Krachten in evenwicht
1. krachten
Soorten krachten
Zwaartekracht Fz Fz = m x g De kracht waarmee de aarde een voorwerp
met een massa (m) aantrekt
Zwaartekracht werkt altijd verticaal naar
beneden
Normaalkracht Fn De kracht die een ondergrond op een voorwerp
uitoefent
Staat altijd loodrecht op de ondergrond in de
richting van het voorwerp
Spankracht Fs De kracht van een touw op een voorwerp dat
eraan vastzit
Veerkracht Fv Fv = C x u De kracht van een veer op jou als je de veer
C = veerconstante uittrekt of induwt
u = uitrekking
Spierkracht Fsp Kracht die je met je spieren uitoefent
(schuif)wrijvingskrach Fw Die zich tot een maximum kan aanpassen
t
De richting is tegengesteld aan de richting
waarin het voorwerp gaat bewegen of zou gaan
bewegen als er geen wrijvingskracht was
Andere weerstandkrachten zijn de lucht- en
rolweerstandskracht
De wetten van Newton
1ste wet van Newton (de traagheidswet) :
“als een voorwerp geen (resulterende) kracht ondervindt, is het in rust of beweegt het eenparig en in
een rechte lijn”
2de wet van Newton:
“de verandering van een voorwerp is evenredig aan de resulterende kracht die op het voorwerp
wordt uitgeoefend, en dit gaat volgens een rechte lijn waarlangs de kracht werkt” oftewel in
formulevorm: Fres = m x A
3de wet van Newton:
“als een voorwerp kracht uitoefent op een ander voorwerp, dan oefent dat andere voorwerp een
even grote, maar tegengesteld gerichte kracht uit op het eerste voorwerp.” Volgens de derde wet
van Newton komen krachten altijd in paren van even grote maar tegengestelde krachten
Meerdere krachten die in tegengestelde richting werken aftrekken
Krachten die niet langs dezelfde lijn werken / onder een hoek met elkaar werken iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
parallellogramconstructie of kop-staartmethode
Zwaartekracht
Aangrijpingspunt:
Bij echte voorwerpen kunnen krachten op verschillende punten aangrijpen
Zwaartepunt: aangrijpingspunt van de zwaartekracht
Bij symmetrische voorwerpen ligt het zwaartepunt in het midden van een voorwerp
Bij onregelmatig gevormde voorwerpen is dat niet zo
o Je hangt het voorwerp in een punt op; het zwaartepunt komt dan recht onder het
hangpunt te liggen. Je trekt een verticale lijn naar beneden. Daarna doe je hetzelfde
met een ander ophangpunt en trekt weer een lijn naar beneden. Het snijpunt van de
twee lijnen is het zwaartepunt
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur jkmphs. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.