Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Politie - academiejaar 2022/2023 KU Leuven - 15/20! €8,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Politie - academiejaar 2022/2023 KU Leuven - 15/20!

 63 vues  3 achats

Samenvatting van het vak 'Juridische en gedragswetenschappelijek aspecten van politie' gegeven aan de KU Leuven. Samenvatting gebaseerd op de colleges en teksten toebehorend aan academiejaar 2022/2023.

Aperçu 4 sur 74  pages

  • 18 juin 2023
  • 74
  • 2022/2023
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (2)
avatar-seller
5amengevat
Samenvatting Politie
Academiejaar 2022/2023
Inleiding: de politiefunctie, het politiebestel en het politierecht
De politiefunctie = juridisch gezien een institutionele functie tot bescherming en regeling v.d.
maatschappelijke orde. Die functie wordt uitgeoefend om de fundamentele rechten (en vrijheden)
mogelijk te maken → de politiefunctie bestaat uit ‘RORON’:
o Raadgevende functie: vermijden dat burgers potentieel slachtoffer worden.
o Ontradende functie: oplossen van concrete problemen → reguleren dat de orde terug
hersteld wordt.
o Onderzoeken: gerechtelijke taken → daders van misdrijven opsporen en bewijzen
verzamelen met het oog om die daders voor de bevoegde strafrechter te brengen.
o Nazorg: hulpverlening voor slachtoffers.

De finaliteit v.d. politie = waarborgen dat wij onze fundamentele rechten kunnen uitoefenen.
o Fundamenteel kernmerk hiervoor is: het hebben van een geweldsmonopolie in
vredestijd.

De politiefunctie bestaat er in om drie soorten opdrachten uit te voeren:
1. Opdrachten van bestuurlijke politie = openbare orde → bestuurlijke overheden zijn de
burgemeesters, gouverneur, minister van Binnenlandse Zaken.
o Art. 14 WPA: opdrachten van bestuurlijke politie, zien de politiediensten toe op de handhaving
v.d. openbare orde met inbegrip v.d. naleving van de politiewetten en verordeningen, de
voorkoming van misdrijven en de bescherming van personen en goederen. Zij verlenen tevens
bij aan eenieder die in gevaar verkeert. Algemeen toezicht en controles. Zij bezorgen het
verslag van hun opdrachten en inlichtingen aan de bevoegde overheden.
2. Opdrachten van gerechtelijke politie = strafbare feiten: het onderzoeken van misdrijven →
gerechtelijke overheden zijn de onderzoeksrechter of de procureur des Konings.
o Art. 8 Sv.: de gerechtelijke politie spoort de misdaden, wanbedrijven en overtredingen op,
verzamelt de bewijzen ervan en levert de daders over aan de rechtbanken belast met hun
bestraffing.
o Art. 15 WPA: … op te sporen, bewijzen verzamelen, kennis te geven aan, te vatten, te
arresteren, ter beschikking te stellen en verslag te bezorgen.
3. Sterke arm verlenen = de politie kan allerlei diensten of personen bijstaan die mogelijks in
gevaar zouden kunnen zijn.

Politie-instellingen - politieapparaat:
1. Reguliere politiediensten:
a. Tot 1998: drie politiediensten: gemeentepolitie, de rijkswacht en de
gerechtelijke politie.
b. Sinds 1998: lokale korpsen + de federale politie.
2. Bijzondere politiediensten:
a. Tot 1998: de spoorwegpolitie, de luchtvaartpolitie en de zeevaartpolitie.
b. Sinds 1998: bestaat niet meer als aparte dienst, maar zijn geïntegreerd in
de federale politie.
3. Inspectiediensten → Er is veel bijzonder strafrecht en de politiefunctie, met name
het onderzoeksdeel, begon overbelast te raken hierdoor:
 Capaciteitsproblemen: telkens meer wetten, maar ik heb de capaciteit
niet om deze te onderzoeken.
 Complexiteitsproblemen: de wetten zijn zo complex dat je niet kan
verwachten dat een politieambtenaar al die regels kent.
Oplossing: een eigen handhavingsorgaan organiseren = zijn de inspectiediensten.



