Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Neuropsychology and psychopharmacology - deel 2 Op de Beeck €9,48   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Neuropsychology and psychopharmacology - deel 2 Op de Beeck

1 vérifier
 263 vues  13 fois vendu

Dit is een Nederlandstalige samenvatting van het deel Op de Beeck. Dit bevat alles dat gekend dient te worden. Deze samenvatting is voldoende om voor dit deel te studeren. Aan de hand van deze samenvatting was ik vanaf de eerste keer geslaagd.

Dernier document publié: 10 mois de cela

Aperçu 6 sur 84  pages

  • 14 juin 2023
  • 24 décembre 2023
  • 84
  • 2021/2022
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (13)

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: liesbethgeyssens • 1 année de cela

Traduit par Google

Well structured:))

avatar-seller
student1112
Hoofdstuk 3: het elektrofysiologisch brein
1. Introductie

1.1 verschillende signalen hebben verschillende metingen nodig

Er zijn verschillende methoden die toestaan om een idee te krijgen van wat er gebeurd in ons brein.
Meestal wordt er naar een signaal gezocht. Ze kunnen afkomstig zijn van:

 Ruimte, opgepikt door machines bv. geeft inzicht in hoe het universum begon, buitenaardse
wezens…
 Kleinste deeltjes, opgepikt door machines bv. Large Hadron Collider is een grote ring die
wordt gebruikt om deeltjes te versnellen, dus als ze botsen geven ze signalen die iets vertellen
over de kleinste deeltjes
 Binnen in je hoofd, opgepikt door machines

 We moeten signalen opvangen om door middel van metingen te achterhalen wat er in de
hersenen gebeurt
 We gebruiken signalen om een idee te krijgen van representaties in het hoofd
1.2 Representaties in het hoofd

Elektrofysiologische methoden kijken naar neurale representaties

 = manier waarop eigenschappen van de buitenwereld (of innerlijke gebeurtenissen) zich
manifesteren in neurale signalen bv. Neurale signalen kunnen verschillende pieksnelheden (=
actiepotentiaal) hebben voor verschillende stimuli

Neurale representaties zijn een neuraal correlaat van mentale representaties
 = manier waarop eigenschappen van de buitenwereld worden gekopieerd/gesimuleerd door
cognitie vb. Kleuren, objecten uit buitenwereld

Het koppelen van neurale en mentale representaties is niet eenvoudig, maar indien mogelijk nuttig
1.3 Twee belangrijkste elektrofysiologische technieken

1. Single-cell recordings (eencellige opnamen)

Single-cell recording is een invasieve techniek om veranderingen in spanning of stroom in een
neuron te observeren

 Metingen van aantal actiepotentialen per seconde van individuele neuronen
 Elektrode(n) geplaatst in of nabij neuron

2. . Electroencephalography (EEG)

EEG is een niet-invasieve techniek om elektrische activiteit van de hersenen vast te leggen (gevoelig
voor dendritische stroom)

 Meet elektrische gebeurtenissen van verschillende neuronen samen
 Elektrode(n) op schedel geplaatst




1

,2. Op zoek naar neurale representaties: single -cell recordings

2.1 Hoe worden single cell recordings verkregen?

Single-cell recordings (eencellige opnames) worden gebruikt voor het
opnemen van neurale activiteit of voor stimulatie door het meten van
actiepotentialen van enkele neuronen

 Kleine elektrode geïmplanteerd:
 Intracellulair: in axon
 Extracellulair: buiten axonmembraan
 Meestal gedaan bij dieren, zeer zelden bij mensen
2.2 Neurale codes

Single-cell recordings vertellen iets over de code waarmee prikkels zijn vertegenwoordigd
Rolls en Deo (2002) vatten 3 codes voor stimuli samen:

 Lokale representatie, local representation (= grootmoedercellen)
 Stimuli vertegenwoordigd door individuele neuronen die alleen coderen voor die
stimuli
 Geleidelijke overgang in hiërarchisch informatieverwerkingssysteem
 Volledig gedistribueerde representatie, fully distributed representation
 Stimuli die relevant zijn voor een bepaald hersengebied dat wordt vertegenwoordigd
door alle neuronen in dat gebied
 Neuronen zijn even relevant voor representatie
 Verspreide gedistribueerde representatie, sparse distributed representation
 Stimuli vertegenwoordigd door een subset van neuronen
 Tussen lokale en volledig gedistribueerde vertegenwoordiging  bewijs met
gezichten komt overeen met deze voorstelling

