Deze samenvatting is gemaakt voor het vak Inleiding in de Criminologie in 2023 in het eerste bacherlorjaar van de studie Criminologie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Het heeft samenvattingen en aantekeningen van de 8 problemen die zijn behandeld over: criminaliteit als sociaal construct, jeu...
Probleem 1 –
Wat is criminaliteit?
Wat is de definitie van criminaliteit?
4 definities:
1. Overtreden strafrecht
2. Gedrag dat tegen de staat/samenleving ingaat en hierdoor zorgt
voor schade
3. Opzettelijk gedrag dat niet rechtvaardig kan worden (dit zou
verschillen per situatie)
4. Sociaal construct: het hangt af van wie ernaar kijkt en waar deze
persoon woont en in welke tijd deze persoon leeft. Oftewel: het
hangt af van de bril die iemand opheeft.
Overeenkomsten:
- Alles verricht schade
Verschillen:
- Juridische betekenissen: Sutherland en Tappan
o Tappan: criminaliteit is een actie met intentie zonder excuus
die tegen de criminele wet ingaat. En deze is gestraft door de
staat.
o Sutherland: criminaliteit is gedrag dat verboden is door de
staat en waartegen de staat mag reageren. Het is sociaal
schadelijk en kan wettelijk bepaald worden.
- Sociaal constructivistische betekenis
Wat houdt het idee van criminaliteit als een sociaal construct in?
Sociaal construct = subjectief, verschil in plaats en tijd, niet concreet
(cultuur gebonden)
dit wordt ook aangetoond omdat alle wetsystemen in landen verschillen
van elkaar. Als criminaliteit een vaste betekenis zou hebben, dan zou elk
wetsysteem hetzelfde zijn.
Criminaliteit als sociaal construct = criminaliteit staat niet vast, maar is
veranderbaar
- Sommige daden (zoals bijv. abortus) vroeger wel illegaal en
strafbaar, nu niet meer
- Op sommige plaatsen is iets (zoals bijv. abortus) wel strafbaar en
andere plaatsen niet
- Per persoon kan de perceptie op criminaliteit ook verschillen
,Artikel Becker:
1 - Wat bedoelt Becker met 'een outsider?'
- mensen die zich niet aan de regels van de groep houden
- volgens Becker: outsider zou de mensen die hem als outsider zien ook
als outsiders kunnen zien, omdat hij misschien het niet eens is met de
regel of deze overbodig denkt te vinden
2 - Wat wordt bedoeld met deviantie?
- ‘iets dat afwijkt van gemiddelde’ (Statistische definitie)
- Iemand hoeft niet per se een regel te overtreden om als afwijkend
gezien te worden (Becker)
- ‘Ziekte’ (pathologische definitie)
- Samenleving bestaat uit processen waarvan sommigen de
voortleving van de samenleving in gevaar kunnen brengen
(Sociologische definitie politieke kwestie)
- Wel of niet volgen van regels binnen een groep, zodra deze duidelijk
zijn vastgesteld (Relativistisch)
Verschil met outsider:
- Deviant: op basis van gedrag
- Outsider: zodra je een label krijgt door je kenmerken
3 - Door wie wordt deviantie gecreëerd?
Door de groep die bepaald gedrag als onacceptabel of afwijkend ziet, dus
niet door de deviant zelf. De reactie van de groep kan een probleem
vormen, de actie zelf hoeft dit niet eens te zijn. (Malinowski – palmboom)
4 - Wat bedoelt Becker met 'labelling'?
Iemand die afwijkend gedrag vertoont krijg een label opgeplakt door een
groep met macht. ‘outsider’, ‘deviant’
5 - Waarvan is het afhankelijk of iets als deviant wordt beschouwd?
- Tijd
- Drijfveren perceptie van criminaliteit die er is
- Wie heeft de misdaad gepleegd en wie is het slachtoffer
- Plaats
6 - In hoeverre is criminaliteit een sociale constructie volgens Becker?
Het is de opvatting die mensen over regels en dus het wel of niet
overtreden ervan, die bepaald dat de overtreding als criminaliteit wordt
gezien.
Probleem 2 – Jeugdcriminaliteit
Leerdoel 1. Wat zijn de trends ten aanzien van de omvang van
jeugdcriminaliteit in Nederland?
Jarenlange stijging van jaren 60 in de vorige eeuw
,Na 2007: jaarlijkse daling in geregistreerde jeugdcriminaliteit
2018/2019 lijkt daling te stagneren (door politie geregistreerde
criminaliteit, niet door justitie geregistreerde criminaliteit)
In 2020 lijkt hij weer door te zetten (maar dit is niet representatief omdat
vanwege covid-19 er sowieso minder mogelijkheden tot criminaliteit
waren; het hele leven lag stil)
Jeugdcriminaliteit: delicten gepleegd door 12 – 25 jarigen (emerging
adulthood),
- Vanaf 12 zou in contact komen met criminaliteit ontstaan,
- Tot je 18/20e zou dit doorlopen.
