Engels in het basisonderwijs (PAB.K2.01)
Tous les documents sur ce sujet (10)
Vendeur
S'abonner
verahofmans
Aperçu du contenu
Samenvatting Engels boek
Hoofdstuk 1 – Introductie Engels in het
basisonderwijs
Een lingua franca is een taal die door grote groepen mensen met verschillende moedertalen als
gemeenschappelijke taal gebruikt kan worden.
Internet, popmuziek en games bieden een uitgebreide en gevarieerde bron van Engelstalige
informatie. Hierdoor leren kinderen vanaf jongs af aan al onbewust Engels.
Engels nu:
De rol van Engels in de samenleving neemt toe en daarmee ook de buitenschoolse exposure:
blootstelling aan Engels buiten school. Engels wordt in de samenleving heel veel gebruikt. Daarmee is
het in feite geen vreemde taal meer, maar neigt het steeds meer naar een additional language: een
andere taal dan de moedertaal die voor communicatie kan worden gebruikt.
Hoofdstuk 2 – Taalverwerving
Moedertaal: De eerste taal die een kind verwerft vanaf de geboorte.
Tweede taal: Een taal leren in een omgeving waar deze taal dominant is. Bijv. als je verhuist naar
Italië leer je Italiaans tussen de Italianen.
Vreemde taal: Een taal die men leert in een omgeving waar de taal niet gesproken wordt. Bijv.
Engelse les op een Nederlandse middelbare school.
Meertaligheid: Iemand spreekt meer dan 1 taal vloeiend. Bijvoorbeeld: Nederlands en Spaans.
Halftaligheid: Het op geringe wijze beheersen van de moedertaal en de tweede taal door
migrantenkinderen.
De hersengebieden die de basis vormen voor verwerven van taal:
- Begrijpen van taal
Klankherkenning: In het eerst levensjaar gaan kinderen eerst klanken herkennen en daarna
klanken produceren. De periode waarin kinderen nog niet spreken, wordt de stille periode
genoemd. Kinderen luisteren en leren dan wel nieuwe woorden, maar produceren nog niks.
Woordgeheugen: Door naar taal te luisteren, ontdekken ze rond hun 1 e verjaardag dat
klankcombinaties betekenissen hebben (woordherkenning). Als een kind vanaf dat moment
voldoende taalaanbod krijgt, bouwt het een geheugenwoordenboek op.
- Produceren van taal
Klankproductie: het produceren van de eerste klanken.
Zinsvorming: Vanaf het 2e levensjaar gaan kinderen zinnen vormen. Rond het 6 e levensjaar
kunnen kinderen alle klanken goed uitspreken (articulatiebasis).
Taalverwerving: er is sprake van een proces waarbij kinderen zich onbewust en vaak spelenderwijs
een taal eigen maken, zoals hun moedertaal.
Simulante taalverwerving: Een kind verwerft op jonge leeftijd twee of meerdere (moeder) talen
tegelijk. Bijvoorbeeld Spaans van de vader en Nederlands van de moeder.
Successieve taalverwerving: Het kind leert een of meerdere talen na het leren van de moedertaal.
Bijvoorbeeld Spaans als moedertaal en Nederlands vanaf het achtste jaar.
Code-switching: Een meertalige die wisselt van de een naar de andere taal.
Bijv: Een kind praat Spaans met zijn Spaanse vader, Duits met zijn Duitsprekende moeder en
Nederlands op school.
,Doeltaal-Voertaal: Als je een les Engels geeft, spreek je de gehele (of gedeeltes) les Engels. Zo wordt
de taal die geleerd wordt (doel), ook gesproken (voer).
Native speaker: Een native speaker van een bepaalde taal heeft een taal als moedertaal.
Near-native speaker: Een near-native speaker van een bepaalde taal spreekt die taal bijna net zo
goed als een native speaker - op niveau C1 of C2 van het Europees Referentiekader - maar het is niet
de moedertaal.
Taalvariëteiten: Naast de standaardtaal kun je verschillende taalvariëteiten onderscheiden zoals
dialecten, regiolecten, sociolecten en groepstalen.
