HOOFDSTUK 1: Algemeen kader
OVERZICHT
● Het concept
○ Eenvoudig
○ Complex
● Verhouding: Welzijnswerk - forensische
○ Spanningsveld welzijnswerk -
forensische
○ Toepassingen
1. Het concept
—-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Forensische welzijnswerk: Welzijnswerk binnen het forensisch veld
↙ ↘
Hulp- en dienstverlening Disciplines & activiteiten op alle echelons vd strafrechtsbedeling:
- opsporing - vervolging - berechting - strafuitvoering-
1. Concept: eenvoudig
Wat? = Hulp- en dienstverlening aan mensen die als dader, slachtoffer of na(ast)bestaande
(on)rechtstreeks worden geconfronteerd met strafrechtelijke interventie
Voor wie? (doelgroep) Justitiabele = iemand die recht zoekt
● Verdachten / Daders1
● Slachtoffers
● Nabestaande
Door wie? (Aanbod) Algemene maatschappelijke hulp- en dienstverlening
● → Toegankelijk voor iedereen
● Voorbeelden:
○ Hulpverlening: drughulpverlening, geestelijke gezondheidszorg, OCMW, …
○ Dienstverlening: VDAB, onderwijs, sport, bibliotheken, …
Categoriaal welzijnswerk
● → Toegankelijk voor een specifieke doelgroep daders en/of slachtoffers
● Voorbeelden:
○ Justitieel welzijnswerk (JWW), Slachtofferhulp, Slachtofferonthaal,
○ Hulpverlening aan seksuele delinquenten, Psychosociale dienst (PSD),
Justitiehuizen, Zorgteam, Herstelbemiddeling, ...
1
In dit vak hebben we vooral focus op de daders, slachtoffers en nabestaande (minderjarigen) komen aanbod in andere vakken
1
, 2. Concept: complex
2 soorten forensisch welzijnswerk
AUTONOOM Forensisch welzijnswerk AAN JUSTITIE GEBODEN welzijnswerk
Voorheen Private reclassering Overheidsreclassering
Omschrijving = Hulp- en dienstverlening dat autonoom v justitie werkt, het staat los v “Welzijnswerk onder mandaat” (van justitie)
justitie = Hulp- en dienstverlening dat in nauw verband staat met strafrechtelijke
→ Het gebeurt wel in de justitiële context beslissingen, justitie
→ Is onderdeel van algemeen welzijnswerk
Centraal Welzijn Justitie (straf)
Bevoegdheidsniveau Vlaamse bevoegdheid (gemeenschappen) Federale bevoegdheid (land)
Finaliteit ⇒ Kwaliteit v leven (recht op menswaardig bestaan) ⇒ Strafrechtelijke doelstellingen bereiken
(doelstelling) ● Juridische basis: OCMW wet 1976 ● = Instrumentele inzet v welzijnswerk om doelen SRB te
○ “iedereen h recht op menswaardig leven, ook realiseren
daders” ● ‘Binnenhalen van hulpverleningstechnieken’
● Vertrekpunt: ● Vertrekpunt:
○ Subjectieve noden ○ Objectieve norm
■ vraag- & behoeftegericht werken ■ Geen feiten meer plegen
(noden) ■ Rechtsconform burgers creëren
○ Perspectief van persoon ○ Perspectief van justitie
Opdrachtgever ⇢ De cliënt (welzijnswerk op vraag vr cliënt) ⇢ Actor binnen Justitie (echelons SRB)
● vb: OR, gevangenisdirecteur, SURB, …
→ vrijwilligheid → Geen vrijwilligheid, maar dwang (het w opgelegd)
Opdracht Individueel perspectief (Hulpverlening) ● Advies
+ ● Begeleiding
Structureel, maatschappelijk perspectief (Preventie) ● Voogdijopdrachten (controle, toezicht, rapportering)
⬇
● Ontwikkelen v sociaal beleid i.f.v. voorkomen uitsluiting
● Zichtbaar maken v sociale dimensie problemen
Beroepsgeheim JA → Beroepsgeheim als hulpverlener JA, maar niet ten opzichte vd opdrachtgever (vb. advies)
2
, 2. Verhouding welzijnswerk - forensisch (justitie)
—-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
1. Spanningsveld welzijn - justitie?
Het spanningsveld → het debat
⇒ Centraal: Wat is er belangrijker?
Oorzaken spanningsveld
⇒ kritische2 jaren ‘70: maatschappelijke veranderingen → Forensisch welzijnswerk gaat door een crisis
● Kritiek op rol en beleidsruimte van overheid
● Kritiek op het strafrecht
○ Strafrecht =3 normerend en conserverend
○ De strafrechtsbedeling
■ Niet neutraal (want het w bepaald dr de maatschappelijke context)
■ Sterk link politieke, sociale, economische context die mee inhoud en doel van SR bepalen
● Kritiek op welzijnswerk
○ Kritiek op welzijnswerk
■ Onderzoek van Martinson, 1974
● Centrale vraag: “What works?” → Werkt het welzijnswerk?
