CAPITA SELECTA: MODERNE KUNST
ALGEMENE OPBOUW VD SAMENVATTING:
Waarover gaat deze les?
- Titel les
- Korte samenvatting vd morele waarde vd les
- Positionering vh onderwerp id lessenreeks
o Vergelijking met overige lesonderdelen
o In discours met geziene afbeeldingen & teksten
Afbeeldingen
- Maker-titel-datum
- Korte uitleg & staving waar nodig
- Directe verbinding met tekstfragmenten & onderwerp les
Teksten
- Maker-titel-datum
- Korte uitleg & staving waar nodig
- Directe verbinding met tekstfragmenten & onderwerp les
Woordenschat
- Beknopte versie van de 55 dia woordenlijst
- Woorden onderverdeeld per les zoals aangegeven in de studiehandleiding
- Toevoeging van woorden in de handleiding maar niet id woordenlijst bij de les te vinden
- Toevoeging van woorden in de woordenlijst maar niet in de handleiding achteraan te vinden
Examen bestaat uit 3x5:
- 5x afbeeldingen: maker – titel – datum (geen verdere uitleg nodig)
- 5x tekstfragmenten: schrijver – titel – datum (geen verdere uitleg nodig)
- 5x woordenschat: ± pagina per term
o Bij deze laatste categorie moet eveneens een verbinding worden gemaakt met de
eerder benoemde afbeeldingen & teksten, daarom is het dus wel belangrijk dat ook
de achtergrond informatie wordt bestudeerd & verbanden worden gelegd als geheel
o Zeg altijd eerst WAT JE ZIET → interpretatie vertrekt vanuit visuele observatie
Dit geeft een goeie basis om interpretatie van op te bouwen
Eerst letterlijk kader (objectieve observatie) dan symbolische interpretatie
1
,HEDENDAAGSE KUNST
ROSALIND KRAUSS – “A Voyage on Art in the Age of the North Sea” post-medium condition (1999)
Eeuwwisseling speelt grote rol: ongeloof id toekomst & ongenoegen mh verleden
Titel ontleend ah gelijknamig werk van Marcel Boordhears
(1973) die gaat over de reproductie vh beeld (= kunstwerk)
in video (= reproductie)
Dd voorstelling als film is het werk niet langer uniek
Wat is nu nog het medium? Waarin zit kwaliteit?
Als kunsthistorica stond Krauss als belangrijke stem centraal in haar tijd
Ze was zeer bewust/reactief tov haar mannelijke tijdgenoten: → Gaf vaak actief kritiek & gebruikte
haar “nadeel” als vrouw ie mannelijk gedomineerd werkveld als kwaliteit en voorsprong
Tussen deze tekst van Krauss en werk door Broodhaers
wordt de conditie vh medium als gebruiksvoorwerp
(fysiek bestaan id ruimte) & als interpretatie (met
meerdere mogelijkheden) aangesproken dh kunstpatrim
Broodthaers, Front & Back Cover of Studio International, 1974
Dit project van Broodhaers is een installatie voor er sprake was v installaties
→ Hij argumenteert dmv vormgeving & gebruik dat het niet langer
nodig is om kunst zelf te maken, maar kunst ook kan bestaan
vanuit de verzameling/opstelling van bestaande objecten
→ Volgens hem is dit de afscheiding vn traditionele ↔ moderne kunst
o Echter bestaat het werk enkel id context vd actie, wnr deze
wordt uiteengehaald kan h “kunstwerk” niet meer bestaan
MB - Musée d’Art Moderne, Département des Aigles - 1972
Het einde ve tijdperk dat MB voorstelt met zijn kunstwerk
is hetgeen dat Krauss gaat aanhalen als begin v iets nieuw
→ Dmv de adelaar te gebruiken als maatstaaf van wat
“kunst” is, gaat MB een nieuwe waardebepaling opstellen
rond de gedachte van “kunst” = object → “kunst” = concept
2
,Binnen de moderne kunstwereld wordt dit discours van kunst = artefact aangehaald
Willem Sandberg, NU, 1959
Schrijft over het feit dat museale invulling bestaat uit
artefacten en hierdoor “niet” kan evolueren
Categorie vh “hedendaagse” wordt in vraag getrokken
door te gaan kijken naar WAT “hedendaags” nu eig is?
