Samenvatting en college aantekeningen Ethics in Care and Education (PAMA5105) - An Introduction to Moral Philosophy
107 vues 7 fois vendu
Cours
Ethics in care and education (PAMA5105)
Établissement
Rijksuniversiteit Groningen (RuG)
Book
An Introduction to Moral Philosophy
In deze samenvatting vind je de hoofdstukken 1, 2, 5 (blz. 104-110), 8, 9, 10, 11, 12, 13 en 14 van het boek An introduction to moral philosophy van Wolff en college aantekeningen van het vak Ethics in Care and Education (PAMA5105) van de opleiding Orthopedagogiek. Alles is uitgebreid beschreven en...
BELANGRIJKSTE begrippen Ethics in care and education in een tabel
Uitgebreide samenvatting 'Introduction to moral philosophy'
Engelse begrippen met Nederlandse uitleg van het boek An introduction in Moral Philosophy (Wolff, 2021)
Tout pour ce livre (8)
École, étude et sujet
Rijksuniversiteit Groningen (RuG)
Orthopedagogiek
Ethics in care and education (PAMA5105)
Tous les documents sur ce sujet (56)
Vendeur
S'abonner
brttlvld8
Avis reçus
Aperçu du contenu
Aantekeningen Ethics in care and education
C1 – Moral reasoning and utilitarianism
Moral philosophy
Eigenlijk heeft niemand een introductie tot moraliteit nodig. Zelfs voordat we kunnen spreken, krijgen
we al training in moraliteit: ons wordt geleerd om te delen en om om beurten te handelen; wordt
verteld dat ze niet mogen bijten, knijpen of krabben, of speelgoed van anderen mogen afpakken.
Zodra we een gesprek kunnen voeren, krijgen we de opdracht om niet te liegen en geen beloftes te
doen die we niet van plan zijn na te komen. Er wordt ons getoond hoe we rekening moeten houden
met de gevoelens van anderen en vanaf zeer jonge leeftijd kunnen we ontdekken wanneer we
oneerlijk behandeld zijn. Sommige kinderen volgen deze regels gemakkelijk; anderen moeten er keer
op keer aan herinnerd worden.
Moraliteit helpt ons manieren te vinden om geschillen te vermijden of op te lossen, of om manieren
te vinden om samenwerking te reguleren tot wederzijds voordeel. Moraliteit is een reeks regels
waarmee we de voordelen en lasten van sociale samenwerking verdelen. Met andere woorden: het
leven in de samenleving brengt aanzienlijke voordelen met zich mee, maar die voordelen zijn
afhankelijk van de voorwaarde dat ieder van ons een aantal van onze instincten in bedwang houdt en
een bijdrage levert aan het algemeen welzijn.
Moraliteitsfilosofie is, breed genomen, de naam voor het denken en reflecteren over moraliteit. Wat
de moraliteitsfilosofie op zijn best kan doen/ wat zij in de praktijk kan bereiken, is je helpen je eigen
morele kijk op het leven te ontwikkelen. Hiermee wordt bedoelt dat het je kan helpen een scherper
besef te krijgen van wat er vanuit moreel oogpunt wel en niet toe doet. Moraliteitsfilosofie kan je
helpen een beeld te krijgen van welke overwegingen wel en niet serieus moeten worden genomen,
en hoe we onze redenering, aandacht en emoties moeten ontwikkelen.
De grens tussen etiquette en moraliteit is behoorlijk vaag. In veel gevallen kan het herhaaldelijk
niet naleven van de normale omgangsregels, impliciet of expliciet, een manier zijn om
minachting of gebrek aan respect te tonen voor de mensen om je heen, en dit is waar kwesties
van etiquette over de grens van moraliteit dwalen.
Het is mogelijk om vragen over moraliteit in verschillende typen te groeperen. Sommigen van hen
lijken dieper filosofisch van aard en vragen naar de fundamentele aard van de werkelijkheid en hoe
we de waarheden ervan kunnen ontdekken: waar komen morele normen vandaan, en hoe weten we
wat ze zijn? Anderen zien er praktischer uit: wat zijn de regels en wat vragen ze van ons? Hoe moeten
we handelen als we met bepaalde dilemma’s worden geconfronteerd? In feite hebben filosofen een
onderscheid gemaakt tussen 3 gebieden van de moraliteitsfilosofie: meta-ethiek, normatieve ethiek
en toegepaste ethiek.
