Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Strafrecht en Strafprocesrecht - GESLAAGD EERSTE ZIT (C07I8a) €10,49   Ajouter au panier

Notes de cours

Strafrecht en Strafprocesrecht - GESLAAGD EERSTE ZIT (C07I8a)

 42 vues  1 fois vendu

Uitgebreide (voornamelijk bij de belangrijkste lessen) notities bij de slides van het vak strafrecht en strafprocesrecht (volledig), inclusief enkele examenvragen tussendoor. Geslaagd in eerste zit door enkel deze notities te studeren! Veel succes iedereen!

Dernier document publié: 9 mois de cela

Aperçu 10 sur 324  pages

  • 14 janvier 2024
  • 15 janvier 2024
  • 324
  • 2023/2024
  • Notes de cours
  • M. p.
  • Toutes les classes
Tous les documents sur ce sujet (20)
avatar-seller
lunameier
Strafrecht en strafprocesrecht
Deel 1: Algemene oriëntatie


1 WAT IS STRAFRECHT

1.1 INLEIDING
1.1.1 Wat is strafrecht?
- Belangrijke aspecten binnen strafrecht
• Misdrijven en misdadigers
• Politie, procureurs, rechters, hoven en rechtbanken
• Slachtoffers

- Het doel van strafrecht is straffen (4)
• Reactie tegen laakbare gedragingen
o Bv: Taliowet ≈ “Oog om oog, tand om tand”
• Preventie voor laakbare gedragingen
o Positieve preventie; voorkomen dat daders wederom in de fout gaan
o Negatieve preventie: boorkomen dat alle burgers in de fout gaan
• Resocialisatie van misdadigers
MAAR er zijn ook nog andere doelen (bv: maatschappij reguleren, moraliteit beschermen,…)

- Wortels van huidig strafrecht
Theorieën (2)
o Theorie 1: Modern strafrecht
• Montesquieu, Voltaire, Bentham, Feuerbach, Beccaria …
• Het wetboek komt uit de periode van de Verlichting (± einde 18de eeuw)
• Kenmerken
o Iedereen vindt dat straf te willekeurig is (willekeur vermijden!)
▪ Gevolg: moeten het rationaliseren (= er moet nood zijn aan een
goede reden om mensen te bestraffen
o Moet het strafrecht humaniseren (menselijker maken)
▪ = Mensen bestraffen voor specifieke feiten die een probleem
vormde voor de maatschappij (≠ politieke doelstellingen)

o Theorie 2: ‘Klassieke school’
• Theorie waarin men uitgaat van de homo economicus (mensen) met vrije wil
o Strafrecht als ultima ratio (=Het is het laatste middel) -> utilitarisme!
▪ Repressieve functie - beperkt tot schending van essentiële
goederen (vb. leven, eigendom …)
▪ Maar moeten vermijden dat het te veel wordt gebruikt (binnen
bepaalde limieten gebruiken)
o Heeft aandacht voor criminele feiten (meer dan voor daders)
▪ MAAR het is moeilijk om te weten wanneer iemand gevaarlijk is.


1

, a) Déclaration des droits de l’homme et du citoyen (= verklaring van rechten van mens en burger)
o 26/08/1789: vinden hun beginselen in de Klassieke school
o Deze ideologieen vinden we nu dus nog terug in de vroeste verklaringen en daarom
is legaliteit zo belangrijk voor de klassieke school
o Artikels
▪ Art. 5 ‘Schade’
• De wet heeft slechts het recht handelingen te verbieden, die schadelijk zijn
voor de maatschappij.
▪ Art. 7 ‘Legaliteit I’
• Niemand kan beschuldigd, aangehouden of gevangen worden dan in bij wet
bepaalde gevallen en in vormen, die zij heeft voorgeschreven
▪ Art. 8 ‘Legaliteit II en proportionaliteit‘
• De wet kan slechts strikte en noodzakelijke straffen opleggen, en niemand
kan gestraft worden dan door een wet die is vastgesteld en uitgevaardigd
vooraf aan het delict en op wettige wijze toegepast.
▪ Art. 9 ‘Vermoeden van onschuld‘

b) Franse wetboeken tijdens en na de Revolutie
o Het Belgische wetboek is het gevolg van eerdere wetboeken.
▪ Bv1: Franse Revolutie zorgt voor twee nieuwe wetboeken: verklaringen,
ideeën en beginselen van de Verlichting
• Franse code révolutionair 1791
• Franse code révolutionair 1795
▪ Bv2: Nadien in Napoleonistische tijd is er het Frans wetboek 1810.
• ≈ Blijft trouw aan aantal beginselen van Verlichting
o Bv: Legaliteit
• MAAR: Er is een uitbreiding van misdrijven tegen veiligheid en
politiek regime (absoluut regime).

