Dit document bevat een samenvatting van alle stof voor het vak 'Medische kennis' uit het boek Anatomie & Fysiologie. Het is een samenvatting voor de opleiding hbo-verpleegkunde op de Hoge School Windesheim in Zwolle. Het gaat om de stof van de tweede periode van leerjaar 1. In het document is een s...
+ verwerkte informatie uit kennisclips, afbeeldingen & werkcolleges
1
,Inhoud
Voorbereiding college 1 + kennisclips + werkcollege 1...........................................................................3
Voorbereiding college 2 + kennisclips + werkcollege 2.........................................................................16
Voorbereiding college 4 + kennisclips + werkcollege 4.........................................................................28
Voorbereiding college 6 + kennisclips + werkcollege 6..........................................................................41
2
,Voorbereiding college 1 + kennisclips + werkcollege 1
Hoofdstuk 12.1: Algemene functies
Alle functies van het zenuwstelsel zijn erop gericht om in te spelen op gebeurtenissen om je heen, in
de buitenwereld, en binnenin het lichaam, in het inwendige milieu.
5 algemene functies:
1. Regulatie van activiteiten van weefsels en organen:
Organen of weefsels worden geremd of gestimuleerd in hun activiteiten.
2. Coördinatie van activiteiten van weefsels en organen:
Weefsels en organen moeten in hun werking nauwkeurig op elkaar afgestemd zijn.
3. Regulatie en coördinatie van vegetatieve functies:
Regulatie en coördinatie van de vegetatieve functies gebeuren meestal buiten de wil om; je
kunt er geen of weinig invloed op uitoefenen. Hierin speelt het hormonale stelsel een grote
rol, maar ook het vegetatieve zenuwstelsel.
4. Coördinatie van contacten met de buitenwereld;
Bewustwording van omstandigheden in de buitenwereld en er eventueel op reageren zijn
noodzakelijk voor zelfbehoud.
5. Coördinatie van de psychische functies.
Deze functie van het zenuwstelsel heeft te maken met bewustzijn en zelfbewustzijn, met
leren en herinneren, met stemmingen en emoties, met denken, dromen en fantaseren, met
driften en beheersing, met talent, karakter en creativiteit.
5 vegetatieve hoofdfuncties:
1. Circulatie;
2. Spijsvertering;
3. Uitscheiding;
4. Ademhaling;
5. Begrenzing door de huid.
1. Sensorische input:
Verandering – inwendig of uitwendig – worden door middel van sensoren waargenomen. De sensor
wordt door de verandering geprikkeld, hij ‘vertaalt’ de prikkels in impulsen (elektrische signalen), en
stuurt ze via zenuwen naar het centrale zenuwstelsel. Het opvangen van prikkels door sensoren heet
sensorische input.
3
,2. Verwerking:
In het centrale zenuwstelsel vindt verwerking van de sensorische input plaats. Dat begint met het
doorgeven van de informatie naar een bepaalde plaats in de hersenen of het ruggenmerg. Vervolgens
bepaalt het centrale zenuwstelsel of en hoe het lichaam erop gaat reageren.
3. Motorische output:
Wanneer het lichaam moet of wil reageren op een inwendige of uitwendige verandering, sturen de
hersenen of het ruggenmerg remmende of stimulerende impulsen naar de organen die de reactie
moeten uitvoeren. Deze organen noem je effectoren; het zijn altijd spieren of klieren.
Het aansturen door het zenuwstelsel van de effectoren wordt motorische output genoemd.
12.3: Indelingen
De anatomische indeling is gebaseerd op bouw en ligging en de fysiologische indeling gebeurt op
basis van de functies van de verschillende delen.
12.3.1: Anatomische indeling
We onderscheiden twee delen: het centrale zenuwstelsel (CZ) en het perifere zenuwstelsel (PZS).
Centrale zenuwstelsel:
Deel van het zenuwstelsel dat binnen de benige omhulsels van schedel en wervelkolom ligt.
Het bevat de hersenen en het ruggenmerg.
De hersenen bestaan van craniaal naar caudaal uit: grote hersenen, tussenhersenen, hersenstam en
kleine hersenen.
Perifere zenuwstelsel:
Bevindt zich grotendeels buiten de schedel en de wervelkolom.
De delen van het perifere zenuwstelsel vormen de verbindingswegen tussen het centrale
zenuwstelsel en de rest van het lichaam, de periferie.
