Samenvatting Gerechtelijk Privaatrecht
Op weg naar het gerechtelijk recht
Sein; is het louter feitelijke toestanden, dus waarnemingen, naar de exacte wetenschappen. Vb.
Wiskunde.
Sollen; is hoe iets behoort te zijn. Vb. recht, flosofe.
Rechtsregel; is een bindend voorschrif waaraan de mens zich behoort te houden. Dit duidt op het
verschil tussen bevel en verbod. Bevel; iets dat je moet doen, Verbod; iets dat je niet mag doen.
Rechtsregels moeten antwoorden aan drie cumulateve voorwaarden. De betrekking op het uiterlijk
gedrag van mensen in de maatschappij; men kan intentes niet kennen. Het moet uitgevaardigd
worden door personen die gezag hebben; uitgevaardigd door de overheid. Die moeten afdwingbaar
zijn; met dwang
Dit is allemaal van objectef recht, en de vastlegging van de rechtsregels in een authenteke tekst.
Rechtsstaat; de maatschappij wordt geregeld door het geheel van onderling consistente ratonele
weten, waaraan ook de machten zelf en zelfs het tot stand komen van de wet onderworpen zijn. Een
rechtsstaat is een algemene gelding van de wet, dat wilt zeggen dat gelijke situates met elkaar
vergelijkbaar zijn. De rechtsstaat herkennen we ook aan de drie machten, en een volledige
onafankelijke rechtelijke macht. Binnen een rechtsstaat kennen we het materieel recht; zijn
maatschappelijke gedragingen die naar inhoud worden bepaald. Formeel recht; is het
handhavingsrecht om voor de rechtbank te dagen.
Gerechtelijk recht
Is het formeel recht dat dient om de materiele rechten te handhaven. Het doel van het gerechtelijk
recht is om eigenrichtng uit te sluiten en verplicht om zich te beroepen op een rechter om materiele
en subjecteve rechten te realiseren. Die subjecteve rechten is de concrete aanspraak dat iemand
kan laten gelden op basis van het objectef recht.
Eigenrichtng is zichzelf recht doen zonder tussenkomst van de rechter. Hierop bestaat een paar
uitzonderingen, bij de niet-nakoming, het retenterecht; als de ene partj niet uitvoert, de andere ook
niet.
Procedureverloop in eerste aanleg
1. Inleiding van 2. Inleidende zitni 3. Pleitzitni 4. Uitspraak
het geding
- Dagvaarding - Korte debaten - Vonnis
- Conclusiekalender - Uitvoerbare
uitgife =
grosse
Nog vóór het dagvaardigen moet je u partj ingebreke stellen, aanmanen dus.
,Onder de dagvaarding verstaan we een korte uitéénzetng, de vraag en de datum. De korte
uitéénzetng is bij éénvoudige zaken, dan wordt er onmiddellijk een vonnis uitgesproken.
Onder de vraag verstaan we dat we overgaan tot een conclusiekalender, waarbij schrifelijke
conclusies neergelegd worden.
Op de pleitzitngen komen u sterkste argumenten nog eens naar voor, ook eventuele
onduidelijkheden worden opgelost.
Vóór de uitspraak neemt de rechter de zaak in beraad, om vervolgens een uitspraak te geven, waarin
uitdrukkelijk gemotveerd wordt.
In de rechtbank is de eisende partj links.
Een proces is zeer onvoorstelbaar. Gelijk hebben is van materieel recht, gelijk krijgen is formeel
recht.
Burgerlijk procesrecht
Bevat alle regelen van gerechtelijk recht die betrekking hebben op het privaatrecht. Het privaatrecht
is het geheel van rechtsregelen die betrekking hebben op de onderlinge verhouding tussen burgers.
Het burgerlijk recht behandelt geschillen tussen burgers, het handelsrecht behandelt geschillen
tussen kooplieden en ondernemingen, het sociaal recht behandelt geschillen tussen werknemer en
werkgever en over socialezekerheidsrecht.
Het burgerlijk procesrecht kan soms ook een andere interpretate aannemen; een tak van het
gerechtelijk privaatrecht die uitsluitend betrekking heef op de regels betrefende het geding en het
geschil.
Bronnen van het burgerlijk procesrecht
1. Grondwet
2. Gerechtelijk wetboek
3. Bijzondere weten en decreten
4. Rechtspraak
5. Rechtsleer
6. Internatonale verdragen
7. Algemene rechtsbeginselen
8. rechtspraktjk
1. de grondwet verteld over de rechtelijke macht dat die zich enkel mag baseren op feitelijke
zaken, uitspraken maken, weten toepassen die door de wetgevende macht werden
gemaakt.
De Hoge raad voor Justte zorgt voor de selecte en benoeming van magistraten. Dit orgaan
werd ingevoerd om de onafankelijkheid te waarborgen en zo een totale uitsluitng te
creëren voor vriendjespolitek. Dit orgaan staat volledig buiten de drie machten.
, 2. Het gerechtelijk wetboek bestaat uit zeven delen, waarvan we dit jaar vier gaan bespreken;
algemene beginselen, rechtelijke organisate, bevoegdheid en burgerlijke rechtspleging.
Het wetboek werd al een paar keer gewijzigd. Hier vinden we ook de wet van de natuurlijke
rechter; zaken worden verdeeld volgens hun natuur, dus bv. Voor de rechtbank van
Koophandel was dat handelsrecht en economisch recht. Vroeger moest men ook voor één
dossier naar drie verschillende rechtbanken gaan. Vb. nu familierechtbank.
