Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Biochemie I cursus €6,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Biochemie I cursus

2 revues
 347 vues  6 fois vendu

Duidelijke cursus van de lessen biochemie I. Bestaat uit zowel het deel biomoleculen als pathways. Goede uitleg bij de afbeeldingen en processen.

Aperçu 4 sur 67  pages

  • 1 février 2018
  • 67
  • 2017/2018
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (12)

2  revues

review-writer-avatar

Par: phielampe • 5 année de cela

review-writer-avatar

Par: dgkstudent2124 • 6 année de cela

avatar-seller
StudentDiergeneeskunde
Biochemie
H1 : Inleiding




H2 : Koolhydraten

= suikers = sacchariden = (CH2O)n

Monosacchariden

= één enkel polyhydroxy-aldehyde of polyhydroxy-keton
 keton = R-C-O (ketose)
 aldehyde = H-C-O (aldose)
 bevatten dus een carbylgroep
 alle andere C-atomen bevatten hydroxylgroepen (COOH)
 koolstofketens onvertakt

Ketenlengte :
 3C = triose
 4C = tetrose
 5C = pentose
 6C = hexose
 7C = heptose

Naamgeving : aldo/keto + #C s

Chirale centra :
 alle monosacchariden, behalve dihydroxy-aceton hebben één of meer chiraal centrum
o dit is een koolstofatoom met 4 verschillende substituenten
o je kan dit moleculen dus zo roteren dat ie nooit met zijn spiegelbeeld samenvalt
o zijn dus optische isomeren
o # stereoisomeren = 2n, n = # chirale centra
o enantiomeren = spiegelbeelden
o diastereomeren = geen spiegelbeelden
 2 diastereomeren die slechts verschillen in de configuratie rond één koolstofatoom zijn epimeren

, => 2 epimeren




INVULZINNETJE MET EXAMEN WAAR JE # STEREOISOMEREN MOET KUNNEN GEVEN

D-isomeer of L-isomeer
 zijn in een cel twee totaal verschillende dingen
 één van de enantiomeren is het D-isomeer, de andere is het L-isomeer
 van een D een L maken (of andersom) : elk chiraal centrum spiegelen
 D of L? => Fisher projectie (verticaal = in het blad – horizontaal = uit het blad)
o koolstofketen verticaal
o CHO vanboven
o chirale centra verst van carbonylgroep => OH links (L) of rechts (D)




Ringstructuur :
 meeste monosacchariden hebben een ringstructuur
 ringvorming :
o aldehyde + alcohol vormt een hemiacetaal
o keton + alcohol vormt een hemiketaal

 nieuw chiraal centrum gevormd !
o dit is het anomere koolstofatoom / anomere centrum
o isomeren van monosacchariden die enkel verschillen in configuratie rond het anomere C-atoom

 α of β ?
 bepaald door positie OH op anomeer C-atoom tov de
functionele groep die ligt op de anomeer referentie atoom
(plaats waar CH²OH staat, altijd vanboven)
 alfa = OH aan andere kant
 beta = OH aan dezelfde kant
 mutarotatie = conversie van alfa naar beta en omgekeerd

 vorming :
o haworth-projectie = tekenvorm van ringen
o 6C s = pyranose
o 5C s = furanose
o CH2OH tekenen we links vanboven
o O rechts vanboven (of in het midden bij furanose)
o anomere C rechts opzij

,  meest voorkomend in de natuur :
o hexosen
o D-suikers
o D-glucose / druivensuiker : 1/3 alfa – 2/3 beta (specifiek 1/3 voor glucose, altijd anders bij anderen)
 ook een klein deel van glucose in de lineaire vorm
 reduceren
o monosachariden zijn altijd reducerend (doordat de ring open gaat naar de lineaire vorm)
o carbonylgroep kan geoxideerd worden (COH is vrij)  carboxylgroep –COOH vormen


Disysacchariden

= 2 ketens van monosacchariden
bv. oligosacchariden (betekent een aantal sacchariden)

Polysacchariden

= meer dan 20 monosaccharide units
= glycanen

O ders heid op asis a …
 type monosaccharide :
o homopolysacchariden : 1 type
o heteropolysacchariden : 2 of meer typen
 ketenlente
 type van glycosidische binding
 mate van vertakking

Functies van homopolysacchariden :

 opslag van koolhydraten (brandstof)
o zetmeel (bestaat uit amylose & amylopectine)
 amylose
 lineair onvertakt
 D-glucose
 α 1-4 ketens (poly-maltose)
 amylopectine
 groot molecule
 sterk vertakt
 D-glucose
 α 1-4 ketens
 α 1-6 vertrakkingen
 vertakking elke 24-30 residuen

o glycogeen
 vergelijkbaar met amylopectine
 groot molecule
 sterk vertakt
 D-glucose
 α 1-4 ketens
 α 1-6 vertrakkingen
 vertakking elke 8-12 residuen
 daardoor veel compacter
 geen specifieke weefsel die glycogeen opslaan dus vertakt om makkelijker op te slaan
 amylopectine en glycogeen hebben één reducerend uiteinde en veel niet-reducerende uiteinden
=> afbraak gebeurt aan niet-reducerende uiteinden aan vele ketenuiteinden tegelijkertijd
=> snelle vrijgave van energie

,  structuurelement in celwand van platen en exoskelet van dieren
o cellulose
 vezelachtig, plantaardig materiaal (plantenstengels, boomstammen, katoen)
 lineair, onvertakt
 β 1-4
 type glycosidische binding enige verschil met amylose
 veel steviger door waterstofbruggen
 onverteerbaar voor de meeste dieren (geen enzymen voor klieven van β1-4)
 wel voor termiten en ruminanten door micro-organismen in darm
 wel voor houtzwammen door enzymen cellulase

o chitine
 exoskelet anthropoden
 naast cellulose twee meest voorkomende polysaccharide ter wereld
 lineair, onvertakt
 β -4
 N-acetylglucosamine

Functies van heteropolysacchariden :

 extracellulaire ondersteuning voor organismen van alle rijken
o agar
 complex mengsel heteropolysacchariden
 bevat gemodifieerde galactose-eenheden
 component van celwand in sommige dieren
 onderdeel: agarose
 agar = groeimedium voor bacteriën
 agarose = scheiding DNA

Verschil met eiwitten (polymeren en aminozuren) :
 DNA – RNA => eiwit :
o welbepaalde samenstelling en lengte
o welbepaald moleculair gewicht
o gebaseerd op template
 geen template voor polysacchariden en dus ook geen voor bepaalde lengte of grootte


H3 : Aminozuren

 bouwstenen eiwitten
 meest voorkomende biologische macromolecule
 eiwitten uiterst divers in structuur en functie, maar toch slecht opgebouwd uit 20 aminozuren
o covalent gebonden tot lineaire structuur
o gebaseerd op DNA-sequentie

bv. luciferase – hemoglobine – keratine

Veel verschillende functies :
 enzymen  spinnenwebben
 hormonen  hoorn en haar
 antilichamen  natuurlijke antibiotisa
 veren  paddenstoelengif
 ooglens  ….
 spiervezels

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur StudentDiergeneeskunde. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80467 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,49  6x  vendu
  • (2)
  Ajouter