Samenvatting Celbiologie les 4 - DNA opbouw en replicatie
5 vues 0 fois vendu
Cours
Celbiologie (TLSCIC1V20)
Établissement
Hogeschool Utrecht (HU)
In het bestand is een samenvatting te vinden van les 4 voor het vak celbiologie. Dit is een samenvatting van lesstof, leerdoelen, Campbell Biology en een verwerking van de bijbehorende opdrachten.
De samenstelling en structuur van DNA, RNA, chromosomen, chromatine en het genoom tot in detail
beschrijven.
Er zijn 20 verschillende soorten aminozuren. DNA heeft 4 monomeren. Central dogma stelt ook wel
dat de genetische informatie maar 1 kant op gaat, van DNA mRNA eiwit. Zo vindt er bij DNA
replicatie plaats, tussen DNA en RNA vindt transcriptie plaats en tussen RNA en eiwit vindt er
translatie plaats.
- Replicatie: DNA wordt
gekopieerd over de gehele
lengte (bijv bij celdeling)
- Transcriptie: aanmaak van
een RNA streng op basis van
een DNA streng
- Translatie: aanmaak van een eiwit (bestaande uit aminozuren) op basis van een RNA streng
Er zijn verschillende opties voor eiwitsynthese:
Optie 1: ribosomen zitten vrij in het plasma. Er vindt synthese van
eiwitten plaats die in het cytoplasma blijven. Synthese van
eiwitten is bestemd voor sommige organellen.
Optie 2: ribosomen gaan van het cytosol naar het ER en gaan aan
de buitenkant van het rER. Dit is ook wel bij de synthese van
membraaneiwitten en secretie eiwitten. Verdere transport vindt
plaats in het Golgi apparaat.
mRNA wordt gesynthetiseerd in de celkern door middel van DNA.
Het mRNA verlaat de celkern en komt in het cytoplasma terecht.
Hier wordt het mRNA gebruikt om een eiwit te maken, dit gebeurt
door een ribosoom.
Nucleosiden krijgen hun namen van de bases en suikers waar ze uit
bestaan. De 4 ribose nucleosiden zijn: adenosine, guanosine, cytidine
en uridine. Van deoxiribose zijn dit: 2-deoxyadenosine, 2-
deoxyguanosine, 2-deoxycytidine, and 2-deoxythymine. Een
nucleotide is de naam van de basen, suikers en fosfaatgroepen. De vijf
basen zijn: adenine, guanine, cytosine, thymine en uracil.
De stikstofbase zit op het eerste C-atoom van de pentose, de OH groep zit op het derde atoom en de
fosfaatgroep zit op het vijfde C-atoom. De fosfaatgroep is altijd hetzelfde, maar de pentose en de
base kunnen verschillen. Zo kan een base een pyrimidine of
een purine zijn. Een pyrimidine heeft een enkele ringstructuur
en een purine heeft een dubbele ringstructuur (adenine en
guanine hebben dit).
De suikergroep in DNA en RNA is ook verschillend. Een
pentose in DNA heeft 2 OH-groepen en een pentose is RNA
heeft 3 OH-groepen.
Page | 1
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Jo1239. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.