Essay Jeugdzorg voor het vak Dynamiek van interbestuurlijke verhoudingen in het Nederlands openbaar bestuur
33 vues 1 fois vendu
Cours
Dynamiek van Nederlands Openbaar Bestuur (S_BS)
Établissement
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Essay voor het vak Dynamiek van interbestuurlijke verhoudingen in het Nederlands openbaar bestuur (voorheen: Dynamiek van internationaal besturen). Onderwerp: Jeugdzorg.
Dynamiek van Nederlands Openbaar Bestuur (S_BS)
Tous les documents sur ce sujet (2)
Vendeur
S'abonner
md8397
Avis reçus
Aperçu du contenu
Jeugdzorg: het zorgenkindje van het
Nederlands openbaar bestuur
Waarom decentralisatie geen misstap is geweest
Individueel essay
Woordenaantal: 4935
Vrije Universiteit Amsterdam
Dynamiek in de Interbestuurlijke Verhoudingen in het Nederlands Openbaar Bestuur
1
,Inhoudsopgave
Inleiding....................................................................................................................................................3
Van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving: het ei van Columbus?.............................................3
Financiële tekorten? Extra geld is niet per se nodig.................................................................................5
Bovengemeentelijke samenwerking: een noodzakelijk kwaad?...............................................................7
Is recentralisatie de oplossing?...............................................................................................................11
Conclusie................................................................................................................................................13
Literatuurlijst..........................................................................................................................................14
2
, Inleiding
De jeugdzorg is al lange tijd het zorgenkindje voor het Nederlands openbaar bestuur. Tot 2005 was het
jeugdbeleid versnipperd en werd het lokale beleid beklemd door het nationale beleid (Gilsing, 2005).
In 1989 werd een groot deel van de jeugdhulpverlening van een grotendeels centraal bestuur
overgedragen aan de provincies met de inwerkingtreding van de Wet op de jeugdhulpverlening met als
doel de samenhang in de jeugdhulpverlening te vergroten (Fleurke, Hulst & De Vries, 2021, hfst 18).
Na veel kritiek werd in 2005 een nieuwe wettelijke regeling getroffen: de Wet op de jeugdzorg (Wjz),
waarmee de bevoegdheid tot toewijzing van jeugdhulp en de coördinaties niet meer bij instanties,
maar bij de provincie kwamen te liggen (Fleurke et al., 2021, hfst 18). Provincies stelden hiervoor
Bureaus Jeugdzorg in. Beoogd werden een integrale beleidsvoering en meer maatwerk als ook
stimulatie van prestatiesturing in de verhouding tussen provincie en zorgaanbieder. Na de wat
tegenvallende resultaten werd er besloten de jeugdzorgtaak nog verder te decentraliseren van
provincies naar gemeenten. In 2015 ging de Jeugdwet van kracht: doel was om de jeugdzorg zo dicht
mogelijk bij de burger te brengen, participatie te stimuleren, kosten te beheersen, regeldruk en
bureaucratie terug te dringen en een einde te maken aan de versnipperde financieringsstromen
(Fleurke et al., 2021, hfst 19). Inmiddels is gebleken dat voor vele gemeentelijke overheden deze
transitie en transformatie problematisch is gebleken, waardoor de jeugdzorg onder druk is komen te
staan. Sindsdien wordt er veel kritiek geuit en gaan er stemmen op de jeugdzorg geheel of gedeeltelijk
te recentraliseren. In onderhavig essay zal worden betoogd dat recentralisatie van de jeugdzorg niet
wenselijk is en dat decentralisatie van de jeugdzorg nog altijd de voorkeur heeft.
Van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving: het ei van
Columbus?
Gedurende de negentiende en twintigste eeuw ontwikkelde Nederland zich van een nachtwakerstaat
met minimale betrokkenheid van de overheid in het leven van burgers tot een verzorgingsstaat waarin
de overheid zich actief bemoeit met het welzijn van burgers (Hulst, 2017; Fleurke et al., 2021, hfst 1;
Schaap, 2015, hfst 2). Het kantelpunt vond volgens Schuyt en Taverne (2000) in 1950 plaats. In
‘Welvaart in zwart-wit’ schrijven zij:
“Tot aan de Tweede Wereldoorlog werd er jaarlijks meer geld uitgegeven aan armenzorg dan
aan sociale verzekeringen: in 1935 in een verhouding van respectievelijk 260 miljoen tot 120
miljoen. Na de oorlog is dit beeld volkomen veranderd: in 1950 werd 450 miljoen voor
armenzorg uitgetrokken tegenover al 800 miljoen voor de sociale verzekeringen.”
Een eerdere aanzet daartoe werd echter al in 1874 gedaan met het bekende Kinderwetje van Van
Houten, dat kinderen tot twaalf jaar verbood te werken. Sociale wetten, werknemersverzekeringen en
volksverzekeringen volgden, zoals onder andere de Ziektewet (1930) en de Algemene Ouderdomswet
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur md8397. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,65. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.