Kennisvragen GGZ
Geschiedenis van de psychiatrie
1. Hoe waren de opvattingen over geestelijke gestoordheid in de
Middeleeuwen? Leg uit.
In de Middeleeuwen waren de opvattingen over geestelijke gestoordheid sterk
beïnvloed door religieuze overtuigingen en het geloof in goden en duivels.
● Dualiteit van perceptie:
○ In sommige streken werden geestelijk gestoorden beschouwd als
heiligen, mogelijk vanwege hun veronderstelde speciale band met
goden.
○ Elders werden ze gezien als bezetenen, waarbij de overtuiging heerste
dat ze door de duivel waren overgenomen.
● Kloosters als toevluchtsoorden:
○ Kloosters fungeerden vaak als toevluchtsoorden voor bezetenen, waar
ze bescherming en mogelijk genezing zochten.
● Exorcisme als dominante behandeling:
○ De overtuiging dat geesteszieken door de duivel bezeten waren, leidde
tot de praktijk van exorcisme.
○ Behandelingen waren gericht op het uitdrijven van boze geesten door
gebeden, bezweringen, gebruik van wijwater, kruisbeelden en het
aanroepen van heiligen.
● Fysieke straffen en ontberingen:
○ Soms werden geesteszieken fysiek gestraft, zoals slaan, stompen, of
zelfs uithongering als onderdeel van de behandeling.
● Gebrek aan specifieke krankzinnigenverpleging:
○ Er waren geen specifieke inrichtingen voor geesteszieken zoals we die
tegenwoordig kennen.
○ Bij ernstige verstoring van de openbare orde kon opsluiting volgen,
maar er was geen gestructureerde aanpak voor
krankzinnigenverpleging.
● Rol van kloosters in ziekenverpleging:
○ Tussen 400 en 1000 werd ziekenverpleging voornamelijk uitgeoefend in
kloosters van de Augustijner en Benedictijner Orde.
○ Sommige kloosters en oude gasthuizen hadden specifieke afdelingen
of verblijven voor psychisch gestoorden.
● Dymphna-kapel in Geel:
○ In Geel, België, speelde de Dymphna-kapel een belangrijke rol.
Dymphna was een martelaar die pelgrims, vooral geesteszieken, naar
Geel trok.
○ De toeloop van pelgrims leidde tot de wereldbekende Geelse
'gezinsverpleging', waarin inwoners van het dorp geesteszieken
onderbrachten.
● Keisnijden als spectaculaire operatie:
, ○ Het 'keisnijden' was een spectaculaire operatie waarbij 'stenen' die
krankzinnigheid veroorzaakten, werden verwijderd door een snede in
het hoofd.
2. Hoe waren de opvattingen tegenover geestelijke gestoordheid
in de Nieuwe Tijd? Leg uit.
● Opkomst van dolhuizen:
○ In het begin van de Nieuwe Tijd werden de eerste dolhuizen opgericht,
waarvan het eerste Nederlandse dolhuis in 1422 in 's Hertogenbosch
werd geopend, op initiatief van Reinier van Arkel. Het Willem Arntz-huis
te Utrecht volgde in 1461.
● Primitieve omstandigheden in dolhuizen:
○ Ondanks dat de dolhuizen enige bescherming boden tegen wangedrag
en ook enige bescherming aan de opgenomen personen zelf, waren de
omstandigheden primitief en vaak mensonterend. Verblijven, ook wel
'dolhuysjes' genoemd, waren slecht verlicht en tochtig.
● Publieke bezichtiging van geesteszieken:
○ Tijdens bepaalde evenementen, zoals kermissen, werd de poort van het
dolhuis opengesteld voor het publiek tegen betaling. Burgers konden
de geesteszieken bekijken, wat soms leidde tot bespotting en
plagerijen. Dit werd ook wel de 'dolhuiskermis' genoemd en werd pas in
1825 afgeschaft.
● Toestanden in dolhuizen:
○ De omstandigheden in de dolhuizen werden beschreven als primitief en
mensonterend. Bewoners hadden weinig licht, tocht en koude waren
alomtegenwoordig. In rustige perioden mochten verpleegden op de
binnenplaats wandelen.
● Dwangmiddelen en behandelingen:
○ Dwangmiddelen werden gebruikt, zoals dwangstoelen, dwangbuizen,
spuwmaskers en dwangstaan, om onrust en agressie in te dammen. De
behandeling omvatte ook draaimachines en badverpleging, variërend
van koude stortbaden tot warme baden met toegevoegde stoffen.
● Veranderingen in de 17e en 18e eeuw:
○ Gedurende de 17e en 18e eeuw waren er enkele verbeteringen
merkbaar, maar er bleef een vermenging van treurige en hoopgevende
berichten bestaan.
○ In toenemende mate werd ingezien dat geesteszieken recht hadden op
geneeskundige behandeling.
● De grote opsluiting:
○ Er ontstond een beleid om geestelijk gestoorden, samen met
delinquenten en niet-werkenden, op te sluiten. Deze plaatsing werd
gezien als een methode om bedelaars en landlopers van de straat te