in dit document heb ik alle uitleg die in de cursus video's aan bod kwam overgenomen. ook heb ik de voorbeeld en cases die werden gebruikt in het document verwerkt. module 1 tot en met 9 staat hier op een iets eenvoudigere manier uitgelegd en met screens van spss outputs heb ik spontane uitleg nee...
1. Kwalitatieve data & gegevens
= woorden en tekst
Bv: focusgroepen, interviews,…
2. Kwantitatieve gegevens & data
= cijfers en getallen
Tools en technieken om data te beschrijven, organiseren en interpreteren.
➔ Hulpmiddelen om de wereld om ons heen te begrijpen.
Data verzamelen -> verklaringen zoeken
Rond een gemiddelde bestaan variaties.
ANALYSE ONDERZOEKSPROCES: Hoe antwoorden op een onderzoeksvraag?
• Of vanuit bestaande literatuur
• Deze bestaande literatuur vergt nog extra onderzoek.
Voorbeeld: Verschilt de klanttevredenheid van winkel X per locatie?
Theorie = Uitleg/set van principes die een breed fenomeen verklaart. Deze is goed onderbouwd door
herhaaldelijk te zijn getest en ondervonden. Een theorie is heel algemeen.
,Populatie= Een theoretische groep waarover je een conclusie wilt trekken.
bv: klanten van winkel x, alle leerlingen van klas y, alle lezers van magazine z,…)
Raadpleeg een theorie (op de populatie)
• Waarvan is klanttevredenheid afhankelijk, van welke factoren?
• Welke factoren beïnvloeden de klanttevredenheid van de klanten van winkel x?
Genereren van een hypothese.
• Vooropgestelde verklaring voor een beperkt fenomeen of een reeks waarnemingen.
• Het is geen gok, maar ene poging om tot een verklaring te komen.
Een theorie verklaart een breed scala aan fenomenen en werd reeds meermaals getest.
Een hypothese daarentegen verklaart een enger fenomeen,
vooral een fenomeen dat niet reeds getest werd.
Voorbeeld: de klanttevredenheid verschilt per winkellocatie.
Definiëren van concepten of variabelen.
• Gegevens verzamelen en achteraf analyseren. (in een data tabel of dataset)
Case = een groep van gegevens die uit één en dezelfde bron zijn gehaald. De gegevens uit één bron
van één of meerdere variabelen.
Variabele = Alles dat kan worden gemeten (MEETBAAR) en dat kan verschillen, veranderen, of
variëren tussen entiteiten of in de tijd (VERANDERLIJK).
• Een variabele wordt in de dataset weergegeven als KOLOM.
• Een case wordt weergegeven in de dataset als RIJ
, het getal Pi is altijd en constante en dus geen variabele
• Een dataset is een verzameling van gegevens die op één of andere manier aan elkaar
gekoppeld zijn.
Het is een soort spreadsheet met variabelen in de vorm van kolommen en cases of
observaties die worden weergegeven als rijen.
• Elke variabele vertegenwoordigt een verzameling van 1 enkele type gegeven. Terwijl een case
of een observatie alle gegevens over de variabele in de dataset uit 1 enkele bron omvat.
VIER TYPES VARIABELEN
1. Afhankelijke variabele =
Verklaarde variabele, uitkomstvariabele, response, DV
de variabele waarin je als onderzoeker geïnteresseerd bent, het is je doel om deze variabele te
begrijpen en te omschrijven om de variabiliteit te verklaren of om deze variabele te voorspellen.
2. Onafhankelijke variabele
Verklarende variabele, voorspellende variabele, predictor, IV
Variabele die een bepaalde invloed heeft op de afhankelijke variabele (+ of -).
, Er is een samenhang tussen AV en OV. De variatie in de AV wordt verklaard door de variatie in de OV.
Als de OV stijgt of daalt dan zal de AV ook stijgen of dalen.
Variabele die een invloed heeft op de richting en/of de sterkte van de relatie tussen de onafhankelijke
en afhankelijke variabele. Het is een variabele die de relatie tussen de OV en AV conditioneel gaat
maken. Het gaat de variabele doen versterken, verzwakken of van richting doen veranderen.
Hulp om het verband tussen de AV en OV beter te begrijpen. Deze variabele verklaart waarom de OV
een invloed heeft op de AV. Het is een variabele die optreedt tussen het tijdstip dat de OV invloed
begint uit te oefenen op de AV en het moment dat de impact duidelijk is.
5. Er is nog een 5e soort variabele : controle variabele
Het is een soort OV
- Socio- demografische variabele. (leeftijd, geslacht)
- Geen Impact, maar invloed controleren op mogelijke varianten. µ
GEGEVENS VERZAMELEN OM TE TESTEN = METEN VAN VARIABELEN
Om variabelen te kunnen meten moet je ze eerst definiëren en operationaliseren. Dit is belangrijk
voor de interpretatie van de variabelen.
Wees waakzaam voor het fenomeen “Garbage in, Garbage out.”
- date slecht verzameld
- slechte steekproef
- data niet goed gedefinieerd of geoperationaliseerd
= resultaat is niet goed !
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur astridmesuere. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €11,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.