1.1.2 Materieel vs. formeel strafrecht


Materieel strafrecht Formeel strafrecht
- Rechtsnormen die bepalen wie, - De regels aangaande het verloop van
waarvoor, wanneer strafbaar is en het strafproces.
welke sancties opgelegd kunnen - Strafprocedure, strafvordering, straf-
worden rechtspleging, tenuitvoerlegging en
- Essentie van wat (niet) mag rechtshulp.
Bv: Doodslag, moord,… - Wat moet er gedaan worden als er een
misdrijf is gepleegd?” Bv: Wat doet de
Het gaat soms ook over wat men niet mag politie, een rechter,…?
weigeren om te doen.
↓ Materieel strafrecht bestaat altijd uit drie vragen:
(1) Wat moet strafbaar zijn? Wat moet verboden worden? → Misdrijven
(2) Wie moet gestraft worden? → Misdaders (maar alleen mensen?)
(3) Wanneer moet iemand gestraft worden voor iets wat strafbaar is? → Voorwaarden voor
individuele aansprakelijkheid en strafrechtelijke sancties.




Pagina 2 van 324

,1.2 HET BELGISCHE STRAFWETBOEK
1.2.1 Geschiedenis


• Franse Code pénal (1810) is van toepassing.
Belgische • Art. 139 GW omtrent "binnen de korst mogelijke tijd"
onafhankelijk-
heid 1830


• Nieuw Strafwetboek (1867) o.b.v. Franse wetboek.
•Heersend klassieke strafrechtsdenken gebaseerd op liberale klassieke school
Belgische • Veel nieuwe wetten.
onafhankelijk- • Invoering van bepaling wordt beïnvloed door nieuwe sociaal verweer.
heid (2)


• Wetenschappelijk onderzoek staat centraal, bv: Ferri & Lombroso
• Lombroso is op zoek naar patronen in de gezichten van misdadigers
Theorie nieuwe • Ferri zegt dat de oorzaak van criminaliteit terug te vinden is in armoede
sociaal verweer • Strafrecht dient om de maatschappij te beschermen (preventie)




1.2.2 Strafwetboek: algemeen deel (1) vs. bijzonder deel (2)
a) Belgische strafwetboek
o Het Belgische strafwetboek bestaat uit twee boeken:
▪ Algemeen deel (≈ boek I)
• Deel dat de fundamentele regels bevat die van toepassing zijn op alle
misdrijven voor iedereen (= 11 hoofdstukken)
▪ Bijzonder deel (≈ boek II)
• Deel dat de fundamentele specifieke regels bevat voor specifieke
misdrijven (bv: Moord, corruptie, diefstal,…)
• ≈ Misdrijven tegen: openbare trouw, personen, eigendom, familiale orde
en openbare zedelijkheid, openbare veiligheid en orde.
b) Codificatie
o Alle regels in één wettekst of boek voor meer duidelijkheid omdat er niet te veel
interpretatie mogelijk mag zijn (= essentieel teken van strafrecht)
MAAR: Het wordt steeds meer vervuild door recente wetten.
▪ Complementaire wetten
• Wetten die niet in het boek I van het strafwetboek staan maar er
toch integraal deel van uitmaken.
o Bv: Wet 08/04/1965 over Jeugdbescherming, wet
29/06/1964 over opschorting, uitstel en probatie
▪ Bijzonder strafrecht
• Bevatten specifieke misdrijven en is een bijzonder deel van
strafrecht.
• Bv: Boek II Strafwetboek, drugswet 24/02/1921




Pagina 3 van 324

,1.3 FORMEEL STRAFRECHT – STRAFVORDERING
• ≈ Was/is er een misdrijf?
• ≈ Wie heeft het misdrijf gepleegd?
o Ontdekken van misdrijf.
o Onderzoeken of het mogelijk is dat er een misdrijf was.
o Beoordelen van de zaak.
o Veroordelen of vrijspreken.

