Time and the Other - Gaat over mensen bevriezen en tijd en ruimte (vb. The Nuer)
On the Origin of Species - Charles Darwin, Dit werk vormt een keerpunt in de secularisatie van de wetenschappen,
zoals die in gang was gezet tijdens de verlichting. De mens was een dier, en niet per se door God geschapen.
The Descent of Man - Charles Darwin, het afstammen en het ontstaan van de mens
A’a - Houten beeld van het eiland Rurutu geschonken aan reverend John Williams
A study of a Samoan Savage - Shigeyuki Kihara, kritiek op de craniometrie in hedendaagse kunst
Principles of Biology - Herbert Spencer, de term Survival of the fittest, hij zal het social darwinisme ontwikkelen,
Spencer verdeelde zo de mens als soort, de homo sapiens, nogmaals in zogenaamde trappen van beschaving. De
mens, als soort, zoals zij of hij leefde op hetzelfde moment maar in andere plaatsen, werd onderverdeeld in
evolutionaire stadia (zoals savagery, barbarism, civilisation).
Volksgeist - Herder, elk ‘Volk’ heeft zijn eigen waardesysteem en gebruiken, taal, en een geest
Etic - de externe blik over iemand anders (je spreekt voor/over iemand anders)
Emic - de blik van binnenuit, vanuit jezelf
PeoPL - Laura Nsengiyumva, Leopold smelt voor je ogen, terwijl je ernaar staat te kijken. Hij dekoloniseert.
Tentoongesteld tijdens Nuit Blanche, Brussel. (2018)
Powhatan’s mantle – stond tentoon in het Ashmolean Museum te Oxford, een cadeau voor King James I
Botanist Joseph Banks (James Cook) - op schilderij omhuld met een Maori-mantel, een Maori-speer en -peddel,
een knots op de vloer en een Tahitiaanse fau of rituele hoed. Dergelijke fau werden normaal gedragen door een
‘hogepriester’ of rituele aanvoerder op momenten van rituele oorlogsvoering.
Stafgod van Rarotonga (‘afgodsbeeld’) - John Williams, verzamelaar van kunst en materiële kunstobjecten (Cook
Islands). De stafgod werd gewikkeld in boombast omdat dergelijke godenbeelden als té krachtig werden
beschouwd om zomaar te worden gezien. Werd ook ingewikkeld meegegeven, dus had nog veel betekenis op dat
moment.
Evolution of Culture - Henry Lane-Fox Pitt Rivers, hele reeksen van dezelfde types artefacten (speren, knotsen en
boemerangs) werden aangelegd, om zo typologieën te maken van die reeksen en modellen te ontwerpen van
evoluties van culturen (sociaal-darwinisme/cultuurrevolutionisme).
Settler colonies - Vanaf 1850 (USA: native is close at hand / UK: grootste koloniale macht, veel toegang tot natives)
Der Mensch in der Geschichte - Adolf Bastian (vroege Duitse antropologie), hij werkt Herders idee van Volksgeist
verder uit en zette dit om tot Volkskultur, waarmee hij sterke kritiek leverde op de eerder simplistische
evolutionistische schema’s van zijn tijd. Hij vindt het concept Elementargedanken uit, alle mensen delen
elementaire denkpatronen (+- alle mensen denken hetzelfde).
Lewis H. Morgan (culuurrevolutionist) -Stappen van beschaving: savagery (JV) - barbarism (vroege landbouw) -
civilisation (staatsvorming en urbanisatie)
Systems of Consanguinity and Affinity of the Human Family, kinship studies (bij de Iroquois) onderverdeeld in
,classificatory en descriptive kinship systems. Hij wou zo sociale evolutie bestuderen. Vroege bepleiter van de
rechten van de Native Americans en oprukkende frontier.
Ancient Society, mensen die gelijktijdig maar anders leven, worden als ancient weggezet.
Edward Burnett Tylor (cultuurrevolutionist) - Eerste prof antropologie ooit (Oxford) volgde ook traptreden van
savagery, barbarism en civilisation
Primitive Culture, evolutionair schema waarin de materiële cultuur en kunst en de mate van techniciteit van de
materiële cultuurproducten vooropstonden. Focus lag op cultural survivals: cultuurkenmerken die overbleven,
zelfs nadat ze hun originele functies verloren hadden.
James Frazer (cultuurrevolutionist) - traptreden van magische staat (natuurgodsdiensten), over naar religie
(godsdiensten), naar wetenschap .
The Golden Bough, lijvige beschrijving van de geschiedenis van mythe, religie en andere vormen van ‘exotisch
bijgeloof’. Wordt uitgegeven samen met Arganauts of the Western Pacific in 1922.
Diffusionisten bestudeerden de geografische distributie en migratie van culturele kenmerken, zoals materiële
cultuur en kunst, maar ook vergelijkbare socio-economische en religieuze complexen. Ze werkten in relatief
afgebakende regio’s, waar ze aan de hand van cultuurkenmerken, zoals aardewerk en andere date uit de
archeologie en de etnologie, konden bewijzen dat specifieke cultuurkenmerken die verspreid voorkwamen, een
identificeerbare en gezamenlijke geschiedenis hadden.
Leo Frobenius (diffusionist) - Elke cultuur evolueerde tot een unieke cultuur
Und Afrika Sprach, Ife-koninkrijk, bekend om zijn prachtige messing-, steen- en terracottasculptuur. Frobenius
kwam met het idee van een Zwart Atlantis: de restanten gevonden waren van Atlantis, een teloorgegane cultuur,
want hij weigerde te geloven dat deze technisch en hoogstaande sculpturen gemaakt kon zijn door zwarte
mensen.