Maurizio Nannucci, All Art Has Been Contemporary, 2009
ALLE KUNST WAS OOIT HEDENDAAGSE KUNST
→ Kunsten zijn een toonbeeld van hoe de
maatschappij op een bepaalde moment bestaat
→ We kunnen zo de wereld zien in de huidige
context, die door een lens onze generatie/
cultuur/grondgebied/… representeert
Voornamelijk de naoorlogse periode heeft een grote rol gespeeld in het ontwikkelen van deze stijl
→ Het museum komt vaak te laat, net zoals in de naoorlogse periode de werken van de oorlog
pas werden “geaccepteerd” en deze vanaf dan gingen bewaren = verleden blijft verleden
→ Het boekje van Willem Sandberg, met de naam “NU” (1959) geeft kritiek op het instituut
Vandaag zien we het “gebruik” van het museum als vanzelfsprekend, maar dit is zeker geen gegeven
voor de oorlog waardoor het kritiek van Sandberg enorm belangrijk is
Het is hierbij belangrijk om een theoretisch kader te vormen van waaruit de innovatie & progressie
kan worden weergegeven (zonder vergelijking is er geen vernieuwing, zonder traditie geen innovatie)
Alfred Barr, Cubism and Abstract Art, 1936
Deze weergave toont dat alles met elkaar is verbonden
en bestaat in & vanuit elkaar
Echter: conceptuele kunst breekt met dit gegeven
Breken met alle tradities en staat daarmee volledig op
zichzelf, zonder enige relatie met voor-gangers in
vorm/techniek waardoor de conceptuele kunst
volledig losstaand bestaat tov de voorwaarde
Jackson Pollock, Untitled,. 1948-49 Robert Barry, Untitled,, 1969
3
, Binnen de moderne kunst is er een verlies aan generiek, ambacht & connaisseurschap
→ Niet perse negatieve verandering
o Brengt mogelijkheid voor bredere interpretatie die niet langer “1 boodschap” brengt
Van Winkel gelooft in het post-conceptuele als de
“conditie”, maw de omstandigheid waartoe we ons
MOETEN verhouden als kunstenaar
Er zijn 3 belangrijke elementen:
1) Kunst is een generische categorie = oneindig scala
aan media & technieken = oneindige mogelijkheid
2) Je moet als kunstenaar niet echt meer “kunnen”
maken, waardoor meer mensen kunnen deelnemen
3) Geen vaststaande (beperkende) regelgeving &
tradities die zeggen & bepalen wat kunst “is”
Camiel Van Winkel - During the Exhibition the Gallery Will Be Closed: Contemporary Art and the Paradoxes of
Conceptualism, 2012
Dmv duaal (paradoxaal) taalgebruik wordt een interessant argument aangehaald waarmee de
bestaanswaarde van kunst in vraag wordt getrokken
→ Id moderne vormgeving is elk soort kunstwerk een conceptueel kunstwerk omdat deze is
opgesteld vanuit een verzameling beslissingen (materiaal, medium, vorm, etc) dat heeft
geleidt tot de uiteindelijke vorm → alle kunst = conceptuele kunst
→ Door een contradictie te maken ie bestaansvoorwaarde wordt interpretatie onmogelijk, bcz
het werk/concept schijnbaar niet kan bestaan zonder → echter wordt dit statement op deze
manier een vraagstelling op zich, die meer interpretatie mogelijk maakt over de betekenis vh
geadresseerde onderwerp dan deze zou kunnen geven dd reëel voor te stellen
o Gallery = contradictie ih gegeven van galerij als open ruimte die je moet betreden om
deze te gebruiken/ervaren → interpretatie eig over kunst, niet over galerij
o Something = door deze af te beelden op een fiche wordt deze een “real thing”
Door bezoeker kan je od manier meer begrijpen wat het
museum doet in plaats van te kijken nh werk ie verhoffen status
→ Het economische gegeven van de galerie wordt gesloten
tijdens de tentoonstelling → focus opnieuw od KUNST
→ Dit is geen verkoopbaar werk, omdat het een statement
omvat in plaats van een materieel werk
→ Idee van de tentoonstelling is om het te kunnen uitleggen
Hierdoor niet langer het MEDIUM als referentiekader
maar wel een KEUZE VAN MEDIUM wordt bepaald
door de artiest als doordacht element
4