• ≈ Welke straf zou opgelegd moeten worden?
o Veroordelen van de misdadiger
o Wordt enkel pas op het einde gesproken van een misdadiger.
▪ En in geval van veroordeling
• MAAR opgelet: veroordeelde ≠ misdadiger (een veroordeelde die
beroep heeft aangetekend, kan nog onschuldig zijn)
▪ Voordien gaat het over ‘verdachten’, ‘beklaagden’, ‘beschuldigden’.
▪ ≈ Niemand als schuldig beschouwen tot aan het einde van de procedure.

Onderzoek Vonnis
MISDADIGERS

Verdachten Beklaagden/ Veroordeelden
Beschuldigden


1.3.1 Het Belgische wetboek van strafvordering
• België is beide waarbij het de voorkeur heeft voor accusatoir
• Wetboek Strafvordering – Sv. (Code d’instruction criminelle, 1808) + wijzigingen & andere
wetten
o bv. Voorafgaande Titel (V.T.Sv.), Franchimont wet 12 Maart 1998, BOM wet januari
2003, Potpourri wetten …
• Een strafprocedure houdt inbreuken in op individuele rechten van de verdachte.
• Bv: Een huiszoeking is een inbreuk op ‘recht op privacy’.
o Gevolg: Nood aan een wettelijke bepaling met concrete waarborgen (als
bescherming tegen willekeur)
o Bv: Vereiste van proportionaliteit
• Afweging maatschappelijk belang (rechtsbedeling), efficiëntie en individuele rechten
o Uitkomst = variabel (afhankelijk van tijd, plaats, onderliggende waarden & normen)

a) Classificatie
o Uitkomst van afweging tussen tegenovergestelde belangen = variabel (tijd, plaats,
onderliggende waarden & normen)
o Meest bekende classificatie = tegenstelling tussen accusatoire en inquisitoire
procedure
▪ Accusatoir
• Geschil tussen twee partijen op gelijke voet: aanklager (SO) vs
Beklaagde
• Rechter als scheidsrechter (geen actieve rol)
• Openbare, tegensprekelijke en schriftelijke procedure (VS, VK)

Pagina 4 van 324

, ▪ Inquisitoir
• Geschil tussen partijen die niet gelijk staan met elkaar
• Geheime, niet-tegensprekelijke en schriftelijke procedure
• Geen gelijkheid tussen partijen
• Actieve rechter die op zoek gaat naar de waarheid.
• Bv: Jugement de l’eau
o Gooien de verdachte in het water met een steen aan de
voeten gebonden. Men zei: “Wanneer hij drijft, is hij
schuldig. Wanneer hij zinkt, is hij onschuldig” waardoor de
uitkomst altijd negatief zal zijn.
o MAAR: Foltering is vandaag de dag strafbaar: art. 417ter Sw.

Art. 417ter SW
“Hij die een persoon aan foltering onderwerpt, wordt gestraft met opsluiting van 10 tot
15 jaar hetzij door een openbaar officier of ambtenaar, drager of agent van de
openbare macht die handelt naar aanleiding van de uitoefening van zijn bediening”.



b) Doel van de strafprocedure
▪ Misdrijven en daders opsporen.
▪ De waarheid vinden.
▪ De rechten van individuen waarborgen.

