Bouwfysica 4
Grootheid Symbool Eenheid
Les 2 Temperatuur (verschil) Θ °C
Warmtestroom Φ W of J/s
Warmtestroomdichtheid q W/m²
Warmtegeleidingscoëfficiënt λ W/m.K
Warmtedoorgangscoëfficiënt U W/m².K
Hoeveelheid warmte Q J
Volume V m³
Densiteit van de materie (soortelijke massa) p kg/m³
Soortelijke (of specifieke) warmte vd materie c J/kg.K
Absolute temperatuur T K
Les 3 Warmteweerstand R K/W
Dikte d m
Oppervlakte A m²
Tijd t s
Les 6 Warmteovergangscoëfficiënt He/hi W/m².K
emissiefactor e
Warmteovergangsweerstand Ri m².K/W
Les 7 Dampdruk/dampspanning p N/m²
gasconstante R J/kg.K
waterdampconcentratie ρd kg/m³
Waterdampgehalte x g/kg
Relatieve luchtvochtigheid φ %
verzadigingsdruk p’ Pa
Les 8 diffusieweerstand Z m/s
diffusieweerstandsgetal μ
diffusiestroom qd Kg/m².s
waterdampgeleidingscoëfficiënt
Les 11 Voortplantingssnelheid c
Periode T s
Frequentie f 1/s = Hz
Golflengte λ m
Amplitude A Pa
Geluidssterkte dB
Geluidsintensiteitsniveau Li dB
Geluidsvermogenniveau Lw dB
geluidsdrukniveau Lp
H1: INLEIDING
pag. 1
,Bouwfysica 4
Fysica: onderzoeken van alle verschijnselen in levenloze natuur, waarbij geen
chemische veranderingen optreden
o Zwaartekracht, licht, magnetisme, nucleaire reacties, condensatie, verdamping,
straling, elektriciteit, trillingen, stabiliteit…
Bouwfysica = fysica, relevant voor gebouwen
Belangrijkste aspecten: warmte, vocht, geluid, licht, lucht…
H2: WARMTETRANSPORT
WARMTEOVERDRACHT OF WARMTETRANSMISSIE
WARMTEOVERDRACHTSVORMEN
Wat is warmte?
o = maat van kinetische energie (snelheid) van moleculen
o Kan (vloeibaar) water én stoom 100°C
temperatuur is gelijk, stoom is “warmer” (bevat meer energie)
“Latente warmte”: opgenomen warmte manifesteert zich niet in
temperatuursverandering
o Er komt warmte vrij tijdens condenseren van waterdamp
o Vb. ether laten oplossen in hand, met natte haren op fiets, zweten, sauna vs turks
stoombad
Als er temperatuurverschil bestaat tussen 2 punten/ materialen, dan zal er steeds
warmtetransport optreden vd warme naar koude punten/materialen
Warmtetransport gaat door tot er thermisch evenwicht bereikt, totdat beide punten
dezelfde temperatuur hebben
Temperatuurverschil = drijvende kracht achter warmtetransport
o Hoe hoger temperatuurverschil, hoe groter warmtestroom
Voorbeeld: koffie met melk
Warmtetransport kan op 3 manieren optreden: geleiding – convectie – straling
Geleiding Convectie Straling
pag. 2
, Bouwfysica 4
Plaatsgebonden Gekoppeld aan beweging Transport
fluïdum elektromagnetische
trillingen
Warme moleculen trillen om Grootte warmtestroom afh Verschil in straling tssn 2
evenwichtstoestand. Geven snelheid waarmee fluïdum lichamen
trilling door aan koude langs opp. strijkt
moleculen in omgeving
Geen massaverplaatsing Massaverplaatsing Geen massaverplaatsing
Natuurlijke: gevolg In alle richtingen gelijk
temperatuursverschil Geen medium nodig! (kan
Gedwongen: gevolg vb. in luchtledige)
ventilator
Vb. pook in haardvuur, Vb. luchtballon (O), blazen Vb. licht, geluid, warmte,
voeten op koude vloer in soep (G), boiler (O), rook nucleaire straling, zon,
uit schoorsteen (O) radiator, koude ramen
Voorbeelden p. 12 ev
o Mens met kleren
o In omgeving:
(luchttemperatuur – temperatuur omgevende wanden)
Straling naar koude oppervlakken (vensters)
Geleiding naar koude/van warme oppervlakken
Hoe werkt dubbel glas?
o Warmte gaat binnen door straling, convectie en geleiding
o Door luchtspouw is geleiding niet mogelijk
o Dikte van beide glazen moet verschillend zijn! (examen!)
Hoe werkt thermosfles
o Vacuüm (geen luchtstroom)
o Geen contact (geen geleiding)
o Zilver coating (geen straling)
DEFINITIES EN SYMBOLEN
Temperatuur
o T = Ѳ + 273,14
o -273,14 °C = absolute nulpunt, dwz dat moleculen stoppen met trillen
o !! Bij temperatuursverschillen: T of Ѳ
o Enkel temperatuur? MOET je T (in Kelvin) gebruiken!!
Hoeveelheid warmte Q: die gedurende tijd tussen 2 punten uitgewisseld, of die
bepaalde materie bevat
Warmtestroom Φ: hoeveelheid warmte per seconde tussen 2 punten uitgewisseld
Warmtestroomdichtheid q: warmtestroom per m²
Warmtegeleidingscoëfficiënt λ: materiaaleigenschap die aangeeft hoeveel warmte
per seconde door m² materiaal van 1 m dik zal gaan bij temperatuurverschil van 1°C
Warmtedoorgangscoëfficiënt U: hoeveelheid warmte die, onder stationaire
condities, per m² en per graad temperatuurverschil tussen ene en andere zijde
constructie doorgelaten
pag. 3