Tot het perifere zenuwstelsel behoren: de hersenzenuwen, de ruggenmergzenuwen, de grensstreng
en de zenuwen van het vegetatieve zenuwstelsel.
12.3.2: Fysiologische indeling
De fysiologische indeling is gebaseerd op de functie van het zenuwstelsel.
Daarbij kun je drie aspecten onderscheiden:
1. Integratie.
2. Hiërarchie.
3. Richting van het signaal.
4
,1. Integratie:
Afhankelijk van de organen die samenwerken, is er sprake van twee soorten integratie:
Vegetatieve integratie of animale integratie.
Vegetatieve integratie:
Hierbij worden de activiteiten van de vijf vegetatieve stelsels nauwkeurig op elkaar afgestemd.
Dit wordt het vegetatieve zenuwstelsel (autonoom zenuwstelsel/onwillekeurig zenuwstelsel)
genoemd.
De regulatie en coördinatie verloopt buiten de wil om en is meestal onbewust.
(Voorbeelden: bloeddrukregulatie, regulatie van darmactiviteit en regulatie van ademfrequentie).
De effectoren van het vegetatieve zenuwstelsel zijn:
1. Glad spierweefsel.
2. Hartspierweefsel.
3. Klierweefsel.
Het vegetatieve zenuwstelsel bestaat uit twee delen:
1. Sympathische zenuwstelsel
2. Parasympatische zenuwstelsel.
1. Sympathische zenuwstelsel:
Actief als het lichaam ook actief bezig is. Het stimuleert de hartactiviteit en de ademhaling, en het
verhoogt de bloedsuikerspiegel en de spanning in de skeletspieren. De spijsvertering wordt
daarentegen geremd.
2. Parasympatische zenuwstelsel:
Actief als de mens juist passief is, zoals rustig zitten na het eten. Het stimuleert de spijsvertering, het
vertraagt de hart- en ademhalingsactiviteit en het remt de spieractiviteit.
Animale integratie:
Bij de animale integratie (animale zenuwstelsel/willekeurige zenuwstelsel) gaat het om de integratie
van de mens met zijn omgeving.
Het animale zenuwstelsel reguleert de wisselwerking tussen het individu en zijn omgeving.
Belangrijke facetten bij animale integratie zijn de communicatie en het gedrag.
De effectoren van het animale zenuwstelsel zijn:
1. Dwarsgestreepte spieren (skeletspieren).
2. Hiërarchie:
In de zogenaamde ‘regelcentrale’ zijn bepaalde niveau te onderscheiden, waarbij de werking van een
‘lager’ niveau ondergeschikt is aan die van een ‘hoger’ niveau.
De grote hersenen vormen het hoogste niveau.
De ‘macht’ in de delen van het zenuwstelsel neemt af van de hersenen naar het ruggenmerg.
5
, 3. Richting van het signaal
Wanneer de impuls van perifeer naar centraal verloopt, is er sprake van aanvoer van informatie naar
het CZS toe. Dit wordt afferente informatie (aanvoerend) genoemd.
Wanneer de impuls van centraal naar perifeer verloopt, gaan de signalen van het CZS weg. Dit is
efferente informatie (afvoerend).
Impulsen die van boven (hoog niveau) naar beneden (lager niveau) lopen, maken gebruik van
afdalende banen (efferent).
Impulsen die van laag naar hoger lopen, gaan via opstijgende banen (afferent).
Hoofdstuk 12.5: Grote hersenen
Het grootste deel van het brein wordt ingenomen door de
grote hersenen of cerebrum. Van alle delen van het
zenuwstelsel spreekt dit orgaan het meest tot de
verbeelding, omdat het functies bepaalt die typisch
mensen zijn, zoals denken, geheugen, intelligentie,
zelfbewustzijn en creativiteit.
De grote hersenen bestaan uit de hersenschors (grijze stof)
aan de buitenkant (cortex) en het merg (witte stof) aan de
binnenkant.
Hoofdstuk 12.5.1: Uitwendige bouw
De grote hersenen bestaan uit twee spiegelbeeldige helften die
je hemisferen (hersenhelften) noemt.
Tussen de hemisferen lopen verbindingen, waarvan de
belangrijkste de hersenbalk is.
De beide hemisferen zijn van elkaar gescheiden door een diepe
spleet: de fissura longitudinalis.
De groeven (sulci) verdelen elke hemisfeer in vier kwabben. Een
kwab wordt lobus genoemd.
Lobus frontalis = voorhoofdkwab of frontale kwab.
6
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Nienke04028. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.