Parmentier Innes
Samenvatting Geschiedenis van het privaatrecht
College 1
1.1 Het privaatrecht en de continente rechtstraditie
1985-2005: Euro-enthousiasme
Jaren 90: Aandacht voor de Europese rechtsgeschiedenis + Europees ius commune.
The law of obligations - Reinhard Zimmerman:
Harmonisering naar een Eu recht zal geen hinder vinden in de mix van common en Civil law.
‘Private law in Europe is in the process of acquiring a transnational character… We are living
in an age of post-positivism. The narrowness, but also the security of a national codification is
increasingly left behind, and we are moving towards a new ius commune’
‘Historical scholarship may thus enable us to take stock of our present legal condition. It may
help us to map out and tot become aware of the common ground still existing between our
national legal systems as a result of a common tradition.’
11e E: Gemeenschappelijke basis voor Eu recht, herontdekking RR (ius commune)
Nationalisme van de 16e -19e eeuw, codificatie Nu streeft men opnieuw naar
Harmonisatie.
1.2 De Duitse wortels van de Europese rechtsgeschiedenis
Romeins Recht als rode draad ?
‘it is a system of law which would probably today be unrecognizable to lawyers
from the time of the roman republic. But modern civil lawyers looking back to that
time are able to identify the similarities and continuities which have maintained
the family resemblance over almost three millennia.’
Moderne RR niet gelijk aan authentieke RR
Verspreiding RR door kolonisatie en EU expansie 15 de E
Codificatie RR ideeën 18de- 19de eeuw
Grand narrative: James Gordley, The jurists
I. Ius Civile : the Roman jurists 565
II. Ius Commune: the medieval jurists 11 th – 15th centuries
III. The late scholastics 16-17th centuries
IV. Humanist ideal 15-17th centuries
V. Ius Naturae et gentium: the iusnaturalists 17-18 th centuries
VI. Droit civil français 17-18th centuries
VII. Usus modernus pandectarum: German alternative 17-18th centuries
VIII. Mos geometricus: rationalism 17-18th centuries
IX. Positivism and conceptualism 19-20th centuries
X. After positivism 20-21st centuries
1
,Parmentier Innes
Paul Koschaker, Europa und das römische Recht 1947
Reactie op de RR crisis door EU perspectief
Introductie basisbegrippen
Visie van de NSDAP op het RR:
Vervanging RR door Duits nationaal recht
RR is materialistisch, zoals het marxisme.
RR is individualistisch in hoofde van de kapitalistische bourgeois
RR Studie niet meer verplicht, mag wel nog
Reactie K op NSDAP
Geen aanval op het RR, vervanging is allang gebeurd
Crisis niet schuld Nazi’s, maar Romanisten zelf
Nieuw perspectief nodig, nl het Europese perspectief
RR in crisis door eigen schuld, ook van Savingy
Verkeerde interpretatie van zijn werken
Indruk dat studie en evolutie v/h RR niet belangrijk waren
Enkel de bouwstenen, het originele, zuivere RR
RR moet op zichzelf belangrijk zijn, geen instrument om toe te passen op eigen recht
Herleving RR door verklaring vanuit rechtsgeschiedenis, vertrekkend van het hedendaagse
recht naar het oorspronkelijke RR.
Recht als uitdrukking van unieke Europese cultuur met wortels in klassieke oudheid, judeo-
christelijke traditie en Germaanse cultuur
Focus rol juristen, reductie privaatrecht voor specialisten
2.3 Europese rechtsgeschiedenis als academische discipline
De aandacht voor een Europees perspectief kwam tot stand in 3 manieren
Studies over nationale of lokale ontwikkelingen werden bewust of impliciet ingekaderd in de
bredere context van de Europese ontwikkelingen. Gesteund door Helmut Coing
Vanaf het midden van de jaren vijftig werden meer algemene overzichten van de Europese
rechtsgeschiedenis geproduceerd
Twee belangrijke collectieve inspanningen in Europa om het programma van de Europese
rechtsgeschiedenis op een systematische en georganiseerde manier verder te brengen.
Ius Romanum Medii Aevi: een project om een ‘nieuwe Savigny’ te construeren. Om alle
gevonden research samen te brengen.
Max Planck instituut van Helmut Coing in 1964, nieuw project. Beperkte zich tot het bestuderen
van de periode 1500-1900. Anders dan IRMAE bevatte het ook canoniek recht, wetten en
rechtsleer. Niet enkel RR en geleerd recht.
‘Roman law is deemed to be not only the foundation of Western jurisprudence but
has been, and continues to be, regarded as one of the finest creations of the
human spirit.’
‘The exploration of the common legal past of Europe was instrumental to the
construction of a European legal science which in turn was considered as a
necessary step towards greater European unity.’
