8
Aan middelen gebonden stoornissen en hun behandeling
INHOUDSTABEL
1 INLEIDING .................................................................................................... 2
1.1 verslaving ...................................................................................................................2
1.2 rol van de Nucleus accumbens of ventraal striatum ................................................3
1.3 rol van dopamine .......................................................................................................4
1.4 hersengebieden en neuromediatoren betrokken in verslaving ................................5
2 MIDDELEN BIJ VERSLAVING ........................................................................ 5
2.1 opoiden en middelen bij opioidverslaving .................................................................5
2.1.1 Opioiden ................................................................................................. 6
2.1.2 Medicatie bij opioidverslaving................................................................... 7
2.2 Alcohol en middelen bij alcoholmisbruik ...................................................................9
2.2.1 Alcoholverslaving ................................................................................... 10
2.2.2 Middelen bij alcoholmisbruik ................................................................. 10
2.3 Nicotine en tabaksmisbruik .................................................................................... 12
A. De neurotransmitter acetylcholine ............................................................ 12
B. Nicotine en middelen bij tabaksmisbruik ................................................... 13
2.4 CANNABINOIDEN ................................................................................................... 17
2.4.1 Receptoren ........................................................................................... 18
2.4.2 Middelen bij cannabisafhankelijkheid .................................................... 19
2.5 dissociatieve anesthetica ........................................................................................ 19
2.6 centrale stimulantia ................................................................................................ 20
A. Amfetamine, en –derivaten ........................................................................ 20
B. Cocaine= centraal stimulerend .................................................................. 22
2.7 hallucinogenen (verwant met monoamines) ........................................................... 24
2.7.1 Werkingsmechanisme ............................................................................ 24
2.7.2 Effecten LSD ......................................................................................... 24
1
,1 INLEIDING
We gaan het volgende week hebben over ADHD. Deze les zullen we het ook al
hebben over amfetamine misbruik, en amfetamine is één van de belangrijkste
middelen die we gebruiken bij ADHD. Methylfenidaat is eigenlijk een amfetamine.
Eerst zullen we een aantal belangrijke algemene zaken bespreken die
noodzakelijk zijn om de werking van de psychofarmaca te begrijpen.
1.1 VERSLAVING
Als we het hebben over verslaving is er één ding heel belangrijk om in het
achterhoofd te houden, nl. verslaving is, net zoals alle andere aandoeningen die
we tot nu toe hebben besproken, een hersenaandoening.
Verslaving is een hersenziekte waarbij er sprake is van neuronale adaptatie en
gepaard gaat met compulsieve ‘drug seeking’ en ‘drug taking’ gedrag
Drugsverslaafden hebben er heel veel voor over om aan de drug te geraken.
Chronologie van hoe een verslaving zich in zet.
We vinden deze cyclus ook terug bij proefdieren, veel van wat we vandaag de
dag weten over verslaving, hebben we kunnen achterhalen uit
proefdieronderzoek.
We zien verschillende fasen:
1) Acquisition: als we drugs
beginnen innemen bouwt
er zich stillaan tolerantie
op voor die drugs. Dit
zien we ook mooi op de
grafiek
2) Stable maintenance
3) Withdrawal: als we
stoppen met de drugs toe
te dienen zien we ook dat
de ratten onrustig worden en withdrawal effecten vertonen. Ze
beginnen bijvoorbeeld rusteloos te zoeken naar de drugs.
Vrijwillige inname van de drugs = genot en beloning
REWARD: Belangrijke baan die een rol speelt bij verslaving is onze
dopaminerge ‘pleasure and reward pathway’, of nog onze ‘genots- en
beloningsbaan’. Deze hebben we ook al besproken bij antipsychotica: bij
schizofrenie is er een overactivatie van de mesolimbische baan die instaat
voor de wanen en hallucinaties. Vandaag hebben we het over dezelfde baan.
Elke drug gaat op een of andere manier deze baan gaan activeren (direct of
indirect) zodat er een beloningsgevoel is wanneer de drug wordt ingenomen.
REINFORCEMENT: Druggebruik neemt dan ook toe met het oog op deze
genotservaring: craving & conditionering we raken geconditioneerd en
wanneer we geen drugs kunnen innemen verlangen we ernaar.
Verslavingsfase:
HABITUAL BEHAVIOUR: Conditionering werkt aanhoudend drugsgebruk in
de hand: afhankelijkheid treedt in, dit wordt ook heel belangrijk in het leven,
het is een gewoonte.
WANTING COMPULSIVE BEHAVIOUR: Drugsverslaagde ontwikkeld tevens
een toegenomen motivatie om de drug te bekomen. Heel groot deel van het
gedrag is compulsief gefocust op de inname van de drugs. Dit is een vicieuze
cirkel waar je niet gemakkelijk uitgeraakt.