Meta ethics
Voor moraliteitsfilosofen zijn vragen over de aard van waarde, waar de ethische regels vandaan
komen en hoe we daarover kunnen leren, vragen van de meta-ethiek. Is moraliteit bijvoorbeeld zoals
wiskunde (objectief, voor alle tijden, mensen en plaatsen gelijk) of is het meer zoals mode (subjectief,
relatief, het komt en gaat in tijd en plaats)?
Volgens het cultureel relativisme is moraliteit zeker niet zoals wiskunde. Moraliteit is afhankelijk
van de cultuur en verschilt dan ook per cultuur.
Casus:
De politie in Nigeria arresteert 200 mensen die aanwezig zijn op een ‘same-seks’ bruiloft. Relaties
tussen mensen van hetzelfde geslacht zijn in Nigeria strafbaar en het wetboek van strafrecht keurt
een gevangenisstraf van maximaal 14 jaar goed voor mensen die veroordeeld zijn voor het aangaan
van een burgerlijke verbintenis tussen mensen van hetzelfde geslacht.
1
,Een reden waarom same-seks huwelijken verboden zijn, is dat het tegen Gods wil in is. Of omdat het
tegen de natuur in is.
Bij deze reden komt het euthyphro dilemma van Plato naar voren. Hoe weet God wat goed en fout
is? Zijn er dingen goed of fout, omdat God dat gebied? Of gebied God deze regels voor wat goed is,
omdat ze goed zijn?
- In het eerste geval geldt dan: God zou de meest wrede dingen kunnen bevelen, en die zouden
alleen maar goed zijn omdat God dat heeft gezegd.
- In het tweede geval geldt dan: Deze regels bestaan blijkbaar buiten/ onafhankelijk van God.
Goedheid is er voor ons om te ontdekken, net zoals God er is om te ontdekken. Wij kunnen dus
door het gebruiken van de rede zelf ontdekken wat goed en fout is, net als dat God dat kon (>
natural law theory).
Een antwoord kan zijn dat goedheid bestaat buiten de natuur van God, ondanks dat hij het gecreëerd
heeft. Dat homoseksualiteit tegen de natuur in is, is een natural law. De natural law theory is een
voorbeeld van normatieve ethiek.
Is de natuur een goede standaard voor ethische normen? Misschien dat we er iets van kunnen
gebruiken. Homoseksualiteit gebeurd bijvoorbeeld bij meerdere organismen en is dan ook niet zo
ongewoon. Anderzijds kun je ook zeggen dat de natuur wreed is en daardoor niet als standaard
gebruikt moet worden voor het bepalen wat goed en gewenst is.
Normative ethics
Het onderzoeksveld rond wat we moreel zouden moeten doen, wordt vaak normatieve ethiek
genoemd. Welke morele regels, principes of doctrines moeten we accepteren? Welke maatstaven of
ideale standaarden moeten we naleven?
Waar komen de ideale morele normen vandaan? Deze vraag brengt ons terug naar de meta-ethiek.
Het is dus duidelijk dat vragen over normatieve ethiek en meta-ethiek sterke verbindingen kunnen
hebben, en meta-ethiek is schijnbaar het ‘diepere’ onderwerp, omdat het de meest fundamentele
kwesties van waarheid en rechtvaardiging aan de orde stelt.
Applied ethics
Onder welke omstandigheden moet abortus of euthanasie worden toegestaan? Was het juist dat de
Verenigde Staten atoombommen op Japan lieten vallen als manier om de Tweede Wereldoorlog te
beëindigen? Kan terrorisme ooit gerechtvaardigd worden? Hoe moeten regeringen reageren op de
dreiging van terrorisme? Deze kwesties uit het echte leven schreeuwen om morele analyse, en
toegepaste ethiek is de naam voor de manier waarop deze analyse wordt uitgevoerd.
Toegepaste ethiek begint meestal met een specifiek probleem en zoekt vervolgens naar waarden,
principes of andere normatieve normen die kunnen worden toegepast om het probleem op te lossen.
Het lijkt erop dat sommige problemen gemakkelijk kunnen worden opgelost door een bepaalde
morele theorie toe te passen. Een theorie die alle geweld verbiedt zou bijvoorbeeld het laten vallen
van atoombommen of het uitvoeren van terreurdaden uitsluiten. Maar in feite schuift dit het
probleem slechts een stap terug naar de normatieve ethiek. Is het juist dat geweld nooit
gerechtvaardigd is? Andere theorieën kunnen andere gevolgen hebben. Ongetwijfeld hebben
sommige mensen in het geval van de bombardementen op Hiroshima en Nagasaki betoogd dat de VS
preventief moesten optreden om een nog groter aantal doden te voorkomen. Op dit punt keren we
terug naar vragen van normatieve ethiek: welke is de juiste theorie?
