Grote en duidelijke samenvatting van het tweedejaars vak Meten en Diagnostiek 2 van de bachelor psychologie. Tabellen en figuren aanwezig voor extra duidelijkheid
Ik heb zelf een 7,5 gehaald voor het tentamen door deze samenvatting.
Meten en Diagnostiek 2 (P_BMETDIA_2)
Tous les documents sur ce sujet (26)
Vendeur
S'abonner
bachelorpsychologie1
Aperçu du contenu
Meten & Diagnostiek 2
Hoofdstuk 1
Psychometrie → de principes en concepten van tests die ze zinvol en betrouwbaar maken
Latente variabelen → theoretische constructen
Cronbach → stelt dat psychologische test een systematische procedure is om het gedrag van twee of
meer mensen te vergelijken. Er zijn drie componenten van deze definitie:
• De tests hebben betrekking op een soort van gedragsvoorbeeld
• Deze gedragsvoorbeelden moeten op de een of andere manier systematisch worden
verzameld
• Het doel van de tests is om het gedrag van twee of meer mensen te vergelijken
Tests moeten interindividuele verschillen (gedrag van verschillende mensen) en intra-individuele
verschillen (gedrag van dezelfde personen op verschillende tijdstippen of onder verschillende
omstandigheden) kunnen vergelijken.
Criterium gerefereerde tests (domein gerefereerde tests) → de test wordt meestal gebruikt om het
vaardigheidsniveau van een persoon te bepalen: cut-off scores
Norm gerefereerde tests → de test wordt meestal gebruikt om te begrijpen hoe iemand zich
verhoudt tot andere mensen.
Reactiviteit → van de deelnemers houdt in dat de meting zelf personen kan beïnvloeden
• Vraagkenmerken: deelnemers veranderen hun gedrag wanneer ze weten wat het doel van
het onderzoek is om de onderzoeker tegemoet te komen
• Sociale wenselijkheid: deelnemers proberen indruk te maken op de onderzoeker
• Malingering: deelnemers veranderen hun gedrag om een slechte indruk te maken op de
onderzoeker
• In deze gevallen komt de validiteit van de meting in gevaar
4 meetschalen:
Nominaal Ordinaal Interval Ratio
Identiteit X X X X
Orde X X X
Kwantiteit X X
Absoluut nulpunt X
Voorbeeld Geslacht Rang in klas Temperatuur Afstand
,Nominaal → categoriseren. Categorieën zijn wederzijds uitsluitbaar.
Ordinaal → natuurlijke rangorde. Transitiviteit (als je weet dat 0<1 en 1<2 dan weet je ook dat 0<2)
Interval → gelijke ruimte tussen verschillende schaalpunten, kwantiteit. Meeteenheden. Relatief
nulpunt
Ratio → absoluut nulpunt. Er is dan afwezigheid van de eigenschap. Bij nul is er niks.
Lineaire regressie → schat een lineair verband tussen variabelen X en Y. X-as is vaak de
onafhankelijke variabele en Y-as is vaak de afhankelijke variabele:
𝑦 = 𝑏0 + 𝑏1 ∗ 𝑥 + ⅇ
B0 → intercept (Y is nul)
B1 → regressiecoëfficiënt
E → error, meetfout
Parameters → b0 en b1
Een conditioneel gemiddelde is een gemiddelde score op een variabele gegeven de score op een
andere variabele.
𝑦|𝑥
• De score van Y gegeven de score van X
• Stel je weet X, wat is dan de score van Y? Y is conditioneel op X
Tijdens een lineaire regressieanalyse wordt er een verdelingsaanname gedaan over Y
Er wordt aangenomen dat Y normaal verdeeld is conditioneel op X
• Voor elke waarde van X moet Y normaal verdeeld zijn en het gemiddelde van die
normaalverdeling moet hetzelfde zijn als de voorspelde waarde van Y, dit wordt daarom het
conditioneel gemiddelde genoemd.
Bij een voorspelde waarde wordt er nooit gebruik gemaakt van een error, alleen bij geobserveerde
waardes.
, B0 → 15.835
B1 → 2.322
Significantie → .026
Als a < 0.05 dan is er sprake van een significant verband → 0.026 < 0.05
Covariantie → laat zien hoe sterk verschillende variabelen met elkaar samenhangen
Sterke relatie → voorspelling is consistent
Door de covariantie kan de correlatiecoëfficiënt berekend worden:
∑(𝑥 − 𝑥̅ )(𝑦 − 𝑦̅)
𝑐𝑜𝑣(𝑥, 𝑦) =
(𝑛 − 1)
Gemiddelde:
𝛴𝑥
𝜇 = 𝑥̅ =
𝑁
1. Deviation score bepalen → het verschil tussen een individuele score en het gemiddelde voor
elke deelnemer
2. Vermenigvuldig de deviation score van X met die van Y
3. Deel de totale score door N-1
Een positieve uitslag → positieve associatie
Een negatieve uitslag → negatieve associatie
Score die verder afwijkt van nul → sterkere associatie
𝑹𝟐
• Hoeveel van de variantie in Y wordt verklaard door X
• Als deze waarde groot is, dan is er een goede voorspelling mogelijk
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur bachelorpsychologie1. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.