Voorbeeld: representatie in de context van gezichtsperceptie bij apen

 Onderzoek bij apen: 4 individuele neuronen die in de hersenen zijn geregistreerd
 Gezichtsselectieve neuronen (a, b, c en d): reageren sterk op minstens 1 gezicht en
niet op andere objecten
 X-as: stimuli (gezichten A, B, C, D, E en objecten F, G,
H, I, J)
 Y-as: pieken per seconde
 Resultaten:
 Neuron a reageert op gezicht B
 Neuron b reageert op gezicht D, C, E
 Neuron c reageert op gezicht A, D, E
 Neuron d reageert op gezicht B, C, D, E
 Mix tussen lokaal en meer verspreid: sommige neuronen reageren alleen op één gezicht,
andere neuronen reageren op meer gezichten in verschillende hoeveelheden
 Bewijs voor schaarse gedistribueerde representatie




2

,Voorbeeld: representatie in de context van gezichtsperceptie bij mensen

 Onderzoek bij mensen met epilepsie: gezichten van beroemdheden
gepresenteerd
 Invariantie van onderzochte antwoorden
 Gegevens van één neuron worden gegeven
 Resultaten:
 Neuron reageert op alle beelden die iets van Halle Berry tonen (gezicht, naam...)
 Histogram toont actiepotentialen tussen de tijd dat de stimulus komt op het scherm
(eerste stippellijn) en gaat van het scherm (tweede stippellijn)
 Bewijs voor meer lokale vertegenwoordiging in mediale temporale kwab bij de mens


Een ander onderscheid voor codes kan worden gemaakt:
 Rate coding:
 = grotere respons wordt gebruikt om informatie te coderen bv. als een bepaald
neuron sterk reageert op gezicht A, maar zwak op gezicht B en je krijgt een sterke
reactie van dat neuron, wordt gezicht A gezien
 Meer actiepotentialen als indicatie dat neuron stimulus vertegenwoordigt
 Temporal coding:
 = grotere synchrone respons tussen neuronen wordt gebruikt om informatie te
coderen

3. Elektro-encefalografie en evenement gerelateerde potentiëlen

3.1 Elektroencefalografie (EEG)
3.1.1 Wat is EEG en hoe werkt het?

EEG wordt gebruikt in enkele belangrijke onderzoek contexten in de cognitieve
neurowetenschappen

 Bij het analyseren van oscillatiesnelheden (golf) en het koppelen ervan
aan cognitieve functies
 In event-related potentials (ERP's)
 In representatieve dynamiek

Elektroden kunnen door verschillende systemen worden benoemd

 Systemen delen bepaalde kenmerken wat betreft het benoemen van elektroden
 10-20 systeem: minste aantal elektroden
 Eerst genoemd door positie van lobben
 Dan genoemd door de zijkant van de hersenen: oneven of even getallen

EEG meet een signaal:
 Het meten van de activiteit van neuronen vereist dat veel neuronen samen vuren
 Mogelijk om te zien of veel neuronen samen vuren of wanneer ze niet samen vuren
 niet mogelijk om individuele actiepotentialen te meten




3

,Voorbeeld:

 3 neuronen (oranje, groen, paars) vuren allemaal met
dezelfde snelheid, maar twee neuronen (oranje en groen)
vuren tegelijkertijd
 Creëert 6 actiepotentialen
 Oranje en groen kunnen elkaars prikkelbaarheid en
communicatie beïnvloeden
 Als miljoenen neuronen samen vuren, wordt een golfachtige
structuur waargenomen
 Golfachtige activiteit kan worden gemeten in signaal
 Signaal gaat op en neer in dezelfde frequentie als
oscillatie in beeld

3.1.2 Voor- en nadelen van EEG
Voordelen van EEG: uitstekende temporele resolutie

 = hoe nauwkeurig een verschil kan worden gemeten in termen van tijd
 EEG-signaal is direct gerelateerd aan neurale activiteit en deze elektrische activiteit wordt
uitgevoerd onmiddellijk naar de hoofdhuid bv. zeer kleine vertraging bij het meten met EEG
 Kan worden gemeten met een hoge sampling rate

Nadeel van EEG: slechte ruimtelijke resolutie
 = aantal pixels dat wordt gebruikt bij de constructie van een digitaal beeld
 Omgekeerd probleem: EEG-signaal is afkomstig van verschillende bronnen in de hersenen en
kan niet worden afgeleid precies waar de bronnen van de hoofdhuid zijn
3.1.3 Ritmische oscillaties in EEG-signaal

In op oscillatie gebaseerde analyses kunnen we zien:
 Neuronen hebben de neiging om synchroon met elkaar te vuren, maar op verschillende
frequenties
 Verklaart golfachtige neurale activiteit
 Verschillende frequenties: kan langzaam of snel zijn
Bv. Langzame frequentie: golf is breed en gaat langzaam
op en neer in de tijd
Bv. Snelle frequentie: golf is smal en gaat snel op en neer in
de tijd
 Verschillende oscillatiefrequenties hebben verschillende
betekenissen en hebben betrekking op verschillende factoren
 Kan verschillende fasen van de slaap-waakcyclus
karakteriseren
 Met EEG opnames weten in welke slaapfase
persoon zit
 Elke fase heeft verschillende eigenschappen
Bv. In fase 1: er gebeuren bepaalde oscillaties, Theta-golven (4-7 Hz)
Bv. In stadium 2: slaapspindels en K-complexen
Bv. In fase 3 & 4: langzamere Delta-golven (<4 Hz)
Bv. In REM-slaap: lijkt veel op wakkerfase