3. Men heef geprobeerd om zoveel mogelijk wetgeving bij elkaar te steken in et Gerechtelijk
Wetboek maar dat is onmogelijk, soms moet men teruggrijpen naar andere wetgeving. Vb.
Procedure in verband met afstamming, zal worden behandeld aan de hand van het Burgerlijk
Wetboek en het Gerechtelijk Wetboek.
4. Artkel 6 duidt op een systeem zonder bindende precedenten; wanneer er in een zaak
bepaalde feiten zich voordoen, gaat hij op zich hier later op baseren. Er is ook een algemene
regel van motveringsplicht.
Uitzonderlijk voor het Hof van Cassate omdat zij zeer snel van gedacht veranderen.
5. Werkt enorm inspirerend voor rechters en rechtzoekenden.
6. Vb.EEX-Vo; geschillen met vreemde elementen; auto-ongeval in Polen tussen een Belg en
een Duitser.
7. Dit zijn ongeschreven regels: beginselen die het moreel en insttutoneel kader vormen,
waarop de maatschappelijke organisate rust. Vb. recht van verdediging (kans op
verdediging), verbod van eigenrichtng, onafankelijkheid en onpartjdigheid van de rechter,
beschikkingsbeginsel; partjen zijn baas over hun geschil, de rechter kan binnen u grenzen
beslissen, vooral alles wat schadevergoedingen betref.
8. Zijn vooral rechtbankgebonden. Vb. akkoordprotocollen rechtscolleges en balie; is een soort
uurrooster voor het verloop van de rechtbank.
Kenmerken
1. Natonaal karakter
2. Gemengd karakter
3. Dynamisch karakter
4. Dienend karakter
5. Vormelijk karakter
6. Autonoom karakter
7. Dwingend karakter
8. Accusatoir karakter
9. Ethisch en sociaal
1. Voor België geldt het Belgisch gerechtelijk recht. Het grenzeloos procederen is nochtans een
feit, uniformiseren in Europa dringt zich op.
2. Zowel publiekrecht; inrichtng en werking gerecht plus handhaving
Als privaatrecht; geschil tussen burgers private aanspraken.
3. Staat onder de invloed van de wijzigende maatschappij. Vb. Bij sommige rechtbanken
kunnen conclusies digitaal bezorgd worden.
4. Is vooral faciliterend. Dit draagvlak is van materieel recht. Het is dubbel dienend, want door
humane oplossingen in individuele conficten komt men tot een nieuwe en betere
rechtsordening en rechtvaardige maatschappij. Subjecteve rechten kan men uitvoeren
dankzij het gerechtelijk karakter.
, 5. Formalisme is een noodzakelijk kwaad; voor partjen moet er een eerlijk en vlot proces zijn
(met gelijke wapens). Voor de maatschappij is dat een garante tegen rechterlijk willekeur en
almacht.
6. Afzonderlijke rechtstak.
7. Openbare orde; ter bescherming van iedereen, de samenleving, kan nooit van worden
afgeweken.
Dwingend recht; ter bescherming van bepaalde private belangen. Kan slechts na het
ontstaan van het geschil door de partjen van afgeweken worden.
Aanvullend recht; geldt enkel als de partjen hierover geen andere regeling hebben
uitgewerkt. Dus alle partjen kunnen er vooraf bij overeenkomst van afwijken.
Alles wat te maken heef met de rechtelijke organisate, rechtsgebied, wacht-en
vervaltermijnen is van openbare orde en heef te maken met de rechtsvordering. De rechter
is bevoegd tot de kennisneming van de vordering; van de woonplaats van de
verzekeringsnemer, wanneer het om verzekeringsgeschillen gaat, ongeacht het voorwerp,
onverminderd de bepalingen tot regeling van de zeeverzekering tot betrekking van
schadevergoedingen van arbeidsongevallen.
Casus:
Els woont in Gent en heef een brandverzekering bij Ethias. Ethias (zetel in Hasselt) dagvaardt Els
voor de rechtbank van eerst aanleg te Limburg afdeling Hasselt wegens niet betaling van de premie
en ontbinding van het contract. In de polis staat “alle geschillen met betrekking tot dit contract
worden beslecht voor de rechtbanken van de zetel van de verzekeringsmaatschappij”
De clausule is niet van toepassing omdat Els in Gent woont, dit is van dwingend recht. Afwijken na
het ontstaan van het geschil is mogelijk enkel als het in voordeel is van de zwakke partj.
Casus:
Tom tekent hoger beroep aan tegen een vonnis op 18 september 2014. De beroepstermijn was
echter afgelopen op 15 september. Tom heef een akkoord met de tegenpartj in verband met het
laatjdige hoger beroep.
De zaak is onontvankelijk, het gaat om een regel van openbare orde.
8. Het beschikkingsbeginsel en partjautonomie zijn basisbeginselen. Partjen kunnen derden
betrekken, hebben het initatefrecht en de afakening van het geschil. De rechter is lijdelijk,
hij moet toezien op een ordelijk procesverloop.
9. Is een bijdrage tot het realiseren van een rechtvaardige maatschappij.
Toepassingsgebieden inzake rechtssubjecten
Dit geldt voor iedereen dat rechtsbekwaam is als rechtssubject; dus dragen van rechten en plichten.
The king can do no wrong; de Koning geniet van een strafrechtelijke immuniteit in Belgie, maar is niet
absoluut door de invoering van het Internatonaal Strafof 2000. Voor bepaalde misdrijven kan de
Koning wel aansprakelijk gesteld worden. Vb. genocide. De politeke onschendbaarheid is wel