• Lage rugklachten: pijn en andere ongewenste ervaren sensaties in de lumbosacrale regio, al dan
niet met uitstraling in gluteale regio en/of in één of beide benen
2. CLASSIFICATIE LAGE RUGKLACHTEN
• Duur van klachten
o Acuut <6 weken
o Subacuut 7 – 12 weken
o Chronisch >12 weken
o Recurrente episodes LRK
2.1. Specifieke – aspecifieke rugklachten
• Oorzaak klachten
o Specifieke oorzaak klachten gekend, pathologie of stoornis anatomie (10-20%)
▪ Spinaal stenose
▪ Spondylolisthesis
▪ Spondylitis ankylopoetica (Ziekte van Bechterew)
▪ Osteoporose
▪ Trauma of fracturen
▪ Metastasen
o Aspecifieke medische oorzaak klachten niet gekend (80-90%)
▪ Pijn in lumbo-sacrale regio
▪ Eventueel uitstraling in gluteale regio en/of bovenbeen
▪ Continue pijn of intermittente pijn
▪ Houdingen, bewegingen en/of externe belasting verergeren klachten
▪ Stijfheid in wervelkolom bij het opstaan
▪ Geen ziekteverschijnselen
o Lumbosacraal radiculair syndroom
• Pijnmechanismen
o Nociceptieve pijn
o Perifeer neuropathische pijn
o Centrale sensitisatie/neuroplastische/nociplastische pijn
• Rode vlaggen aanwezig specifiek probleem OF lumbosacraal radiculair probleem
o Aanvullende beeldvorming of labo-onderzoek
o Geen medische beeldvorming
▪ Degeneratieve veranderingen kunnen ook voorkomen bij gezonde personen
3. RODE EN GELE VLAGGEN
• Rode vlaggen: indicatoren voor biologische lichamelijke afwijkingen (vermoeden specifieke LRK)
o Eerste episode LRK voor 20 en na 50 jaar
o Trauma
1
, o Constante, progressieve pijn
o Maligne aandoeningen in voorgeschiedenis
o Pijn en/of paresthesieën in been onder knie
o Pijn in rug, gelokaliseerd boven L4
o Neurologische uitval
o Recente incontinentie
o Onverklaard gewichtsverlies
o Algehele malaise
o Teken van infectie
o Drugsgebruik, HIV, immuundepressie
• Gele vlaggen: psychosociale factoren die het risico verhogen op chronische lage rugklachten
o Psychische factoren
▪ Klacht
▪ Emoties
▪ Cognitie
▪ Gedrag
o Sociale factoren
▪ Werk
• Patiënt is verpleegkundige, vrachtwagenchauffeur, bouwvakker,…
• Patiënt is overtuigd dat werk schadelijk is
• Patiënt heeft problemen in huidige werksetting
• Patiënt heeft negatieve ervaringen bij werkhervatting na episode pijn
▪ Omgeving
▪ Vermindering sociaal leven
• In KNGF richtlijn: naast psychische en sociale factoren ook biologische factoren, zijn geen gele
vlaggen, maar kunnen ook wel prognose bepalen
o Wortelirritatie/uitstraling /niet behandelbare specifieke pathologie
o Slechte lichamelijke conditie
o Voorgeschiedenis van rugklachten (frequentie/patroon)
4. BELOOP VAN LAGE RUGKLACHTEN
• Beloop lage rugklachten
o 60% acuut optreden klachten
o 40% klachten starten langzaam
o 50% klachten verdwijnen na 1 week
o 75-90% klachten verdwijnen na 4-6 weken
o 10% stopt met werken
o 50-80% hervallen binnen 1 jaar
Normaal beloop onderscheiden van afwijkend beloop
• Prevalentie – incidentie lage rugklachten
o 80% van bevolking krijgt LRK
o 50-250/1000 inwoners/jaar
o Incidentie: 30-40/1000 patiënten/jaar
o Prevalentie: 35/1000 patiënten/jaar
2
, 5. METHODISCH HANDELEN
• Methodisch handelen: stappenplan, richtlijn voor werkwijze van kinesitherapeut
o Doel: kwaliteit zorg verbeteren + kwaliteit handelen verbeteren
o 4 stappen
▪ Verwijzing en aanmelding
▪ Anamnese
▪ Onderzoek
▪ Analyse
5.1. Diagnostisch proces
• Doel diagnostisch proces
o Aard van klacht
o Ernst van klacht
o Reproduceren en mate van beïnvloeden van klacht
1) Verwijzing en aanmelding
o Persoonsgegevens patiënt
o Gegevens ziekenfonds of verzekeringsmaatschappij
o Huisarts
o Verwijsgegevens
▪ Verwijzer
▪ Specialiteit verwijzer
▪ RIZIV nummer verwijzer
▪ Verwijsdatum
▪ Verwijsdiagnose
▪ Ev. “aanvraag consultatief onderzoek”
o Datum aanmelding
o Bij ziekenhuispatiënten: reden opname
o Behandelende kinesitherapeuten
2) Anamnese
o Hulpvraag patiënt
