We hebben behoeften aan de ene kant, maar beperkte middelen aan de andere kant. We moeten
kiezen.
3. Keuzes en opportuniteitskosten
Wie kiest, geeft iets anders op: → = opportuniteitskost = de waarde van het beste alternatief dat
men opgeeft door deze keuze te maken
Vb: Opportuniteitskost van studeren? Je kiest om te gaan studeren, dus je geeft de keuze om te
kunnen gaan werken op en de opportuniteitskost is dus je loon (want dat geef je op)
Vb: Opportuniteitskost van thuis blijven voor ziek kind?
4. Definitie economie
‘The science which studies human behavior as a relationship between ends and scarce means
which have alternative uses’(Robbins, Essay on the Nature and Significance of Economic
Science, 1932)
, ‘… een sociale wetenschap die tot voorwerp heeft het beheer van schaarse middelen’ (Tibor
Scitovsky (1910-2002))
Essentie: schaarste vormt de essentie van het economisch keuzeprobleem
Dit beheer van de beschikbare middelen omvat 3 typische problemen:
Allocatieprobleem: Allocatie van middelen: wat, hoeveel en hoe produceren
Verdelingsprobleem: verdeling (distributie): voor wie produceren
Stabilisatieprobleem: nastreven van volledige aanwending van de middelen
efficiënt produceren: produceren met alle middelen die je hebt
5. Micro- en macro-economie
Micro-economie: Gaat na hoe individuen en bedrijven (individuele economische agenten)
beslissingen nemen.
(Heeft dus vnl. betrekking op allocatie- en distributieproblemen.)
hoe gaan studenten of bakkers hun geld verdelen
vb. patent op vaccin aanvragen = micro want gaat om 1 bepaalde markt
Macro-economie: Bekijkt het geaggregeerde niveau en bestudeert vraagstukken die de economie als
geheel beïnvloeden.
(Heeft dus vnl. betrekking op het stabilisatieprobleem.)
bv. Europees centrale bank (heeft een invloed op het BBP)
6. Productie: alle activiteiten
waardoor goederen en diensten tot stand worden gebracht (economische goederen;
consumptiegoederen en kapitaalgoederen)
en op gepaste tijd en plaats ter beschikking worden gesteld van consumenten
door inzet van schaarse middelen (de productiefactoren: arbeid, natuur en kapitaal)
Consumptiegoederen: goederen die men gebruikt
- Duurzame (goederen die je voor een lange tijd gebruikt) (bv. Wasmachine)
- Niet-duurzame consumptiegoederen (bv. Brood)
Kapitaalgoederen: goederen die bedrijven gebruiken om nieuwe goederen te produceren (bv. oven)
, 7. De productiefactoren
Arbeid (L)
Natuur (N) = eigenlijke productiefactoren
Kapitaal (K)
Ondernemersinitiatief
Kapitaal: goederen die bedrijven gebruiken om andere goederen mee te produceren
Ondernemersinitiatief is een 4e input bij het productieproces
Arbeid is beperkt tot 5 eenheden!
Natuur negeren we
Schema van het productieproces (omwegproductie):
8. De productiefunctie
= een technische relatie tussen de hoeveelheid productiefactoren (inputs) en de maximale
hoeveelheid economische goederen (output) die men daarmee kan produceren.
X =f ( L , K , N )
X = hoeveelheid output
, L = hoeveelheid arbeid
N = hoeveelheid natuur
K = hoeveelheid kapitaal
f = een bepaalde functionele vorm
Eenvoudig voorbeeld: economie produceert slechts twee goederen: graan en kleding
We veronderstellen dat N en K constant blijven.
Positief verband tussen input (arbeid) en output → dus marginaal product van arbeid is > 0
ΔX
MP L =
ΔL
Het marginaal product van arbeid kan je berekenen door de verandering van de output te delen door
de verandering in de inzet van arbeid
Afnemend marginaal product van arbeid → concaaf verloop productiefunctie
Input altijd op x-as, output op y-as
Arbeid stopt op 5, want bij arbeid is het beperkt tot 5 eenheden
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur brittgilis. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,89. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.