Inleiding tot het historisch onderzoek
Wat is geschiedenis?
• Een werkwoord
• Het schrijven over het verleden
• Edward Hallet Carr
- Lezingenreeks Cambridge – 1961
- Zowel gewone mensen als academici betrekken in het debat
- Professor internationale politiek
- BBC-reeks
• Geen consensus – antwoorden opdelen in 2 groepen
CONNOTATIES DEFINITIES
Maatschappij die erop antwoord Historici die erop antwoorden
Opinie – subjectief Universiteit – objectief
Niet neutrale opinies – percepties/emoties Vele verschillende definities
• De historici schijven allang niet meer saai Enige gemeenschappelijke:
en stoffig Geschiedenis draait om de mens
• Indiana Jones beeld – Archeologen 2 aforismen:
• Intellectuele snob die zich buiten de 1. “The past is a foreign country; they do
maatschappij plaatst things differently there.”
LP Hartley, The Go-Between, 1953
➔ Voornamelijk Positief, ook neutraal
➔ Geschiedenis bezien als verleden
2. “History: an account mostly false, of events
unimportant, which are brought about by
rules mostly knaves, and soldiers mostly
fools”
Ambrose Bierce, The Devil’s dictionary,
1911
➔ Negatieve manier
➔ Geschiedenis beschouwen als verhaal
over het verleden
Verleden Historisch Nostalgie Etymologie wijst op fundamenteel onderscheid
Ouderwets Belangrijk Conservatief
Verleden Verhaal over het
Irrelevant Interessant Lessen
NED: Geschiedenis is verleden
Saai Zingeving Voorspellend
wat geschied is Griekse woordenstam:
Vb: “de jeugd van
DUI: geschichte ist was onderzoek
tegenwoordig”
geschehen ist Latijnse woordenstam:
LAT: res gestae Historia > histoire
(verhaal, verslag)
Geschiedschrijving of ?
Negatieve Positieve Moraliserend Ontologisch onderscheid
invulling - invulling Verleden bestaan/is niet Verhaal/sporen over het
Pejoratief (meer) verleden bestaat wel
Combinaties mogelijk Grote variatie aan verhalen/kennis over het
Vb: Uitspraak De Croo – Rusland verleden
➔ Moraliserend en pejoratief Grote variatie aan verhalen/kennis over het
verleden
• Ongeschreven kennis
(mondeling/materieel)
• Neergeschreven kennis (vb: tweets,
reisverhalen)
, Historici bieden een antwoord Geschiedschrijving
• Pejoratieve connotatie • In ruime zin: alle geschreven verwijzingen
Uitdaging: bewustmaking, relevantie aantonen naar verleden
>heden als samenspel tussen continuïteit en • In enge zin: Onderzoeksverslag
verandering - Eerste persoon dat dit onderzocht:
Als je de geschiedenis kent, kan je de problemen Herodotos
van het heden oplossen o Cicero: “vader geschiedschrijving”
Vb: fileproblematiek komt voort uit 19e eeuw o Naar mensen i.p.v. goden kijken
• Positieve connotatie Door info zoeken + praten + ruïnes
Uitdaging: niet overdrijven, slechts 1 onderdeel van bekijken
samenleving o Kritische beoordeling bronnen
>verandering, context en langetermijnperspectief o Doel:
• Moraliserend discours Kennis bewaren
Uitdaging: Geen onderdeel vanuit het heden, geen Literaire ambities
voorspellende kracht o Cicero: “vader van leugen”
>anders-zijn van het verleden
CONCLUSIE
• Een woord met fundamentele verschillen in de betekenis
1. Het verleden
2. Het verhaal van het verleden
Is geschiedenis een wetenschap?
• Kijken naar filosofische disciplines:
Epistemologisch (kennisleer) antwoord – Kunnen historici objectieve waarheid produceren?
