Samenvatting les 1 GPuR
1.De haastige triomftocht van het Westers constitutioneel model
De Duitse eenmaking en de westerse overwinning in de koude oorlog
De verdeling van Duitsland
- Na WOII -> conferentie van Potsdam
• Er wordt een nieuwe kaart getekend van Europa door de 4 overwinnaars van de oorlog;
Frankrijk, GB, VS en Sovjet-Unie.
• Conferentie is begin van oprichting Verenigde Naties (toen nog UNO)
- In ’47 – ’48 begint de koude oorlog. Hierdoor was er een onmogelijkheid om te beslissen over de
toekomst van Duitsland.
- In ’49 smelten de bezettingszones van de geallieerden (VS, GB, Frankrijk) samen tot de BRD (West-
Duitsland) uit vrees voor de Sovjets. SU reageert door (DDR) Oost-Duitsland te creëren.
Michael Gorbatsjov (MG) (’85 – ’91)
• Meest ambitieuze van het Politbureau.
• Beleid steunde op 3 pijlers
1e pijler: Moest SU uit crisis halen. Andere landen redde zich goed uit de crisis van ’70 – ’80, de SU
bleef hangen. Hierdoor gingen satellietstaten aankloppen bij het Westen om geld te lenen. MG
reageerde met Perestroika (= opening/hervorming van de economie)
2e pijler: Glasnost (= politiek liberalisering). Er werden halfvrije verkiezingen georganiseerd in de SU
en verschillende partijen en politiek opponententen werden uit de illegaliteit gehaald. Daarboven
ging MG nooit geweld gebruiken om communisme in een ander land in het zadel te houden ( tegen
Breznjev-doctrine in). Verloor hierdoor zijn greep op de politiek.
3e pijler: Nieuw buitenlands beleid (= anders denken in internationale aangelegenheden)
1e fase ’85-‘88 2e fase vanaf ‘88
- Focus op ontwapening; de - Eenzijdige conventionele
wapenwedloop kostte de SU veel te ontwapening in Europa (troepen
veel geld, wat nodig was voor terugtrekken uit DDR etc, werd
andere zaken in de SU. aangekondigd op UN-top)
- Dit in een bilaterale relatie met de - Meer praten met W-Europa over
VS : ( broodnodige) handel
• INF-verdrag (’87) - Politieke liberalisering O-Europese
• START I verdrag (’91) landen
,Toekomst van Europa
➢ SU en VS hadden andere visies hierover
Het Gemeenschappelijk Europees Huis (Visie SU)
1. SU is integraal deel van Europa (er zijn in Rusland altijd 2 politieke stellingen; Rusland is deel
van Europa of Rusland is deel van Azië)
2. Een vreedzame co-existentie en samenwerking tussen landen. Europa moet bestaan uit 32
(later meer) landen die elk vrij kiezen welke weg ze willen ingaan.
3. Geen vijandigheden meer. Een collectieve veiligheidsorganisatie, OVSE, die de NAVO en
Warschau-pact vervangen)
Europe whole and free (Visie VS)
Een structuur gebaseerd op 4 pijlers;
1. Vrije markteconomie
2. Pluralistische democratie
Westerse democratie
3. Rechtsstaat
4. Respect voor mensen-/grondrechten
Het was volgens Bush niet aan Gorbatsjov om het einde van de koude oorlog te verklaren. Alleen
wanneer alle O-Europese landen en Rusland voldoen aan deze 4 pijlers “can Europe be whole and
free again”. Ze moeten een recht op zelfbeschikking krijgen.
Zelfbeschikkingsrecht
1. Recht op externe zelfbeschikking (internationaal gezien) = onafhankelijkheid. Volk kan zelf
aanhorigheid bij een staat kiezen -> probleem: wie/wat is een volk?
2. Recht op interne zelfbeschikking (in eigen staat gezien) = Recht van volk om zelf staatsvorm
te kiezen.
-> Sovjets dachten dat volken uiteindelijk communisme zouden kiezen als staatvorm omdat
dit de logische vooruitgang van geschiedenis is (feodaliteit, kapitalisme, socialisme,
communisme)
De strijd rond Duitse eenmaking
• W-Europa heeft schrik voor oorlog/invasies bij eenmaking Duitsland
• Kohl en Bush ontmoeten in kasteel Laken en willen Duitsland verenigen binnen het jaar met
toetreding tot NAVO en EG.
• Jan ’90 ontmoeten Kohl en Mitterand; Frankrijk ging enkel akkoord over eenmaking als
monetaire eenmaking van EU sneller ging (oprichting euro), zodat Frankrijk zijn economisch
karretje aan het Duitse kan hangen. Dit gebeurde ook (Verdrag van Maastricht ’92)
3 Cruciale momenten in onderhandelingsproces eenmaking;
1. 2+4 akkoord; 2 Duitslanden onderhandelen samen en democratisch over vraag, vorm en
timing van eenmaking. 4 bezettingsmogendheden onderhandelen samen met de Duitslanden
over de internationale voorwaarden (grenzen, militair, statuut, …)
2. Verkiezingen 18/03/90 in DDR;
➢ Links wil eenmaking volgens art.146 West-Duitse GW. Dit artikel heft de grondwet op
als Duitsland één wordt. Dit betekend dat men alle wetten, structuren, etc. moet van
nul herschrijven
, ➢ Rechts wil eenmaking volgens art.23 West-Duitse GW. Dit artikel voorziet dat als een
deel dat ooit tot Duitsland hoorde, zich weer bij Duitsland voegt, deze onder de West-
Duitse GW valt (opportuun, want dan valt het ook onder NAVO en EG)
✓Centrumrechtse coalitie wint de verkiezingen
3. Gorbatsjov gaf toe m.b.t. het lidmaatschap van Duitsland bij de NAVO
Het charter voor een nieuw Europa
• CVSE Helsinki ’75 was de essentie van de slotakte “het zoeken naar een samenleving
tussen communisten en het westen”.
