BRONNEN EN BEGINSELEN VAN
HET RECHT
1. BRONNEN VAN HET RECHT
1.1 FORMELE BRONNEN VAN HET RECHT
1.1.1 SOORTEN
Wetgeving
Elk algemeen verbindende regel uitgevaardigd door de bevoegde overheid
Geschreven, belangrijkste bron van het recht bindend (niet discussieerbaar, rechter moet zich
hieraan houden)
Bv. grondwet, gewone wetten, decreten, verordeningen, K.B’s
Rechtspraak
Het geheel van rechterlijke beslissingen (vonnissen en arresten) waarbij conflict tussen partijen
worden beslecht. Tweede belangrijkste bron van het recht.
Geschreven, is publiek (iedereen mag & kan dit lezen) niet-bindend (rechters/advocaten kunnen dit
gebruiken ter inspiratie, maar moet je geen rekening mee houden)
Rechtsleer (of doctrine)
De wetenschappelijke juridische werken waarin juristen uitleg geven over het recht.
Tijdschriftartikels, juridische handboeken, databanken = juridische literatuur niet bindend
Bv. juridische handboeken, tijdschriftartikels, commentaar bij wet, noot onder rechtspraak
Gewoonterecht (minder belangrijk)
Ongeschreven gevestigd gebruik die in de maatschappij is doorgedrongen + algemeen bindend (vooral
binnen handelsrecht) & ongeschreven
Rechtsbeginsel (minder belangrijk)
Ongeschreven gedragsregels die rechtsregels zijn omdat zij op bep ogenblik wezenlijk w geacht vd
samenleving
Bv. wie iets beweert moet bewijzen, niemand mag rechter & partij zijn, ieder w geacht wet te kennen
1.1.2 KENMERKEN
1.1.2.1 GESCHREVEN EN NIET-GESCHREVEN BRONNEN VAN HET RECHT
Geschreven
Wet, rechtspraak & rechtsleer neergeschreven in B.S, vonnis of juridisch tijdschrift
Ongeschreven
Algemene rechtsbeginselen & gewoonterecht niet terug te vinden in op zichzelf staand instrument,
enkel in andere bronnen (bv. wet die naar gewoonterecht verwijst)
, 1.1.2.2 BINDENDE EN GEZAGHEBBENDE BRONNEN VAN HET RECHT
Bindende rechtsbronnen
Wetgeving, gewoonterecht & algemene rechtsbeginselen
Deze rechtsregels moeten w nageleefd indien hun toepassingsvoorwaarden vervuld zijn
Gezaghebbende bronnen (niet-bindend)
Rechtspraak en rechtsleer
Gelden als richtsnoer of hulpbron bij opsporen, begrijpen + interpreteren van bindende rechtsbronnen
2. OP ZOEK NAAR FORMELE BRONNEN VAN HET RECHT
2.1 WETGEVING OPZOEKEN
2.1.1 INLEIDING
2.1.1.1 BEVOEGDHEIDSVERDELING
1) Tussen het federale niveau en de deelstaten
BE = federale staat, daarnaast ook deelstaten: gemeenschappen (Vlaams, Frans & Duits), gewesten (Vlaams,
Frans & Brussel) elk beleidsniveau heeft zijn eigen wetgevende (parlement) en uitvoerende (regering) macht
Wetgevende normen van federaal parlement = wetten
Wetgevende normen deelstaatparlementen = decreten
Wetgevende normen Brusselse Hoofdstedelijke Raad = ordonnanties
Elke wetgevende overheid kan enkel wetgevende normen uitvaardigen die verbindend zijn voor hun
territorium en binnen de hun wettelijk toegekende bevoegdheden:
Gemeenschappen:
Persoons(welzijn, gezondheid) & cultuur, onderwijs, gedeeltelijk justitie..
Gewesten:
Ruimtelijke ordening, leefmilieu, natuurbehoud, huisvesting, landbouw, economie, werkgelegenheid,
energiebeleid, verkeer & infrastructuur..
Federale overheid:
Defensie, justitie, sociale zekerheid, openbare veiligheid en orde handhaving, muntbeleid,
fiscaalbeleid, arbeidsrecht…
2) Tussen de wetgevende en uitvoerende macht
Wet heeft een tweevoudige betekenis
Wet in de formele zin (wetten, decreten…)
= elke beslissing van de wetgevende macht
Wet in de materiële zin (K.B’s, andere besluiten…)
= elke rechtsregel die door uitvoerende macht w uitgevaardigd
Zorgt voor concretisering van de formele wetten