Forensische psychiatrie
EXAMEN: er w geen enkele vraag gesteld over onderwerpen die niet in slide of les behandeld zijn
- Er w proportioneel bevraagd naar hoelang les duurde (dus bv module 2 nam 2 lesdagen in beslag)
- 2 open vragen bij De Clercq
- Auderaert en Protsky: MC-vragen
MODULE 1: SCHIZOFRENIE EN PSYCHOTISSCHE STOORNISSEN
Kernsymptoom: psychotische symptomen
Behandeling met antypsychotica
1. HISTORISCH OVERZICHT
0. WILLEKEURIGE INTERVENTIES
Uit moreel oordeel (>Kerk): voor 17e-18e eeuw zagen ze de mensen als moraal ziek -> aanpak van ‘gekte’
- Kerk: Vervolging ‘heksen’
- Kerk: opleiden van exorcisten
- Kerk: bidden tot heiligen
Radicaal interventioneel
- ”Keisnijders”
- Radicaal interventioneel: men dacht dat zij een kei in hun hoofd hadden. Barbiers maakten gat in het
hoofd (in de schedel boren) en men zocht naar een kei. Deze aanpak werkte niet.
1. ASPECIFIEKE BEWARING
Vooral de maatschappij was de stakeholder
- Doel = maatschappij beschermen tegen de ‘gekken’.
- De eerste instelling: “Bedlam” (St Bethlem’s Hospital London)
o Maar aanvankelijk was het vooral straf voor “immoraliteit”
o Pas in 1700 vindt men voor de eerste keer in de geschriften: ‘patients’
krankzinnigen werden voor eerst patiënten genoemd
o Organisatie (1734) opdeling curable/incurable
2. SPECIFIEKE BEWARING “ASYLUM”
Specifieke bewaring “Asylum”: de’freakshow of Betlehem’ je kon daar de gekken bekijken in kooien of voor
weinig geld een stok kopen en de gekken wat opstokken, levendig maken.
3. PSYCHOSENZORG
Gebeurde altijd via een residentieel verblijf men ging altijd naar gestichten zoals het Guislain instituut.
- Aangeleerde afhankelijkheid: mensen verloren hun gezonde mentale capaciteiten omdat je ze daar
niet gebruikte.
- De therapieën waren vooral om de patiënt bezig te houden (dia 13). Er werd voor hen gezorgd, maar
genezen zat er niet in. Meestal verbleven de patiënten er levenslang. De instituten hadden veel
bedden (veel meer dan nu) en werden opgedeeld in afdelingen voor M/V.
Ziekenhuis was voor les homes alienies: de psychiaters/alienisten.
Behandeling?
- Men behandelde patiënten a.d.h.v. een draaistoel: men dacht dat psychiatrische patiënten verkeerd
gedraaid waren en men draaide dan in de tegenovergestelde richting.
1
, - Grote gevaarlijke bruine dieren zijn in winter niet bedreigend omdat ze slapen origine voor creatie
van ‘artificial hibernation’: men stak de gekken in een waterbad met ijs zodanig dat ze afgekoeld
worden (onderkoeling) waardoor men rustiger werd.
- Deze manier van behandeling tot 1960
4. ELEKTROSHOCK THERAPIE – ELECTRO-CONVULSIE-THERAPIE
Mensen waren zogezegd na een stuipaanval (epileptisch insult) beter. Dus men realiseerde zich dat zo een
epileptische toeval belangrijk kon zijn. Zo zijn ze bij shock therapie gekomen
- Epilepsie insult: psychose verdwijnt tijdelijk bij dit dus het idee was om het insult zelf uit te lokken.
- Patiënten hadden heel veel bijwerkingen.
- Vandaag wordt shock therapie nog gebruikt, maar er zijn niet zoveel bijwerkingen meer.
5. LOBOTOMIE
Egas Moniz, Portugees neurochirurg maakte een boorgat, een schedelboring en hij gebruikte een leukotoom
(soort van spatel) en wiste banen in het brein in het witte stof.
- Patiënten werden rustig. Soms te rustig en bijna in ‘plantstadium’.
- Maar in zeldzame gevallen werd iemand heel impulsief. hierdoor werd Moniz door één van zijn
patiënten doodgeschoten.
Freeman: uitvinder van de snelle lobotomie (1945) (boorgat vond hij te complex).
- Hij vind de Ice Pick uit i.p.v. de lobotomie.
- Ice Pick = in de hersenen brengen boven de ogen
o Onder lokale anesthesie ingebracht met een hamer. In één tik zat hij binnen en wiste hij dat
witte spul.
