Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Deel 2 - OWE 3 €3,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Deel 2 - OWE 3

 4 vues  0 achat
  • Cours
  • Établissement

Afweer en Infectie, Maagdarmkanaal, Endocrinologie, Water- en Zouthuishouding, Veroudering en Farmacologie

Aperçu 4 sur 62  pages

  • 18 janvier 2024
  • 62
  • 2020/2021
  • Resume
avatar-seller
Afweer en Infectie
Afweersysteem

Lymfestelsel
Het lymfestelsel bestaat uit de volgende vier onderdelen:
1. Vaten: een netwerk van lymfevaten begint in de perifere weefsels en eindigt bij de
verbindingen met de venen.
2. Vloeistof: een vloeistof, de zogenoemde lymfe, stroomt door de lymfevaten. Lymfe lijkt op
bloedplasma, maar bevat een veel lagere concentratie opgeloste eiwitten.
3. Lymfocyten: lymfocyten zijn gespecialiseerde cellen die een reeks specifieke functies
verrichten bij de verdediging van het lichaam.
4. Lymfoïde weefsels en organen: lymfoïde weefsels zijn verzamelingen van los bindweefsel en
lymfocyten in structuren die lymfefollikels worden genoemd, bijvoorbeeld de amandelen.
Lymfoïde organen zijn complexere structuren die grote aantallen lymfocyten bevatten en die
met lymfevaten zijn verbonden; bijvoorbeeld de lymfeknopen, de milt en de thymus.
o Lymfeknopen: kleine, ovale, lymfoïde organen, ze verdedigen ons tegen bacteriën en
andere indringers. Afferente lymfevaten voeren lymfe naar een lymfeknoop vanuit
de perifere weefsels en efferente lymfevaten vervoeren de lymfe verder, in de
richting van het veneuze systeem. De lymfeknopen zuiveren de lymfe voordat deze
het veneuze systeem bereikt.
o Thymus: een roze klier in het mediastinum, achter het borstbeen. Hier worden T-
cellen gevormd en tot rijping gebracht. De cortex bevat lymfocyten die omgeven zijn
met cellen, deze cellen geven de hormonen thymosinen af. Thymosinen stimuleert
de deling van lymfoïde stamcellen en de rijping van T-cellen.
o De milt: ligt tussen de maag, de linker nier en het musculeuze diafragma en bevat de
grootste hoeveelheid lymfoïd weefsel in het lichaam. De milt heeft ongeveer
dezelfde functie als de lymfeknopen, alleen filtreert de milt het bloed in plaats van
de lymfe. De milt verwijdert afwijkende bloedcellen en onderdelen hiervan uit het
bloed. Ook start de milt de reacties van B- en T-cellen op antigenen in het bloed. Als
laatst wordt in de milt ook ijzer uit gerecyclede erytrocyten opgeslagen.

Functies van het lymfestelsel
- De productie, het onderhoud en het transport van lymfocyten. De lymfocyten worden
geproduceerd in het rode beenmerg en opgeslagen in lymfoïde organen zoals de milt en de
thymus. Ze reageren op binnendringende bacteriën of virussen, afwijkende lichaamscellen en
op vreemde eiwitten.
- De terugkeer van vloeistoffen en opgeloste deeltjes van perifere weefsels naar het bloed.
Hierdoor wordt het bloedvolume op peil gehouden en de samenstelling van de interstitiële
vloeistof blijft zo gelijk.
- Transport van hormonen, voedingsstoffen en afvalstoffen van uit de plaats van opname in de
weefsels naar het bloed. Stoffen die de bloedsomloop niet rechtstreeks kunnen
binnenkomen, worden via lymfevaten naar de venen vervoerd, bijvoorbeeld de meeste
vetten die worden opgenomen in het spijsverteringskanaal.

Afweer en Immuniteit
Verschil:
- Aspecifieke afweer  bieden bescherming tegen alle binnendringers


23

, o Intacte huid- en slijmvliezen
o Trilhaarepitheel
o Maagzuur
o Macrofagen en microfagen
o Complementsysteem
- Specifieke afweer (immuniteit)

Aspecifieke afweer
Huid:
Als de huid niet beschadigd is, vormt deze een
barrière tegen micro-organismen. Als de huid wel
beschadigd is (bijvoorbeeld door verbranding),
kunnen micro-organismen gemakkelijk het lichaam
binnendringen en infecties veroorzaken.

Trilhaarepitheel:
Trilhaarepitheel biedt bescherming tegen infecties
van de luchtwegen. Op de trilharen bevindt zich
namelijk een laagje slijm waarin bacteriën blijven
plakken. Het slijm wordt vervolgens door de
trilhaarbewegingen afgevoerd in de richting van de
keelholte, zodat de longen schoon blijven.

Alveolaire macrofagen:
Eventuele bacteriën die toch tot de longblaasjes
zijn doorgedrongen, worden door de daar
aanwezige macrofagen opgeruimd. Dit gebeurt
door middel van fagocytose.

Microfagen en Macrofagen (fagocyten):
- Dienen als portiers en surveilleren de
perifere weefsels.
- Verwijderen celresten en reageren op
binnendringende vreemde stoffen of
ziekteverwekkers.
- Vormen de ‘eerste lijn’ van de cellulaire afweer  vallen m.o. aan en verwijderen ze, vaak al
voordat de lymfocyten dit hebben opgemerkt.
- Twee groepen fagocyterende cellen:
o Microfagen: zijn de neutrofielen (celresten of bacteriën) en eosinofielen (vreemde
stoffen of ziekteverwekkers omgeven met antistoffen). Deze verlaten het bloed en
komen beschadigde of geïnfecteerde weefsels binnen.
o Macrofagen: grote actief fagocyterende cellen, stammen af van de monocyten uit de
bloedsomloop.