o Speciële anamnese
▪ Functioneringsproblemen
• Aard Invloeden
• Ernst Verloop
▪ Eigen oordeel patiënt over functioneringsprobleem
▪ Reeds ondergane therapie
o Aanvullende anamnese
▪ Medische geschiedenis
• Medische antecedenten
• Medische verrichtingen
• Medicatie
• Erfelijkheid en familiariteit
▪ Psychische en sociaal-maatschappelijke gegevens
• Woonsituatie Thuissituatie
• Beroep Sport, hobby’s
• Belasting/belastbaarheid
3
,- Gebruik hulpmiddelen
- Mening patiënt over klacht
- Omgang met klacht
- Verwachting
• Voorlopige conclusie/hypothese
o Waarschijnlijkheidsdiagnose
o Stuurt het onderzoek
3) Onderzoek
o Inspectie
o Functieonderzoek
▪ Actief – passief – weerstand
▪ Provocatietesten
▪ Segmentaal functie onderzoek
o Functie testen
▪ Spiertesting
▪ Functietesten
▪ Functionele status
o Palpatie
o Neurologisch onderzoek: (pseudo)-radiculair syndroom
o Aanvullend onderzoek: beeldvorming
• Resultaat van onderzoek
o = interpretatie van onderzoek
o Maat of getal
o In termen
▪ Stoornis in functie of anatomische eigenschappen
▪ Beperking in activiteit en/of participatie
4) Analyse
o Analyse van de tot hier toe verkregen gegevens uit verwijzing, anamnese en onderzoek
o Kinesitherapeutische evaluatie
▪ Belangrijkste functioneringsproblemen (klachten)
• Aard en ernst
• ICF
▪ Rode vlaggen
▪ Beloop
▪ Onderliggende medische factoren
▪ Onderliggende persoonlijke en externe factoren
• Persoonlijke/externe factoren die functioneringsprobleem beïnvloeden
• Gele vlaggen
5.2. Therapeutisch proces
5) Behandelplan Opstellen van een behandelplan o.b.v. kinesitherapeutische evaluatie
(diagnose)
6) Behandeling
7) Evaluatie Evalueren van resultaat van behandeling
8) Afsluiting Afsluiten van behandelsessie met eindverslag
4
, H2: Functie van de wervelkolom
1. FUNCTIONELE ANATOMIE VAN WERVELKOLOM
Zie anatomie 3
2. FUNCTIONELE STABILITEIT VAN WERVELKOLOM
• Functionele stabiliteit WK: ontstaat door complex samenspel van verschillende factoren, meer
vereist dan zuiver intact beenderig stelsel
o Passieve stabiliteit
o Actieve stabiliteit
o Neurale controlemechanismen
2.1. Passieve stabiliteit
• Passieve stabiliteit: sturen en geleiden van beweging + proprioceptieve functie
o Wervel, discus, facetgewricht
o Ligamenten, gewrichtskapsel
o Fascia thoracolumbalis, passieve spier-pees elementen
o Ƴ-afferent systeem in gewrichten en ligamenten proprioceptie
2.2. Actieve stabiliteit
Kenmerk Type 1 Type 2 Type 3
Spiervezeltype Traag oxidatief Snel oxidatief glycolytisch Snel glycolytisch
Type motorunit Traag Snel Snel
Contractiesnelheid Traag Snel Snel
Vermoeibaarheid Traag Laag Hoog
• Lokale spiersysteem: diep gelegen spieren
o Hechten zich direct aan verschillende wervels
o Staan in voor segmentale stabilisatie
o Controle van verschillende posities van de wervels
o Spieren liggen tegen gewricht waardoor ze anatomisch en biomechanisch geschikt zijn
om compressie uit te oefenen op gewricht zonder hierbij beweging ontstaat
o Meeste lokale spieren spannen aan vooraleer beweging aanvangt
o Type 1 vezels: contractie aan lage intensiteit lange tijd volhouden
o vb. Multifidi – Transversus abdominis – Psoas – diafragma – bekkenbodemspieren –
intertransversarii – interspinales (proprioceptie)
• Globale spiersysteem: verbinden thorax met pelvis
o Geen rechtstreekse segmentale invloed op wervelkolom
o Staan in voor beweging en het overbrengen van krachten
o Rol: stabiliseren van volledige romp, vooral indien externe krachten op lichaam
▪ Aanspannen spieren resulterende kracht op WK wordt geminimaliseerd
o Type 2b vezels: spieren worden niet op voorhand geactiveerd
o Vb. Rectus abdominis – obliquus abdominis externus – longissimus – iliocostalis –
quadratus lumborum
5
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lauragaspard. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.