2. SYMPTOMEN
Term “psychotische symptomen” versus “psychotische stoornissen” Psychotische symptomen komen
meestal voor bij psychotische stoornissen, maar kunnen ook voorkomen bij stemmingsstoornissen,
middelenmisbruik, persoonlijkheidsstoornissen, dementie,...
- Het is niet omdat je een symptoom hebt dat je een stoornis hebt. Het omgekeerde geldt wel nl. alle
psychotische stoornissen hebben psychotische symptomen. Andere ziektebeelden zoals depressie
kunnen PSy hebben en kunnen samenkomen met schizofrenie.
o Een symptoom is geen stoornis!
- De meest voorkomende en prototypische psychotische stoornis is schizofrenie. Dit wordt behandeld
met anti psychotica.
Afwijkingen in één of meer van de volgende 5 symptoomdomeinen
1. Wanen (pos.)
2. Hallucinaties (pos.)
3. Gedesorganiseerde denken (pos.)
4. Gedesorganiseerde of abnormale psychomotoriek (= bewegingen of houding van lichaam zijn anders
bv. bizarre houding aannemen, bij alles lachen…)
5. Negatieve symptomen
2.1. POSITIEVE SYMPTOMEN
Positieve symptomen = symptomen van iets dat erbij komt, symptomen dat anderen niet hebben.
- vb. Wanen, hallucinaties, gedesorganiseerd denken
- Normaal gedrag + iets.
- Deze symptomen verschijnen door een teveel aan dopamine in het limbisch systeem (mesolimbisch)
2
, - Daarnaast speelt de frontale cortex een rol bij schizofrenen. Deze is eigen aan de mens. Deze zorgt
ervoor dat je kan plannen en dat je tijdsbesef hebt (zie verder).
!!!!! dia 28-33 hoe teken ik de hersenen + belangrijke delen
2.1.1. WANEN
! ≠ hallucinaties! Wanen is een denkstoornis (‘je denkt dat’). Het zijn enkel wanen als je het niet kan plaatsen
binnen een religie of cultuur bv. voodoo.
Wanen (denkstoornis) = vaststaande overtuigingen die niet vatbaar zijn voor feiten die ermee in tegenspraak
zijn
- De patiënt is niet te overtuigen van zijn wanen en dat maakt het moeilijk behandelbaar.
- De patiënt heeft zelden inzicht over de wanen
FREQUENT VOORKOMENDE WANEN
• Achtervolgingswanen/paranoïdewanen = iemand heeft de overtuiging dat hem of haar kwaad zal worden
berokkend, dat hij of zij zal worden aangevallen, door een persoon, organisatie of andere groep mensen.
- De meest voorkomende waan
- wordt als zeer bedreigend ervaren bv. man denkt dat moeder lid is van de geheime dienst en hem iets
wil aandoen.
• Betrekkingswanen = iemand heeft de overtuiging dat bepaalde gebaren, opmerkingen, signalen uit de
omgeving enzovoort aan de betrokkene zelf gericht zijn
- bv. boodschap op TV is speciaal naar iemand gericht.
• Grootheidswanen = iemand heeft de overtuiging dat hij of zij uitzonderlijke kwaliteiten, rijkdom of roem
bezit
- bv. vrouw denkt dat ze plannen voor atoombom moet bewaken.
• Erotomane wanen (Syndroom van Clérambault) = iemand is er onterecht van overtuigd dat iemand
anders verliefd is op hem of haar.
- Meestal zijn die personen advocaten, dokters, justitieassistente meestal personen met een
autoriteit.
o ‘Ik denk dat mijn gynaecoloog verliefd is op mij.’
2.1.2. HALLUNICATIES
Hallucinaties = zijn stoornissen in de waarneming: nl. zintuiglijke ervaringen die plaatsvinden zonder dat er een
externe stimulus is (‘ik hoor iets maar eig. is er geen geluid dat iemand anders kan horen’)
- Hallucinaties zijn levendig en helder, hebben net zo veel kracht en maken net zo veel indruk als
normale waarnemingen, en staan niet onder controle van de wil (je kan het niet onderdrukken, die
stem)
- Zelden heeft de patiënt hier inzicht in.
INDELING HALLUCINATIES
• Auditieve hallucinaties (>>):
- A) kunnen enkelvoudig zijn: bv. kraken of kauwgeluiden
- B) maar veel belangrijker zijn de stemmen horen.
o Dat kunnen woorden zijn of zinnen en conversaties. Die kunnen van overal komen bv. uit
radio, hoofd, stopcontact.
o Komt voor bij schizofrenie, manie, depressie, dementie, delirium etc.