Strafprocesrecht maakt gebruik van macht en ingrijpende maatregelen door Staat.
Bv: Arrestatie, huiszoekingen,… (= toegelaten vorm van ingrijpen).
MAAR: Ook een noodzaak om fundamentele rechten (van verdachte, beklaagde,
beschuldigde en derden te beschermen (strafvordering als beschermde functie)




2 SITUERING VAN HET STRAFRECHT TUSSEN ANDERE RECHTSDISCIPLINES

2.1 STRAFRECHT EN SOEVEREINITEIT
• Strafrecht en strafprocesrecht zijn verbonden aan soevereiniteit
• In principe is nationaal recht enkel van toepassing op misdrijven die gepleegd zijn in België.
• Art. 3 Sw: Territorialiteit
o Ruime zin gaat het over ubiquiteit.
▪ = Het maakt niet uit welk deel van het feit gepleegd is in België
▪ Bv: Vanuit België toestellen in Nederland hacken of andersom
• Misdrijf is op verschillende grondgebieden dus 'Ubiquiteit' wordt toegepast
= Kleinste deel op ons grondgebied is voldoende om te bestraffen
• Toch kunnen ook feiten in België worden bestraft, die niet plaatsvinden op ons grondgebied.
o Art. 4 Sw: Misdrijf gepleegd buiten het grondgebied van Belgie wordt in Belgie niet
gestraft dan in de gevallen bij de wet bepaald
▪ “Het misdrijf, buiten het grondgebied van het rijk door Belgen of door vreemdelingen
gepleegd, wordt in België niet gestraft dan in de gevallen bij de wet bepaald” (zie
ook art. 6 Sv en volgende: p. 2 415)



Pagina 5 van 324

,2.2 STRAFRECHT VS. ANDERE RECHTSGEBIEDEN
• Wat is het verschil tussen strafrecht en andere rechtsgebieden? Wat is kenmerken voor
strafrecht?
• Strafrecht als integratiefunctie (helpt andere rechtstakken)
o Het gaat om sterkere waarborgen, deze zijn nodig binnen het strafrecht (heeft
grote gevolgen)
• Kenmerken strafrecht
o De verhouding tussen overheid en burgers.
▪ Civiel (‘burgerlijk’) recht = de verhouding tussen burgers
o Straffen en strafrechtelijke sancties.
▪ Criminele straffen zijn slechts een type van strafrechtelijke sancties
• Criminele straf  strafrechterlijke sancties
o Strafrechtelijke sancties zijn een grotere groep
o Criminele straffen zijn straffen voor een welbepaalde
groep misdrijven (bv: misdaden)
o Het gaat om sterkere waarborgen, deze zijn nodig binnen het strafrecht (heeft
grote gevolgen)



2.2.1 De autonomie van strafrecht
• Strafrecht beschermt rechtsgoederen en rechtswaarden uit andere rechtstakken.
o Bv: art. 461 Sw - Diefstal: “Hij die een zaak die hem niet toebehoort, bedrieglijk
wegneemt, is schuldig aan diefstal”

SR slechts als hulp van andere rechtstakken of autonoom? →JA en NEE! (R.A.*)
SR alleen sanctioneringsfunctie voor andere rechtstakken?

• Strafrecht heeft een relatieve autonomie*.
o ! Heeft zijn eigen functie, begrippen, interpretatieregels en logica
o Strafrecht is autonoom met eigen vermogen
o LOGICA VAN STRAFRECHT HEEFT VOORRANG OP ANDERE RECHTSTAKKEN (≈
autonoom)
o 3 soorten
▪ (1) Functionele autonomie
• Strafrecht bevat eigen gedragsnormen, los van andere rechtstakken
• Strafrecht heeft ook een eigen finaliteit (meer dan enkel handhaving
van andere rechtstakken)
o Schending van strafrechtsregels = schending van
rechtsordening.
o Strafrechtelijke handhaving ≠ Burgerrechtelijke handhaving.
• Er is een stigma-impact
o Strafrecht is stigmatiserend
o Strafrecht is ingrijpend met een grote impact
→ Soms is de betrokkenheid bij een misdrijf al een straf.




