CATULLUS
Inleidende tekst
Catullus was vanuit zijn geboortestad Verona naar de grote stad Rome
getrokken > kwam terecht in het bruisende, mondaine en literaire leven
Sloot zich aan bij de Poate novi: jonge dichters die in korte gedichten
hun technisch vakmanschap en geografische en mythologische kennis
lieten zien
In Catullus’ gedichten speelt liefde voor Lesbia een grote rol
Naam Lesbia komt voort uit zijn bewondering voor de Griekse
dichteres Sappho (leefde rond 600 v.Chr op eiland Lesbos) > zij
was de eerste die persoonlijke gevoelend in gedichten uitdrukte
(zo is ‘’Tekst 1 Verliefd’’ een bewerking van een gedicht van
Sappho)
In zijn gedichten beschrijft Catullus de verhouding met Lesbia >
gaat met ups en downs, de ene keer is de dichter heel erg blij, de
andere keer is hij diepbedroefd > voortdurend heen en weer
geslingerd door emoties
Powerpoint Elegie
Bij Grieken: klaagzang tussen 20 en 100 regels (over van alles),
hexameter en pentameter
Bij Romeinen:
C. Valerius Catullus introduceert tussen 60 v.Chr en 50 v.Chr een
nieuwe soort persoonlijke poëzie
Verheven taalgebruik
Romeinse elegische dichters:
Gaius Valerius Catullus (84 v.Chr tot 54 v.Chr)
o Liefdesgedichten, spotgedichten, epigrammen
o Vurige liefdespoëzie voor Lesbia/Clodia > Carmina (Clodia
was matrona, echtgenote van Quintus Caecilius Metellus)
o Relatie tussen minnaar en geliefde staat centraal
(vertelling, beschouwing, monoloog of een combinatie van
alles)
Sextus Propertius (50 v.Chr tot 16 v.Chr)
o Monobiblos (29 v. Chr.) > bundel met 22 elegieën.
o Literaire kring van Maecenas (met o. a.Vergilius, Horatius)
o Poeta doctus: in de traditie van de Griekse dichters uit
Alexandrie)
o Liefdesleed over Cynthia.
o Een 2e en een 3e boek (ca. 60 gedichten)
o 4e boek met serieuzere onderwerpen
Publius Ovidius Naso
o Amores (5 boeken), over zijn liefde voor Corina
o Ars Amandi / Ars Amatoria (Kunst van het minnen)
o Metamorphoses
o Tristia
Quintus Horatius Flaccus (65 v.Chr tot 8 v.Chr)
o Dichter en moralist.
o Epoden 30 v. Chr.
o Satiren in twee delen, 35 en 30 v. Chr.
o Oden / Carmina
o Epistulae (Levenslessen), 20 v. Chr.
o Ars Poetica 14 v. Chr.
Een brief in versmaat aan de jongere Pisones over
de dichtkunst.
Zijn visie op de poëzie als ars (techniek)
,
, Tekst 1 Verliefd
1. Ille mi par esse deo videtur, anafoor
Vertaling: Híj schijnt mij aan een god gelijk te zijn,
2. Ille, si fas est, superare divos
Vertaling: hij (schijnt mij), als dat geoorloofd is, de goden te overtreffen,
3. qui sedens adversus identidem te spectat et audit enjambement
Vertaling: die zittend tegenover jou steeds maar weer naar jou kijkt en
luistert,
4. dulce ridentem, misero quod omnes eripit sensus mihi: enjambement
Vertaling: terwijl jij lief lacht, wat aan mij, ongelukkige, alle zintuigen
ontrukt:
5. nam simul te, Lesbia, aspexi, nihil est super mi, vocis in ore, hyperbaton
Vertaling: want zodra ik jou Lesbia, heb aanschouwd, is er aan mij/heb ik
niets van stem over in mijn mond
6. lingua sed torpet, tenuis sub artus flamma demanat, alliteratie
Vertaling: maar mijn tong is verlamd, een fijn vuur stroomt
onder mijn leden naar beneden,
7. sonitu suopte tintinnant aures, gemina teguntur lumina nocte... enallage
& assonantie
Vertaling: door hun eigen klank suizen mijn oren, door een dubbele
nacht worden mijn ogen/blikken bedekt
8. Otium, Catulle, tibi molestum est:
Vertaling: Rust, Catullus, is voor jou lastig:
9. Otio exsultas nimiumque gestis.
Vertaling: door rust jubel je en ben je al te uitgelaten
10.Otium et reges prius et beata perdidit urbes
Vertaling: rust heeft eerder zowel koningen te gronde gericht als
welvarende steden