- Cave !!! Bevelshallucinatie – aanzet tot moord of zelfmoord. Moet uitgesloten worden!
o Tweede persoon
• Visuele hallucinaties: komen minder voor bij schizofrenie, vooral bij delirium.
- A) Deze kunnen enkelvoudig zijn zoals: lichtflitsen/schaduwen of kleurvervormingen (ook door LSD).
o Lucy in the Sky with Diamonds – lied van ….
- B) Of echte taferelen zoals vervormde gezichten/complexe scènes: bv. complotten gesmeed via
draden tussen personen
3
, • Tactiele hallucinaties: hallucinaties waarbij iem. denkt dat er op zijn huid beestjes zitten bv. beestjes op
huid, kriebels, elektriciteit in darmen…
- Komt soms bij schizofrene patiënten voor, maar vooral bij delirium tremens (toestand die je hebt na
middelen-onttrekking bv. stoppen met alcohol).
- somatisatie: patiënt zegt : “het is alsof er beestjes op mijn huid zitten”
• Olfactorische hallucinaties: ruiken van dingen.
- Is vaak gekoppeld aan hallucinaties in andere modaliteiten of wanen bv. ontrouw en geur van sperma
in psychotische depressie, men heeft de duivel gezien en ruikt zwavel bij schizofrenie…
- Bv. rotten van darmen of geur van zwavel (duivel uit de hel komt naar mij)
- Let op ! Kan ook alarmsymptoom zijn van hersentumor!
• Gustatorische hallucinaties: smaken van dingen.
- Gaat meestal samen met wanen bv. vergiftigingswaan (en hallucinatie van vergiftigd voedsel)
- Bv. smaak van rot voedsel of van faeces
- Komen voor bij schizofrenie, manie, depressie, dementie, delirium,…
2.1.3. GEDESORGANISEERD DENKEN
Ontsporing: onmogelijkheid om “rechte lijn” in het antwoord te houden – continu zijsprongen maken bij het
antwoorden op een vraag
• Tangetialiteit: antwoorden slechts zijdelings met vraag te maken
- – antwoorden vanop een afstand
- Bv: prof zegt: ‘ hoelang zit je hier al?’ en jij zegt ‘ik zit niet ver van de zetel’.
• Associatief denken: associëren
- bv. geel is mooi, maar niet zo mooi als rood en een aantal mensen hebben hier een rode trui aan etc.
• Neologismen: dingen bedenken die niet bestaan, nieuwe woorden die iemand bedenkt
- bv. “Ik ben die buufkuf beu!” “Wat bedoel je met buufkuf?” “Niet doen alsof je dat niet weet”
- bv. “In deze zaal is er een Mars-verbinding en die hangt daar” “Bedoel je die projector?” “Neen?”
• Versperring in denken: iemand zijn denken is verstoord door een versperring: opeens stoppen met praten
- Iemand zijn denken w geblokkeerd
• Gestoord taalbegrip: metaforen gebruiken en patiënt verstaat dat niet. -> alles letterlijk nemen
- Zij begrijpen geen metaforen, grapjes met dubbele bodem etc.
- Bv. “Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens” “Waar hangt er een klok??”
- Bv. “ik woon in de panne” “Ah ik ben met mijn auto in panne”
- Bv. “Nieuwpoort aan de zee” “Ik ben door de nieuwe poort gegaan, ik ben de Mesias”.
2.2. ERNSTIG GEDESORGANISEERDE OF ABNORMALE PSYCHOMOTORIEK
Gedesorganiseerde of abnormale psychomotoriek = bewegingen of houding van lichaam zijn anders bv.
bizarre houding aannemen, bij alles lachen…
- Iemand gaat motorissch gedrag stellen dat niet oké is
o Gaande van “gekkigheid” tot onvoorspelbare agitatie
- Het kan binnen elke vorm van doelgericht gedrag voorkomen (is afh. van de stemmen)
- Specifieke vorm = katatoon gedrag (medische urgentie: want mensen doen niet meer, zelfs niet eten
of drinken)
Katatoon gedrag = opvallende afname van de reactiviteit op de omgeving (patiënten die niets meer doen)
Dat kan zijn:
• Motorisch negativisme = verzet tegen instructies
- Bv. “kom we gaan naar de eetzaal” en je probeert zijn arm te grijpen, maar de patiënt trekt zn arm
weg en weigert mee te gaan
• Katalepsie = volharden in een rigide, ongepaste of bizarre lichaamshouding bv. 10cm van hoofdkussen
liggen
- Bv. iemand ligt/zit op een manier dat niet normaal is
• Mutisme en stupor = volledig gebrek aan verbale en motorische responsen
- Mutisme: iemand die weigert te spreken
4