Inhoudsopgave
Probleem I: de verdeling van Afrika.......................................................................3
Slides connecteren aan probleem I.....................................................................3
Koloniale grenzen -> verdeling Afrika.............................................................3
Medicatie -> verdeling van Afrika...................................................................7
Voornaamste punten in hoofdstuk I..................................................................20
De these van Robinson & Gallagher (1961, Britse historici van het Britse rijk) 21
De these van Cain en Hopkins (1993, twee Britse historici).............................22
De these van J. Darwin (1997, Britse historicus van het Britse rijk)..................22
De these van Headrick (1981, Amerikaanse historicus)...................................23
De these van Adas (1989, Amerikaanse historicus)..........................................23
Dus,.................................................................................................................. 24
Bijlage............................................................................................................... 25
Les 2: slide probleem I...................................................................................... 25
Probleem II: koloniale heerschappij.....................................................................35
Indirect rule volgens Lord Lugard (1922)..........................................................40
De thesis van Collins (2008, US historicus van Soedan/ Oost Afrika)................40
Speech van Deschamps (1963)........................................................................41
De thesis van Berry (1993, US historicus van Nigeria).....................................41
De tesis van Mamdani (1996, Oeganda politieke wetenschapper)...................43
Thesis van Gordon (2001, Zuid Afrikaanse historicus)......................................43
Probleem III: koloniale heerschappij en etnische identiteit..................................44
Illusie van stam, Adain W. Southall (1970, Britse antropoloog van Oost Afrika)
......................................................................................................................... 48
Etniciteit in Zuid Afrikaanse geschiedenis, Leroy Vail (1991, US historian of
centarl/ southern Africa)................................................................................... 49
De uitvinding van traditie, Terence Ranger (1983, Britse Afrikanist (Zimbabwe))
......................................................................................................................... 50
The making of the Yoruba, JDY Peel (2003, Britse Afrikanist (Nigeria))............50
Shaka Zulu en de limieten van historische uitvinding , Carolyn Hamilton (1998,
Zuid Afrikaanse historicus)............................................................................... 51
De Shona en Groot Zimbabwe..........................................................................56
Intro............................................................................................................... 56
Uitleg gevende notities..................................................................................... 57
Case studies..................................................................................................... 59
Yoruba........................................................................................................... 59
1
, Grote Meren.................................................................................................. 59
Probleem IV: kolonialisme en Afrikaans milieu....................................................61
Hoofdpunten in hoofdstuk probleem IV............................................................62
Afrikaans geschiedenis en milieugeschiedenis, Beinart (2000)........................63
Ecologie en geschiedenis: voorbeeld van oost Zambia, Leroy Vail (1977).......64
Mislezing van Afrikaans landschap, James Fairhead en Melissa Leach (1996)..65
Afrika als levend laboratorium, Helen Tilley (2011)..........................................67
Case studies..................................................................................................... 68
Afrikaanse vochtige periode..........................................................................68
De Bantu expansie........................................................................................ 70
De ideologie van de primordiale Batwa.........................................................71
Dahomey, ziekte en vodun............................................................................ 73
Zuid-Afrika (overneming van les 4)..................................................................74
Mfecane, Nongqawuse en vee.......................................................................79
Heilige bossen en initiatie associaties...........................................................79
Probleem V. Afrikaans nationalisme....................................................................81
Nationaal bewustzijn, Frantz Fanon (1963).......................................................82
Vroeg nationalisme in oost en centraal Afrika, Terence Ranger (1968)............83
Nationalisme in Sierra Leone, Marin Kilson (1966)...........................................85
Nationalisme en Mau Mau, Bruce Berman (1911).............................................86
De last van de zwarte man, Basil Davidson (1992)..........................................87