4

,  Kan bepaalde cognitieve functies karakteriseren
 Verhoogde alfa (7-14 Hz) gekoppeld aan visuele aandacht
 Verhoogd gamma (+30 Hz) gekoppeld aan perceptuele groepering

3.2 Event-related potentials (ERPS)

3.2.1 Wat zijn ERPS?
Een gebeurtenisgerelateerd potentieel is een gemiddelde elektrofysiologische
reactie op een stimulus

 Gemeten door EEG
 EEG-signaal is:
 Gemiddeld over veel gebeurtenissen: = ERP
 Eenmalig presenteren van prikkels geeft geen
betrouwbare en bruikbare gegevens, dus vaker
presenteren Bv. Stimuli 1 keer gepresenteerd (boven) vs.
10, 50 en 100 keer gepresenteerd
 Om de effecten van willekeurig neuraal afvuren/ruis in
het meetsignaal te verminderen
 Afgestemd op een aspect van gebeurtenis bv. Begin van stimulus, druk op een knop
 Elektroden registreren reeksen positieve en negatieve pieken
 Timing en amplitude van pieken is gerelateerd aan verschillende aspecten van stimulus en
taak

4. Mentale chronometrie in elektrofysiologie en cognitieve psychologie

4.1 Mentale chronometrie

4.1.1 Wat is mentale chronometrie?

Mentale chronometrie betekent het meten van de timing van cognitie

 Om structuur van cognitie af te leiden
 Cognitieve functies relateren aan tijdpunten

De klassieke methode van mentale chronometrie:

 Reactietijd (RT) op taak/stimuli als variabel
 Veranderingen in RT in verschillende omstandigheden meten
 Pogingen om enkele maat te ontleden bv. Sternberg probeerde RT te gebruiken om
componenten van kennis door het te ontleden. Het gebruik van RT geeft één maat
per proef. Hij gaat uit van onafhankelijkheid van fasen
Voorbeeld:

 Experiment werkgeheugentaak:
 Nummerreeksen onthouden
 Dan wordt een ander nummer gepresenteerd en moet de deelnemer zeggen (zo snel
als mogelijk, RT) of het in de lijst stond of niet (antwoord: ja/nee)
 Resultaat (oranje): RT is korter als de reeks kleiner is en lineaire toename van RT als
reeks is groter
 Mentale chronometrie: bv. Nummers moeilijker te zien (perceptueel verslechterd)


5

,  Resultaat (paars): RT is langer en additief effect (twee hoofdeffecten)
 Bewijs voor Sternberg: verschillende mentale componenten zijn onafhankelijk



Ontbinden ook enkele maat met ERP:

 Signaal is continu in de tijd (in plaats van RT te gebruiken)
 Signaal verandert in de loop van de tijd
 Geeft veel meer informatie
 Heeft voordelen ten opzichte van de RT-methode

4.1.2 Mentale chronometrie in ERP

In ERP kunnen verschillende pieken bij benadering het functioneren van verschillende
cognitieve stadia weerspiegelen
 Mogelijk te zien wanneer het precies op tijd gebeurt
 Mogelijk te zien hoe het verandert door bepaalde aspecten van gepresenteerde
stimuli te manipuleren
Maar het is geen simpele relatie tussen ERP-piek en cognitie

 Omdat elke piek de som is van verschillende elektrische activiteiten bv. Je kunt
maken wat je ziet in (a) door 3 componenten toe te voegen in (b) of door 3
componenten toe te voegen in (c). Ook al zien (b) en (c) er anders uit en timing is
anders

4.2 Gezichtsverwerking onderzoeken met ERPS en reactietijden

4.2.1 ERPS gebruiken om gezichtsverwerking te onderzoeken

Verschillende ERP-pieken worden geassocieerd met verschillende
aspecten van gezichtsverwerking

 Ten eerste: perceptuele codering van gezicht
 N170 betrokken, die wordt beïnvloed door perceptuele
veranderingen in stimulus
 Ten tweede: gezichtsherkenning
 N250 betrokken, die wordt beïnvloed door dingen die
verband houden met de identiteit van de stimulus
 Ten derde: persoonsherkenning
 P400-600 betrokken, die wordt beïnvloed door gezichten
en namen

4.2.2 N170

N170 is een negatieve waarde die 170 msec optreedt na het begin van de stimulus
 In grafiek: gezien als negatieve piek
 Component wordt gezien bij het presenteren van een gezicht, mens of dier
 Component wordt niet gezien bij het presenteren van een object




6

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur student1112. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €9,48. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

79202 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€9,48  13x  vendu
  • (1)
  Ajouter