadat de strafvordering is ingesteld:
1
Prerogatief: voorrechten die aan bepaalde personen toekomen op basis van hun functie, hoedanigheid of
status.
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur fiebewillems. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.