Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Politicologie en Recht aka Politiek en Recht samenvatting sociaal werk leerjaar 1 €3,99   Ajouter au panier

Resume

Politicologie en Recht aka Politiek en Recht samenvatting sociaal werk leerjaar 1

20 revues
 558 vues  45 achats
  • Cours
  • Établissement

Hi lieve medestudenten Sociaal Werk op de Hogeschool Leiden! Zit jij in je eerste leerjaar periode 2 van je studie sociaal werk? Ben je te laat begonnen met leren (me), en begrijp je niets van die stomme reader van 200 bladzijdes? Nou, ik ook niet, maar ik heb een poging gedaan tot het samenvatten...

[Montrer plus]

Aperçu 3 sur 25  pages

  • 22 janvier 2018
  • 25
  • 2017/2018
  • Resume

20  revues

review-writer-avatar

Par: meganhogeschoolleiden • 4 année de cela

review-writer-avatar

Par: claudiamensah • 4 année de cela

review-writer-avatar

Par: nigelslewe • 5 année de cela

review-writer-avatar

Par: thirza15 • 5 année de cela

review-writer-avatar

Par: fleurbbb • 2 année de cela

review-writer-avatar

Par: carolienspekhorst • 5 année de cela

review-writer-avatar

Par: lisagarone • 5 année de cela

Afficher plus de commentaires  
avatar-seller

Questions d'entraînement disponibles

Fiches 24 Fiches
Gratuit 16 vendus

Quelques exemples de cette série de questions pratiques

1.

Welke van de vier is GEEN kenmerk van de democratie? A. Alle sociale klassen zijn vertegenwoordigd in het parlement B. De macht wordt volgens vastliggende regels uitgeoefend C. De individuele rechten van de burger worden gerespecteerd D. De uiteindelijke macht gaat uit van de burgers zelf

Réponse: A: Niet alle sociale klassen KUNNEN vertegenwoordigd worden in het parlement. Het is maar een kleine groep vertegenwoordigers.

2.

Welke macht (denk aan de machtsscheidingen volgens de Trias Politica) vertegenwoordigt het orgaan \'Gedeputeerde Staten\' binnen de bestuurslaag provincie? A. Delegerende macht B. Rechtsprekende macht C. Uitvoerende macht D. Wetgevende macht

Réponse: C. Uitvoerende macht. Gedeputeerde Staten vormt het dagelijks bestuur ofwel de uitvoerende macht. Trias Politica is de machtsscheidingen (door Montesqieu) De delegerende macht hoort NIET binnen de trias politica.

3.

Toos van Boven werkt al jaren als serveerster in een restaurant. Veel verdient ze er niet, maar ze doet het werk met plezier. Op een dag mist er 200 euro uit de kas. Toos\' werkgever verdenkt Toos van diefstal en ontslaat haar. Toos, die zich van geen kwaad bewust is, is verontwaardigd en boos en daagt haar werkgever voor de rechter om haar gelijk te halen. In welk rechtsgebied speelt deze casus zich af? A. Privaatrecht B. Publiekrecht C. Bestuursrecht D. Strafrecht

Réponse: A. Privaatrecht. Zaak tussen werkgever - werknemer

4.

Beoordeel de volgende stelling: De bestuurslaag \'gemeente\' is een voorbeeld van territoriale decentralisatie

Réponse: Is waar. De gemeente heeft regelgevende en bestuurlijke bevoegdheden over een bepaald gebied (territorium). Naast territoriaal is er ook functionele decentralisatie; de bevoegdheden zijn toegekend i.v.m. een specifieke taak of functie.

5.

\'........ zijn voorstanders van de gelijkheid van de mensen. Zij willen daarom nivelleren, de verschillen tussen de mensen verkleinen. Zij zijn tegenstanders van het kapitalisme. Zij zijn er dus tegenstander van dat de productiemiddelen (fabrieken, grondstoffen en arbeiders) in handen zijn van rijke fabrikanten. Deze productiemiddelen zien ze liever in handen van de staat. Dan zullen de tegenstellingen tussen de rijke en de arme klassen vanzelf verdwijnen en zullen er gelijke kansen komen voor iedereen is de gedachte. Zij zijn dus voor staatsbemoeienis en voor de verzorgingsstaat. Dit laatste wil zeggen een verzorgen van de wieg tot het graf.\' (Bron: http://www.staatsinrichting.nl/Verkiezingen/Ver_stromingen.htm) De tekst hierboven geeft (een deel van) het gedachtengoed van een bepaalde politieke stroming weer. Wat zou er moeten worden ingevuld op de ...... ? A. Confessionelen B. Liberalen C. Populisten D. Socialisten

Réponse: D. De socialisten

6.

6. Stel: je werkt als cliëntondersteuner bij het Servicepunt XL van de gemeente Den Haag. Bij het servicepunt kunnen de inwoners van Den Haag terecht om de weg te vinden in mogelijkheden voor zorg- en ondersteuning en voorzieningen in Den Haag. De 76-jarige mevrouw Shanti meldt zich bij het servicepunt. Zij woont nog zelfstandig maar kan best wat hulp in de huishouding gebruiken en zo nu en dan taxivervoer naar de kaartclub. Binnen haar eigen netwerk is er niemand die haar kan helpen. Op grond van welke wet kan mevrouw Shanti een aanvraag indienen? A. Bijstandswet B. Participatiewet C. Wmo: Wet maatschappelijke ondersteuning D. Ziektekostenverzekeringswet

Réponse: C. Wet maatschappelijke ondersteuning

7.

