Anatomie: Inwendige organen
Prometheus deel 2
UA_1035FBDBMW
,Les 1 Inleiding en Thorax
Indeling en opbouw van de lichaamsholte (blz.8)
A Indeling van de lichaamsholte
Borstholte (cavitas thoracica) —> thorax organen
Buikholte (cavitas abdominis) —> abdominale organen
Bekken holte (cavitas pelvis) —> bekken organen
B Opbouw lichaamsholte
- Een holle ruimte: viscerale blad bedekt organen en pariëtale blad bedekt de wand van de
holle ruimte. Organen bewegen zich vrij door de holte, zijn verbonden door een BW brug
(meson) met de bindweefselruimte.
- De bindweefselruimte: organen zitten hier ingebouwd en worden zo voorzien van vaten
en zenuwen. De organen zijn onbeweeglijk.
Lichaamsholte Sereuze holte Sereus vlies Bindweefselruimte
Cavitas thoracica Cavitates pleurales Pleura visceralis Mediastinum tussen
met longen: resp. Parietalis. (Long de pleuraholten en
intrapleuraal orgaan. vlies resp. Rib vlies) voor en achter de
Cavitates Pericardium niet paarsgewijze
pericardiaca met serosum: lamina holte van het
hart: visceralis en hartzakje met de
intrapericardiaal parietalis. mediastinale organen
orgaan. = oesophagus,
trachea en thymus en
alle geleidingsbanen.
Mediastinale organen
Cavitas abdominis Cavitates Peritoneum viscerale Spatium
peritonealis en pariëtale extraperitoneale
abdominis met (buikvlies) abdominis, ook
maag, dunne en dikke buiten de
darm, milt, lever, peritonealis holte van
galblaas, caecum met de buik met nieren,
appendix urineleiders,
vermiformis: intra bijnieren en gedeelte
peritoneale organen. van duodenum, dikke
darm en rectum.
Extraperitoneale
organen
Cavitas pelvis Cavitates Peritoneum viscerale Spatium
peritonealis pelvis en pariëtale extraperitoneale
met fundus en corpus (buikvlies) pelvis, ook buiten de
uteri, ovarium, tuba peritoneale holte van
uterina en evt het bekken met
bovenste deel urineblaas met
rectum: intra uitmondingen van de
peritoneale organen. urineleider, prostaat,
vesiculae seminalis,
cervix uteri, vagina
en delen van het
rectum.
Extraperitoneale
organen
,Overzicht lymfevaten (blz.28)
Opnemen van vetten in dunne darm.
Vetten kunnen zonder lever te passeren in het veneuze systeem komen.
Ductus thoracicus mond uit in vena subclavia vena jugularis interna. (Driehoek)
Chilothorax als witte substantie in borstholte zit na ruptuur.
Verder bespreken we het lymfesysteem niet, omdat dit systeem weg valt na overlijden.
Vegetatief zenuwstelsel (blz.70)
Inwendige organen worden automatisch aangestuurd door het
autonoom zenuwstelsel.
Orthosympathicus is actief bij ‘fight or flight’.
Parasympathicus is actief bij ‘rest and digest’.
75% van de klinische klachten komt door verstoord evenwicht
tussen orthosympathicus en parasympathicus.
Het orthosympathisch zenuwstelsel word ter hoogte van de
effectororganen aangestuurd door Noradrenaline.
Het parasympathisch zenuwstelsel word ter hoogte van de
effectororganen aangestuurd door Acetylcholine.
Enterische zenuwstelsel (blz.72)
Headzones zijn de huidgebieden waarop
bepaalde inwendige organen hun pijnimpulsen
projecteren.
, Thorax
Indeling van thoraxholte en mediastinum (blz.78)
Hart en twee longen.
Mediastinum tussen pleuraholten.
Uittredende structuren door diafragma.
Mediastinum (boven, onder, voor, midden, achter
gedeelte)
Mediastinum Mediastinum inferius
superius
Mediastinum Mediastinum medium Mediastinum
anterius posterius
Organen Trachea Thymus (bij Hart Oesofagus
Thymus kinderen) Pericard
Oesofagus
Ductus thoracicus
Arterien Arcus aortae Kleinere Aorta ascendens Aorta
Truncus bloedvaten Truncus pulmonalis thoracica met
brachiocephalicus met vertakkingen takken
a carotis aa. en vv.
communis Pericardiacophrenicae
sinistra
a subclavia
sinistra
Venen en v cava superior Kleine bloed- v cava superior v azygos
lymfevaten vv. en lymfenvaten v azygos v hemiazygos
brachiocephalicae Kleinere vv pulmonales ductus
lymfenknopen aa. en vv. thoracicus
Pericardiacophrenicae
Zenuwen nn. vagi - nn. phrenici nn. vagi
n laryngeus
recurrens sinister
nn. cardiaci
nn. phrenici