Voorbeelden van applied ethics zijn: wetten, gedragscodes, medische ethiek
Moral reasoning
“All our knowledge begins with the senses, proceeds then to the understanding, and ends with
reason. There is nothing higher than reason.” Immanuel Kant
Manieren voor moreel redeneren zijn:
2
, - Thought experiments
- Informal logic (> Jantje deed het ook… Als Jantje in de sloot springt…)
- Case studies
- Formal logic
Moral reasoning – Formal logic
Formal logic is een argumentatiemethode waarbij gebruik wordt gemaakt van deductie; conclusies
worden afgeleid uit stellingen/ premissen volgens een reeks logische regels
o In de DSM-5 staan verschillende criteria voor ADHD. Hierin is het woordje ‘vaak’ bij veel criteria
aanwezig. Maar wat is vaak? De criteria zijn hierdoor rekbaar en subjectief. Bovendien lijken de
verschillende criteria ook op elkaar en zijn ze context gebonden (voornamelijk de schoolse
context). Hierdoor krijg je een heterogenen groep mensen met de classificatie ADHD, waarmee
onderzoek gedaan wordt. Desalniettemin worden groepsgemiddelen gegeneraliseerd naar het
individu.
Er is niet één oorzaak voor ADHD, omdat er verschillende, op elkaar inwerkende oorzaken zijn.
Daarnaast zijn er correlaties/verbanden, niet noodzakelijkerwijs oorzaken, en kan er een mix van
mogelijke oorzaken zijn die voor elk individu met de diagnose verschillend is.
Het dominante perspectief van ADHD is biomedisch, waarbij ADHD wordt gedefinieerd als een
aandoening van de hersenen. Dit leidt tot reïficatie. Een kunstmatig door mensen bedachte DSM
categorie wordt gezien als een door de natuur gegeven ziektebeeld. Door de diagnose, die wordt
opgevat als een vorm van onto-epistemologisch geweld*, wordt het unieke subject tot object en
tot tweederangsburger gedwongen.
* Epistemologisch geweld = Wanneer empirische gegevens worden geïnterpreteerd als een bewijs
van de inferioriteit van/of als problematisering van de ander, zelfs als gegevens even levensvatbare
alternatieve interpretaties mogelijk maken.
Wat er gebeurd is het volgende:
Stelling 1: Bij kinderen met ADHD is er een algemene afname van het volume in bepaalde
hersenstructuren, met een proportioneel grotere afname van het volume in de linkszijdige
prefrontale cortex.
Stelling 2: Ryan heeft ADHD
Conclusie: Ryan heeft een hersenaandoening
Er wordt gezegd dat een argument logisch valide is, of een valide deductie is, wanneer de conclusie
logisch uit de premissen volgt. Logische validiteit vindt plaats wanneer het onmogelijk is dat de
conclusie onwaar is terwijl de premissen waar zijn. Met andere woorden: als de premissen waar zijn,
moet in een geldige redenering ook de conclusie waar zijn.
Is het bovenstaande voorbeeld van argumentatie logisch en moreel goed? Er wordt ten eerste gezegd
dat het brein kleiner is, maar niet dat er sprake is van een stoornis. Er wordt dus geïmpliceerd dat
kinderen met ADHD een kleiner volume hebben in een hersendeel en daardoor een
hersenaandoening hebben (= implied premise). Het volgt niet noodzakelijkerwijs uit de stellingen.
Hoe zijn we van een verondersteld feit naar een waarde gekomen? De conclusie komt dus voort uit
iets, wat er eigenlijk niet staat (non-sequitur). Wolff claimt: om van een feit naar een waarde te gaan,
voegen we vaak (en misschien wel altijd) meer waarden toe. Het is niet de natuur, maar wijzelf die
beoordelen dat kleinere hersenen een stoornis/aandoening zijn. Daarnaast is de claim een
generalisatie, je kunt het niet voor ieder individu zeggen.
Is hier sprake van epistemologisch geweld? Ja, want er kunnen alternatieve verklaringen zijn voor het
gevonden verschil in hersenvolume. De data kan ook anders worden geïnterpreteerd. Het is een
groepsgemiddelde en er is sprake van een verschil (niet perse een aandoening).