Broca- en Wernickzone
A. Besturing van lip- en tongbewegingen.
B. Gebied van Broca: mogelijkheid om klanken vloeiend achter elkaar uit te spreken in woorden
en zinnen.
C. Gebied van Wernicke: waarnemen van spraakklanken.
D. Begrijpen van logische, grammaticale constructies.
De functionele hersengebieden die de basis vormen voor het gebruik van taal zijn:
De gebieden voor het begrijpen van de taal: klankherkenning, woordgeheugen
(woordherkenning en woordvorming) en zinsbegrip;
De gebieden voor het produceren van taal: klankproductie, woordvorming en zinsvorming.
Op vier van deze aspecten gaan we hier verder in te weten:
1. Klankherkenning
2. Klankproductie
3. Woordgeheugen
4. Zinsvorming
, Componenten van de Schijf van Vijf
Dit zijn vijf onderdelen die niet mogen ontbreken in een Engelse les op
de basisschool.
1. Bloodstelling aan goed aanbod (input)
Leerlingen krijgen input door het luisteren en lezen van teksten.
Zonder input is er geen taalverwerving. De criteria moet wel aan
drie eisen voldoen
1. Rijk en uitgebreid.
2. De moeilijkheidsgraad moet net iets boven het niveau
liggen.
3. Authentiek, betekenisvol, begrijpelijk en aantrekkelijk.
Als je als leerkracht niet voldoende input kan geven, maak je gebruik van visuele
ondersteuningen als gebaren en aanwijzen.
2. De leerlingen moeten input verwerken op inhoud
Het gaat hierbij over het begrijpen van de betekenis van de tekst. Bij inputteksten bied je
altijd taken en opdrachten aan. Zo leren de kinderen de tekst te begrijpen vanuit de vragen
‘waar gaat het over?’ en ‘wat kan ik ermee doen?’
3. De leerlingen moeten input verwerken op vorm
De kinderen leren hierbij de taalregels en spelling te gebruiken. Het gaat over de manier
waarop iets gezegd wordt in de doeltaal. Kinderen leren de regels van Engels door te lezen
en luisteren. Bij de verwerking van de vorm gaat het om de vraag: hoe zeg ik het in het
Engels? Je geeft de kinderen taken bij de input, waardoor kinderen weten hoe zij iets moeten
zeggen.
Bijvoorbeeld: Vraag aan de kinderen welke woorden ze van de menukaart al kennen.
Hierna begin je een luisteropdracht met de vraag: Hoe wordt in het luisterfragment
gevraagd wat je wilt eten?
4. Leerlingen moeten zelf taal produceren (output)
Kinderen gaan zelf taal produceren. Hierin speelt het langetermijngeheugen een grote rol.
Hierin zitten kenniselementen, zoals woord- en regelkennis. Dit moeten de leerlingen in
taaluitingen omzetten.
Correctieve feedback: Je verbetert fouten expliciet of je hervormt het foute antwoord.
Output: het produceren van zinnen die ze hebben aangereikt gekregen. Output kent 2
vormen:
o Chunks: Vaste taalfragmenten van 1 of meerdere woorden, zoals How are you?
o Regelgeleide productie: Het onbewust toepassen van regels. Kinderen kunnen dit alleen als
ze veel taalaanbod hebben gehad, waardoor ze de regels hebben ontdekt.
Bijvoorbeeld: How are you: Een kind weet dat how een vragend voornaamwoord
is, are een werkwoordsvorm is en you het onderwerp is.
5. Compenserende strategieën gebruiken
Bij het leren van een taal is het handig als de leerlingen ook strategieen en trucs kennen.
o Lees- en luisterstrategieën: de input beter begrijpen door de titel, de lay-out en de
plaatjes in de tekst te bekijken. Aan de hand hiervan de inhoud voorspellen.
o Compensatiestrategie het gebruik van fillers als woorden of zinsdelen om extra tijd
te winnen, zoals Well.. let me see.
Bijv: iemand weet het woord voor roofvogel niet meer en zegt in dat geval dan
‘Look what a large bird’.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur verahofmans. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,74. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.