- Dit zou uitlopen tot ongeveer je 25e.
Deze daling geldt voor meeste bevolkingsgroepen, meeste buurten en
meeste typen delicten
- niet alle subgroepen worden door de daling getroffen
(Hotgroups)
- sommige hotspots en hotgroups lijken niet getroffen door de
daling en blijven vooral hetzelfde
- zware delicten geldt dit niet
Hotspots: clustering van jeugdcriminaliteit; plekken waar de daling van
de landelijke jeugdcriminaliteit niet van toepassing is. In sommige
hotspots daalt het sterker, even snel, of minder snel dan op landelijk
niveau (Monitor 2017). Deze trend komt niet overeen met de landelijke
trend.
Hotgroups: bepaalde groepen delinquenten waar de landelijke daling
geen impact op heeft, waar geen daling van jeugdcriminaliteit heeft
plaatsgevonden of juist sterker, of hetzelfde,
Waarschijnlijk is bij de algemene trend een sprake van een dark number,
omdat tegenwoordig veel criminaliteit ook online plaatsvindt en hier
simpelweg niet genoeg onderzoek is gedaan. Cybercrime is
(waarschijnlijk) een onderschatting van de realiteit.
Trends in hoofdlijnen
1. Alle leeftijdsgroepen daling jaren 2015-2020 ten opzichte periode
ervoor, stagnatie in 2018/2019 en doorzetting in 2020
2. Daling is te zien binnen meeste bevolkingsgroepen, niet binnen alle
groepen even sterk
3. Sterkte van daling varieert tussen geografische gebieden
4. Internationaal gezien in NL sterke daling van geregistreerde
minderjarige verdachten
5. Afname betreft de meeste typen delicten (vermogensdelicten blijven
gelijk, ernstige stijgen)
6. Ernst van jongvolwassene delicten stabiel, toename onder
minderjarigen
, 7. Gedigitaliseerde delicten stijgen, zelf gerapporteerd daderschap
daalt
8. Cyberdelicten nemen toe
9. Meer verwevenheid cyber- en traditionele criminaliteit; complexiteit
jeugdige cyberzaken neem toe
10. Geen waarneembare verplaatsing daderschap naar digitale
wereld
11. Verschillende ontwikkelingen in type afdoening
12. Minder jeugdreclassering aan minderjarige daders opgelegd
13. In vergelijking tot leeftijdsgenoten in de algemene populatie
zijn er in de categorie daders minder scholieren daders
14. Politierecidive het hoogst onder minderjarige veroordeelden
Leerdoel 2. Hoe kan de recente daling van jeugdcriminaliteit in
Nederland worden geduid?
Veranderingen in sociale verhoudingen:
Cumulatieve ontwikkelingsmodel: houdt in dat de omgeving van
jongeren (ouders, vrienden en school) invloed uit op het risico van
toetreden tot de criminaliteit. Ze worden ook wel de risico en
beschermende factoren genoemd.
Risico factoren: (individueel) probleemgedrag, alcohol- of drugsgebruik,
impulsiviteit, risico’s willen nemen, (gezinsdomein) negeren, vijandigheid,
verwaarlozen van kinderen, (vriendendomein), andere vrienden die ook
delinquent gedrag vertonen, (schooldomein) slechte schoolprestaties en
slechte binding met school.
Beschermende factoren: (individueel) sociaal vaardig gedrag, goed
kunnen oriënteren op taken, (gezinsdomein) emotionele steun en
monitoring van ouders, openheid van ouders naar kinderen toe,
(vriendendomein) vrienden die niet delinquent gedrag vertonen,
(schooldomein), binding met leerkrachten.
Mechanismen waardoor risico- en beschermende factoren effect hebben
op delinquentie:
1. Gevoeligheid voor risico-/beschermende factoren: de mate waarin
risico (of beschermende) factoren de kans op delinquent gedrag
vergroot (of verkleint).
- Vrienden hebben een sterkere invloed dan school en
gezinsfactoren. (Jongeren zijn gevoeliger voor de invloed van het
gedrag van hun vrienden dan dat van hun gezin of school)
- verschil per sekse of herkomstgroepen
- drugs lijken hier geen invloed op te hebben
2. Blootstelling aan risico-/beschermende factoren: de mate waarin
iemand te maken krijgt met deze factoren
- afname van alcohol- en drugsgebruik onder jongeren tussen 2001-
2013
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur evameerveld. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,09. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.