1

,De politie werkt in een democratische rechtstaat altijd onder het gezag van bevoegde overheden →
Politie-overheden = gerechtelijke overheden + bestuurlijke overheden.
 Politieambtenaar: Art. 3 WPA, 3* = een lid van een politiedienst bevoegd om bepaalde
politiemaatregelen te nemen of uit te voeren en daden van bestuurlijke of gerechtelijke politie op te
stellen. → lokaal of federaal politiepersoneel.
 Politieoverheid: Art. 3 WPA, 2* = de overheid aangewezen om juridische politiemaatregelen te
nemen en om politiemaatregelen uit te voeren of door de politiediensten te doen uitvoeren.
o Gerechtelijk = magistraten.
o Bestuurlijk = burgemeester + de gouverneur + de minister van Binnenlandse Zaken.
Verschil: de politieoverheid heeft beslissingsmacht over de juridische politiemaatregelen!

De overheid heeft zeggenschap over:
1. Gezag = het nemen van beslissingen over de inzet v.d. politie en de wijze waarop
de politie in een concreet geval optreedt.
2. Beheer = alle aspecten die te maken hebben met de wijze waarop de politie haar
taken kan uitvoeren → de politie in staat stellen om haar opdrachten uit te voeren.
3. Beleid = gaat over het stellen van prioriteiten en post-prioriteiten → aangeven wat
je gaat doen, niet-gaat doen of aangeven wat je gaat doen als er nog maar
capaciteit over is.

Deel I: De historische achtergronden van het huidige politiebestel
Tot 1789
Lokaal Centraal
Stedelijke korpsen Nationale marechaussee
→ Revolutionairen

1789-1795
Lokaal Centraal
 Gemeentepolitie Gendarmerie nationale =
o.l.v. commissaris  Nationaal korps.
van politie  Militair korps o.l.v. minister v. Defensie
 Veldwachters  Bestuurlijk & gerechtelijk

1789: oprichting Ministerie van Politie:
 Uitvoeren politiewetten
 Gezag opdr. openbare orde = bestuurlijk.
 Zorg gevangenissen/arresthuizen/huis van bewaring.
 Belast met toezicht landlopers/bedelaars.

1799: staatsgreep Napoleon – Minister van politie = Fouché
Lokaal Centraal
 Gemeentepolitie nu o.l.v. algemene Gendarmerie nationale
commissarissen van politie = fameuze
inbreuk op machtspositie lokale
bestuurlijke overheden
 Veldwachters

1815: stichting Verenigd Koninkrijk der Nederlanden
Lokaal Centraal
 Stedelijke politie Nationale marechaussee: niet meer onder de
aangestuurd door minister van politie, maar voor bestuurlijke
burgemeester & opdrachten onder de minister van Oorlog en
gouverneur voor gerechtelijke opdrachten o.l.v.

2

,  Landelijke politie commissaris-generaal v. politie.
 Militair korps.
 Nationaal korps.
 Bestuurlijk & gerechtelijk.

1830: Belgische onafhankelijkheid
Lokaal Centraal
 Gemeentepolitie: in Rijkswacht: geherstructureerd in territoriale
grote steden rijkswachtbrigades & mobiele
decentraliseren: 1 rijkswachtsbrigades.
korpschef met  Nog steeds militair. Gevolg: Ger.
wijkagenten opdr. steeds meer verwaarloosd →
 Veldwachters = pleidooi van magistraten om 3e korps
verwaarloosd op te richten.

Discussie: gemeentepol. in RW incorporeren,
want gem. verwaarloosde lokale korpsen.
 Verzet op lok. niveau van
burgemeester.
 Verzet op centr. niveau: wordt het te
veel afhankelijk v.d. minister

1919: opr. Gerechtelijke politie bij de parketten
 = op arrondissementeel niveau onder de procureur.
 Mogelijk door: 1) oorlog en 2) woelig klimaat.

Lokaal Centraal
 Gemeentepolitie: best.  Rijkswacht: best. & ger. opdr.
& ger. opdr.  G.P.P.: ger. opdr. → zware/complexe
misdrijven. Probleem: vaak
grondgebied 2+ brigades.

