Gebitsontwikkeling, Occlusie en Articulatie (MHVP1CLL3B) (MHVP1CLL3B)
Resume
Samenvatting Gebitsontwikkeling bij de mens - Gebitsontwikkeling, Occlusie en Articulatie (MHVP1CLL3B)
20 vues 1 fois vendu
Cours
Gebitsontwikkeling, Occlusie en Articulatie (MHVP1CLL3B) (MHVP1CLL3B)
Établissement
Hanzehogeschool Groningen (Hanze)
Book
Gebitsontwikkeling bij de mens
In dit document zijn alle hoorcolleges van gebitsontwikkeling uitgewerkt. Hierbij zijn de powerpoints uitgewerkt en ook aanvullende informatie uit de hoorcolleges is toegevoegd. Ook bevat deze samenvattingen de bijbehorende hoofdstukken uit het boek gebitsontwikkeling bij de mens.
Samenvatting van het boek gebitsontwikkeling en handout occlusie en articulatie. Cijfer 9,1 behaald!
Samenvatting Gebitsontwikkeling bij de mens
Tout pour ce livre (9)
École, étude et sujet
Hanzehogeschool Groningen (Hanze)
Mondzorgkunde
Gebitsontwikkeling, Occlusie en Articulatie (MHVP1CLL3B) (MHVP1CLL3B)
Tous les documents sur ce sujet (1)
Vendeur
S'abonner
ankehulshoff
Aperçu du contenu
Gebitsontwikkeling
Occlusie en articulatie
Occlusie -> elk statisch (het staat stil) contact tussen een of meer elementen van de
bovenkaak met een of meer elementen van de bovenkaak.
Maximale occlusie (MO) -> ICP (intercuspal contact position) -> de occlusie waarbij de
tanden en kiezen maximaal contact te maken.
Centrale positie/relatie -> de positie waarbij het kaakkopje, ongedwongen, in zijn meest
dorsale stand staat.
Centrale occlusie (CO) -> als de centrale positie/relatie samenvalt met de maximale occlusie
dan is er sprake van centrale occlusie.
Ideale occlusie -> cuspidaten vallen achter de cuspidaten van de onderkaak.
We streven altijd naar de ideale occlusie omdat:
• Een optimale uitoefening van functie mogelijk is
• Ondersteunende weefsels (kaakgewrichten en -spieren) minimaal belast worden
• Elementen gelijkmatig belast worden
Niet ideale situaties worden verbeterd door bijvoorbeeld orthodontie en door verkeerd gedrag
af te leren.
Occlusie is afhankelijk van samenspel van de spieren om je mond heen en van je tong. De
spieren (o.a. tong) hebben veel krachten.
,Interdigitatie -> alle elementen staan op de anatomisch meest voorkomende, karakteristieke
manier in elkaar begrepen. Hierbij staat het kaakgewicht in een gedwongen natuurlijke
positie.
Zaagtand fenomeen -> 1 element maakt occlusaal contact met 1 of 2 antagonisten.
Vallen niet in de fissuur van de antagonist, maar erbuiten.
Deze houden de wangen en de tong op afstand, zodat deze
niet tussen je tanden en kiezen komt.
Horizontale overbeet (HOB), ook wel sagitale
overbeet of gewoon overbeet/overjet genoemd ->
overbeet in horizontale vlak (normaal 1-3 mm).
Verticale overbeet, ook wel overbite genoemd ->
overbeet in het verticale vlak (normaal 1-3 mm).
, Curve van Von Spee -> kromming van het occlusale vlak van
de onderkaak vanaf de rand van de onderste snijtanden over
alle buccale knobbels tot en met de achterste kies.
Curve van Wilson -> is de van frontaal gezien mediolaterale
curve die de buccale en linguale knobbels van de molaren aan
weerszijden van de boog verbindt.
Beethoogte (verticale dimensie/morfologische gezichtshoogte)
-> de maat tussen 2 willekeurige punten op de middellijn. 1
punt boven de mond, 1 punt onder de mond met de elementen
in maximale occlusie.
Rustpositie -> als je rechtop, in ontspannen houding, de
kaakspieren ontspant. Zakt de kaak een beetje open -> de
verticale dimensie wordt groter. Er ontstaat een nieuwe
gelaatshoogte, de rustgezichtshoogte.
A – A = B -> freewayspace -> het verschil tussen de
morfologische gezichtshoogte (A) en de rustgezichtshoogte (A).
Ideale occlusie
De klasse I relatie is de normale, ideale relatie
tussen onder- en bovenkaak.
Bij de Angle classificatie wordt gelet op de relatie
tussen de mesiobuccale knobbel van de eerste
ondermolaar ten opzichte van de elementen in de
bovenkaak. Ook speelt de relatie tussen onder- en
bovenincisieven een rol.
Klasse I -> ideale situatie.
Klasse II -> de OK staat in verhouding tot de BK te ver naar achteren.
Klasse III -> de OK staat in verhouding tot de BK te ver naar voren.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ankehulshoff. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €9,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.