Voor een aantal drugsverslavingen zoals bv. heroine bestaan er klinisch een
aantal middelen om deze verslaving te ondersteunen of in de hand te houden.
Ook voor een alcohol, nicotine en amfitamine verslaving bestaan er inmiddels een
2
, aantal middelen, maar hiervoor bestaat nog niet voldoende evidentie om deze
klinisch te gebruiken.
1.2 ROL VAN DE NUCLEUS ACCUMBENS OF VENTRAAL STRIATUM
Cruciale rol bij:
positieve belevingen
bv. verlangen, motivatie, passie en
bevrediging
Het is ook betrokken in verwachting van
positieve ervaringen rol in placebo-effect
Belonende effecten van gedrag
Bv. allerlei plezierige korte termijn
activiteiten, seksualiteit, maar ook verslaving
De nucleus accumbens of het ventraal striatum maken deel uit van het ‘reward’
circuit
De dopaminerge baan die van VTA naar nucleus accumbens loopt heeft een
prominente plaats in het reward circuit. Ze maakt deel uit van een heel
netwerk die ook in interactie staat met andere belangrijke gebieden zoals de
amygdala en de hippocampus. Deze twee gebieden zijn verantwoordelijk voor
geheugen functies en emotionele ervaringen en herinneringen. Door deze
interactie vertoont een drugsverslaafde nog tot lang na het afkickproces bij
het zien van drugs een activatie in deze gebieden. Er is dus sprake van
langetermijn effecten van drugs in deze gebieden.
Omdat deze beloningseffecten nauw samenhangen met geheugenfuncties gaat
het om een vicieuze cirkel waar men maar moeilijk uitgeraakt. Dit systeem
onthoudt namelijk heel goed wat voor plezierige effecten de drugs gaf en gaat
het ook versterken om opnieuw dit effect te bekomen.
Mesolimbische dopaminerge baan medieert ‘rewarding’
In deze cartoon zien we dopaminerge cellichamen van VTA projecteren naar de
nucleus accumbens. We gaan het straks hebben over werking van nicotonine,
alcohol, opioiden, hallucinogenen op deze baan. Welke drug het ook is, op een of
andere manier gaan ze dit circuit beinvloeden.
3
, Hoe komt het nu dat drugs zo een sterk effect hebben op deze baan?
Om dit te verklaren moeten we verwijzen naar neuronale plasticiteit.
De natuurlijke werking van deze baan is normaal gezien kortstondig
van aard. Beeld in dat je je lievelingsmaal aan het eten bent, of je ziet
je vriendje na lange tijd terug, dan voelen we even een fijn plezierig
gevoel, en dit gevoel is meestal van korte aard omdat de prikkel ook
kortdurend is.
Dit weten we ook als we kijken naar de werking van de
dopaminereceptoren. Het zijn geen proteine gekoppelde receptoren en
hun activatie gebeurt vaak in termen van seconden en het effect duur
meestal enkele minuten lang.
Wat doen we nu bij drugs? Bij het innemen van drugs gaan we dit
systeem volledig uit balans brengen en de homeostase ervan verstoren.
Daarom wordt drugsverslaving gezien als een hersenziekte omdat er
effectief neuronale veranderingen zijn. Een aantal banen gaan zich
aanpassen aan het drugsprobleem en dragen ook bij aan de craving
waardoor we terecht komen in de fase van compulsieve drug seeking.
Het is ook niet eenvoudig om hiervan af te raken.
1.3 ROL VAN DOPAMINE
Accumal dopamine is betrokken:
in het beloningsgevoel
in de ‘reinforcement’ fase
in de motivatie voor hergebruik van de drug (craving, salience, gewoonte)
craving= drang naar drugs (‘drugszucht’)
salience= waarde en belang die je eraan hecht (drugsverslaafden
hechten veel meer belang aan het vinden van de drugs dan bv. aan
hun werk)
Nucleus accumbens (Nac) = eindpunt van de neuronale banen die drug
gerelateerde gedragingen sturen
NAc staat in connectie met PFC, amygdala, hippocampus, thalamus een
heleboel gebieden die gewoontes en andere zaken van drugsverslaving mee
gaan verklaren.
Conclusie:
Mesolimbische baan en dopamine spelen een belangrijke rol bij
drugsverslaving.
We mogen natuurlijk niet vergeten dat het niet enkel gaat om deze twee
gebiedjes, maar dat het gaat om een heel circuit die verschillende fasen van
drugsverslaving ondersteunen.
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur kimadant. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.