Hoofdstuk 1: Inleiding
Waarom eten we:
o Fysiologische behoefte aan:
- energie macronutriënten
- bouwstoffen
- andere voedingsstoffen
• Geen energetische waarde
• Kleine hoeveelheden micronutriënten
• Nodig voor de gezondheid
macronutriënten vs micronutriënten: indeling in functie van de hoeveelheden die we
innemen: gramhoeveelheden vs micro-of miligramhoeveelheden
o gedragsmatige en sociologische aspecten
Voedingsleer = studie van voeding in relatie tot gezondheid
-> heeft veel interacties met andere domeinen zoals fysica, sociologie, chemie,…
Voedsel = alles wat gegeten en gedronken kan worden
Voeding = het proces van kiezen en nuttigen van voedsel, de fysiologie in het lichaam en het effect op
de gezondheid
Optimale voeding = evenwichtige voeding die de noodzakelijke voedingsstoffen bevat in juiste
hoeveelheid om lichaam optimaal te laten functioneren
Voedingsstof = chemische definieerbaar bestanddeel of groep bestanddelen van een voedingsmiddel
Voedingsstoffen:
1. essentiële voedingsstoffen of nutriënten
2. niet-essentiële voedingsstoffen
3. bioactieve voedingscomponenten
4. xenobiotica en natuurlijk voorkomende toxinen
1. Essentiële voedingsstoffen of nutriënten
Nutriënt = chemische stof die uit het voedsel moeten worden opgenomen omdat ze noodzakelijk zijn
voor de nutritionele ondersteuning van het lichaam
-> voorziening van energie en aanmaak van lichaamseigen stoffen met het oog op een optimale
groei, onderhoud en herstel van het lichaam
6 klassen van nutriënten:
o proteïnen
o koolhydraten en voedingsvezels
o lipiden
o vitamines
o macro- en micronutriënten
o water
Indeling van de nutriënten
o anorganisch – organisch
o energieleverend – niet energieleverend
1
, o macronutriënten – micronutriënten
o essentiële – niet essentiële
Essentiële nutriënten zijn nutriënten die nodig zijn hebben voor normale fysiologische integriteit en
die ons lichaam niet zelf kan aanmaken → via het voedsel opnemen
-> Criteria:
• Afwezigheid van deze stof in het voedsel leidt tot een verandering van een of ander
biologisch proces in het lichaam en/of leidt tot een klinisch manifeste deficiëntie.
• Eenmaal het nutriënt terug aanwezig is in het voedselpakket, wordt de normale functie
hersteld (behalve indien er reeds irreversibele schade aanwezig is).
• De biologische functie van het nutriënt is gekend. Dit criterium is minder strikt dan de
twee andere
2. Non-nutriënten of niet essentiële voedingsstoffen
= chemische stoffen in voedingsmiddelen die niet behoren tot de klassieke “essentiële nutriënten”
en die geen gekende nadelige invloed hebben op het menselijk lichaam
o Aan een (groeiend) aantal van deze stoffen worden gunstige effecten voor de gezondheid
toegeschreven = “bioactieve voedingscomponenten” (3)
4. Xenobiotica en natuurlijkvoorkomende toxines
-> Oefenen een potentieel toxisch effect uit op het menselijk organisme
Xenobiotica:
o Normaal niet aanwezig in het voedsel
§ Intentioneel toegevoegd
• Kleurstoffen
• Bewaarmiddelen…
§ Niet-intentioneel toegevoegd
• Pesticide residu
• Dioxines
• Kwik in vis
Natuurlijk voorkomende toxines:
• Solanine in tomaten & aardappelen
• Mycotoxines: komen voort van schimmels en gisten
Biobeschikbaarheid
o Inname van een nutriënt via voedingsmiddel of via maaltijd → voedingsmiddelentabellen
o De hoeveelheid van inname komt niet noodzakelijk overeen met de hoeveelheid die wordt
geabsorbeerd ter hoogte van het gastro-intestinaal stelsel en beschikbaar wordt gesteld voor
effectief gebruik in het lichaam
-> De effectieve opname of gebruik wordt beïnvloed door de biologische beschikbaarheid of
biobeschikbaarheid
Beïnvloedende factoren:
o Interne factoren