Pagina 6 van 324

, ▪ (2) Conceptuele autonomie
• Begrippen, definities en instellingen uit andere rechtstakken hebben
niet noodzakelijk dezelfde betekenis
o Interpretatie afhankelijk van rechtsgoederen die door
misdrijven beschermd worden
• Aparte definities in strafwet en belang rechtspraak
o 2 Uitzonderingen: art. 16 V.T.Sv. :
▪ Misdrijf verband met uitvoering contract waarvan
bestaan ontkend of uitlegging betwist word (bv
omkoping)
▪ Regels burgerlijk recht van toepassing op
strafrechter

▪ (3) Autonomie van strafprocesrecht t.a.v. gerechtelijk recht: art. 2 Ger. W
• Ger.W. toepasselijk op alle procedures, behalve wanneer geregeld
door niet uitdrukkelijk opgeheven wetsbepalingen of door
onverenigbare rechtsbeginselen
o Dus: Ger.W. = aanvullend
o Sv. gaat voor tenzij lacunes (in gevallen van geen regeling)
▪ Maar let op: bepaalde regels Ger.W. zijn niet te
verzoenen met beginselen strafrechts(pleging) =>
niet toepassen
▪ Bv. art. 736 Ger.W.(mededeling stukken aan
tegenpartij) ↔ zwijgrecht


2.2.2 Strafrecht is een deel van het publiekrecht
1. Verhouding individu (of rechtspersoon) & Staat
2. Strafwetten = openbare orde
3. Handeling van Staat tegen individu

• Ook verhouding beklaagde-slachtoffer publieke dimensie
o Bv. toestemming slachtoffer sluit misdrijf niet uit
o Maar kan ook burgerlijke (civiel) component hebben:
▪ Strafproces: Burgerrechtelijke procedure binnen strafprocedure voor
schadevergoeding (‘burgerlijke partij stellen’)



2.3 INDELINGEN VAN HET STRAFRECHT
a) Materieel strafrecht* vs. formeel strafrecht
o Gaat over ‘bad actions and bad boys’
▪ Wat is strafbaar? (feiten)
▪ Wie is strafbaar?
▪ Welke straffen?




Pagina 7 van 324

, b) Algemeen strafrecht vs. bijzonder strafrecht

Algemeen strafrecht Bijzonder strafrecht
Boek I Strafwetboek en complementaire Boek II Strafwetboek en bijzondere straf-
wetten. wetten.

Voorbeelden: Voorbeelden:
Legaliteit, bepalingen over straffen en straf- Drugswet, verkeersstrafrecht, fiscaal strafrecht,…
toemeting, poging, deelneming, herhaling,…



• Scharnier tussen algemeen en bijzonder SR
o Er is een toepassing van de algemene regels (=boek I Sw + complementaire wetten)
op :
(1) Misdrijven van boek II: geen aparte rechtsregel vereist
(2) Bijzondere strafwetten: art. 100 Sw
Bij gebreke van andersluidende bepalingen in bijzondere wetten en verordeningen,
worden de bepalingen van het eerste boek van dit wetboek toegepast op de misdrijven
die bij die wetten en verordeningen strafbaar zijn gesteld, met uitzondering van
hoofdstuk VII […] en van artikel 85.

▪ Er zijn drie uitzonderingen op de regel
• Andersluidende bepalingen (=lex specialis)
 > Lex specialis krijgen voorrang op lex generali1
• Hoofdstuk VII Boek I Sw (=deelneming aan misdaad of wanbedrijf)
• Art. 85 Sw (=verzachtende omstandigheden bij wanbedrijven)

c) Art. 11 BWHI
o Dit artikel regelt de toepassing van het algemeen strafrecht op regionaal
strafrecht (vooral decreten en ordonnanties)
▪ Vergelijkbaar met art. 100 Sw
▪ MAAR: Art. 11 BWHI voorziet alleen een uitzondering voor afwijkende
bepalingen (lex specialis)
• “Binnen grenzen van de bevoegdheden van Gemeenschappen en Gewesten
kunnen de decreten de niet-naleving van hun bepalingen strafbaar stellen
en straffen wegens die niet-naleving bepalen; de bepalingen van Boek I van
het Strafwetboek zijn hierop van toepassing, behoudens de uitzonderingen
die voor bijzondere inbreuken door een decreet kunnen worden gesteld”.

▪ De regel is dat boek I Sw (+ complmentaire wetten) van toepassing is,
inbegrepen hoofdstuk VII en art. 85 Sw.
▪ MAAR: Met uitzondering van expliciete afwijkingen in een regionaal decreet
of ordonnantie.




