Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Aantekeningen colleges gedragswetenschappen periode 2.1 leerjaar 1 €6,09   Ajouter au panier

Notes de cours

Aantekeningen colleges gedragswetenschappen periode 2.1 leerjaar 1

 5 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Dit document bevat aantekeningen van de colleges gedragswetenschappen, gegeven door docent Jos Stolwijk. De aantekeningen betreffen alle lesweken (week 1 t/m 7). Bovendien bevat dit document ook aantekeningen van het boek: sociologie voor gezondheidszorg en verpleegkunde. Hieruit bevat het de hoofd...

[Montrer plus]

Aperçu 3 sur 18  pages

  • 27 juin 2023
  • 18
  • 2022/2023
  • Notes de cours
  • Jos stolwijk
  • Toutes les classes
avatar-seller
Gedragswetenschappen 2.1

Week 1 – Sociologie

Hoofdstuk 1:
- Sociologie proberen gedrag te verklaren vanuit de samenlevingsverbanden die mensen met
elkaar vormen.
- Bij allerlei vormen van gedrag kijkt een socioloog naar de groepen waar de betrokkene deel
van uitmaakt, de structuur van die groepen en hun waarden en normen.
- Belangrijke vragen voor de sociologie zijn: hoe de samenleving in elkaar zit en hoe mensen in
hun gedrag worden beïnvloed door het feit dat zij deel uitmaken van allerlei
samenlevingsverbanden (groeperingen)
- Sociologie is een empirische wetenschap = een wetenschap waarbij kennis voortkomt uit
een systematische waarneming van feiten.
- De sociologie probeert objectief vast te stellen hoe de maatschappelijke werkelijkheid in
elkaar zit. Dat gebeurt door het doen van onderzoek
- Sociologie voor verpleegkundigen is een relevante wetenschap.
- 3 aspecten: interactie, cultuur en interdependentie

Hoofdstuk 2:
- Het eerste aspect interactie:
 Heeft te maken met het feit dat mensen op elkaar gericht zijn en interacties met
elkaar aangaan.
 Via deze interactieprocessen creëren mensen samen hun eigen werkelijkheid.
 Samenleven met elkaar veronderstelt het bestaan van gemeenschappelijke
interpretaties van een aantal zaken.
 De gedeelde interpretaties in een groep vormen het referentiekader, dat wil zeggen:
het geheel van waarden, normen, overtuigingen en vanzelfsprekendheden op grond
waarvan de leden van een groepering oordelen en handelen.
 Omdat mensen vanuit een bepaald referentiekader naar de werkelijkheid kijken,
treedt er regelmatig een vertekening van de werkelijkheid op.
 Dat kan ertoe leiden dat mensen er vooroordelen op nahouden en op grond daarvan
handelen, bv. door anderen uit te sluiten.
 Omdat de definitie van de situatie mede bepaalt hoe de mens handelt, kan een
onjuiste definitie van de situatie leiden tot een selffulfilling prophecy.

Aantekenen van les:
- Sociologen kijken naar groepen -> samenleving is grootste groep
- Mensen zijn veranderd ten opzichte van 50 jr. terug door bv. ontkerkelijking.

Maatschappelijke ontwikkelingen:
Komt door ontkerkelijking, individualisatie, globalisering, flexibilisering en internet
- Toename echtscheidingen (ontkerkelijking en individualisering)
- De wijze waarop kinderen worden opgevoed (internet en kleinere gezinnen, kind moet ook
gelukkig zijn)
- Depressie
- Alcoholgebruik onder jongeren/ouderen
- Eenzaamheid (individualisering)
- Uitgesteld ouderschap

,Sociologen bestuderen:
- Hoe wij met elkaar samenleven in de maatschappij; welke invloed we op elkaar hebben hoe
de omgeving waarin we wonen ons beïnvloedt.
- Sociologen maken duidelijk dat de maatschappij waarin je leeft jou beïnvloedt, vaak zonder
dat je het zelf door hebt.

Voorbeelden sociologische vraagstukken:
- Invloed sociaal milieu op gedrag (onderwijs, zorg, gemeenschap)
- Cultuur/multiculturele samenleving
- Maatschappelijke omgeving
- Invloed van ontkerkelijking op samenleving
- Sociale media, internet en individualisering
- De verzorgingsstaat en gevolgen voor samenleving.