2
,Parmentier Innes
College 2
2.1 De wetenschappelijke revolutie, het rationalisme en de verlichting
Rationalisme in Frankrijk
God heeft wereld geschapen, laat zich verder niet in
Redeneren leidt tot kennis
Kennis zit al in de mens
Aanhangers: René Descartes Discours de la méthode
Waarneming leidt tot diversiteit, niet tot algemene kennis
Rede is ingeboren
Methodische twijfel: Je pens, donc je suis
Deductie leidt tot algemene universele waarheid
Kettingprincipe en wiskundige formules
Axiomatisch gegeven kennis gegeven door God
Cartesiaanse wetenschap
Empirisme in VK
God grijpt voortdurend in de wereld in
Wil van God niet geheel kenbaar
Observatie leidt tot algemene kennis
Inductie (herhaaldelijk experimenteren)
Aanhangers: Francis Bacon, Galileo Galilei (Heliocentrisme), Hobbes, John Locke
Beantwoorden beiden hoe men tot kennis komt uit de natuur
Het verschil ligt eerder in de methode om die kennis te verwerven en in de mate waarin
natuurwetten voldoende zijn
Verlichting
Charles Perrault 17e E Parallèle des anciens et de moderns
Oudheid kan de moderne tijd niets meer leren, geen bron meer van kennis
Enige criterium voor waarheid en inzicht de rede
Ontstond uit het modernisme in de bredere context
Hoogtepunt in de 18e eeuw
De wereld is een machine en de natuurlijke evolutie een eindeloze ketting van oorzaken en
gevolgen, die beheerst worden door enkele tijdloze en universele natuurwetten.
De menselijke rede is instaat om de natuur te begrijpen en ze kan bovendien ook ingrijpen in
de natuur om het menselijk lot te verbeteren
De verlichting zorgde voor een positieve blik op evolutie en geen proces van natuurlijke
achteruitgang meer.
Deïsme: aanvaarden het bestaan van een God, die de wereld heeft geschapen, maar laat zich
verder niet in met de menselijke wereld.
Gelijkheid, vrijheid, rechtszekerheid komen op de voorgrond
3
, Parmentier Innes
2.2 Grotius, vader van de Moderne School van het Natuurrecht
Grotius: 16e-17e E
De iure Praedae 1605
Inleiding tot de Hollandse rechtsgeleerdheid 1631
Toepassing privaatrecht op Romeinse jurisprudentie, introductie van nieuwe begrippen
De iure Belli ac Pacis libri tres 1625
Standaard werk van het moderne natuurrecht en het EU/ internationaal recht
Typisch menselijke eigenschappen:
Drang naar een rustig en geordende maatschappijvorming (appetitus socialis)
Rationaliteit
Bepaalde regels liggen vast in de menselijke natuur, kunnen niet gewijzigd worden
Sluit grotendeels aan bij de stoïcijnen Cicero, Gaius en Ulpianus
Natuurrecht gekoppeld aan de menselijke rede, onlosmakelijk aan verbonden
‘True law is right reason in agreement with nature. It is of universal application,
unchanging and everlasting. It summons to duty by its commands and averts
from wrongdoing by its prohibitions.’ Cicero
Gaius: Ius Gentium geldt voor alle volkeren op basis van de naturalis Ratio, het
natuurrecht beantwoordt aan de rede. Vermengt het Ius Gentium en het
Natuurrecht.
Ulpianus: onderscheid aan tussen natuurrecht en het Ius Gentium. Natuurrecht
gegeven aan alle wezens, niet enkel mensen (dierlijke instincten bv recht op
zelfverdediging, opvoeding kinderen)
Ius Gentium enkel op volkeren, gesteund op Rede
Alle gestelde principes zouden ook gelden indien God niet bestond
Niet gelovigen kunnen ook tot kennis komen van het natuurrecht
Het Goddelijke recht staat los van het natuurrecht
Universaliteit van het natuurrecht, soort gelijkheid tussen mensen
Ingaan tegen het natuurrecht = Ingaan tegen de wil van God
Goddelijke recht is gebaseerd op de vrije wil van God, enkel bindend voor gelovigen (terug te
vinden in het evangelie & 10geboden)
Mislukking systematiseren van natuurrecht doordat men geen onderscheid maakte tussen
rechtsregels die uit een afspraak voortvloeien (positief recht) en de natuurrechtelijke regels. Het
positieve recht kan namelijk niet gesystematiseerd worden aangezien het veranderlijk is.
Het recht moest onderverdeeld worden om de duidelijkheid te stimuleren. Via zo’n
indeling moest men van het concrete tot het algemene geraken en omgekeerd.
~Cicero
4