1
Algemene heelkunde I
LES 29/9
INLEIDING: chirurgische ingreep nodig?
Is mijn diagnose correct?
RX kogel paard, iets abnormaal te zien? Ja, fragment thv proximale / dorsale
rand van phalanx 1
-> Zo een fragment geeft geen symptoom manken of opgezet gewricht ->
dus als symptoom manken is, dan kan dit fragment niet de oorzaak zijn.
Er is altijd een grondig onderzoek nodig en eventueel overleg met collega’s
voor men een chirurgische ingreep plant.
Levert de behandeling het gewenste resultaat?
In dit geval zal het chirurgisch weghalen van het fragment het manken niet verhelpen, dit kan tot
frustratie leiden bij de eigenaar die dacht dat het probleem zou opgelost zijn met de ingreep ->
goede communicatie met de eigenaar is noodzakelijk!
Communicatie met eigenaar: Zeer belangrijk bij complicaties -> bespreek de complicaties met de
eigenaar voor de ingreep. Vnl de meest courante complicaties per ingreep, indien mogelijk kan je
iets op papier zetten (beschermen van jezelf tegen claims).
Pre-operatieve planning: “Failing to plan is planning to fail”
heb ik genoeg kennis en ervaring? Kan ik deze ingreep alleen? Heb ik voldoende faciliteiten om
deze ingreep uit te voeren?
Soms is het noodzakelijk om collega’s te raadplegen of om patiënt door te verwijzen.
Geheel pre operatieve planning = belangrijk!
Tijdens de operatie: werk ergonomisch, zorg voor een georganiseerde en gestructureerde
operatietafel.
Zorg voor goede zichtbaarheid en werk stap voor stap alles af. Niet overhaasten zodat je geen
fouten maakt, maar…
Bij sommige operaties is ook snelheid van belang; we spreken hier over patiënten waar elke
verlenging van anesthesie complicaties met zich mee kan brengen, hierbij geldt het principe
“fast surgery is good surgery”
Hoe sneller je opereert, hoe beter. Een operatie betekent een incisie in de huid, dus weefsels en
organen zijn blootgesteld aan contaminatie -> tijd beperken = minder kans op complicaties
-> hoe snel werken? orde op instrumententafel, zien wat je doet, alle materiaal ter plaatse,
ervaring, …
De chirurg is ook verantwoordelijk voor een goede nabehandeling.
Hier zien we een Duitse herder met een opgezwollen oog na enucleatie.
De oorzaak van de zwelling is een vochtopstapeling of een hematoom.
, 2
DEEL I: Asepsie, chirurgisch instrumentarium, chirurgische technieken
ASEPSIE
Hygiene is het geheel van handelingen en handelswijzen die ervoor zorgen dat mensen en dieren
gezond blijven, door ziekteverwekkers uit de buurt te houden.
Bij een chirurgische ingreep is enkel hygiene echter niet voldoende. Hier moeten we een toestand
van kiemvrijheid nastreven, hoe?
Hygiëne + asepsie
Asepsie: iets doen om een toestand van kiemvrijheid na te streven, kan mbv antiseptica en
desinfectantia. Dit is NIET hetzelfde als steriliteit!
- Antiseptica: micro organismen doden zonder levend weefsel te beschadigen
- Desinfectantia: kiemen doden op oppervlakken (bv operatietafel)
Waarom streven we Asepsie na? We willen SSI vermijden!
-> SSI= “Surgical Site Infection”: infectie op plaats van operatie.
Dit kan oppervlakkig voorkomen (je ziet iets aan de wonde) of dieper zich ontwikkelen,
bijvoorbeeld thv spier, fascie of lichaamsholten. (je ziet niks, maar dier voelt zicht niet
goed. bv wil niet eten).
Dit kan zich relatief snel ontwikkelen (2-7 dagen), maar ook traag, tot 30 dagen na operatie
, 3
1. Antiseptica:
- Alcohol: Dit kan zowel als antisepticum als desinfectans, voor denaturatie van Eiwitten, heeft
een zeer snelle werking. Alcohol heeft water nodig om antibacterieel te zijn, dus zuivere alcohol
is ine ectief.
- De ideale concentratie is 60-70% alcohol, concentraties lager dan 50% zijn onvoldoende
e ectief.
- De aanwezigheid van organisch materiaal vermindert de e ciëntie.
- Het werkt zeer goed tegen gram+ en gram- bacteriën, virussen met enveloppes en
schimmels
- Niet werkzaam tegen virussen zonder enveloppe en sporen
- Meest gebruikte soorten: ethylalcohol (=ethanol) en isopropylalcohol (=isopropanol, heeft
hoger bactericied e ect). Deze laatste wordt vaak gebruikt in een concentratie van 70%,
gecombineerd met 0,5-2,5% chloorhexidine.