§ Geslacht: tussen mannen en vrouwen kan vertering anders verlopen heeft oa te
maken met hormonen
§ Leeftijd: in de groei heb je meer nodig, bepaalde enzymen worden minde goed
aangemaakt als je ouder wordt waardoor verteringsproces minder goed verloopt
§ Nutritionele status: bv wanneer ijzertekort zal lichaam proberen meer ijzer uit
voedsel te halen
§ Zwangerschap: grotere behoefte
2
, o Externe factoren
• Biologische toegankelijkheid = vrijlating van een nutriënt uit de voedingsmatrix
gevolgd door een verplaatsing van de component tussen de cellen, de digestie en
absorptie door de intestinale mucosa
• Chemische structuur
-> Vb: heemijzer uit dierlijke voedingsmiddelen tot 5x meer geabsorbeerd dan niet-
heemijzer van afkomstig van plantaardige bron
• Complexen
-> Vd: calcium afkomstig van spinazie versus een melkproduct
• Nutriëntcompetitie: verhinderen opname
• Micronutriënten zijn ook sterk afhankelijk van de nutritionele status. Hoe groter de
nood aan bepaalde nutriënten, hoe efficiënter de absorptie hiervan → homeostase
• Medicatie, alcohol en caffeïne: negatieve invloed op de biobeschikbaarheid: zorgen
ervoor dat je bepaalde nutriënten minder goed opneemt
• Andere:
- Het vrijkomen van het nutriënt uit de voedingsmatrix
- Verteringsenzymen
- Binding en opname door de intestinale mucosa
- Transport doorheen de darmwand naar circulatie/organen
- Distributie in het lichaam
- Metabolisch en functioneel gebruik
- Excretie via urine/faeces
Hoe voeden we ons?
Afhankelijk van:
o Leeftijd:
§ Transplacentaire voeding (placenta)
§ Orale voeding
o Gezondheidstoestand
§ Enterale voeding (neus naar maag)
§ Parenterale voeding (rechtstreeks in bloed)
Wat is de voedingsbehoefte?
o Inname van nutriënten bepaald via menselijke behoefte aan voedingsstoffen
- tekort aan voedingsstoffen -> deficiëntieverschijnselen en ziekten
- overmaat aan voedingsstoffen -> effect op gezondheid en potentieel toxisch
-> inname van voedingsstoffen wordt begrensd door eventuele tekort en eventuele tevelen
-> we willen altijd een homeostase bereiken die tussen de twee grenzen ligt
3
, Voedingsaanbevelingen
= hoeveelheid die een persoon van een bepaald nutriënt moet consumeren
o Europa: Dietary Reference Values (DRV)
Dietary Reference Intakes (DRI)
o Opgesplitst per leeftijd, geslacht, zwangerschap, lactatie
Behoefte =/ referentiewaarde
- referentiewaarden zijn bedoeld voor groepen mensen
- een behoefte komt overeen met de fysiologische noden -> behoefte niet eenvoudig te bepalen
want afhankelijk van individuele kenmerken
o De behoefte aan nutriënten in een bevolking is niet voor iedereen hetzelfde
-> behoefteverdeling en gemiddelde behoefte
-> gemiddelde behoefte = basis voor DRV
Bepaling voedingsaanbevelingen
Vertrekpunt:
o Gegevens verband tussen innamen
• Deficiëntieziekten
• Biochemische parameters van voedingstoestand
• Indicatoren van kans op chronische ziekten
o Gegevens over factoren die behoefte bepalen
• Obligate verliezen (urine, faeces, zweet)
• Extra nood (groei, zwangerschap, lactatie)
ADH = niveau van dagelijkse inname dat voldoende is voor dekking behoeften 97,5 gezonde
individuen
= gemid behoefte +2SD
Standaarddeviatie (SD)
- statische term
- rekenkundige maat voor de spreiding van de getallen rondom het gemiddelde
- afwijking op het gemiddelde kan berekend worden -> zodat je groter deel van populatie kan
insluiten
Soms moeilijk een gemiddelde bepalen -> dan adequate inname (AI) bepalen
= geschat niveau van adequate inname voor gezonde personen indien onvoldoende gegevens
beschikbaar zijn om een ADH af te leiden
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lisabogaers. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.