Gynaecologissche pathologie
1. Anamnese en onderzoek
1.1 Anamnese
administratieve gegevens
- naam
- geboortedatum
- telefoonnummer
- e-mail
- huisarts
- beroep
- …
reden van consultatie
o zwangerschap
Hierbij bevraag je voorgaande zwangerschappen, maar ook de
bevalling.
o preventief onderzoek
Bijvoorbeeld: uitstrijkje, toucher, borstonderzoek, …
o anticonceptie
o cyclusstoornissen/bloedingsproblematiek
o infectie/fluor
Fluor
= vaginale afscheiding
o buikpijn/dysmenorroe
Hierbij bekijkt men of het pijn is die te maken heeft met de
menstuatie of juist niet zoals bijv. door spastische darmen.
Dysmenorroe
= pijn bij menses
Primaire dysmenorroe
= persoon had altijd al pijn tijdens de menses
Secundaire dysmenorroe
= persoon heeft pijn tijdens de menses die later is ontstaan
o urinaire klachten
Dysurie
= pijn bij plassen
Pollakisurie
= frequent plassen
Stress incontinentie
= als je hoest, niest, lacht, … waarbij je je buikspieren aanspant urine
verliezen
kine of operatie
Urge incontinentie
= als je het gevoel hebt dat je moet plassen niet meer op tijd naar het
toilet kunnen
1
, medicatie
Gemengde incontinentie
= combinantie van stress- en urge incontinentie
o verzakking
Cystocoele
= verzakking van blaas
Rectocoele
= verzakking van rectum
Prolaps uteri
= verzakking uterus
Vaginaletopprolaps/koepelprolaps
= verzakking vagina
o seksuele problemen
Dyspareünie
= pijn tijdens vrijen
Libidoverlies
= gebrek aan verlangen naar seks
voorgeschiedenis
o algemeen
belangrijke ziekten
Bijvoorbeeld: epilepsie, diabetes, …
operaties
Bijvoorbeeld: verwijderen amandelen, verwijderen
poliepen, gynaecologische ingrepen, …
familiale anamnese
Bijvoorbeeld: kanker, erfelijke ziekten, cognitale
afwijkingen, …
o gynecologisch
regelmaat cyclus
Normaal duurt een cyclus 28d.
Oligomenorroe
= weinig mensen in tijd, cyclus van meer dan 6w of 42d
Polymenorroe
= veel menses in tijd, cyclus van minder 3w of 21
hoeveelheid cyclus
Normaal verliest een vrouw zo’n 40-80ml.
Hypomenorroe
= weinig bloedverlies
Hypermenorroe
= veel bloedverlies
duur cyclus
Gemiddeld door het bloedverlies zo’n 4-5d.
Menorragie
2
,= bloedverlies dat langer duurt dan 10d
Metroragie
= tussentijdsbloedverlies
menopauze
De menopauze is de leeftijd van de laatste menstruatie.
menarche
De menarche is de leeftijd van de eerste bloeding.
o verloskundig
G = graviditeit = aantal zwangerschappen
P = pariteit = aantal bevallingen
A = abortus = spontaan miskraam
AAP = abortus arte provocatus = bewust beeïndigen van
zwangerschap
EUG = extra-uteriene graviditeit = buiten baarmoederlijke
zwangerschap
M of L = mater = levende kinderen
IUVD of MIU = intra-uteriene vruchtdood = mors in utero
= kindje overlijdt tijdens zwangerschap
medicatie
- voor diabetes
- voor astma
- voor reuma
- antibiotica
- minipil
- prikpil
- combinatiepil
- spiraal
- …
1.2 Klinisch gynecologisch onderzoek
Wat wordt er bij een gynecologische onderzoek onderzocht?
direct zichtbare kenmerken
- lichaamsgewicht
- dysproporties
- tatoeages, piercings
- hirsutisme
Hirusitmse
= abnormale beharing op plekken die typische mannelijk
abdomen
o inspectie
- littekens
- striae
- abnormale welvingen
3
, o palpatie
- pijnlijke plekken
- tumoren
- ascites
- spierspanning
- ascites
Ascites
= vocht in de buik (meestal teken van eierstofkanker)
genitalia externa
mons
pubis
clito
ris commisura
labia anterior
majora vestibulum
uret
labiahra introtius
minora
hymenal vaginalis
e ring
commisura
perine posterior
um
an
us
genitalia interna
o speculumonderzoek
Een speculum moet altijd ingebracht worden in een hoek van
45° dorsaal. Via dit onderzoek kan men de cervix, fornix en
rugae vaginalis bekijken. Bij de cervix kijkt men naar het
rodehof, mucus, fluor, poliep, draadjes van spiraaltjes,
uitstrijkjes nemen, …
4