Anatomie:
Les 1 : Algemene inleiding
Nomenclatuur
alle latijnse (soms ook griekse) namen staan opgesomd in het Nomina Anatomica Veterinaria (= soort
woordenboek)
is = adjectief : lijdend voorwerp
i, ae, i, orum, arum, orum = genitief : van de
- Regio cranialis = hoofdregio
o Nr. 1 : regio frontalis = voorhoofdsregio
o Nr. 3 : regio occipatialis = achterhoofdsregio
o Nr. 4: regio supraorbitalis = regio boven de oogkas
o Nr. 5 : regio auricularis = oorregio
- Regio facialis = gezichtsregio
o Nr. 6: regio nasalis = neusregio
o Nr. 7: regio oralis = mondstreek
o Nr. 11: regio infraorbitalis = regio onder de oogkas
o Nr. 13: regio masseterica = kauwregio
o Nr. 14: regio buccalis = wangregio
- Nr. 17: Colli dorsalis = manenstreek
- Nr. 24: Sulcus jugularis = halsgroeve
- Nr. 30: regio trachealis = luchtpijpregio
- Nr. 14: Tandproblemen: wangregio is heel uitgesproken bij paarden, nadeel voor de dierenats omdat we
moeilijk fouten bij de tanden zien. Het diastema = tandenvrije zone, vlak achter de snijtanden. Dit is heel
handig omdat we dan makkelijk in de mond van het paard kunnen. We kunnen de tong pakken en achter
te kiezen leggen.
, - Nr. 24: Bloed trekken bij paarden:
In de Sulcus jugularis (= nr. 24) in de Vena jugularis
Je drukt met je duim vanboven aan de groeve waardoor de vene zal verdikken. Zo kan je makkelijk bloed
nemen.
- Nr. 26: Regio sternocephalica is een belangrijke regio om bloed te trekken bij de kleine huisdieren
- Nr. 9: is de Regio Orbitalis = rond het oog, met de oogkas (orbita)
- Nr. 7 & 8 : Anesthesie bij grote dieren:
Bij het paard vermijden we bijna altijd volledige anesthesie. Dit doen we zelden omdat het dier moeite
heeft met terug recht te staan (recovery boxen met kussens tegen de muren) en op dat moment heel
angstig is.
De plaatselijke anesthesie wordt ingebracht in de regio met de zenuw. Zo maken we het dier gevoelloos
op deze plek. Bv. aan de regio mentalis (nr. 8) = kinregio met de nervo mentalis of de regio oralis (nr. 7) =
mondregio.
- Nr. 13: In de regio masseterica (nr. 13) zitten belangrijke kauwspieren.
Het is belangrijk in welke zone je je stethoscoop gaat leggen om het hart te kunnen horen. (nut anatomie)
- Nr. 43: Regio xiphoidea : de gebogen lijn is het diafragma. De borstholte is veel kleiner dan de borstkas.
Sommige organen liggen in de borstkas. De lever ligt volledig beschermd. De milt ligt in het ummentum
majus (links) deze is verbonden met de maag.
Snel eten: Dus wanneer de maag (ligt in borstkas, net als milt) leeg is en de hond eet bijvoorbeeld heel
snel, dan zien we dat de maag zo fel toeneemt in volume dat hij caudaal gaat verplaatsen. Ook de milt
gaat dan meer caudaal liggen. De hond wordt hyperactief van het eten en gaat rennen. Dit is heel
gevaarlijk miltruptuur als hij links op iets botst (niet meer beschermd door ribbenkas).
Maagtorsie kan dan ook voorkomen (vooral bij grote honden) hond raak in shock
- Nr. 44: Regio adbominalis : meestal ligt het dier bij een operatie in deze positie
- Nr. 47: Regio umbicalis: hier ligt ook de navel. Daar is geen haar te vinden
Operaties: caudaal van de navel doen we een incisie = in de Linea alba (omdat de buikspieren hier
samenkomen met een peesplaat geen bloed bij de operatie)
- Nr. 49: Regio pubica = ook heel belagrijk bij operaties (wordt samen met 47 opengesneden)
- Nr. 48: Regio inguinalis = liesregio : Liesbreuk: bij mannelijke honden/paarden (bij teefjes/merries zelden)
komt dit wel eens voor. Lieszone is een smalle zone die dan wordt uitgerokken.
, - Nr. 58: Regio analis
Rectaal onderzoek: rectum = kort stuk in het bekkenkanaal, hierna komt het Colodecendens hangt aan
een lange ophangband. In deze ruimte kan je heel goed voelen. Bij een rund kan je gaan voelen naar de
ovaria : bepalen aan de grootte van de folikel wanneer je kan bevruchten
Bij de kleine huisdieren is deze regio ook belangrijk : slederijden (schuren met anus aan de vloer). Dit
zorgt voor een enorme geur. Links en rechts van de anus zitten twee zakjes met anaalklieren. Hierin
kunnen soms uitwerpselen in komen. Dit kan gaan ontsteken en jeuken, hierdoor kunnen ze gaan
slederijden om de jeuk te verzachten. Dierenartsen moeten deze zakjes dan legen (tip: smeer vicks onder
je neus, want de geur is onbeschrijfelijk).
- Nr. 59: Regio urogenitalis: bij paarden zijn er zelden nog natuurlijke dekkingen (geen overdracht van
ziektes, geen gevaar voor de hengst (merrie kan kwaad worden als ze er genoeg van heeft))
Structuren plaatsen
EXAMEN : Waar ligt deze structuur t.o.v. andere lichaamsdelen
Longen liggen dorsaal van het hart / hart ligt ventraal van de longen.
Foramem epiploicum: 4 referentiepunten:
- Dorsaal van Vena cava caudalis
- Ventraal van Vena portae = poortader : brengt van darm naar lever
- Caudaal van Lever
- Craniaal van Duodenum (= eerste stukje dunne darm)
Voormagencomplex :
- Grootste deel ligt aan de kant van het hart
- Aan de andere kant ligt de boekmaag en de lebmaag (deze hebben wij ook) (Lebmaag caudaal van de
boekmaag)
De lebmaag gaat soms naar onder migreren waardoor die aan de linkerflank komt te liggen. Dit kunnen
we met de stethoscoop horen.
Rostraal = voor het hoofd (omdat dit al craniaal is)
Mediaal = in twee symmetrische delen (door wervelkolom) (longitudinaal, vetrikaal)
Sagittaal = ook longitudinaal, maar langs het mediale vlak (bv. op 5 cm naar links van mediaal)
Dorsaal (frontaal) = dwars, horizontaal(net tegenovergesteld aan longitudinaal)
Transversaal = dwars door de as
, Palmair = als handpalm, vooraan
Plantair = als voetzool, achteraan
Dorsaal = bovenzijde
Plantigraad = lopen op onze hele middenhandsbeenderen = mensen
Digdigraad = op de tenen = honden
Umbiligraad = enkel op één van de vingerkootjes = paarden, runderen
Axiaal = naar de as toe (= binnenkant van onze duim, naar de wijsvinger toe)
Abaxiaal = van de as weg (= buitenkant van onze duim, naar buiten toe) (voor
middenvinger klopt niet)
Superficialis = aan de oppervlakte
Profundus = diep
wordt gebruikt bij de spieren
Intenus = binnenkant
Externus = buitenkant
Sinister = links
Dexter = rechts
Voor de ledematen:
Proximaal = dichtst
Distaal = op afand, verst van het lichaam
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur StudentDiergeneeskunde. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.