7. Saskia ontvangt een bijstandsuitkering. Om na te gaan of Saskia niet samenwoont met haar vriend Tyron, betreedt de sociaal rechercheur de woning van Saskia met een valse sleutel. Welk grondrecht wordt in deze casus aangetast?

Réponse: -huisrecht -Artikel 12 Grondwet -bescherming van de woning

8.

In vraag 7 (Saskia en Tyron) wordt gevraagd naar een grondrecht waarop inbreuk wordt gemaakt. Betreft dit een klassiek of een sociaal grondrecht? A. Klassiek B. Sociaal

Réponse: A. Klassiek. De overheid moet iets nalaten. Sociale grondrechten gaan om actief overheidsoptreden

9.

De Algemene Nabestaandenwet (AnW) regelt o.m. financiële ondersteuning voor mensen die alleen overblijven na het overlijden van een partner. De Anw is een: A. Sociale voorziening B. Volksverzekering C. Werknemersverzekering D. Geen van allen

Réponse: B. Volksverzekering. Deze zijn verplicht voor iedereen die in NL woont/werkt.

10.

In het geval van botsende grondrechten doet zich de vraag voor of het ene grondrecht sterker is dan het andere. Hoe moet worden omgegaan met botsende grondrechten?

Réponse: -Afweging maken -Alle grondrechten hebben evenveel waarde -Er is geen voorrangsregel -Per geval bekijken en beoordelen

POLITIEK EN RECHT
Samenvatting Sociaal Werk jaar 1




CLAIRE JULIEN
Sociaal Werk jaar 1

,Week 1 : Democratie en Politiek
Als sociaal werker kom je op voor de rechten en belangen van kwetsbare groepen, de mensenrechten zijn het
uitgangspunt.

Democratie en politieke vertegenwoordiging
Vormen van democratie wijzen altijd naar: Het volk kan kiezen of het volk kan gekozen worden. Hierbij gaat het
om het besturen van een land waarbij de wil van het volk meegenomen moet worden.

Veel landen noemen zich democratisch maar kunnen daar iets anders mee bedoelen;
 Duitsland: Na WOII in 2 delen gesplitst: DDR -> Duitse democratische republiek, geregeerd door
communistische Sovjet-Unie.
 China: Noemt zichzelf een Volksrepubliek -> Dus een democratisch land

J.L. Talmon gebruikte voor dit verband de (paradoxale) term: Totalitaire democratie. Uit het verlichtingsdenken
van de achttiende eeuw noemde hij 2 soorten vormen van democratie
 (Empirisch) Liberale variant: wil vrijheid terugzien in politieke besluitvormingsprocedures. Vrijheid is er
al. Vrijheid is een middel. (b.v. Europa, VS, Australië)
 Totalitaire of messianistische variant: wil beeld van ideale samenleving d.m.v. politieke middelen
doorvoeren. Het draait om het controleren. Vrijheid is beperkt en onvolledig. Vrijheid is een doel. (b.v.
na Franse revolutie: Maximilien de Robespierre -> zijn visie was de enige. EN Voormalige Sovjetunie,
China, Cuba)
Allebei de vormen hebben vrijheid als ideaal. In Nederland: Liberale democratie met totalitaire trekjes.

We kunnen pas van een democratie spreken als:
 Als de uiteindelijke macht uitgaat van de burgers zelf
 Als die macht volgens vastliggende regels wordt uitgeoefend (in de wet)
 Als daarbij individuele rechten van burger worden gerespecteerd (vrijheid van
vereniging/meningsuiting)

De overheid ziet het als hun taak om de burgers te beschermen (politiemacht), of risico’s (sociale zekerheid),
maar de overheid heeft zoveel macht dat ze nooit zomaar kunnen handelen zonder wet. De burger moet dus
ook beschermd worden tegen de overheid.

Wat is het verschil? Bij totalitair speelt er een ideologie mee.

Basiskenmerken van de democratie
 Het sociaal contractbegrip (gebruik van ons kiesrecht. Verantwoordelijk naar elkaar)
 Regels en procedures/ rule of law (Overheid is gebonden aan; Grondwet)
 Respect voor individuele rechten
 Meten van de democratie -> Rol van vrije pers. Organisatie Freedom House kijkt in landen of
basisrechten en vrijheden gerespecteerd worden en beoordeeld naar aanleiding daarvan de
democratie van het land. (Bijzonder is dat machtige landen als Rusland en China slecht scoren)

Een onderzoek van Amartya Sen met hulp van Jean Drèze onderzocht waarom er in India geen hongersnoden
meer zijn geweest na de onafhankelijkheid van het land in 1947. Aangezien andere Aziatische landen als China
en Bangladesh wél last hadden van hongersnoden. Volgens Sen en Drèze hebben hongersnoden niet te maken
met beschikking tot voedsel, maar juist wél met inkomensverdeling en basisrechten. De regering van India
ondernam actie bij kans op hongersnoden.

