INHOUD
1. De eerste eeuw van de boekdrukkunst in Europa (ca. 1450–1540)
1.1. Blokboeken
1.2. Joannes Gutenberg
1.3. Verspreiding van de boekdrukkunst over Europa
1.4. Incunabelen
1.5. Incunabelstudie in de 20ste en 21ste eeuw
1.6. Postincunabelen
1.7. Impact op geleerdencultuur
1.8. Besluit
1.9. Studiewijzer
2. Boekproductie in het ‘typografisch ancien régime’
2.0. Inleiding
2.1. Letters vervaardigen
2.2. Zetten
2.3. Drukken
2.4. Boekillustratie
2.5. Binden
2.6. Studiewijzer
3. Uitgeverij en boekhandel in het ‘typografisch ancien régime’
3.1. Integratie van het boekenvak
3.2. Financiering van editoriale projecten
3.3. Corporatisme
3.4. Contacten tussen vakgenoten
3.4.1. De beurzen (‘Buchmessen’) van Frankfurt
3.4.2. Transacties tussen boekverkopers
3.5. Publiciteit
3.6. Tweedehands boekhandel
3.7. Overheidscontrole
3.7.1. Privileges of octrooien
3.7.2. Censuur
3.8. Studiewijzer
4. Bibliotheken in het ancien régime
4.0. Inleiding
4.1. Kloosterbibliotheken
4.2. Universiteitsbibliotheken
4.3. Vorstelijke bibliotheken
4.4. Stadsbibliotheken
4.5. Theoretische geschriften in de 17de eeuw
4.6. Nieuwe bibliotheektypes vanaf het midden van de 18de eeuw
4.7. Studiewijzer
5. Boekgeschiedenis als historische discipline
5.1. Evolutie
5.1.1. Pril begin in 17de en 18de eeuw: verzamelaars
5.1.2. Tweede helft 19de en eerste helft 20ste eeuw: materiaal aandragen
5.1.3. Na 1950: verwetenschappelijking, academisering
5.1.4. Sinds de jaren 1970: ‘livre et société’
1
,5.2. Methodologie
5.2.1. Gebrek aan theoretische fundering
5.2.2. Structurering van het onderzoeksveld
5.3. Meer weten?
6. Veranderingen in de boekproductie na 1800
6.0. Context
6.1. Mechanisering van het drukken in de 19de eeuw
6.2. Mechanisering van het zetten in de 19de eeuw
6.3. Nieuwe technieken van boekillustratie
6.4. Nieuwe bindtechnieken
6.5. Studiewijzer
7. Veranderingen in uitgeverij en boekhandel na 1800
7.1. Specialisatie in het boekenvak
7.2. Financiering van editoriale projecten
7.3. Beroepsvereniging
7.4. Transacties tussen boekverkopers
7.5. Publiciteit
7.6. Tweedehands boekhandel
7.7. Kopijrecht en nadruk
7.8. Studiewijzer
8. Het bibliotheekwezen in de 19de en de 20ste eeuw
8.1. Het ontstaan van ‘public libraries’ in de Angelsaksische wereld in de 19de eeuw
8.2. Openbare bibliotheken in Vlaanderen
8.3. Nationale bibliotheken
8.3.1. Algemeen
8.3.2. Een casus: de British Library
8.4. Studiewijzer
LESSEN
Productie (hoe boeken geproduceerd), distributie (uitgeverijen en boekhandel), consumptie
(lectuur, verzamelen van boeken (door insitutionele bibliotheken))
3 invalshoeken, maar onderscheid tussen typografisch ancien régime (periode boek met
hand gezet en gebonden) vs. industriële boek (na eerste helft 19de eeuw, na industriële
revolutie)
EXAMEN
o Open essay-vragen (hele cursus)
o Korte feitelijke vragen (fenomeen, term, persoon)
o Uitspraken die foutief zijn corrigeren
2
,1. De eerste eeuw van de boekdrukkunst in Europa, ca.1450-1540
1.1 Blokboeken (xylografieën/ xylografische boeken)
o Boekdrukkunst (<Gutenberg), daaraan voorafgaand andere techniek om iets te
produceren gelijkaardig aan boeken: blokboeken.
o Producenten maakten gebruik van houtblokken, zowel illustratie als tekst zijn
gesneden uit zelfde houtblok.
o PPt: zie vb van pagina uit blokboek. Is in kleur, maar periode voor industriele boek:
bijna nooit in staat in kleur te drukken. Dus als je in kleur tegenkomt, dan is dat altijd
met hand gebeurd na drukken (zoals op vb ppt)
Techniek: bundels van bladen, bedrukt met houtblokken
o Vandaar blokboeken: tekst (spreukbanden en commentaar boven of onder de
illustratie) en beeld uit één houtblok gesneden!