Epistemologie: filosofische studie naar fundamenten van (wetenschappelijke) kennis
Antwoord heeft historisch dimensie
3 stromingen/evoluties
1. Vrijetijdsbesteding (artes liberales)
2. 19e eeuw – geschiedenis ontstaat als een wetenschappelijke discipline
Rankeaanse revolutie:
- Genoemd naar Leopold Von Ranke
- “Bloβ zeigen, wie es eigentlich gewesen…” → Belang van objectiviteit
- Niet opgeleid als historicus (Geschiedenis bestond niet als opleiding
- Eerste professor Geschiedenis 1825
- Op basis van bronnenonderzoek – systeem opstellen hoe je (betrouwbare) informatie uit bronnen
moet halen
Narratieve bron: verhaal- literair genre
Archivalische bron: letterlijk
- Toepassing van historische kritiek (nooit handleiding geschreven)
- Ethisch relativisme (op een hele droge neutrale manier kijken naar het verleden, zonder oordeel te
vellen)
- Impuls aan institutionalisering
- “vader historische wetenschap”
Neo-Rankeanen
- Uitzuivering van de methode
- Ernst Blenheim, “Lehrbuch der historischen Methode” (1889)
- Langlois & Seignobos – Introduction aux études
‘L’histoire se fait avec des documents.’ (eerste zin) → groot belang voor heuristiek
o Regels voor classificatie en analyse van deze documenten
o Archief = labo
- HISTORISME
, 3. 1950-1960 – postmoderne twijfel (opnieuw in twijfelstellen of geschiedenis een wetenschap kan worden
genoemd)
- Zware kritiek op deze epistemologie vanaf jaren 1960
- Context: stroming van postmodernisme
o Afrekening met sleutelterm als waarheid, objectiviteit
- Geschiedenis als waarheid klopt niet meer volgens postmodernisten – wordt onder vuur genomen, is
geen reconstructie van het verleden, maar een constructie van het heden (verzinsel)
- Idee dat je uit geschiedenis zingeving kan halen wordt onderuit gehaald – ontmaskering van ‘grote
verhalen’
- Verschillende lagen subjectiviteit
1. Bronnen zijn niet volledig objectief, persoon schrijft zelf subjectief + fouten in bronnen sluipen
Fundamenteel gevormd door de auteur
2. Als historicus denken/lezen met persoonlijke kijk en ervaringen – geen neutrale beoordelaar
3. Historicus schrijft alles neer – andere woorden gebruiken
- Verleden is nooit terug te krijgen
Nadruk op Taal
• Geen enkele term is neutraal – taal stuurt de manier waarop wij waarnemen, denken, schrijven, praten
etc
• Taal stuurt de waarneming
• Vaak hebben woorden ook geen betekenis in een andere taal → woorden bestaan niet in andere talen
• Vb: antropoloog Franz Boas (inuït onderzoek), in 1911 → 50 termen voor sneeuw (betekenen
verschillende vormen van sneeuw)
Objectiviteit bestaat niet
➔ Linguistic turn in alle menswetenschappen
Eerste persoon die postmodernisme in geschiedenis bracht:
Hayden White – ‘Metahistory’ (1973)
• Historicus is een scenarist
• Belang van emplotment (aanduiden dat historici steeds proberen om over complex verleden een
structureel geheel te maken) en historical imagination
• Verwant aan literatuur
Keith Jenkins – “Re-thinking history” (1991)
• Gigantisch kloof tussen verleden en wat er nu is
• Historici kunnen de kloof nooit dichten
Onmogelijk te negeren kritiek
• Scepticisme: het verleden is niet, verleden bestaat niet
• Relativisme: Er zijn oneindig veel interpretatie over het verleden, er zijn oneindig veel reconstructies te
maken over het verleden
• Hyperrelativisme: Stop ermee.
Taalgebied!
Nederlands/Duits Engels
Geschiedwetenschap Historical scholarship/studies
Geschichtswissenschaft
Humane wetenschappen Humanities
Scheppen van weten Geen algemene wetmatigheden
, Praktische afspraken
• Boek: Geschiedenis is een werkwoord
• Wat doen historici?
Hoe doen ze dat?
Waarom doen ze dat?
• Praktijk + methodes leren d.m.v. theorie
• Proefexamen tot en met H7
• Examen
- Casus
Historisch onderzoek, historisch kritiek en/of historisch methode
Weet je wat je (niet) moet doen als historicus?
- Kennisvraag (vergelijk, analyseer)
- Definieer, plaats in context (historicus/vakterm)
• Niet te tolereren!!!!!!!!!!!!