Woordenlijst Criminologie van de strafrechtsbedeling
Verhaege
Cluster 1 vervolging: Politie als actor in de strafrechtsbedeling
Wet op het politieambt (1992) = gaat zorgen voor de samenwerking tussen de verschillende
politiediensten. Het heeft 3 krachtlijnen:
1. Gezagsprincipe = politiediensten zijn uitvoeringsorganen, ze staan onder gezag van de
overheid
2. Democratische principe = politie gaat individuele vrijheid en rechten gaan beschermen
en wil de democratische ontwikkeling van de maatschappij
3. Legaliteitsprincipe = enkel geweld of dwang wanneer de wet het toelaat
Complementariteitsprincipe = vindt zijn oorsprong in het Pinksterplan. Het is een
ministeriële richtlijn die voorschrijft dat de gemeentepolitie en de rijkswacht is gemeentelijke
zones moeten samenwerken op basis van de complementariteit. Ze moeten elkaar dus
aanvullen. De gemeentepolitie focust zich daarbij op de aanpak van de lokale fenomenen, de
rijkswacht op de (inter)nationale fenomen.
Wet op de geïntegreerde politie (1998) = is er gekomen naar aanleiding van het
Octopusakkoord. Het heeft ervoor gezorgd dat er 1 geïntegreerde politiestructuur kwam op 2
verschillende niveau’s.
Federale politie = hun taken zijn die misdaden en wanbedrijven die omwille van hun
omvang, hun georganiseerd karakter of hun gevolgen van de grenzen van een arrondissement
of het Rijk overstijgen, of die, door hun ingewikkelde aard gespecialiseerde opsporingen en
onderzoeken vereisen. Ze geven daarnaast ook steun aan de lokale politie.
Lokale politie = hun taak is vooral de eerstelijns-basispolitiezorg, deze bestaat uit:
1. Onthaal
2. Wijkwerking
3. Interventie
4. Slachtofferbejegening
5. Verkeer
6. Lokale opsporing en onderzoek
7. Handhaving van de openbare orde
Federale en lokale politie zijn autonoom en ze hebben dus hun eigen overheden:
- Federaal niveau:
Bestuurlijk minister van binnenlandse zaken
Gerechtelijk minister van justitie
- Lokaal niveau:
Bestuurlijk burgemeester
Gerechtelijk Procureur des Konings
Discretionaire bevoegdheid = de bevoegdheid om keuzes te maken
- Wettelijk gezien heeft de politie dit niet, maar de facto hebben ze het wel
,Politiefunctie = institutioneel beschermende of regulerende functie van sociale orde, die erop
gericht is de fundamentele rechten mogelijke te maken en de ontregeling van deze orde te
verhelpen
OF
(1) Het regelen van sociale processen (2) al dan niet met gebruik van geweld
Operationeel korps = bestaat uit politieambtenaren en is opgedeeld in 3 kaders nl.
basiskader, middenkader en officierenkader. (het wordt soms aangevuld met ‘agenten van de
politie’)
Administratief en logistiek kader = personeelsleden zonder bestuurlijke en gerechtelijke
bevoegdheden die vooral ondersteunde werken tav het operationele korps
Lokale en federale ambtenaren hebben dezelfde bevoegdheid op het gebied van
opsporing en vaststelling van misdrijven!!
Officieren van de bestuurlijke politie = bestaat uit de provinciegouverneurs, de
arrondissementscommissarissen, de burgemeesters en de officieren van de federale en lokale
politie. Ze hebben de leiding over de uitoefening van de bestuurlijke politie en ze leiden de
agenten van de bestuurlijke politie.
- Provinciegouverneurs
- Arrondissementencommissaris
- Burgemeesters
- Officier van de federale politie en de lokale politie
Officieren van de gerechtelijke politie = ze hebben vaststellings- en opsporingsbevoegdheid
en ze hebben de leidinggevende taak. Daarnaast staan ze onder toezicht van de procureur-
generaal.
Hulpkader = agenten van de politie
Beveiligingskader = beveiligingsagenten
Basiskader = inspecteurs
Middenkader = hoofdinspecteurs
Officierenkader = commissarissen en hoofdcommissarissen
Agenten van de politie = ze hebben beperkte politiebevoegdheden (vooral wegverkeer) en
het zijn dus geen politieambtenaren, maar ze maken wel deel uit van het operationele korps.
Ze volgen een opleiding van 6 maanden.
- Wet 1 april 2006: uitbreiding van hun bevoegdheden
Beveiligingsagent van politie = is werkzaam binnen Directie Beveiliging Federale Politie. Ze
volgen een opleiding van 6 maanden.
, Community Oriented Policing = strategie die men vandaag als politie gaat toepassen bij het
omgaan met de burger, met als prioriteit de rechten van eenieder te waarborgen. Het is
ingevoerd door artikel 1 van de Wet op het Politieambt. Het is een reactie tegen het
traditioneel model.
- Traditioneel model reactief, symptoombenadering, ad hoc brandjes blussen,
wetshandhaving als doel, geïsoleerde positie van de politie, …
- COP preventie, planmatige benadering, contact met de bevolking, …
5 pijlers van de COP:
1. Externe oriëntering = politie staat niet tegenover de maatschappij, maar wel er midden
in
Maatschappijinbedding = idee dat via relatie met de bevolking het mogelijk is
om de aard van de sociale feiten beter te begrijpen
Dienstverlenende opstelling = dienstverlening moet zo goed mogelijk
afgestemd zijn op de verwachtingen en de behoeften van de bevolking
2. Probleemoplossend werken = niet enkel reactief werken, maar adhv analyse en
indentificatie de oorzaken van criminaliteit achterhalen en zo ervoor zorgen dat
criminaliteit meer en meer voorkomen wordt
3. Partnerschap = samenwerken met andere diensten (zowel interne als externe) is
noodzakelijk (‘Veiligheid is een zaak van iedereen’)
4. Afleggen van verantwoording = adhv zonale veiligheidsplannen en evaluaties, dit
gebeurt niet enkel aan de korpschef en de overheid maar ook aan de maatschappij
5. Empowerment = zowel interne democratisering van de politie als emancipatie van de
bevolking met als doel samen de problemen van veiligheid en leefbaarheid aan te
pakken
Smart Cop = binnen de COP wordt verwacht dat de politiemensen in staat zijn maatwerk te
leveren en binnen elke situatie een gepaste reactie kunnen bieden.
Predictive policing = je kan gaan voorspellen welke criminaliteit zich waar zal voordoen
Waarom moet politie een afspiegeling zijn van het volk?
1. Legitimiteit (= je kan pas een legitieme organisatie zijn wanneer je gedragen wordt
door het volk)
2. Effectiviteit (= kwaliteit van het politieoptreden zal verhogen wanneer mensen van
verschillende afkomst)
3. Voldoende gekwalificeerde mensen (= het is enkel positief om de hele arbeidsmarkt
hiervoor te gebruiken)
4. Openbaar ambt (= streven naar gelijke kansen)
Task Force Gender = opgericht door een omzendbrief van 2013 waarin ze enerzijds het
loopbaanparcours van de vrouwen gaan ondersteunen, anderzijds gaan focussen om de
verzoening tussen carrière en privéleven en daarnaast ook focus op gendermainstreaming en
genderbudgetting.
Draaideureffect/retentiebeleid = probleem om mensen binnen de politie te houden
Etnische precariteit = het gevoel van voorzichtig te moeten zijn, gevoel van onveiligheid
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur manousonck. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.