Dekolonisatie.................................................................................................... 88
Tanganyika -> Tanzania................................................................................ 89
Belgisch Congo -> Democratische Republiek van Congo -> Zaïre................89
Soedan.......................................................................................................... 90
Goudkust -> Ghana....................................................................................... 90
Nigeria........................................................................................................... 91
Kenia............................................................................................................. 91
Zuid Rhodesië -> Zimbabwe.........................................................................91
Noord Rhodesië -> Zambia............................................................................92
Zuid-Afrika..................................................................................................... 92
Algerije (zie les Direct Rule)..........................................................................93
Egypte........................................................................................................... 94
Probleem VI. Exploitatie of ontwikkeling?............................................................94
De last van het rijk, L.H. Gann en Peter Duignan (1967)..................................95
De mythe van economische exploitatie, D.K. Fieldhouse (1967)......................96
2
, Economische impact van koloniale heerschappij in west afrika, Michael
Crowder (1968)................................................................................................. 98
Hoe Europa Afrika heeft onderontwikkeld, Walter Rodney (1972)....................99
De koloniale impact, A. Adu Boahen (1987)...................................................100
Afrikaanse economische ontwikkeling en koloniale erfenis, Gareth Austin
(2010)............................................................................................................. 102
Arbeid: vormen, divisies, status......................................................................104
Probleem I: de verdeling van Afrika
Slides connecteren aan probleem I
Koloniale grenzen -> verdeling Afrika
- Belangrijk om verschillende zaken te begrijpen:
1. Verdragen tussen Afrikaanse en Europese actoren waren niet een nieuw
fenomeen in de late 19e eeuw tijdens de ‘scramble for Africa’
o Zo’n verdragen kenden lange geschiedenis, met evoluerend
karakter
o Belangrijk om dat veranderende karakter te begrijpen
Drie vormen van bezetting: kolonies, protectoraten,
invloedssferen
o Startpunt:
Toen organisatie van Afrikaanse eenheid werd opgericht in
Ethiopië op 23 mei 1963 besloten de hoofden van Afrikaanse
soevereine staten:
De koloniale grenzen te behouden
Prioriteit te geven aan de steun voor Afrikaanse
kolonies die nog onder controle van Europese machten
stonden
o Afrikaanse soevereine staten hadden zwakke positie tegenover
Europese staten (wet van de sterkste)
Liberia, Ethiopië, Marokko en Orange Free State hadden
absolute soevereiniteit eind 19e eeuw
o Native (primitieve) staten: groep inheemse politieke organisaties zal
geabsorbeerd worden door Europese staten
Afro-Europese akkoorden: oude traditie langs westkust van
Afrika van Senegal tot Angola
Stamde nog uit tijd slavenhandel
Soort akkoord of contract tussen Europese en
Afrikaanse handelspartners
o Europese handelaar kreeg stuk land – in ruil
kreeg Afrikaanse chief percent van commerciële
transacties van diens Europese partner
Tijdens 17 – 19e eeuw veranderden Portugezen die
contracten geleidelijk in politieke zin -> introduceerden
concept van feodaliteit en soevereiniteit
3
, Tussen 1860 – 70 werd groot aantal akkoorden
gesloten
o Europese handelaars wilden zo andere Europese
rivalen uitschakelen
o Afrikanen waren in sterkere positie en
verwaarloosden over het algemeen die
akkoorden
Vanaf 1880 gaven de contracten een politieke status
aan Afrikaanse naties
Door Leopold II:
o Meer dan 250 contracten met Afrikaanse chiefs
ondertekend door Stanley en andere agenten
van hem
o Wist dat inheemse gemeenschappen geen
precieze administratieve grenzen hadden
o Meerdere speciale akkoorden tussen Europese machten voor de
Europese scramble
1814: Britten gaan de Duitse kolonie van Goede Hoop
overnemen
1850: Deense bezit van Ghana wordt overgeleverd aan
Britten
1857: Franse teller of commercieel handelspunt van Albreda
(noords flank van Gambia rivier) wordt Brits
Beloven geen handel te drijven tussen Sint-Johns rivier
en baai van Portendic
1871: Britten nemen Nederlands bezit van kust van Guinea
over
1885: Congo Vrijstaat geeft gebieden van Niadi-Kwilu aan
Frankrijk
2. Euro-koloniale bezetting begon niet in 1885 (Conferentie van Berlijn),
maar vond al plaats in vroege 19e eeuw (ging zelfs terug tot Portugese
aanwezigheid in Angola in 16e eeuw) – belangrijk om deze verschillende
periodes en relaties niet allemaal te laten vallen onder zelfde idee van
kolonialisme
o Verdeling van Afrika door Europese staten was dus geen gevolg van
de conferentie van Berlijn
Die impressie is gegeven door L’indépendance Belge
Zitten rond tafel in schetskamer
Hopen dat nieuw Zwart Amerika geboren is (met
grenzen)
Is niet het geval irl
Onderhandeling over grenzen lag in marge conferentie
Veel eerder al bezetting gebieden en onderhandelingen over
macht
3. Belang van Liberia, met hoofdstad in Vrijstad in groter verhaal van
Europese kolonisatie in Afrika – belangrijk om bewust te zijn van welke
4