1 Bijzondere wetten krijgen voorrang op algemene wetten


Pagina 8 van 324

,2.4 WAT IS EEN MISDRIJF?
• De definitie van een misdrijf staat niet in de wet.
• Bv: art. 1 SW zegt dat een misdrijf een misdaad, wanbedrijf of overtreding is (maar dit is
afhankelijk van het type straf)

a) Kenmerken* misdrijf
o *Pogingen om kenmerken te vinden!
Schadelijk gedrag? Onethisch gedrag? Verstoring vreedzame samenleving?...
o Het is moeilijk om dit vast te stellen!
o Formeel criterium: Een misdrijf is wat door de wet gestraft wordt met een
strafrechtelijke sanctie
▪ Klopt niet helemaal, geen inhoudelijke criteria,..
▪ Problemen/ gevaren formele definitie
• wat als wetgever van misdrijf er een administratief inbreuk (bv
geldboete) van maakt met sanctie die uiteindelijk zo ingrijpend is als
oorpsponelijke strafrechtelijke sanctie?
 Er is een verschil met label
• strafrechterlijke sanctie vs administratieve sanctie
• algemene regels strafrecht gelden niet op
administratieve inbreuken

Mijlpaalarrest: EHRM Engel e.a. v. NL (23/11/1976):

• Feiten die niet met strafrechtelijke sancties gestraft worden,
kunnen toch ook tot het 'strafrechtelijk gebied' behoren
o Bv. decriminalisatie, maar punitieve straffen
• Waarborgen van het strafrecht kunnen niet omzeild worden



b) Hoofdstraffen en bijkomende straffen
o Hoofdstraffen: zelfstandig, kunnen zonder enige andere straf worden opgelegd
o Bijkomende straffen (zelfstandig): komen samen voor met hoofdstraffen
o Geen twee hoofdstraffen (verbod hoofdstraffen te cumuleren, art. 7 Sw.)
o Straffen voor natuurlijke personen (NP): art. 7 sw
▪ Misdaden (criminele zaken)
• Bv: Opsluiting of hechtenis (levenslang of tijdelijk)
▪ Correctionele en politiezaken (wanbedrijf of overtreding)
• Bv: Gevangenisstraf, werkstraf, ET, autonome probatiestraf,
geldboete
▪ Bijkomende straffen (in criminele en correctionele zaken)
• Bv: Ontzetting van bepaalde politieke en burgerlijke rechten
• Bv: Terbeschikkingstelling van de strafuitvoeringsrechtbank
▪ Bijkomende straffen (in criminele, correctionele en politiezaken)
• Bv: Geldboete
• Bv: Bijzondere verbeurdverklaring




Pagina 9 van 324

, o MAAR: Het hedendaagse strafrechtelijke arsenaal omvat meer dan enkel
straffen.
▪ Bv: Administratieve sancties
▪ Bepaalde daden worden gedecriminaliseerd: de daden werden eerder
gestraft met een strafrechtelijke sanctie, later werd deze gestraft met een
administratieve sanctie.
▪ Voordelen:
• Minder mensen in de gevangenis.
• Minder rechters waardoor procedure sneller loopt
• Heeft weinig tot geen stigma




3 HET LEGALITEITSBEGINSEL

3.1 BEGINSELEN VAN HET STRAFRECHT
Materieel strafrecht Formeel strafrecht
- Legaliteitsbeginsel - Vermoeden van onschuld

- Evenredigheidsbeginsel inzake delicten en - Openbare terechtzitting
straffen (= proportionaliteit tussen
criminele feiten en straffen) - Recht op verdediging

- Schade (?→ is geen ‘beginsel’) - Ne bis in idem
(Recht om niet 2maal in een strafrechtelijke
procedure voor hetzelfde delict te worden
berecht of gestraft)


≈ Feiten, inhoudelijk bewijs ≈ Het proces



3.2 HET LEGALITEITSBEGINSEL

“Nullum crimen, nulle poena sine lege2”

• Vindt zijn wortels in de Verlichting
o Bv: Klassieke school
o Mens heeft vrije wil – kunnen een bewuste keuze maken




2 Geen misdrijf is geen straf zonder wettelijke bepaling


Pagina 10 van 324

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lunameier. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €10,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

79202 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€10,49  1x  vendu
  • (0)
  Ajouter