Verschillen tussen psychologen en sociologen:
- Sociologen en psychologen bestuderen beiden het gedrag van mensen, maar ze hanteren
echter een ander perspectief.
- Psycholoog-socioloog: criminaliteit, depressies bij ouderen, studie-uitval,
kindermishandeling, coronapandemie.
 Psycholoog criminaliteit: wat is met deze persoon aan de hand, dat hij iemand dood
steekt? Wat zijn, zijn emoties.
 Socioloog criminaliteit: kijkt naar grotere ontwikkeling, hoe zat het met criminaliteit
50 jaar terug? En nu? Welke ontwikkelingen zijn er geweest om deze groei van
criminaliteit te verklaren?
 Psycholoog studie-uitval: kijkt naar individu, waar is deze persoon gestopt? Vindt je
het niet leuk? Geen discipline?
 Socioloog studie-uitval: trend in studie-uitval, wat zorgt ervoor dat dit gebeurt.

Van welke samenlevingsverbanden maak je deel uit? Hoe beïnvloeden deze je?
- Microniveau
 Gezin

- Mesoniveau
 De wijk/buurt waar je in woont
 Heeft veel invloed op hoe je opgevoed wordt

- Macroniveau
 Bv. Nederland
 Grote samenlevingsverband
 Beïnvloed je gedrag, zoals door normen/waarden, heel direct
 Heel veel van onze meningen, komen doordat we in Nederland wonen

 Het macroniveau is de Nederlandse gezondheidszorg
 Mesoniveau is de Isala klinieken
 Microniveau is de afdeling.

Relevantie sociologie en verpleegkunde:
- (ziekte- gezondheids-) gedrag begrijpen vanuit sociale context.
- Gezondheidszorgvraagstukken [mantelzorg/zorgconsumptie/etikettering/etc.] idem!
- Herleiden eigen opvattingen en gedrag (bubbel)
- Inzicht in rol en positie van VPK
Sociologische kernbegrippen:

, - Subjectieve definitie van de situatie: mensen creëren hun eigen werkelijkheid! Door hun
eigen ervaringen. Gaan hier ook naar handelen
- Voorbeelden:
 Vluchttelingen
 Coronabeleid
 Vaccinatie
 Orgaandonatie
 Zwaarte stoffen in NL
 Abortus
 Winkels open op zondag
 Zwarte piet
- Collectieve definitie van de situatie = ‘aangeleerd’ = [sub-] cultuur. Ieder bubbel zijn eigen
waarheid.
- Referentiekader = sociale bril, wat vinden we normaal/wat niet? Maar ook de manager vs
werknemer.
 Wordt [door interactie in groepering/media] actief gevormd: op deze wijze
construeren we onze werkelijkheid
- Bovendien: selectieve waarneming = we willen zien wat we willen zien. Bevestiging zoeken
van wat we al vinden.
- Fundamentele attributiefout: invloed [verantwoordelijkheid] persoon op handelen wordt
overschat.
- Etikettering = [hokje plaatsen] en stigmittarisering [brandmerken met grote gevolgen]. Een
etiket opplakken bij iemand.
- Vooroordeel: vaste, vertekende manier van voelen/denken/handelen
- Stereotypering: idem t.a.v. groep mensen
- Selffulfilling en destroying prophecy

Week 2 - sociologie

Hoofdstuk 3:
- Interactieprocessen kunnen niet los worden gezien van een bredere context, de cultuur
 Cultuur = een geheel van voorstellingen, opvattingen, waarden en normen die
mensen zich als lid van hun samenleving verworven hebben door middel van leer- en
gewenningsprocessen.
 Waarden = collectieve opvattingen over wat mensen goed en daarom
nastrevenswaardig vinden.
 Normen = gedragsregels die voortvloeien uit waarden.
 Positie = de plaats die een individu aanneemt in een bepaalde situatie. In veel
situaties ontstaan er min of meer vaste patronen in het handelen.
o Sociologen spreken dan van institutionalisering van gedrag, dat wil zegen:
het proces waarin bepaalde gedragsvormen algemeen gangbaar worden.
 Socialisatie = het proces waardoor iemand zich in de omgang met anderen de
waarden en normen van allerlei groeperingen eigen maakt.
- We leven in een land waarin verschillende culturen naast elkaar bestaan. Via de
cultuurdimensies van Hofstede kunnen deze verschillen inzichtelijk worden gemaakt.
- 5 cultuurdimensies van Hofstede:
1. Machtsafstand = bestaat tussen verschillende partijen en de mate waarin
ondergeschikten dat accepteren.
2. Collectivisme en individualisme = hofstede spreekt van collectivisme wanneer
mensen vanaf hun geboorte opgenomen zijn in hechte groepen, die ze bescherming
bieden in ruil voor loyaliteit. Er is sprake van individualisme wanneer de onderlinge

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur rosaliebakker. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,09. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80364 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,09
  • (0)
  Ajouter