o Synoniem: xylografie (<xulon (hout) + grafein (schrijven) schrijven met hout (als
letterlijke vertaling)
o Overwicht van het beeld; tekst blijft beperkt en heeft functie om toe te lichten
o Hoogdruk: stempelprincipe (zie hoofdstuk 2)
Men snijdt uit het houten blok delen weg die niet afgedrukt moeten worden =
vorm van hoogdruk (wat afgedrukt moet worden bevindt zich hoger)
o Varianten:
Chiroxylografie (illustraties in houd gesneden, tekst met hand bijgeschreven)
(<cheir(GR): hand)
Zuivere xylografie (beeld én tekst in hout gesneden)
Typoxylografie (illustraties in hout gesneden, tekst uit losse metalen letters
gezet
bestonden chronologisch naast elkaar, maar typoxylografie pas na uitvinding van
boekdrukkunst door Gutenberg (na 1455)
Inhoud
o Alle blokboeken: teksten die intensief gebruikt werden of waarvoor een relatief
breed publiek bestond
o Teksten die ‘stabiel’ waren, die lang konden blijven meegaan (techniek bv bijna nooit
gebruikt voor pamfletten (efemeer/tijdelijk), dus bijna allemaal religieus-
moraliserende teksten (teksten waarin men lezer wil overtuigen om ethisch te leven
volgens regels door religie voorgeschreven)
o Blokboeken in Latijn, maar er zijn er ook in volkstaal verschenen. Volkstalen:
hoofdzakelijk NL en Duits. Want techniek enkel toegepast in huidige Duitsland en de
Nederlanden, elders niet toegepast (of bij hoge uitzondering).
o In totaal 33-tal teksten op die manier gepubliceerd, bewaard in 100 edities, dus niet
heel groot corpus. Meestal anonieme teksten.
o Slecht ca.600 exemplaren bewaard en dus erg kostbaar
o Bv. Ars moriendi (kunst om te sterven, aansporing ethisch leven leiden voor hiernamaals),
Biblia pauperum (bijbel voor/van armen, al sinds 13de eeuw: juxtapositie van passages
uit OT naast vergelijkbare passages uit NT, vermoedelijk ontworpen voor de vorming
van lagere clerus, zie later), Exercitium super Pater Noster, Vita et passio Christi
3
, (overzicht van aantal episodes uit leven en lijden van Christus, ook hier met religieus-
moraliserende ondertoon)
o Grootste collecties in 3 bibliotheken:
Bayerische Staatsbibliotheek (München)
Bibliothèque nationale de France (Parijs)
British Library (Londen)
(en diverse bibliotheken in Ney York
Ook gedigitaliseerde versies (van Bayerische Staatsbibliotheek bvb)
Datering
o Start onduidelijk: jaren 1420-1430?
o Vroegste werkelijk dateerbaar: ca. 1450
o Bloeitijd: jaren 1460-1480
o Uitlopers tot in begin 16de eeuw
Dus niet zomaar voorloper van typografie/boekdrukkunst, maar eerder gelijktijdig!
Beide technieken hebben naast elkaar bestaan. Overgang van dominantie van ene
medium naar andere gaat dus wel over lange tijd.
(ook al is het in grote lijnen primitieve vorm van boekdrukkunst van Gutenberg, niet
enkel voor de uitvinding)
Localisering
o Nederlanden (België en Nederland)
o Duitsland
(daarbuiten amper)
Verschillen met typografie (boekdrukkunst < Gutenberg)
o Illustraties en letters worden uit één houtblok gesneden (zeker bij zuivere xylografie)
<-> typografie: tekst wordt samengesteld uit losse (metalen) letters, terwijl
illustraties uit een houtblok worden gesneden (stempelprincipe dus wel behouden);later
worden illustraties ook gegraveerd in een koperplaat)
o Afdruk van het houtblok op papier gebeurt door wrijving van het papier op een
ingeïnkt houtblok (houtblok in inkt, dan blanco papier op, dan met iets bol (bv. lepel) erop, zo
kan afbeelding afgedrukt worden op papier)
<-> typografie: afdruk door drukpers
o Houtblok blijft bruikbaar, dus kleine oplagen volstaan omdat herdruk geen
problemen met zich meebrengt (zoals ‘printing on demand’ nu! Nu vaak voor
wetenschappelijke werken, want moeilijk in te schatten, dus niet meteen hoge oplagen maar
bewaren als pdf (drukken standaard enkele 100-en exemplaren), indien meer belangstelling
eenvoudig om bij te drukken) blokboeken maken dat principe ook mogelijk (want
houtblokken bewaren en dan makkelijk exemplaren bijdrukken)
<-> typografie: na de druk moest drukvorm worden afgebroken om losse letters te
kunnen hergebruiken voor een nieuw boek; oplage moest dus vooraf worden
ingeschat, aanbod en vraag moesten maximaal op elkaar aansluiten (=moeilijke
oefening en constante in de geschiedenis van het gedrukte boek: zie later bv ‘ramsj’)
o Blokboeken combineren probleemloos tekst en illustratie
<-> typografie: combinatie van hout (illustratie) en metaal (tekst) is een techniek die
men pas na enkele decennia onder de knie krijgt; aanvankelijk tekst en illustratie in 2
aparte drukgangen
4