● Zijn antwoord: “nothing works”
○ Gebrek aan effectiviteit v behandeling tijdens detentie (en interventies in
welzijnswerk algemeen)
■ Inzicht in paradoxaal karakter van welzijnsinterventies
● Enerzijds Hulp → hulpverlenend (welzijn verbeteren)
←→
● Anderzijds Recht → Paternalistisch (niet neutraal, want het zijn de machtigen die
bepalen hoe het ingevuld w)
■ Welzijnswerk stelt zichzelf in vraag
Resultaat
● Ontstaan van nieuwe initiatieven in FWZW
○ Onthaaltehuizen ex-gedetineerden, psychiatrische patiënten, alternatief juridisch advies, belangengroepen
● Professionelen in forensische context
○ Niet zomaar doelstelling van justitie volgen; ook kritisch zijn
● Welzijnswerk: positie wijzigt
○ Méér dan instrumentele inpassing in economische en sociale controle
○ Ook subjectief recht op maatschappelijke dienstverlening (~ OCMW wet 1976)
Vervolg
⇒ Na jaren ‘70?
● Discussie over finaliteit welzijnswerk is blijven bestaan
● Dubbele doelstelling voor welzijnswerk:
○ Individueel: verbeteren welzijn individuen
○ Structureel: promoten ‘social justice’ en hervormingen
2
veel zaken werden in vraag gesteld
3
w bekritiseerd als
3
,2. Toepassingen
● Beleidsnota Justitie en Handhaving 2019-2024 (Demir)
Waar ligt de klemtoon? Welzijn / Forensische? Beleidsnota
⇒ Klemtoon ligt op justitie
● “Voorkomen dat er nieuwe slachtoffers
gemaakt worden”
● “Voorkomen dat ze hervallen”
● “Maximaal inzetten op dadertherapie”
● Duidelijk standpunt ~ hulp & recht (Claes et al., 2019)
Waar ligt de klemtoon? Welzijn / Forensische? Beleidsnota
⇒ Klemtoon ligt op welzijn
BESLUIT
Zowel het justitiële als het welzijnswerk staan niet stil en worden gevat in ontwikkelingen die een belangrijke impact hebben
op organisatie en praktijk”
VOORBEELDVRAGEN
● Wat is forensisch welzijnswerk?
○ Wat is het verschil tussen autonoom en aan justitie verbonden FWZW?
○ Waar komt dit verschil vandaan?
● Wat is de verhouding tussen welzijnswerk en justitie bij FZWZ?
● Welke rol speelt de staatshervorming van 2011 bij vraag 1 en 2?
● Waar kunnen de gastcolleges situeren op het continuüm? en waarom?
4
, HOOFDSTUK 2: Historiek
1. Overzicht !!!!
—-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
5
, 2. FASE 1: Geen FWZW
—-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Het Ancien regime De Verlichting (klassieke strafrecht)
17e eeuw - 18e eeuw 18e eeuw
Algemeen Misdrijf: Een aanslag op de koning Misdrijf: een aanslag op het sociaal contract (aantasting maatschappij,)
Centraal: Daad (schuldnotie) → straffen obv zwaarwichtigheid vd daad Centraal: Daad (schuldnotie) → straffen obv zwaarwichtigheid vd daad
FWZW: Geen ● Vooral nog “nachtwakersstaat4”: weinig interesse in individu
FWZW: Geen
Mensbeeld: Rationeel mensbeeld
● = De mens h een vrije wil en kan een rationele afweging maken tss
kosten en baten → de mens kiest doelbewust voor criminaliteit
○ Verantwoordelijk? JA
○ Schuld? JA
● Uitzonderingen
○ ‘Krankzinnigen’
○ Minderjarigen: ‘jongeren beneden leeftijd des
onderscheids’
Straffen ⇒ De gedetineerde w gebruikt als: ⇒ Ontstaan van de eerste grote gevangenissen
● Als voorbeeld ● Evolutie
○ Functie straf: ○ Eind 18e en begin 19e eeuw:
■ Vergelding ■ Strafdoel: bezinning
■ Tentoon spreiden van ‘almacht vd heer’ ● = Morele verbetering betracht door
○ Soorten straffen → Vooral publieke voorbeeldstraffen arbeidstraining en religie
■ 15e eeuw: vooral lijfstraffen ○ Vanaf 1830 → hervorming
■ 16e eeuw: hoogtepunt doodstraffen ■ Strafdoel: afzondering
● Als werkkracht ● = Isolatie adhv cellulair regime
○ Context einde middeleeuwen: opkomst mercantilisme
■ = een economisch beleid met als doel om de
export te maximaliseren en de import te
minimaliseren
■ Resultaat: Economie = centraal
○ Gevolgen:
■ Straffen:
● = Opsluitingen en (dwang)arbeid
● ≠ doodstraf → niet zinvol want
verlies v werkkracht
■ Ontstaan correctiehuizen en werkhuizen
■ Doel van straffen:
● Initieel: ‘verbetering’ via arbeid,
religieuze activiteiten, tuchtiging
● Vanaf einde 17e eeuw: enkel nog
werk en winstfinalite
4
Een nachtwakersstaat is een staat waar de overheid zich zo weinig mogelijk bemoeit met de burgers. De enige taak van de
overheid is in beginsel het garanderen van de veiligheid van de inwoners door het zorgen voor politie en krijgsmacht
6