1936: nieuwe functie: commissaris-generaal bij ger. opdr.
 “Oplossing” probleem G.P.P. → moet afzonderlijke brigades gecoördineerd laten optreden en
beheert documentatie en gegevens.

1943: opdr. dienst Algemene Rijkspolitie bij minister Binnenlandse Zaken
 ≠ politiedienst → monitoort ordehandhaving in België.

2e Wereldoorlog:
 Zivilververwaltung = land volwaarding integreren in het Duitse rijk inclusief burgerlijk
bestuur.
 Militärverwaltung = land niet volwaardig geïntegreerd in Duitse rijk → militair bestuur.

Lokaal Centraal
Gemeentepolitie = centraal Demilitarisering R.W.
beheer door ARP (=zelfst.  Beheer toevertrouwen aan ARP.
Politiedirectie binnen Min.  Vlaamse & Franstalige R.W.
BiZa) + agglomeraties = G.P.P: hervorming niet volledig doorgevoerd.
stedelijke samenwerking

1943: Besluitwet: opr. Hoog Commissariaat voor ’s Rijksveiligheid
1943-1980:


3

, Lokaal Centraal
Gemeentepol. o.l.v. burg. R.W. kreeg apart statuut onder minister van
(geen agglomeraties meer) → Landsverdediging. Stelselmatige uitbouw en
blijft “vrij” slecht qua versterking R.W.
uitvoering.  Opr. BOB’S = bewakings- en
opsporingsbrigades.
 Opr. CBO = centraal bureau voor
opsporing → dit is strategisch denken
v.d. R.W. als reactie op com-gen. bij
G.P.P
 Opr. SIE = speciaal interventie
eskadron
 Opr. NBD = nationaal bureau voor
drugs → observeren, informanten,
huisz. zonder wettelijke basis
G.P.P → versterken.

1971: opdr. BIC = bestuur v.d. criminele informatie → informatie verzamelen over het criminele
milieu
 Aparte politiedienst bij Min. van Justitie

Zaak François = opdoeking BCI & NBD
Lokaal Centraal
Gem. pol. → geraakt alleen R.W.: BOB & SIE zijn redelijk verbrand door
maar verder achterop de zaak François
G.P.P: com-gen. kan niks echt afdwingen

1980-1995:
 Heizeldrama → zowel R.W. als gem. pol. hadden best. opdr. ordehandhaving: taakverdeling?
 C.C.C. → de strijdende communistische cellen.
 Bende v. Nijvel → in de pers: “het is de R.W. die erachter zit”.
Op politiek niveau: inzicht “politieprobleem”

1990: Parlementaire onderzoekscommissie Bende v. Nijvel = Bendecommissie I
Vaststellingen: Aanbevelingen
 Gebrek aan middelen: mensen, Korte termijn Lange termijn
materiaal & wettelijke bevoegdheden.  Behoud 3 diensten:  Opr.
 Scheve verhouding politie & best. opdr. o.l.v. onafh.
magistratuur. arrond- dienst
 Wetenschappelijke politie = fiasco commissaris. Ger. voor
 Gebrek aan samenhangend politiebeleid opdr. o.l.v. PdK. wetensc
 Militair karakter R.W. = gigantisch  Demilitarisering hap.
probleem → intern = gesloten korps; R.W. pol.
extern = aanvaarden geen gezag.  Opr. arrondis.  1 pol.
 Geen samenwerking noch coördinatie: comité voor dienst
G.P.P. + positie com-gen. = zwak. politiebestuur. voor
 Samenwerking R.W. & G.P.P is quasi  Opr. ger.
onbestaand: G.P.P. moet niet in de Veiligheidscomité opdr.
voeten van R.W. willen treden per arrond. 
 Oprichting extern
controle-orgaan.

1990: Pinksterplan
Uitgangspunten = in lijn met Doelen: Maatregelen

4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur 5amengevat. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

72841 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€8,49  3x  vendu
  • (0)
  Ajouter