Torres Strait Expedition – Enig deftig veldwerk van de 19de eeuw, resulteerde in de eerste diepgaande studie over
een cultuur, in de breedte over zo goed als alle aspecten van het leven en in de diepte vanwege het grondige
etnologische veldwerk van het volledige team.
History of Melanesian Society – W.H. Rivers, hij beschrijft immense culturele variatie in de culturele regio
nauwkeurig als een resultaat van golven van migraties (diffusionistisch).
Human zoos – Het tentoonstellen van levende mensen alsof het beesten zijn. Expo 58 in Brussel was de laatste.
Saartjie Baartman “Hottentot Venus” tentoongesteld als Freak Show verkocht aan dierenhandelaar in
1814 en trad op in een circus in Parijs, gestorven in 1815.
Oto Benga (pygmee) gekocht door een Amerikaanse slavenhandelaar en moest zich een tijdlang elke
namiddag tentoonstellen in de Brox Zoo in NY in het apenpaviljoen. Hij pleegde zelfmoord in de VS in
1916 (33 jaar oud).
Sakala ‘Het Moorken’ – Lieven Vandevelde liet de 10-jarige vanuit Kongo mee naar Gent en laat hem
schoollopen aan een Gentse Staatschool om hen te ‘civiliseren’.
ANTROPOLOGIE: EEN WETENSCHAPPELIJKE BASIS VOOR EEN NIEUWE DISCIPLINE
, Squanto – onderhandelt en dient als vertaler-tolk tussen de pelgrims en de mensen van zijn eigen etnie. Wordt
meegenomen naar Engeland, hij kan op een bepaald moment vluchten via een slavenschip en keert terug naar
Plymouth Rock, waar de Patuxet-indianen al waren uitgestorven. Hij was de laatste Patuxet-indiaan.
ames Mooney (etnograaf)
-Verschil etnologie en etnografie: etnologie (soms) gebaseerd op aannames en algemeen
voor alle mensen, etnografie is gebaseerd op bewijs en specifieker voor een bepaalde groep
mensen (beiden kleinere takken van de antropologie)
-Beschreef de massamoord bij Wounded Knee en kiest daarbij de kant van de indianen
(filantropische antropologie (moderne antropologie; enorme invloed op Boas
(cultuurrelativisme); miskend talent (geen opleiding), maar heel belangrijk geweest voor de
antropologie die we vandaag de dag beoefenen
ames Mooney (etnograaf)
-Verschil etnologie en etnografie: etnologie (soms) gebaseerd op aannames en algemeen
voor alle mensen, etnografie is gebaseerd op bewijs en specifieker voor een bepaalde groep
mensen (beiden kleinere takken van de antropologie)
-Beschreef de massamoord bij Wounded Knee en kiest daarbij de kant van de indianen
(filantropische antropologie (moderne antropologie; enorme invloed op Boas
(cultuurrelativisme); miskend talent (geen opleiding), maar heel belangrijk geweest voor de
antropologie die we vandaag de dag beoefenen
James Mooney
The Ghost-Dance Religion and The Sioux Outbreak of 1890 – beschrijft de massamoord op de Lakota Sioux, de
laatste grote indianennatie van het Amerikaanse noorden. De moord van Sitting Bull door de cavalerie van het
Amerikaanse leger resulteerde in de slag van Wounded Knee (nieuwe leider Spotted Elk ook vermoord).
De Ghost-Dance was gebaseerd op oude dansen, maar tegelijk een soort van nieuw ritueel, politiek om de
indianen te verenigen.
The Sacred Formulas of The Cherokee / Myths of The Cherokee – over de mythologie en de geneeskrachtige
formules die hij heeft geleerd tijdens zijn periode bij de Cherokee.
Franz Boas, stichtende vader van de Amerikaanse antropologie bestudeerde de Inuit van Baffin Island en NWKI
De Kwakwaka’wakw, NWK indianen, potlachrituelen, belangrijkste onderzoeksonderwerp van Boas.
De potlach was een ritueel complex van verdeling van de rijkdom dat eigen was aan alle
noordwestkustgroepen. In dramatische rituele sequensen werd, gedurende grote potlachceremoniën,
eten en textiel verdeeld en uitgewisseld. De potlach is een feest van verdeling van de rijkdom. Maar chiefs
die een potlach organiseren accumuleerden tegelijk meer macht: door het geven en het verdelen van
voedsel en goederen versterkten ze hun leiderspositie. Het is een soort van politiek-religieus systeem,
gekenmerkt door grote, dramatische performances en vermeende koppensnellerij. Dansers traden op,
verhuld in kostuums en monumentale maskers die totemdieren uitbeeldden en die openklapten totdat er
een menselijk gelaat tevoorschijn kwam.
Primitive Art, een basiswerk voor een soort van prehistorie van de discipline van de kunstantropologie.
Hij bouwde de antropologie uit op vier stevige pijlers die elk een subdiscipline van de antropologie
uitmaakten: de linguïstische antropologie, de fysieke antropologie (het bestuderen van verschillen tussen
mensen in lichaamsbouw, gebit, et cetera, naargelang van de plek waar ze wonen (tropisch regenwoud,
woestijn) en wat ze eten), de archeologie en, overkoepelend, de culturele antropologie. Hij zag sociologie