• CVSE Parijs november ’90 (34 leiders Europese landen + VS en Canada)
• Het nieuwe Europa zal enkel bestaan uit landen met de Westerse democratie
➢ Want er kan enkel vrede zijn in Europa als iedereen een westerse
democratie is
➢ De 4 pijlers van deze democratie zijn rechtsstaat, mensenrechten,
meerpartijendemocratie en vrije markteconomie
• Eigenlijk is er een 5e pijler “sociale gelijkheid”. Dit werd door de
Europese landen gevraagd, maar werd “stiefkindje” van de tekst
• Bush kwam enkel naar de top wanneer Duitsland was eengemaakt en als
conventionele ontwapening SU ondertekend was + thema van de top moest
“Europe whole and free” zijn
Het Westers constitutionele model
Kernvraag constitutionalisme; hoe zorg je ervoor dat de staat die wet maakt ook gebonden is aan de
wet?
• Constitutie: Geheel van regels, gebruiken en processen die de organisatie en werking van de
overheid binnen deze politieke gemeenschap bepalen inclusief de grondbeginselen van de
verhouding tussen de overheid en de leden. = Grondwet in materiële zin
Voorbeeld: GW zegt dat K een wet moet bekrachtigen en ondertekenen, maar “de gewoonte”
zegt (sinds 1841) dat de K altijd moet ondertekenen en niet kan weigeren.
• Grondwet: Speciale wet die de belangrijkste regels van de constitutie omvat en die doorgaans
ook boven de andere, gewone wetten staat. = Grondwet in formele zin
De Grondwet is deel van de constitutie
Constitutioneel recht is onderdeel van het publiekrecht. De constitutie bepaalt;
1. Hoe de instellingen zijn samengesteld;
2. Wat hun bevoegdheden zijn;
3. Hoe ze zich verhouden tov elkaar;
4. Hoe ze zich verhouden tov van onderdanen en burgers;
5. Volgens welke procedure ze werken.
De soevereine staat
Ontstaan in Europa 16e – 17e eeuw
Begrip natiestaat ontstaat in de 19e eeuw
, ➢ In context van kolonialisering; dit is makkelijker over te plaatsen bij kolonisatie (één soeverein,
één rechtstelsel, etc.)
Voorwaarden om over een staat te spreken vastgelegd in Montevideo conventie (1933)
1. Een permanente populatie;
2. Een gedefinieerd territorium;
3. Een overheid;
4. De mogelijkheid om relaties aan te gaan met andere staten –> erkenning door andere staten
speelt dus een grote rol.
Externe soevereiniteit = onafhankelijkheid, geen hoger gezag in wereldlijke zaken
Interne soevereiniteit = Monopolisering van de rechtsmacht. (in België is de interne soeverein de
grondwetmaker; instituten etc.)
Nationaal en Internationaal recht
Eerst was er Jus gentium, (volkenrecht), maar dit was te algemeen. Jeremy Betham (1789) wou dit
opgedeeld. Jus Gentium kon dus worden opgedeeld in 3 delen;
➢ Internationaal recht/internationaal publiekrecht = Recht dat verhouding tussen staten
onderling regelt.
➢ Transnationaal recht = Recht dat relaties tussen onderdanen (private personen of
organisaties) van verschillende staten onderling regelt.
➢ Universeel recht = Verwees naar regels, concepten en instituties van recht die universeel
waren en overal voorkwamen. Dus gemeenschappelijk aan alle/meeste nationale
rechtssystemen.
Rechtsmacht
Bestaat uit 2 dimensies;
1. Rechtsmacht sensu lato; Macht van overheid om wet toe te passen en eventuele sancties
2. Rechtsmacht sensu stricto; Macht om recht aan te passen
De traditionele opvatting van rechtsmacht
-> Taak van de overheid is handhaving van het recht dat bestaat, los van de wil van de overheid
• Recht komt niet uit de overheid maar uit;
Moet je kennen om te kunnen
1. Goddelijk recht: Door God opgelegde wet. toepassen. Je moet weten welke
2. Natuurrecht: Iets die vanuit de natuur komt, bijna iets instinctief regels er zijn (bv. de Bijbelverzen
(bv. recht op zelfverdediging). Natuurrecht is universeel kennen)
3. Gewoonterecht: Onderscheidt zich van voorgaande omdat het wel door de mens is
gemaakt, MAAR niet door één iemand plots gemaakt, is geleidelijk aan zo gegroeid.
a. Usus = Gebruik; Feitelijk herhalen van een zelfde handeling in zelfde
omstandigheden
b. Opinio iurus = mening van recht; een gebruik wordt een gewoonterechtsregel
wanneer “men” denkt dat het recht is.
Vroeger had je “Mos Maiorum”. Dit waren gebruiken van voorouders (“altijd al zo geweest”)
• Men dacht in Romeinse tijd dat recht werd ingefluisterd bij de voorouders door de “Lares”
(geesten van voorouders, iets tussen God en Geest in), die dit van de echte Goden zouden
hebben gekregen. Dus sterke band tussen religie en recht
▪ Op den duur verzwakte deze band en was het de gedachte “dat het altijd zo
geweest was” dat autoriteit gaf aan recht.