Democratie kan ook bekeken worden als een praktijk, als een reeks instellingen en procedures die in één lijn
lopen met de wensen en de verwachtingen van de bevolking.
 Vertegenwoordiging: De bevolking bestuurt niet zelf. Dat gebeurt door een vergadering die de politieke
gemeenschap vertegenwoordigt. (politieke vertegenwoordiging)




1

,  Agent en principal: Bij dit vertegenwoordigingsproces is van belang te weten hoe, volgens welke regels
en principes, die politieke vertegenwoordiging gevormd wordt. Agent is de vertegenwoordiger en de
instelling die vertegenwoordigt de principal.
 Delegatie: vertegenwoordiger krijgt strikt mandaat en moet altijd ruggespraak plegen (gaat uit van
wantrouwen) Een reeds bij wet toegekende bevoegdheid wordt door het orgaan overgedragen aan een
ander orgaan, uit redenen van b.v. efficiency. De wet bepaald of men delegeren mag.
Mandaatsysteem: Vertegenwoordiger draagt boodschap over, mandaat om voor of tegen te stemmen.
Als deze ineens verandert omdat er nieuwe beweging komt in een stelling moet boodschapper terug
naar land om nieuw mandaat te krijgen
 Vertrouwen: Bij een vertegenwoordiging in vertrouwen (trustee) krijgen afgevaardigden wél de ruimte
om zelf te beslissen op welke wijze de belangen van de principal het beste behartigd kunnen worden.
Zij krijgen een ruime opdracht mee; ze mogen n.a.v. het debat hun stem veranderen. (In 1814 verbod
op ruggespraak. Afgevaardigden krijgen verbod om te overleggen met kiezers.)
 Attributie: Als het overheidsorgaan zijn wetgevende bevoegdheid rechtstreeks uit een artikel uit de
(grond)wet haalt. De wetgever maakt een wet waar een wetgevende bevoegdheid toegeschreven
wordt aan een orgaan bij WET. (Voorstaande voorbeelden krijgen toestemming voor maken AVV’s)
 Partijmandaat: gaat uit van vertrouwen. Vertegenwoordigen van scala aan verwachtingen vereist
dialoog. In praktijk stemt de kiezer dan op een partij.
 Algemeen belang: een belang van een politieke gemeenschap in geheel

Moderne politiek heeft een territoriale basis. De volksvertegenwoordiging vertegenwoordigt de politieke
gemeenschap van een territorium, maar dat wil niet zeggen dat individuele vertegenwoordigers handelen met
dezelfde territoriale logica. (Staten-Generaal vertegenwoordigt niet alleen kiezers maar heel het Nederlandse
volk)

Twee soorten democratieën:
 Representatieve/vertegenwoordigende democratie: Een representatieve of indirecte democratie is een
regeringsvorm waarbij de bevolking een aantal vertegenwoordigers kiest die het bestuur uitvoeren.
Nadeel: Zekere mate van vertekening. Niet de gehele bevolking, maar een klein deel ervan zetelt in het
parlement.

 Directe democratie: Directe democratie of rechtstreekse democratie is een bestuursvorm waarbij
burgers zelf direct invloed uitoefenen op het wetgevingsproces zonder vertegenwoordiger. (Het
referendum.)
Nadeel: Er kunnen vormen van ongelijkheid optreden. Rijken ervaren sprekers zullen zwaarder
meewegen dan jonge armere sprekers. Ook is het moeilijk om correctiemechanismen aan te brengen.

Referendum: Een volksraadpleging of referendum is het voorleggen van een vraag met betrekking tot wetgeving
aan de kiesgerechtigden in een land of een bepaald gebied. Dit voorleggen gebeurt door een bepaalde overheid
(alleen handig voor eenvoudigere ja/nee vragen)
 Bindend referendum: De uitvoerende macht zet zichzelf er van tevoren toe aan verplicht de
uitgekomen beslissing van het referendum uit te voeren.
 Adviserend referendum: De uitvoerende macht kan alsnog de uitkomst van een referendum negeren/
naast zich neerleggen.

Eigen vertegenwoordigers: Elke groep moet een vertegenwoordiger hebben in het parlement. (b.v. Een jongere
politici kan niet zomaar dingen uitmaken voor ouderen. Er moet dan ook een oudere politici in het parlement
komen. OOK: meer vrouwen in het parlement!)
Paritaire democratie: Er wordt evenveel politieke macht uitgevoerd door vrouwen als door mannen.
Afspiegeling: Het parlement moet een afspiegeling vormen van de bevolking in het algemeen. Alle
maatschappelijke groepen hebben recht op een eigen vertegenwoordiging (jonge mensen, ouderen,
etnische/culturele minderheden etc.)

Montesqiueu (verdeelde alle machten voor een evenwicht)
1. Rechtsprekende macht
2. Wetgevende macht


2

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur clairejulien. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

73314 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€3,99  45x  vendu
  • (20)
  Ajouter