Effecten van histamine:
- Histamine komt vrij bij weefselschade
- Bindt zich aan receptoren op de vaatwand
- Veroorzaakt vasodilatatie en toename van de permeabiliteit
- Hierdoor neemt de doorstroming van het weefsel toe en kunnen witte bloedcellen
gemakkelijker de vaatwand passeren.



24

,C-reactive Protein (CRP):
- De lever produceert CRP (eiwit) in geval van weefselschade
- CRP bindt zich aan de wand van bacteriën en schimmels
- Deze binding leidt tot activatie van het complementsysteem  groep eiwitten.

Complementsysteem:
- Groep eiwitten die in de inactieve vorm circuleren in het bloed
- Activatie van het complementsysteem leidt o.a. tot:
o Beschadiging van de celwand van bacteriën
o Stimulatie van fagocytose
o Productie van chemotactische stoffen
o Vrijkomen van histamine uit de mestcellen

Specifieke afweer
3 soorten lymfocyten:
- T-lymfocyten  Ongeveer 80% van de lymfocyten, afkomstig uit de
thymus. T-cellen verdedigen ons tegen afwijkende cellen en
ziekteverwekkers in levende cellen. De T-cellen worden geactiveerd
door antigenen wanneer deze antigenen aan membraanreceptoren
van andere cellen zijn gebonden (antigeenpresentatie)
o T-helper cellen (CD4 cellen): stimuleren de activiteit van de B-
en T-lymfocyten door afgifte van cytokinen (regulerende T-
cellen).
o T-suppressorcellen: remmen de werking van T- en B-
lymfocyten (regulerende T-cellen).
o Cytotoxische T-lymfocyten (CD8 cellen): vallen vreemde
cellen en geïnfecteerde lichaamscellen direct aan (cellulaire
afweer).
o T-geheugencellen: sommige cytotoxische cellen ontwikkelen
zich na activatie tot geheugencellen, deze blijven inactief tot
hetzelfde antigeen een tweede keer verschijnt, dan zullen ze
direct cytotoxisch worden, waardoor de immuunreactie
sneller verloopt.
- B-lymfocyten  Ongeveer 10 tot 15% van de lymfocyten, afkomstig
uit het beenmerg. B-cellen verdedigen tegen antigenen en
ziekteverwekkers in lichaamsvloeistoffen. Worden geactiveerd door
de cytokinen van T-helpercellen, hierdoor kan de deling en ontwikkeling tot plasmacellen en
geheugencellen beginnen.
o Plasmacellen: geven antistoffen,
ook wel immunoglobuline, af.
Antistoffen binden zich aan
specifieke doelmoleculen, de
zogenoemde antigenen. Dit zijn
meestal ziekteverwekkers of
andere lichaamsvreemde
stoffen. Dit leidt tot de
vernietiging van het
doelmolecuul of doelorganisme.
(humorale afweer)
o B-geheugencellen: De B-geheugencellen hebben dezelfde functie als de T-
geheugencellen.

25

, - NK-cellen (Natural Killer cells)  horen tot de aangeboren afweer: ze maken
lichaamsvreemde cellen dood (ook kankercellen en cellen die door virussen zijn beschadigd),
zo bewaken ze de perifere weefsels voortdurend, dit wordt immunologische surveillance
genoemd.


Antigeenbindende moleculen:
- Immuunglobuline
- T-cel receptoren
- MHC (Major Histocompatibility Complex) = HLA (Humane Leukocyten Antigeen)  eiwitten
die vastzitten aan de celwand. De afweercellen kunnen aan de hand van deze eiwitten zien
of een cel lichaamseigen of lichaamsvreemd is.

Begrippen:
- Besmetting: de verplaatsing van een mo van de ene plek naar de andere plek. Dus wanneer
een mo terecht komt in jouw lichaam.
- Infectie: wanneer het mo die jou besmet heeft, zich gaat vermenigvuldigen, waardoor je er
ziek van kunt worden.
- Ontsteking: reactie op een schadelijke prikkel (virus, bacterie)
- Infiltraat:
- Pus: wanneer veel bacteriën en witte bloedcellen op een plek dood gaan.
- Abces: pus in een voorheen niet bestaande holte.
- Empyeem: ophoping van pus in een bestaande holte.
- Bacteriëmie: bacteriën zijn in de bloedbaan gekomen, als deze bacteriën zich gaan
vermenigvuldigen ontstaat er sepsis.


Allergie
Een allergie is een overdreven reactie op iets wat niet schadelijk is, een onjuiste of overmatige
immuunreactie op antigenen.
Indeling:
- Type 1 (IgE-allergie, bijv. astma, hooikoorts, constitutioneel eczeem, anafylaxie)
- Type 2 (IgG-antistoffen, bijv. transfusiereactie)
- Type 3 (antigeen-antistofcomplexen)
- Type 4 (vertraagd type overgevoeligheid, bijv. nikkelallergie)

IgE-allergie:







Latexallergie:

26

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur femkewestheim. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

73314 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€3,49
  • (0)
  Ajouter