3
, Verder is het onmogelijk om de waarheid vast te stellen van een conclusie die gebaseerd is op
redenering vanuit valse premissen. Waar we naar op zoek zijn, zijn geldige argumenten vanuit echte
(true) premissen. Dergelijke argumenten zouden zowel sound als valide zijn. Een geldig argument is
krachtig en kan fungeren als een soort bewijs, maar het moet gebaseerd zijn op ware (true)
premissen om niet alleen als geldig/ valide maar ook als betrouwbaar te worden beschouwd.
Kunnen we bepalen of een lichamelijke staat, zoals diabetes of down syndroom, normaal is? Bij het
Down syndroom kunnen we aan de hand van chromosomen bepalen dat er iets anders is, dan bij de
meeste andere mensen. Verder gaat het syndroom gepaard met bijvoorbeeld hartproblemen,
afwijkend uiterlijk en afwijkend gedrag. Maar is het syndroom dan abnormaal of gewoon anders?
Logical traps
Er zijn een aantal valkuilen waarbij wat lijkt op een gezonde logische gevolgtrekking niet zoiets is. Eén
misvatting staat bekend als dubbelzinnigheid (equivocation), waarbij hetzelfde woord verschillende
betekenissen heeft in verschillende premissen.
Stelling 1: Every river has two banks
Stelling 2: A bank is a financial institution
Conclusie: Every river has two financial institutions
Een andere misvatting is een cirkelredenering, ook bekend als het ‘begging the question’. Een
cirkelredenering is een redenering waarin, hoewel de conclusie geldig uit de premissen volgt, de
premissen al de waarheid van de conclusie veronderstellen.
Stel dat een vriend je probeert te overtuigen dat God bestaat, en het argument aanvoert dat de Bijbel
zegt dat God bestaat. Je vraagt waarom de Bijbel te vertrouwen is, en je vriend antwoordt dat hij te
vertrouwen is omdat hij het woord van God is. Zeggen dat de Bijbel het woord van God is,
veronderstelt dat God moet bestaan, maar dat is wat het argument wil bewijzen. Door aan te nemen
wat het wil aantonen, is het argument dus cirkelvormig en bewijst het niets.
Moral reasoning – Informal logic: analogy, induction inference of the Best Explanation
Logische sound argumenten kunnen bij het leveren van een vorm van bewijs bevredigend zijn. Maar
er zijn andere manieren waarop het mogelijk is steun voor een conclusie te vinden, via
redeneerpatronen die niet voldoen aan strikt bewijs, zoals een analogie. De kracht van een argument
op basis van analogie is dat als we een overtuigende vergelijking kunnen maken tussen twee
onderzoeksgebieden, we de opgedane kennis op het ene gebied kunnen gebruiken om het andere te
verhelderen. Bij het lesgeven aan leerlingen over elektrische circuits kan het bijvoorbeeld nuttig zijn
om een vergelijking te maken met het pompen van water rond een verwarmingssysteem. Aan de
andere kant zijn de nadelen duidelijk; een ongepaste analogie kan misleidend zijn. Hoe dan ook gaan
analogieën altijd ergens mis, omdat het onwaarschijnlijk is dat twee gebieden op alle detailniveaus
exact vergelijkbaar zijn. Een kapot elektrisch circuit gedraagt zich heel anders dan een kapot
leidingcircuit. Toch kan het zoeken naar analogieën een nuttige strategie zijn bij het redeneren, op
voorwaarde dat dit met zorg gebeurt.
Een eenvoudige visie op wetenschap is dat het een proces is van het verzamelen van gegevens tot
een punt waarop het mogelijk wordt een algemeen principe of wet te ontwikkelen.
o Je ziet bijvoorbeeld de ene witte zwaan, dan nog een, en dan nog een, en omdat alle zwanen die
je ziet wit zijn, formuleer je de wet: ‘alle zwanen zijn wit’.
Deze procedure staat bekend als inductie en wordt vaak gecontrasteerd met deductie. Inductie is een
handige manier om bewijsmateriaal te verzamelen ter ondersteuning van een hypothese, maar er is
ook een probleem: zelfs als de premissen van een inductief argument waar zijn en ze jouw hypothese
ondersteunen, volgt hieruit niet noodzakelijkerwijs dat de conclusie waar is. Hoe vaak je ook een
witte zwaan ziet, of hoe vaak je 's ochtends ook de zon ziet opkomen, je hebt geen garantie dat de
volgende zwaan die je ziet geen andere kleur zal hebben, of dat de zon morgenochtend gewoon niet
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur brttlvld8. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,38. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.