- Chloorhexidine: Het biguanide chloorhexidine is veel gebruikt. Zuiver is het niet oplosbaar in
water, maar chloorhexidine-zout is wel oplosbaar. Heeft een blauwe of roze kleur.
- Als zout: chloorhexidine diacetaat of digluconaat.
- E ect: remt of doodt de kiemen, afhankelijk van de concentratie, de duur van expositie en de
soort bacterie.
- Een lage concentratie geeft bacteriostatisch e ect. Het interfereert met de celmembraan en
zorgt voor lekkage, daardoor wordt de groei geremd.
- Een hoge concentratie zorgt voor een bactericied e ect, dus zorgt voor de dood v/d bacterie
- Heeft een beperkte activiteit tegen virussen en schimmels, werkt niet tegen sporen.
- Concentraties: voor een chirurgische rub meestal 2-4% en voor een desinfectie 0,5-2%
- Kan verdund worden met een fysiologische zoutoplossing (0,9% NaCl) of een Ringer’s
lactaatoplossing. -> vorming precipitaat (oplossing wordt troebel) -> Dit heet géén invloed op
de anti-microbiële werking.
- kan als zeepoplossing gekocht worden ofwel als wateroplossing
- Om te gebruiken op mucosa of wonden, moet het verdund worden tot 0,05%! Huid kan 5%
- Residuele werking
Nadeel: Chloorhexidine is Neuro- en ototoxisch, je mag dus nooit oren uitspoelen hiermee!
Bij concentraties hoger dan 0,05% is het ook schadelijk voor de ogen.
Voordeel: niet geïnactiveerd door organisch materiaal, geeft geen verkleuring of irritatie van
de huid.
- jodium/jodoforen: vrij jodium (I2) heeft een sterke anti-microbiële werken tov virussen, bacteriën,
gisten, schimmels en sporen.
- joodtictuur: jood + alcohol (ethanol) -> kan als antisepticum gebruikt worden, maar geeft een
bruine verkleuring (die enkele dagen blijft) en is zeer irriterend, dus nooit op een open wonde
gebruiken! Veel dieren zijn hier allergisch aan, wordt nog weinig gebruikt nu.
- Jodoforen (= dragers van jood): dit wordt meestal gebruikt, zijn tensioactieve sto en waarin
jood wordt opgelost. Één van de meestgebruikte is povidone-iodine met als tensioactieve stof
polyvinylpyrolidine (betadine) -> isobetadine, waterige oplossing (gele bus) of zeepoplossing
(rode bus),
-> De max. Concentratie aan vrij I2 wordt bekomen door de commerciële 10% oplossing
te verdunnen met water tot een 0,1% of 0,2% oplossing: 1/50 verdunning voor op huid,
1/100 verdunning voor wonden, ogen enz
Voordelen: niet neuro of ototoxisch
Nadeel: wordt geïnactiveerd door organisch vuil of bloed, huidirritatie (meer bij hond)
ff ff ff ff ff ffi ff
, 4
2. handhygiëne:
De belangrijkste maatregel voor infectiecontrole. Belangrijk om de verspreiding van zoönotische
en niet-zoönotische pathogenen tegen te gaan.
Wanneer? Overal waar risico voor contaminatie is, dus voor én na het manipuleren van een
patiënt, voor het uitvoeren van aseptische manipulaties (bv katheter steken, urine sonde
plaatsen,…), na contact met bloed of lichaamsvocht, tussen verzorging op 2 plaatsen, na
uittrekken handschoenen, na gebruik zakdoek of telefoon, na toiletbezoek en voor het eten.
Wat? Ofwel handen wassen, ontsmetting ( ontsmetten duurt minder lang, maar mag niet als je
zichtbare contaminatie hebt, want dit werkt niet tegen bepaalde kiemen) of handschoenen.
Handschoenen: bij veel contaminatie, maar is géén vervanging van handhygiëne!
Wanneer?
Om jezelf te beschermen: bij een mogelijke zoönose, bij het openen van een abces, bij orale
manipulaties, bij resistente bacteriën,…
Om de patiënt te beschermen: bij een verbandwissel, bij de controle van een IntraVeneuze
katheter, bij intra-articulaire injecties, plaatsen katheter,…
Wat en hoe?
- niet-steriel: in verschillende maten! Probeer pols gedeelte vast te nemen en aandoen zonder
buiten kant teveel aan te raken, ook uitdoen niet te veel aanraken want handschoen is
gecontamineerd.
- Steriel: per paar of individueel verpakt, nooit met de blote hand de buitenzijde van de
handschoen aanraken, er zijn 2 manieren om deze handschoenen aan te trekken: de open en
gesloten methode (uitleg zie skillslab)