Wanneer een zorgvrager door bijvoorbeeld ziekte niet voldoende kan eten, is het
mogelijk dat hij voeding toegediend krijgt door middel van sondevoeding.
Sondevoeding is dunne vloeibare voeding die via een flexibele slang in de maag of in
de dunne darm terecht komt.
§19.2 Wat is sondevoeding?
Sondevoeding is een volwaardige vloeibare voeding die via een sonde (slangetje) in
de maag of dunne darm komt. Het bevat alle voedingsstoffen die dagelijks nodig zijn
zoals koolhydraten, eiwitten, vetten, vitamines, mineralen en water. Er zijn
verschillende soorten sondevoeding.
Kant-en-klare sondevoeding
Deze wordt vooral in instellingen het meest gebruikt en bevindt zich in een pak of
fles.
Poedervormige sondevoeding
Deze voeding neemt veel minder plaats in dan flessen en zakken. Bovendien levert
het minder afval op. De poeder moet opgelost worden volgens de
gebruiksaanwijzing.
§19.3 Wanneer wordt sondevoeding gegeven?
Sondevoeding wordt gegeven aan zorgvragers die niet in staat zijn voldoende te eten
en te drinken en die daardoor ondervoed dreigen te raken. Deze dreigende
ondervoeding kan bijvoorbeeld worden veroorzaakt door:
Een chronische darmaandoening, waardoor een zorgvrager het eten niet binnen
kan houden, voortdurend diarree heeft en ernstig afvalt.
Een operatie aan een kwaadaardige aandoening aan de slokdarm, waardoor de
zorgvrager niet of moeilijk kan slikken of om de slokdarm niet te belasten.
Een neurologische aandoening (zoals MS) die ernstige slikstoornissen
veroorzaakt.
Een coma.
§19.4 Soorten voedingssondes
Er zijn verschillende soorten voedingssondes. Een voedingssonde kan via
verschillende openingen in het lichaam ingebracht worden en kan zich op
verschillende plaatsen in het spijsverteringskanaal bevinden.
Neusmaagsonde : wordt via de neus en de slokdarm in de maag geplaatst. Deze
sonde wordt het meest gebruikt.
Neusdunnedarmsonde : wordt via de neus, de slokdarm en de maag in de dunne
darm geplaatst.
PEG-sonde : wordt via een opening in de buik in de maag geplaatst.
PEJ-sonde : wordt via een opening in de buik en via de maag in de dunne darm
geplaatst.
Jejunumsonde : wordt via een opening in de buikwand in de darm gebracht. Het
jejunum is het middelste deel van de dunne darm.
, VTH TH – H19 Sondevoeding
§19.4.1 Neusmaagsonde en neusdunnedarmsonde
De neusmaagsonde en de neusdunnedarmsonde zijn flexibele slangen. Aan het ene
eind zitten een aansluiting voor het toedieningssysteem, de pomp of de spuit. Aan
het deel dat in het maag-darmkanaal ligt, zitten een of meerdere uitstroomopeningen.
Sondes hebben verschillende diktes. Het heeft de voorkeur om microsondes te
gebruiken, deze zijn erg dun.
§19.5 Een voedingssonde inbrengen
§19.5.1 Keuze van de sonde
Houd bij de keuze van de sonde rekening met de dikte, de lengte en het materiaal
van de sonde.
Dikte van de sonde
De dikte van de sonde wordt uitgedrukt in charrière (ch). Een charrière is 1/3
millimeter. Een sonde van ch 5 is bijvoorbeeld dun, een van ch 12 of meer is vrij dik.
Voor het comfort van de zorgvrager is het van belang om te kiezen voor een zo dun
mogelijke sonde. De voeding en de manier van toediening bepalen mede de keuze.
De conditie van de zorgvrager speelt ook een rol.
Als er regelmatig nagegaan moet worden of er voeding in de maag is achtergebleven
(maagretentie) is een microsonde niet geschikt.
Lengte van de sonde
De lengte kan wisselen. Een sonde voor een baby is natuurlijk korter dan voor een
volwassene. De lengte die in het lichaam nodig is, is de afstand van de neus, achter
het oor langs tot aan de onderkant van het borstbeen of de maagkuil. Daarnaast
bevindt de sonde zich nog ongeveer vijftien à twintig centimeter buiten de neus.
Materiaal van de sonde
De materiaalkeuze wordt bepaald door de tijd die de voedingssonde in het maag-
darmkanaal ligt.
§19.5.2 Voorbereiding van de zorgvrager
Een goede voorlichting over het doel en de manier van inbrengen van de sonde kan
angst en onzekerheid wegnemen. Hierdoor is de zorgvrager ook in staat beter mee
te werken bij het inbrengen. Houd rekening met ervaringen en bied de zorgvrager de
mogelijkheid om de sonde zelf in te brengen.
Als de zorgvrager nog nooit een maagsonde heeft gehad, vertel dan dat het over het
algemeen geen pijnlijke, maar wel vervelende ervaring is.
§19.5.3 Werkwijze
Zet de materialen klaar en breng het bed op werkhoogte. Houd tijdens de handeling
goed contact met de zorgvrager. Deze handeling doet een extra beroep op het
observatievermogen en het vermogen tot interpreteren, omdat spreken tijdens het
inbrengen moeilijk is.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur michll. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.